zamenstellen, waarin dat vraagstuk in zijn ontstaan, aard
en betoekenis wordt geschetst.
3. Het hoofdbestuur wenscht tot wederintrekking toe
eene som van 2500 op de begrooting gesteld te zien tot
veredeling van het volksvermaak.
4. Het hoofdbestuur stelt voor eene commissie te benoemen,
om een onderzoek in te stellen naar den staat der spaar
banken, spaarkassen, enz. en naar de meest gevvenschte
regelen voor de toekomst.
5. Het departement Dordrecht stelt voor, het hoofdbestuur
uit te noodigen, de oprigting van spaarbanken tot een
bijzonder voorwerp zijner zorg te maken.
6. Het departement Tilburg-Oistenvijk stelt voor, eeri
post van 250 op de jaarlijksehe begrooting te brengen,
om daaruit medaljes of geldelijke premiën te bekostigen
ter zake van wedstrijden of tentoonstellingen voor of door
werklieden.
7. Het departement 's Hertogenbosch wenscht een school
boek over de geschiedenis van nijverheid, kunst, enz.
8. Het departement 's Gravcnhago vraagt ƒ10,000 voor
de oprigting eener middelbare school voor meisjes.
9. Om de volksvoorlezingen en volksvoordragten ook in
de minder talrijke en onvermogende departementen mogelijk
te maken, stelt het departement Alphen-Aarlanderveen
voor, tot da- einde op de jaarlijksehe begrooting een post
van 3000 beschikbaar te stellen.
Door mr. J. G. A. Faber, te Amsterdam, wordt
aangedrongen op de indijking van het eiland Marken. In
1869 is het eiland niet minder dan zevenmaal geïnundeerd
geweest. Alleen bij da overstrooming op 12 Aug. van dat
jaar dreef er voor ruim 3000 aan hooi weg. Gedurende
den winter is de toestand bepaald gevaarlijk; de bewoners
zijn dan zelfs op de terpen niet meer veilig, maar moeten
naar de zolders der huizen vlugten.
Door burgemeester en wethouders van dat eiland is in
Octobcr des vorigen jaars een verzoekschrift aan Z. M.
den Koning gcrigt, hoofdzakelijk strekkende tot verhooging
van den zeedijk tot 1.7 meter boven A. P., op som
mige plaatsen tot 2 meters, de voorziening er van met
steen- en brikglooijing en het herstel van de Kraaijewerver-
sluis. De kosten der aangevraagde verbeteringen worden
geraamd op 60,000 a 70,000.
De heer Faber hoopt, dat de regering die zaak krachtig
aanvattehet Rijk zou in de meerdere opbrengst dei-
belastingen spoedig vergoeding vinden.
Werd de zaak nog breeder aangepakt, de dijk overal
op een minimum van 2 meters boven A. P. gebragt, zoo
dat voor geen overstrooming rncer gevaar bestond, en voor
een behoorlijke bemaling gezorgd, het eiland zou zich
toonen een der vruchtbaarste plekken van ons Vaderland,
en een ongekende welvaart te gemoet gaan. Misschien
ware een renteloos voorschot daartoe de weg.
De internationale wedstrijd voor handboogschutterijen
in het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam, uitgeschreven
door de drie aldaar gevestigde handboogschutterijen
Genoegen zij ons doel, Claudius Civilis en Concordia, is
jl. Maandag aïgeloopen. De gouden medaille voor de meest
van verre komende schutterij (hemelsbreedte gerekend) is
toegekend aan de Francs Archers van Brussel, en de
banierprijzen: 1. aan Amoenilas, van Kaatsheuvel; 2. aan
Pas Buiten, van Rozendaal; 3. aan AUiance d'Amitié, van
Breda (deze drie prijzen om het grootste aantal punten);
4. aan de Vriendschap, van Aalst5 aan de Pasargaden,
van Giuneken; 6. aan la Fidélité, van Antwerpen (deze
drie prijzen voor de meeste rozen). Verder werden onder
scheidene personeele prijzen toegekend. De burgemeester
der stad deelde de prijzen aan de overwinnaars uit.
Zeker is nergens de liefhebberij voor het peuren zoo
sterk ontwikkeld als in Leiden. Dat men daarbij zeer
vindingrijk te werk kan gaan bleek jl. Maandag avond
laat, toen twee personen met een uitgeholden jongen boom
aan 't peuren waren naar stoelen die zich binnen het afge
paalde terrein van Musis Sacruin bevonden. Reeds waren
zij zoo gelukkig geweest meester te zijn van eenige exem
plaren dier nieuwe aalsoort, toen een der bedienden de over
treding der visch- en jagtwet ontdekte en een der visschers
vatte, terwijl deze nog het corpus delicti in de hand hield.
Op het gemaakte gerucht schoten de kastelein en eenige
buren toe en verzekerden zich ook van den anderen modernen
(leurder. Beiden werden daarop ondanks hunzelven in de
sociëteit geïntroduceerd, waar zij de komst hunner livrei
bedienden afwachtten, die zich ook spoedig vertoonden en
hen met de meeste voorkomendheid een tijdelijk verblijf in
het bureau van politie bezorgden. Een der vrienden moet
reeds een vijftal jaren te Hoorn geweest zijn.
De bijeenkomst van de vereeniging van hoofd- en
kommanderende officieren der schutterij in Nederland zal
dit jaar gehouden worden te 's Hage, den 4 en 5 Augustus.
De N. R. Crt. verneemt, dat de minister van Binnenl.
Zaken op eene desbetreffende aan hem gerigte vraag, heeft
geantwoord, dat hij genegen is de vraag toestemmend te
beantwoordenof vrouwen kunnen toegelaten worden tot
het examen van hulpapothekers en apothekers
Jl. Zondag was de stoomboot Colibrie uit Antwerpen,
met een honderdtal passagiers aan boord, opgestoomd tot
een pleiziertogtje naar Zuid-Beveland. Alles ging prettig
en wel tot op 't oogenblik dat de boot te Ilansweert
aanlag. Er sprong toen eene pijp van de machine en dit
gaf zulk een knal, dat de passagiers van schrik in allerij-
naar de plank snelden, die juist op den wal werd overgël
legd. Door het hevig gedrang plompten er eenigen hals
over kop in 't water en nu had men een tweede uitbarsting
van schrik. Gelukkig dat het tumult spoedig tot bedaren
kwam, zoodat men de in 't water gevallen petsonen kon
redden. Deze zijn er met een nat pak afgekomenalleen
zijn de meesten hun hoed kwijtgeraakt.
Ais merkwaardige bijzonderheid verdient vermelding,
dat ds. J. Correl, pred. te Avezaath (classis Tiel), in deze
maand zijn zestigjarige Evangeliedienst, waarvan 53 jaren
te Avezaath herdacht.
De dames, die aan het onlangs gehouden concours
hebben deelgenomen en die tengevolge daarvan met eene
jaarlijksehe toelage vanwege Z. M. den Koning zijn vereerd,
ten einde hunne studiën voort te zetten, ztdlen zich naai
de navolgende plaatsen hegeven: mej. Meïjsenheim naar
Weenenmej. Kiel naar Berlijn, onder leiding van mevr.
Joachiin; mej. Chastel naar België, onder leiding van den
heer Duprez.
Te Enumatil hebben eenige raven een hun in de
weide aangevallen en het gedeeltelijk opgepikt.
Jl. Maandag is te Groningen het 25ste Landhuis-
houdkundig congres geopend. De voorzitter, prof. Teilegen,
riep de leden het welkom toe en herdacht de drie oprigters
dezer instelling, waarvan een nog in leven en eerevoorzitter
van dit zilveren feest is, namelijk baron Sloet tot Oldhuis.
Hierop reikte hem de voorzitter de zilveren mcdalje over,
geslagen voor dit congres en uitstekend uitgevoerd. Den
volgenden dag vergaderden de ledeti in de afdeeling, waar
over verscheidene belangrijke onderwerpen beraadslaagd
werd. Te 1 uur van dien dag werd de eerste zitting der
algemeene vergadering door prof. Teilegen met een sierlijke
toespraak geopend. Het volgend congres zal te Utrecht
gehouden worden.
Des avonds werden de beraadslagingen in de afdeelingen
voortgezet. Heden heeft eene tentoonstelling van water-
bemalingswcrktuigen en verschillende feestelijkheden plaats,
terwijl aan eenige van Groningen's bezienswaardigheden
een bezoek zal gebragt worden.
De lange levensduur van de leden eener familie is
dikwijls een goed voorteeken voor de nakomelingen dier
familie. De heer Thiers behoort onder die bevoorregten.
Zijn grootvader, advocaat en wethouder van Marseille,
overleed te Menton in 1795, in 84jarigen ouderdom.
Zijn vader en moeder mogten beiden hun 80ste jaar
bereiken. Twee tantes, zusters van zijn vader, stierven te
Menton, meer dan 80 jaar oud; en eindelijk woont daar
nu nog de naaste verwante van Thiers, zijn volle nicht,
die dezer dagen haar 90sten verjaardag in goede gezond
heid vierde.
Nu is de heer Thiers eerst 73 jaar oud en verheugt
zich in een zeer solied ligchaamsgestel. Het is dus niet
onwaarschijnlijk, dat den chef van het Uitvoerend Gezag
nog vele levensjaren gegund zijn.
De stukken over het proces, dat in Junij 1870 tegen
een aantal leden der Internationale gevoerd werd, zijn
door het Journal des Débats onderzocht en het is geble
ken, dat er naauw verband bestaat tusschen de Internati
onale en de Parijsche Commune, hetgeen niemand betwij
felde, maar ook dat de gepleegde gruwelen reeds veel
vroeger door de Internationale waren ontworpen en voor
bereid. Niet in de wanhoop der nederlaag is het ver
schrikkelijk besluit om Parijs te verwoesten bij de Com
mune-mannen opgekomen. Het kan nu gemakkelijk bewezen
worden, dat het denkbeeld, om zich over eene nederlaag te
wreken door het verwoesten van Frankrijks hoofdstad,
langen tijd te voren was ontworpen uitgewerkt, bestudeerd
en besloten. Den 22 Junij 1870 stonden voor de regtbank
van correct ioneele politie 38 leden der Internationale
vereeniging van arbeiders teregt, beschuldigd van deelneming
aan een geheim genootschap. De ineesteu hunner vinden
wij terug als leden van het centraal comité en der Commune,
als: Varlin, Malon, Joannard, Pindy, Combault, Avrial,
Passedouet, Assi, Theisz, Landeck, Buval, Friinckel, enz.
Die namen waren bij het publiek den 18 Maart jl. bijna
allen onbekendmaar volstrekt niet bij de regters van de
zesde kamer van correctioneele politie.
Bij Pindy waren o. a. voorschriften ontdekt tot ver
vaardiging van nitro-glycerine, enz. Bij sommige voor
schriften was gevoegd: «uit de vensters te werpen*,
vin de goten te storten", enz. Frankrijk was toen even
rustig als Oostenrijk, Zwitserland, België en Engeland het
thans zijn, wie weet of er thans niet ergens een Engelsch
lid der Internationale schuilt, die met het plan omgaat om
Londen te verwoesten; mot een Belgisch of Russrjch lid,
die op de vernietiging van Brussel of Petersburg zint
De demagogische dolheid is besmettelijker dan ooit.
Later heeft men een brief gevonden, dien Jules Valles, in
Julij 1870, in een weinig bekend dagblad le Feu, geschreven
heeft. De laatste zinsnede luidt aldus: //Ik neem een
plaatsje in den hoek van uw haard aan. Op gloeijende
asch zal men den pot van den bewoner der voorsteden
koken op heete kolen zal men de weerspannigen braden.
Ik zal mijn armoedig boeltje op het bivak brengen. Bij
den brand zien wij elkander weer."
Het eenvoudigst middel om de communalisten onge
stoord, naar hartelust en onschadelijk voor anderen hun
programma te laten verwezenlijken, zou wel zijn de gevangenen
van den jongsten opstand naar een eiland met vruchtbaren
bodem te brengen, hun kleederen, gereedschappen en
levensmiddelen voor een jaar te geven en ze voorts geheel
vrijt te laten in het organiseren van de' modelmaatschappij,
waarvan zij droomen.
Te rade gaande met de menschelijke natuur in het
algemeen en de communalistische natuur in 't bijzonder,
valt het niet moeijelijk de naaste toekomst van dien model
staat te voorspellen. De kolonie zou al spoedig bespeuren,
dat al haar leden geen kleine heiligen zijn en een zeer
streng politietoezigt, zou weldra in 't leven zijn geroepen
ziedaar dus de gendarmerie, weêr in eere hersteld.
Om de misdrijven te straffen, die door den gendarme
geconstateerd mogten worden, zou tnen een man van het
regt noodig hebben: ziedaar de wet en de regter.
Was eenmaal de orde verzekerd, dan zou de eerste gedachte
zijn aan den arbeid, om zich de middelen tot levens
onderhoud te verschaffen
Er zouden kolonisten zijn, die een lui leven wilden
leidenanderen, die, de handen uit de mouw stekende, al
spoedig wat overgaarden: ziedaar dat verwenschte
kapitaal weêr.
Eenmaal zoo ver gekomen, zouden er bezitters en prole
tariërs zijn, conservatieven en revolutionairen en er zon
onvermijdelijk een worsteling ontstaan tusschen hen, dis
iets hebben en hen, die niets hebbenziedaar de crisis.
Op dat oogenblik zouden de conservatieve kolonisten
het geraden oordeelen de revolutionaire communalisten
naar een ander eiland, met vruchtbaren grond, te laten
overbrengen.
Wij laten het aan den vercuftigen lezer over de moraal
uit deze kleine fabel te trekken.
De Paus heeft in iiet geheel op zijti jubilé ontvangen
de som van 25 millioen francs.
Onder de pelgrims, die Pius IX met zijn jubrlé zijn
gaan complimenteren, waren ook 8 aristocratische damesI
uit V utzburg, die door een verloting 20,000 voor den
H. Vader hadden opgezameld.
Ook de ex-Keizerin Eugenie heeft een brief aan den
Paus geschreven met bijvoeging van een gift van 100,000 frs. i
De verschillende bijbelgenootschappen hebben in 18701
en 1871 aan de krijgvoerende soldaten uitgedeeld 1 milli-
oen bijbels.
LJenoemingen, enz.
De off. van gez. 3de kl. bij de zeemagt W. Schutte is, met
ingang van 1 Aug. a. s., bevorderd tot off. van gez. 2de kl.
Departement van Marine in Oost-In die. Benoemd: Tot
opziener bij de directie der fabr. voor de marine en het stoomw,
te Soera'oaija, de machinist bij het marine-établ. te Onrust H. A.
Jansens; tot machin. bij het marine-établ. te Onrust, de onderbaas-
smid en ketelmaker bij dat établ. P. O. Heijnen.
STATE.\-C«E\ERAAL.
Tweede Siainer.
Zitting van Maandag 26 Junij. De behandeling van het
wetsontwerp tot regeling der consulaire regtsmagt is aan de orde.
Door enkele leden, waaronder de lieer van Eek, wordt de aan
merking gemaakt, dat dit wetsontwerp eene groote mate van regts-
kennis onderstelt hij den consui, die soms niet eens onze taal
verstaat en met onze regtsbepalingen niet bekend is. Andere
leden en de ministers van Buitenl. Zaken en van Justitie verdedigen
de wetsvoordragt, er op wijzende dat de ervaring leert, dat Nederl.
onderdanen, tijdelijk buiten 's lands verblijf houdende, in ieder
geval liever de tussclieiikomst van den consul inroepen, dan zich
te wenden tot de vreemde regeringen. De minister van Buitenl.
Zaken verzekerde nog, dat hij een uitvoerig rapport verwacht van
den consul van Portsmouth, hetwelk hij, indien liet daarvoor geschikt
is, in de Staatscourant zal publiceren. Met de behandeling der
artt. is de Kamer tot art. 28 gevorderd.
Zitting van Dingsdag 27 Junij. Met de behandeling van het
wetsontwerp tot regeling der consulaire regtsmagt wordt voort
gegaan. liet ontwerp is ten slotte aangenomen met 50 stemmen
tegen 1 (die van den heer van Eek).
Zitting van Woensdag 28 Junij. De beraadslaging is aangevangen
over 't wetsontwerp houdende bepalingen omtrent den accijns op
bier en azijn. Art. 1 is aangenomen met 47 tegen 9 «temmen.
Op art. 2 is door de lieeren van Kuyk en Viruly een amendement
voorgesteld. Heden voortzetting.
Ned
onu
late
avo
veri
ong
reei
daa
Ho
Ziji
te
zoo
1
me
een
bar
ges
opd
lev
te
en
uiti
eet
B 11 T E IV L A D.
F r a n k r ij k.
De Fransche Lening van twee duizend millioen francs
was jl. Dingsdag avond reeds volteekend, zoodat gisteren
officieel is aangekondigd dat de inschrijving gesloten is.
Volgens eenige bladen hebben de inschrijvingen het cijfer
van vier milliarden bereikt; alleen Frankrijk heeft 2700
millioen ingeschreven.
Men berekent de schade tijdens het tweede beleg
van Parijs alleen aan de openbare gebouwen toegebragt
op 143,400,000 francs.
Over liet algemeen kan men zeggen dat de verstand
houding tusschen Frankrijk en Duitschland zoo wél is, als
men dat in de gegeven omstandigheden zou kunnen ver
wachten. In elk geval is zij oneindig boter dan die der
bevolking van de geannexeerde provinciën jegens haar
nieuwe //meesters."
Een sprekend bewijs.
Vddr eenige dagen vertelde een Fransch soldaat, te
Straatsburg, uit zijn krijgsgevangenschap in Duitschland
teruggekeerd, op de openbare straat aan eenige zijner
kennissen, wat hij zoo al in Duitschland had doorgestaan.
Men was er verontwaardigd over en beklaagde hem zeer.
Hij zelf werd opgewonden door de herinneringen die hij
opwekte en niet ver van zich verwijderd een Duitsch
soldaat opmerkende, ging hij op dezen toe en greep hem
bij de keel. Er ontstond een worsteling. Dadelijk snellen
van alle kanten burgers en soldaten toe. Wie zal hier
tusschenbeide komen? Allen in één oogenblik is de
gelieele menigte in een gevecht gewikkeld.
Men stoot en stompt eri slaat. Een regen van steenen
stroomt uit de omliggeiido huizen op de Duitsclie soldaten
een oud vrouwtje werpt hun kokend water op 't lijf; do
soldaten onthlooten de sabels en dringen de huizen binnen;
de deurj-n worden gerammeld, de vensters stuk geslagen
en eindelijk maakt men zich van de belhamels, waarvan
er -een ernstig werd verwond, meester....
Dit verhaal ontleent men aan de Duitsclie bladen, die
zeker van geen overdrijving verdacht zullen worden.
Integendeel; dagelijks beklagen zij er zich bitter over dat
de Straatsburger bevolking, ondanks alle op i!e meest
heuscbe wijze gedane vermaningen, doof blijft voor hun
stem en bij de minste gelegenheid de haat opwelt bij jong
en oud.
Nog kort geleden moest de directie van het Duitsch
gymnasium de hulp der politie inroepen tot bescherming
harer leerlingen tegen die van het Fransch Protestantsch
gymnasium.
Des avonds is geen Duitsch soldaat alléén veilig in de
straten. Voor twee dagen werden nog twee geweerschoten
gelost op den schildwacht op de lunet No. 53.... üp die
wijze is overwinnen toch ook niet zoozeer benijdenswaardig!
Onder de vreemdelingen, die genoemd worden als
krijgsbevelhebbers, bataillonskoinmaudanten, enz., in dienst
van de Commune te Parijs, vond men ook vermeld een