Benoemingen, enz.
B f I T E L A N I).
Beweg'ing-en van Zr. Ms. schepen in Nederl.
Oost-Indië, dato 15 Julij 1871.
Correspondentie.
Marine-IIaven INieuwediep.
Het proces der Commune-mannen.
'hn Schaamte, bij geval? Ik spreek niet eens van goeden naam.
I', Haar nu nog wat! Als die jongen nu voor zijn misdrijf geboet
tarti leeft, „gezeten heeft" is liet dan zoo'n wonder, als hij weer steelt,
1; liet precies om te misdoen, maar om weer in de gevangenis terug
nsai k keeren, waar hij, zoo als een zich uitdrukte, ten minste een
idon ''ac* en Soe(^ e'eu' el1 a"'j(' hater was dan op straat
i e zwerven en honger te lijden.
Is er nu geen middel te vinden om dit nomaden-leven tegen te
raan, waarin de ondeugd haar oorsprong heeft en de misdaad hare
escl iwcekschool?
[jerj Is er onder ons dan geen miss Rye of een heer van zulk een
]es:mcnschlievend karakter, die ons helpen zal de straten te zuiveren
bestca" '"e 0,1oc'ukkige wezens, wier lot het schijnt te zijn de wilden
i van Europa te vormen, maar duizendmalen ongelukkiger dan hun
koperkleurige broeders, aan wie de natuur verleent wat de ïnenscli-
ln0 Ifiil niet altijd geven kan.
l)e vraag, vyclke middelen daartoe aan te wenden zijn, mag wel
]lr|jilee(ls een grond van overweging uitmaken, zoowel voor de regering
ken#'s voor a"e an('eren-
Wat te doen tegen dit kwaad, daar bedelaarsgestichten niet vol-
C leende schijnen te zijn om het te weren, getuige het schrijven van
Pandbrieven, enz. om weder in de gevangenis terug te keeren.
'mei Gestichten, door bijzondere personen opgerigt, stellen zich veelal
ehetsn we' Soe(l gemeend, maar onpractisch doel voor, voornamelijk
J(j loor al te zeer zekere godsdienstige rigting op het oog te hebben;
il te zeer heeft de ondervinding geleerd, dat de meesten hunner
0Ve'erpleegden óf huichelaars worden en dan hun misdadige bcdoe-
sootingeu langs zekerder en bedekter wegen trachten te bereiken, óf
mbesehaamde schurken, die alle gevoel schijnen te hebben
■zaai afschud.
j Het wordt hoog tijd, dat doortastende maatregelen worden
°-ke !enomen om ^eze l"55' ^er maatschappij tegen te gaan, hetzij dan
v loor kolonisatie of andere middelen, welke de ervaring zal aan de
'e.rtand geven.
En zoo de philantropie niet genoegzaam het nut inziet om mede
t°c!jle werken, welnu, doe het dan uit egoïsme, want de maatschappij,
raeljja uw eigen huis wordt bedreigd, zoolang dit kwaad blijft bestaan.
1004 Doe liet uit egoïsme; ge hebt immers wat te verliezen, en weet
al| ;e wel dat de vijand tegenover u niets heeft, niets verwacht, en
®e langer hoe meer onverschillig wordt over de wijze, waarop hij
rerkrijgen zal wat hem ontbreekt."
aan
•iscl
de
De luit. ter zee 1ste kl. C. A. Bosch, de luits. ter zee 2de kl.
J. C. Commijs, jhr. J. C. L. von Schmidt auf Altenstadt, C. Vreede,
snij ff. J. Struick, B. de Groot, de off. v. gez. 1ste kl. W. C. A. Hajenius,
nou Ie off. van gez. 2de kl. O. H. Schröder. de off. van adm. 2de kl.
d V. J. Medenbaoh en de scheepsklerk W. I). J. Bezemer, allen die-
lende op het schroefstoomschip Willem, de eerstgemelde als lste off.,
worden, uithoofde der buitendienststelling van dien bodem, met den
5 Sept. a. s. op non-activiteit gesteld.
De luit. ter zee lste kl. ld. Dyserinck en de off. van gez. 2de kl.
Matak Fontein, heiden behoord hebbende tot de rol van het
iftn shroefstoomschip Citadel van Antwerpen, gestationeerd ter Kuste
wei m Guinea en van daar respect, den 31 Aug. en den 2 Sept. in
lederlaud teruggekomen, worden met die datums op non-act. gesteld.
Tot scheepsklerken bij de zeemagt zijn benoemd de jongelingen
am
ene
rallf
non
gd.
ondi
l vil
f. I. Rambonnet, D. M. van der Veen. J. F. de Meester, A. A.
leijnhens, J. S. C. F. Blankenstein en H. A. Engeringh.
De heer E. Verkouteren, kapitein hij het corps koninklijke scherp-
chutters te Rotterdam, is benoemd tot officier der Orde van de
Sikenkroon.
Dr. W. J. F. Nuyens is benoemd tot ridder der Orde van de
ndei Eikenkroon, ter erkenning, gelijk in het berigt zijner benoeming
ftiei vordt gezegd, der verdienste van zijne Geschiedenis der Neder-
dackjandsche Beroerten.
Benoemd tot bewaarder van de hypotheken, het kadaster en de
he''l eheepsbewijzen te Maastricht, de heer J. L. O. de Suarz, thans in
dezelfde betrekking te Hoorn,
aria i
te tl
is
ndci
ggfl
rdoddi
n...
coep
g et
a lm
daa
der<
wee
ho
er
iroa
i
wal
Lerer,
1 vi
maa
U 8
ogei
5 0!
letei
nu
i ki
ovet
•de»
F r a n k r ij k.
De krijgsraad te Versailles heeft vonnis gewezen in
e zaak der pétroleuses. Ter dood veroordeeld zijn de
vrouwen Retiffc, Suetens, Marchais en Pierre. Tot deportatie
eene vesting vrouw Papavoine en tot 10 jaren reclusie
vrouw Bocquin.
Het lijstje doorloopende van de pétroleuses, die te
ier i Versailles haar vonnis wachten, zien wij dat cte jongste 18
jaar, de oudste 74 jaar telt.
Achttien jaar! de leeftijd van de illusiën, van de kuische
liefde en van die onbegrensde spheer van geluk.
Vier en zeventig jaar de leeftijd, waarop men er aan
denkt, hoe het moede hoofd met do meeste gerustheid voor
teii,jg°ed neder te leggen.
Maar niets van dat alles! die Megera s docliteren, hetzij
zij 18 of 74 jaren tellen, droomen slechts van brandstich
ting en verwoesting.
Wat een voortreffelijke zaak toch, die Commune!
Te Sédan heeft men, gelijk van daar aan ie Nord-
Est geschreven wordt, den verjaardag van den noodlottigen
veldslag bij die stad (2 September) in diepe rouw herdacht.
Tot op den middag zijn al de winkels, koffijhuizen en andere
openbare plaatsen en de openbare gebouwen gesloten gebleven
en de bevolking, voorgegaan door den Raad der stad, heeft
te tien ure in de kerken der verschillende gezindten eene
gen plegtige lijkdienst ter nagedachtenis der in den omtrek van
Sédan gevallenen bijgewoond. Alle burgers droegen rouw
gewaad of teekenen van rouw.
Te Vincennes heeft den 1 September het volgende
plaats gehad:
Een jong bruidspaar naderde in een prachtige equipage
liet raadhuis, om hun huwelijk te doen voltrekken. Bij het
uitstappen scheurde ongelukkig de sluijer van liet sclioone
bruidje en de bruidegom had de onbeleefdheid van tusschen
1 1,1 de tanden te mompelen: „welk een domheid!"
Het bruidje liet zich geen woord ontvallen over deze
onheuschheid, maar toen de maire het saeramenteele
i/Neenit gij (dien of dien) tot uw echtgenoot?" vroeg,
antwoordde zij zachtjes en zeer onverschillig„neen
Men stelle zich liet gelaat van den ongalanten bruidegom
voor en van de getuigen.
Victor Hugo zal zich weder metterwoon te Parijs
vestigen. Hij heeft een reeks gedichten gereed, die onder
den titel van l'Annêe terrible uitgegeven zullen worden.
Eenige daarvan zijn reeds in de Rippel verschenen.
De Zwitsersche regering heeft geklaagd dat ze nog
geen sou ontvangen heeft van de verschuldigde 6 millioen
wegens het onderhoud van Bourbaki's leger, niettegenstaande
Frankrijk zich verbonden had die som in zes veertien-
daagsclie termijnen van een millioen af te doen.
Frankrijks inwendige politieke toestand wordt door
een caricatuur in Charivari met juistheid gekenschetst.
Deze caricatuur stelt voor een circus, in welks midden Thiers
over een gespannen koord op eon vélocipède rijdt Iïij houdt
zich in evenwigt door een buitengemeen grooten balanceer
stok, aan welks beide einden „linkerzijde" en „regterzijde"
staat geschreven. In de eerste loge der toeschouwers zit
Frankrijk en applaudiseert met verbazing.
Engeland.
In den nacht van verleden Vrijdag op Zaturdag zijn 76
der 370 paarden van het 2de regiment dragonders, hetwelk
van Colchester op Aldershot op marsch was en op de
Cove-weide bivakkeerde, door een hondgeblaf verschrikt,
plotseling losgebroken en hebben zich in alle rigtingen
over de landstreek verspreid. Spoedig waren ze allen
opgevangen. Zes liaddeh zich echter zoodanig bezeerd, dat
zij moesten worden afgemaakt.
D u i t s c li 1 a n d.
Op den verjaardag van den slag van Sédan heeft Keizer
Wilhelm den minister von Roon hij telegram nog eens
gefeliciteerd en hem twee kanonnen als souvenir aan
geboden.
Keizer Wilhelm is met Prins Bismarck gisteren te
Salzburg aangekomen. De Keizer van Oostenrijk ontving
hem. Beide Keizers hebben gedurende een kwartier eene
bijeenkomst gehad, 's Avonds had in hot keizerlijk kasteel
een groot diner plaats.
Te Keulen heeft hot Zondag zoo hevig geregend,
dat eenige straten er een paar voet onder water stonden.
Prins Alexander der Nederlanden, kapt.-luit. H. P. Klerck,
Prinses Amelia, kapt. J. E. Buys, van Speijk, kapt. J. M. I. Brutel
de la Rivière en roeikanonneerboot n°. 14, luit. 2de kl. W. J. van
Iloogenhuyze, wachtschepen te Batavia, Soerabaija, Macassar en
Samarang. Djambi, kapt. .1. F. Koopman, ligt te Batavia be
schikbaar voor de dienst. Guraqao, kapt.-luit. jhr. M. W. Bowier,
op reis naar Australië. Yesuvius, luit. lste kl. J. A. Greve,
wordt te Soerabaija verwacht ora nagezien te worden. Marnix,
kapt.-luit. W. Enslie, gest. in de wateren van ltiouw en Linga.
Coehoorn, luit. lste kl. W. J. Adams, gest. ter VV.kust van Borneo.
Aart van Nes, luit. lste kl. P. J. D. Breukelman, ondergaat te
Soerabaija eenige voorzieningen. den Briel, luit. lste kl. G. C. C.
Thierens, gest. in de wateren van Celebes. Maas en Waal, luit.
lste kl. J Spanjaard, gest. ter W.kust van Sumatra. Ardjoeno,
kapt.-luit. M. O. dc Kanter, ligt te Soerabaija beschikbaar voor de
dienst. Amsterdam, kapt.-luit. A. W. Keuchenius, ligt te Batavia
beschikbaar voor de dienst. Cycloop, kapt.-luit. C. A. W. Hal
verhout, gest. in de wateren van Celebes. Sumatra, luit. lste kl.
P. J. Rosenwald, gest. in de wateren van Riouw en Linga.
Borneo, luit. lste kl. W. F. de Iiruyn Kops, gest. in de Moluksckc
wateren. Banka, luit. lste kl. J. Tromp, gest. ter O.kust van
Sumatra. Timor, luit. lste kl. G. W. C. Voorduin, gest. in de
wateren van Menado. Suriname, luit. lste kl. W. J. S. de
Kanter, gest. ter Z. en O.-afd. van Borneo. Madura, luit. 2de
kl. P. J. Zaal, tijdel. komra., ondergaat te Onrust eenige voorzie
ningen. Onrust, luit. lste kl. E. IS. Bonn, gest. ter Z. en O.-
afd. van Borneo. Admiraal van Kinsbergen, luit. lste kl. K. O.
van der Veen, gest. ter Z. en O.afd. van Borneo. Stavoren, luit.
lste kl. C. L. van Woelderen, ligt op het terrein der opname ter
O.kust van Sumatra.
J. zoude liet zeer wenschelijk vinden, dat ook in het zoogenaamde
Land eene brievenbus werd geplaatst, bijv. aan het station, evenals
men dit in de meeste steden, welke aan een spoorvveglijn liggen,
liet geval is. Het Land toch is een der meest bevolkte en uil-
gestrektste gedeelten dezer gemeente; daar zijn de bewoners altijd
genoodzaakt naar het Postkantoor te loopen. Hij hoopt dat de
aandacht der postadministratie, van wier goede bedoelingen hij
overtuigd is, hierop gevestigd zij.
Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Grooto Vaart
Aankomst. Vertrek. Schip. Gezagvoerder. Bestemming.
31 August. 6 Sept. AlettaAugusta. J.A.TiuhoIt. Samarang.
2 Sept. 6 Sept. Vice-Adm.May. J.K.Annokkee. Batavia.
5 Sept. 7 Sept. Bestevaêr. P.C.Rosier. Bat.viaNewcastle
Per Aletta Augusta mevrouw Diepenhorst en dochter; per Vice-
Adm. May de heer B. Winters, eclitgenoos, 3 kinderen en baboe,
1'. .1. Prcvost, .1, W. Schlimmer Jr., mevr. J. C. Westerman en
kind, jongelieeren L. M. en C. F. Joosten, jongejufvr. S. E. Joosten.
Binnengekomen Koopvaardijschepen Groote Vaart.
Biunenk. Schip. Gezagvoerder. Cargadoor. Herkomst.
5 Sept. Cuba Paeket. K. Ouwehand.* v.d.Brugh&Co. Havana.
5 Franciska. II. T. Bersagel. Amons Co. Odessa.
G Roycroft. G. Me. Gray. van Vliet Co. New-York.
G Guido. A. Gelleticli. Order. Enos.
*IIeeft vijf dagen quarantaine ter reede gelegen.
Weerkundige Waarnemingen te Helder (Landskeet).
September j
Uren. 1
Windrigting
en
Kracht.
Barometer
mm.
Thermometer
C.
Vochtigh.
procent.
Toestanp
van
de
zee.
Stand. Al'w.
Stand.
Aftv.
6
12
o. 0.7k.
1
765.80,1 4.88
19.0
f 0.9
0.72
Vlak.
7
8
z. 0.3„
7 60.G71— 0.26
18.0
f 2.0
0.98
n
7
12
zwtw. 5
761.52|f 0.59
19.8
t 1-8
0.88
Slechtiv.
Weersgesteldheid: 6Sept.l2u. Helder, ligtbewolkt, schoonweer.
7Sept. 8u. Losbewolkt, regenbuijig, goedwecr
7Sept.l2u. Losbewolkt, goedweer.
Bij liet afdrukken dezes hadden wij liet telegram der
Schager markt nog niet ontvangen.
(Vervolg.)
In de zitting van 9 Augustus lieeft slechts één der getuigen, de
gevangenbewaarder Cabot, stellig verklaard, dat Ferró liet executie
peloton op den 24sten Mei heeft aangevoerd; de overige getuigen
hebben enkel verklaard, dat men bun gezegd had, dat Ferré zicli
dien dag in de gevangenis van la Roquette bevonden had. De
getuigenissen omtrent de handelingen van dien beschuldigde, toen
li ij den 27sten Mei .la Roquette bezocht, zijn eenigzins tegenstrijdig
geweest. De getuige Pinet, een der wakkere gevangenbewaarders,
aan wie de in het leven gespaarde gijzelaars veel te danken hebben
gehad, heeft echter ten stelligste verklaard, dat Ferró hein op
laatstgenoemden dag gelast had, de gijzelaars, die de dagen van
24 en 26 Mei overleefd luidden en zich nog in hunne cellen op
de bovenverdiepingen bevonden, naar beueden te doen komen.
„Was ik (voegde Pinet er bij) zwak genoeg geweest, aan dien last
te voldoen, dan waren de ongelukkigen gewis verloren geweest
„Heeft de getuige (vroeg Ferré) mij wel goed herkend?"
„Voorzeker heb ik u herkend(hernam Pinet). Gij hielilt een
revolver in de hand, dien gij met heftigheid in liet rond zwaaidet.
Ik heb mij slechts met moeite kunnen weerhouden om mij op u
te werpen, uw wapen aan u te ontrukken en er u de hersenpan
mede te verbrijzelen." Ferró heeft getracht, uit de verklaringen
van dezen getuige te bewijzen, dat de Commune ten onregte was
beschuldigd geworden van de veroordeelde misdadigers, die in la
Roquette gevangen zaten, in vrijheid gesteld en gewapend tc hebben,
en aan te toonen, dat een en ander door Pinet en andere der
Commune vijandige suppoosten geschied was; dit is hem echter
niet gelukt. Een ander getuige, een loodgieter, die den 24 Mei
in la Roquette werkte, en die het executie-peloton in die gevangenis
had zien aankomen, heelt verklaard, daarbij niet Ferré, maar wel
Ch. Lullier opgemerkt te hebben. De gewezen directeur van la
Roquette, Francais, lieeft verklaard wel een schriftelijken last tot
afgifte van gijzelaars ontvangen te hebben, die, behalve door Rigault,
ook door Ferré onderteekend was, maar dezen laatste voor het
eerst den 26 Mei in de gevangenis gezien en toen van hem ver
nomen te hebben, dat het in omloop zijnde gerucht, volgens hetwelk
de Commune la Roquette in brand wilde doen steken, ten eenenmale
onwaar was. Ferré had hem toen zelf dringend verzocht om
alle pogingen, welke tot dat einde mogten worden aangewend, te
verijdelen.
Na den afloop van het getuigenverhoor in de zaak van Ferré,
is het verhoor van Assi aangevangen. Deze, de bekende agitator
bij de grèves van Creuzot, heeft na de revolutie van 4 September
eerst bij de guerilla van Ile-de-France en vervolgens bij het 192ste
marseh-bataillou der Parijsehe nationale garde als luitenant gediend.
Den 17 Maart reeds tot bataillons-kommandnnt bij die garde op
geklommen, werd hij dadelijk na het uitbarsten van het oproer tot
gouverneur van het Parijsehe stadhuis en tot kolonel bij de garde
benoemd, in welke hoedanigheden hij veel tot liet gelukken der
oproerige beweging bijdroeg. In de acte van beschuldiging is hem
o. a. ten laste gelegd, dat hij, zoowel vóór als na zijne arrestatie
(op last van het Comité van Algemeen Welzijn) op 1 April, tot
bijna al de door de Commune uitgevaardigde decreten, en met
name ook tot die, welke op de vernieling der Vendöme-Kolom en
op de executiën der gijzelaars betrekking hebben gehad, mede
gewerkt heeft. Dat hij in de hem opgedragen betrekking van
directeur voor dc fabricatie der oorlogs-ammunitie de vervaardiging
heeft bevolen der petroleum-boinmen, die Parijs in brand hebben
gezet, en den aanmaak heeft gelast van sulfate de carlone, de
sterkst ontplofbare stof, welke tot dusver bekend is; dat hij door
dit een en ander tot de voornaamste leiders en ijverigste werk
tuigen van het oproer heeft behoord; dat hij aan al de gruwelen
der Commune de hand geleend en al zijne krachten ingespannen
heeft om liet gouvernement, hetwelk Frankrijk zich zelf gegeven had,
omver te werpen.
Assi heeft op de openbare teregtzitting ontkend, dat hij zich den
18 Maart in de Rne des llosiers, het tooueel van den moord der
generaals Lecomte en Cl. Thomas, bevonden of aan den krijgsraad
deelgenomen zou hebben, waarin tot de executie dier officieren
besloten is. Hij heeft echter geenszins ontkend tot de leiders van
het Centrale Comité, het eerste bestuur der beweging van 18 Maart,
behoord te hebben en tot krachtig verzet te hebben aangezet, over
tuigd gelijk hij was, dat anders de nationale garde, even als den
2 December 1851 en detail zou zijn omgebragt." „Men wilde
(zeide hij) de nationale garde ontwapenen, en die schande moest
voorkomen worden." „Door aan een van koogerhand gegeven
last te gehoorzamen (zeide de president), kon men gcene schande
beloopen." „Men lieeft ons (hernam Assi) in Belleville en
Montmartre aangevallen; wij moesten ons toen wel te weer stellen."
„Tegen wien? Tegen een wettig gouvernement?" „Wij konden
een gouvernement niet als wettig erkennen, dat, terwijl de Pruissen
nog aan de poorten van Parijs stonden, na het leger reeds te
hebben laten ontwapenen, ook de nationale garde tot het afgeven
harer wapenen wilde dwingen." „Dat gouvernement was echter
door geheel Frankrijk als liet eenige wettige en regtmatige erkend.
„De Vergadering te Bordeaux was niet...." „Geene discussie
over zulke zakeu! Er bestond een wettig gouvernement en daaraan
hebt gij den oorlog verklaard." „Neen, wij werden aangevallen,
en wij hebben ons verdedigd." Assi beweerde voorts, dat hij
voor geen anderen maatregel van vernieling gestemd had dan voor
de omverwerping der Vendome-Kolom. „Ik neem dit voor een
oogenblik aan (zeide de president)maar hebt gij tegen de overige
vernielings-decreteu, hebt gij tegen het decreet omtrent de
gijzelaars geprotesteerd?" „Ik heb niet geprotesteerd? De
president noemde dat decreet eene lafhartige en laaghartige handeling,
daar het de oefening van weerwraak jegens onschuldigen gelastte.
„Ik betreur liet ten diepste (zeide hij), dat er eene vergadering van
Franschen is kunnen gevonden worden, die voor zulk eene wet
lieeft kunnen stemmen." Assi heeft nu en dan met vrij veel
welgevallen uitgeweid over zijne vele en gewigtige verrigtingen als lid
van liet Comité, in welke betrekking „hij aan meer dan dertig secre
tarissen werk verschafte," en als directeur voor de ammunitie; hij
heeft eeliter beweerd, niet gelijk een getuige verklaard had, drie
kilogrammen, maar slechts 300 grammen sulfate de carbone
te hebben doen aanmaken, en wei enkel om zekere proefnemingen
te doen. Hij had die bovendien niet eens doen at halen, omdat
hij zijne plannen gewijzigd had.
Terwijl voor den 3den krijgsraad te Versailles het geding tegen
de Parijsehe Commune gevoerd werd, is voor den 4den krijgsraad
aldaar gelijktijdig de zaak behandeld van Jean Roques, gewezen
maire der aan de westzijde van Parijs gelegen gemeente Puteaux,
die in Mei jl. op last van den generaal Laveaucoupet is gearresteerd
als beschuldigd van met dc insurgenten geheuld, hun geweren,
geschut en ammunitie verschaft, het ter aarde bestellen der lijken
van de gefedereerilen op de begraafplaats zijner gemeente toegestaan
en de begrafenis der gesneuvelden van het leger van Versailles
daarentegen geweigerd te hebben, enz. Roques heeft de meeste der
hem te laste gelegde feiten tot liet einde toe ontkendmaar de
verliooren der getuigen zijn zóó bezwarend voor hem geweest, dat
hij Donderdag door den krijgsraad schuldig verklaard is aan poging
tot omverwerping van het gouvernement en aan nog eenige andere