Marine-Haven Nieuwediep. SCHAGEtt MAliKT van HEDEN? p )Uwd ir in nigte ndag :cmd i bul weest was eene van ;heid 1 kilo t, dat :t hc: ederl 1 dei i uit eers nder doei indei geen ndig bruil t ete ■den, .1 ij. voe die 2de li Itkain "P laatsl resps Schol orkei ïid vermogen bezit. Zijn neef, de een der meest gevierde redenaars hoort en een kolossaal markies van Athol, is van het Hoogerhuis. Engeland. Had Engeland reeds zijn afschaffersbond ten einde het volk zijn bier te ontnemen, dezer dagen kwamen te Manchester de zoogenaamde „planteters" bijeen, wier belange loos streven is bet gebruik van vleesch en dierlijk voedsel af te zweren. De voorzitter, prof. Newman, zeide o. a., dat de groote meerderheid van bet Engelscbo volk eten cn drinken beschouwt als iets genotrijks; als een soort belooning, die na den arbeid mag volgen. Dit was een schromelijk dwaalbegrip. Eten en drinken was, wel bekeken, niet veel meer dan een noodzakelijk kwaad en moest derhalve binnen de engst mogelijke grenzen beperkt worden. De tijd naderde, zeide de voorzitter der planteters, dat niemand meer leven om te eten ieder slechts eten om te leven zou en dat lekkerbekken cn slagters tot liet onbeschaafd verleden zouden behooren. Zelfmoorden en kindermoorden schijnen in Engeland met den dag toe te nemen. Een geestelijke heeft zich, in een geval van melancholische ziclsvcrbijstering, in het bijzijn zijner vrouw met een scheermes den hals afgesneden. Een vrouw van een werkman heeft hare twee kinderen geworgd. Zij had aanvallen van krankzinnigheid, doch nog nimmer teekenen gegeven, dat hare verstandelijke vermogens gekrenkt waren. Dit schijnt echter vermoed te worden, daar zij hare kinderen eerst in de beste kleederen gestoken en na den moord zich zelve ook gekleed had. In zeer armoedige omstandigheden is dezer dagen te Londen oen zonderling gestorven. De man, vóór 30 jaar- schoorsteenveger, was toen smoorlijk verliefd geraakt op Koningin Victoria. Herhaaldelijk hadjj hij zich door de schoorsteenen laten afglijden, om in het paleis van St. James te komen. Op zekeren dag nam men hem gevangen, maar naauwelijks was zijn straftijd om, of hij volgde de Koningin weder waar zij ging. Ten laatste expediëerde men hem naar Australië. Vandaar keerde hij nu 5 jaren geleden terug, en nu sleet hij zijn laatste levensjaren in een zeer armoedig slop, maar dat. hij bij voorkeur gekozen had tot zijn verblijf, omdat bet de Queens lane was. Onlangs liep liet gerucht, dat de Koningin zou zijn overleden liet kwam ook hem ter oore en trof den ongelukkigen man (Edward 4 j"v' Jones was zijn naam) zóó diep, dat hij onmiddellijk dood bleef. De bekende Miss Rije vertrekt weer van Liverpool naar Amerika, met niet minder dan 130 verwaarloosde meisjes, die ze in Canada, zooals ze dat vroeger meer malen met succes deed, goede diensten wil bezorgen. Ditmaal heeft ze ook eenige vrouwen medegenomen. Men wil te Portsmouth eeii gedenkteeken oprigten ter eere van Charles Dickens. De burgemeester heeft 111 1 voorgesteld door een nuttige stichting den naam des schrijvers zijn geboortestad te vereeuwigen. Dit wordt ook dooi de Daily News goedgekeurd. Een groot wijsgeer van de oudheid, zegt dit blad, door zijn medeburgers gevraagd, hoe hij na zijn dood verlangde herdacht te worden, verzocht, bngi dat elk jaar, op zijn sterfdag den kinderen een feest zou jegeven worden. Zulk huldeblijk zou ook de schim van Dickens aangenaam wezen. De groote humorist, de warme kinder- en menschenvriend had weinig op met filantropische inrigtingen, 't allerminst met weeshuizen en liefdadigheids gestichten. In strijd met alle grondbeginselen van beschaving en opvoeding, kwam hij er rondweg voor uitdat hij liever een idioot gelukkig zag in het groene gras, dan een wijs man blokkend en peinzend in de sombere studeercel: alsof niet sombere studeercellen de broeikassen geweest zijn, vanwaar alle groote gedachten en uitvindingen zijn uit gegaan! Maar, Dickens was geen denker. Juist in zijn zwakheid als denker, in zijn onwil of onbekwaamdhaid tot denken over éénige ingewikkelde maatschappelijke of wijs- geerige kwestie juist daarin lag een der oorzaken van og g. zijn tooverkracht als novellist en humorist. IVare hij een denker geweest, we zouden de liefste van zijn vertellingen gemist en weinig of niets ter vergoeding ontvangen hebben. Daaromzijn werken te toetsen aan de geijkte leerstukken van staathuishoudkunde en zielkunde, wave even dwaas, wanneer men de waarde der fabelen van Esopus of Lafontainc ging schatten naar de juistheid van hare zoo- ologische beschrijvingen. Dickens predikte eenvoudig een evangelie van blijheid en humaniteit. Zijn droombeeld, zijne :esde utopie zou een wereld geweest zijn, waar alle armen wcl- tstaai gevoed, welgekleed en welgemoed in hun eigen huisje d nederzatenwaar alle haardsteden zindelijk, alle huismoeders e wi knap en goed gehumeurd, alle kinderen vrij en vrolijk restu waren. „Wees gelukkig en ge zult deugdzaam zijn," zóó luidde Dickens blijde boodschap. Een goede, een waarachtig blijde boodschap was 't, heel wat beter dan de omgekeerde formule. Men rigte dan te Portsmouth geen ichool op! Wij zullen eerstdaags, dank zij onze nieuwe wetgeving, scholen in overvloed hebben. Een hospitaal, oen asyl voor arme kinderen, indien men ten minste de mogelijkheid voorop stellen mag, dat koude routine in zulk cene inrigting niet spoedig alle vreugde en humaniteit ver stikken zou, zoo iets, misschien, zou de kleinen den naam huns edelen vriends dankbaar doen gedenken. Ont- breken tot zulk eene stichting de middelen, zoo vergenoege men zich met een eenvoudige obelisk in 't volkspark. Een maal iterie en tl aai 11)9 wari ag d iorraa ■aart raai, aiteia isklei :id er, i staal ijft o an h •aart jemt port Pari kleii n wi daa: r va llend ntiei oudig! Ja, wat men doe, men doe 't eenvoudig. Want eenvoud kenmerkte den man. „Jongens," zoo besloot Dickens zijn korte toespraak tot de arme knapen op het schoolschip in de haven van Boston, „jongens, doet je pligt en maakt er geen drukte bijDe burgers van Portsmouth mogen 1 wlfzich die woorden in 't geheugen prenten. Ze zullen dan den gevierden doode vereeren in waarheid en eenvoud, zonder er „drukte bij te maken." Duitscliland. De reusachtige olifant in de diergaarde te Keulen overleed dezer dagen aan verval van krachten. Het dier, zy" dat voor den prys van 6000 thaler indertijd was aangekocht, e i" had den ouderdom van 180 jaren bereikt. Zijn trouw, zijn welwillendheid, zijn zachtaardig gemoed worden ten hoogste geroemd. Voor 600 gulden is zijn stoffelijk overschot door de directie van het anatomisch kabinet te fieidelberg aangekocht. In het begin van dit jaar, in de maand Februarij, is melding gemaakt van liet voorval, dat een jong meisje, de uniform dragende van vaandrig bij het Pruissisclie leger en zich uitgevende als Heinricli von Werder, te Conitz was ontdekt en deswege met eenige maanden gevangenis was gestraft. De veroordeelde, Bertha Weisz geheeten, werd in Julij jl. uit de gevangenis ontslagen en sedert heeft men, tot vóór weinige dagen, niets meer van haar vernomen. Thans echter bevindt zij zich op nieuw in de gevangenis en we wegens het plegen van de volgende feiten. Om streeks het einde van Julij jl. vroeg een jongman van zeer gunstig uiterlijk om den prior van liet klooster der Barm hartige Broeders te Breslau te spreken; onder voorgeven dat hij de profane wereld wensclite te verlaten, om zich geheel en al aan de godsdienst te wijden, deed de jonge ling het voorstel om als nieuweling in het klooster te worden opgenomen. Uit de overgelegde papieren bleek, of moest blijken, dat hij, Otto von Wess, geboren was te Capelle bij Coblentz. Zijne bescheidenheid, zijn ootmoed en de zucht, door hem aan den dag gelegd, om de zondige o fc> o wereld te ontvlieden, namen den achtenswaardigen geeste lijke zoozeer voor hem in, dat hij terstond aan zijn verzoek voldeed en zijn proefjaar onmiddellijk deed ingaan. Gedurende vier maanden gedroeg hij zich voorbeeldig, zoodat de prior en de overige bestuurders van het geestelijk gesticht ten hoogste over hem tevreden waren. Des pclitends van den 16 dezer verscheen de jongman Niet ter bestemder plaatsemen maakte zich ongerust en begaf zich onverwijld naar zijn cel. Tot niet geringe verbazing der beangstigde bezoekers was het voorwerp hunner zorg ver dwenen en met hem waren afwezig twee prachtige gouden horologiën en eene niet onaardige som gelds, vele klee- dingstukken en andere voorwerpen van waarde. De berigtgever deelt verder mede, dat de kloostergees telijken hebben verklaard, dat de fijne bedriegster gedurende haar verblijf in het gesticht zich voorbeeldeloos heeft ge dragen en gedurende dien tijd niet de geringste aanleiding tot klagten heeft gegeven. Jl. Dingsdag is het hof-theater te Darmstadt totaal afgebrand. Men gelooft dat de brand is ontstaan door onvoorzigtig- heid bij het opsteken van het gaslicht. Althans de lampenist wordt vermist en is waarschijnlijk in de vlammen omgekomen. Rusland. Het te St. Petersburg gevestigde bestuur der Maat schappij tot heil der gevangenen heeft dezer dagen, met goedkeuring van het keizerlijke gouvernement, een prijs van duizend gouden dukaten uitgeloofd aan dengene, die haar vóór 1 September 1872 de beste beschouwing en beantwoording levert van deze twee vraagstukken: 1. de beste inrigting van landbouw-koloniën, geschikt tot tuchti ging en verbetering van jeugdige misdadigers en tevens kunnende dienen om van hen bekwame landbouwers en alzoo nuttige burgers te maken; 2. de beste inrigting van liet patronaat over ontslagen gevangenen, dat is van ver- eenigingen die eerlijke bestaanmiddelen voor ontslagen ge vangenen zoeken en zich hunne maatschappelijke rehabilitatie ten doel stellen. De verhandelingen ter beantwoording dier prijsvraag, zullen in liet Russisch of in eenige andere hoofdtaal van Europa opgesteld moeten zijn. De prijs zal worden toegewezen door eene commissie, zamen te stellen uit leden van het bestuur der bovengenoemde maatschappij, uit hoofdambtenaren der Russische departementen van algemeen bestuur, alsmede uit gelastigden van hoogescliolen en geleerde genootschappen. Amerika. Blijkens de berigten uit New—York van 9 Oct. was liet zeventiger-comité onvermoeid en met aanvankelijk goeden uitslag werkzaam voor de taak, waartoe het door de gegoede burgerij der stad was ingesteld en gekozen, de taak namelijk om de stedelijke kas voor nieuwe plunderingen te behoeden en de schuldigen aan de reeds gepleegde plundering de verdiende straf te doen ondergaan. Het comité had in de laatste dagen zoo vele bekentenissen en getuigenissen ont vangen dat zijn bureau, gelijk een berigtgever zegt, het voorkomen kreeg van eenen biechtstoel, alwaar ieder persoon met een bezwaard geweten verligting ging zoeken. Als een gewigtig feit, gebleken door de volkstelling Tan liet jaar 1870, wordt door een Amerikaanschen corres pondent der Londensclie Times medegedeeld, dat nagenoeg een tiende van de tegenwoordige bevolking der Vereanigde Staten bestaat uit personen die in Ierland of in Duitscliland geboren zijn. - Blijkens berigten uit Chicago, dd. 14 dezer, verrijzen aldaar alom op de twee duizend acres puinhoopen huizen. Overal komt de geestkracht der burgers aan den dag. De Tribune, een in die stad uitkomend dagblad, behelsde den 13 dezer een en twintig kolommen vol advertentiën, houdende aankondiging van verandering of van verplaatsing van kantoor of winkel, van nering of bedrijf. Een berigt uit Holland, de nederzetting van Nederlanders op den oostelijken oever van het Michigan-meer meldt, dat die plaats door brand als weggevaagd was. In Indiana is een luchtreiziger op een allernood- lottigste manier om het leven gekomen. Bij gelegenheid van een landbouwkundige tentoonstelling zou hij in gezelschap van een dagbladredacteur opstijgen. Op het oogenblik dat zij in het schuitje wilden klimmen, braken de touwen, die den ballon aan de aarde verbonden. Ongelukkig grepen beide mannen onwillekeurig een nederhangend eind, en gingen aldus met den ballon mede de hoogte in. Op een hoogte van 30 voet gekomen, liet de redacteur los en kwam gelukkig zonder kwetsuur op aarde neder, doch nu vloog de ballon met den luchtreiziger, die met beide handen aan een touw hing, pijlsnel naar boven. Hij poogde langs een eind naar liet schuitje te klimmen, docli te vergeefs. Ein delijk begaven hem zijn krachten en moest hij loslaten. Duizenden menschen zagen toen den man wentelend en buitelend van een hoogte van 3000 voet naar beneden vallen. Met de voeten omhoog kwam hij op den grond, liet hoofd werd dadelijk tot brij verpletterd, de grond kreeg een indruk van 1 voet diepte en liet ligcliaam sprong 4 voet terug. Zijn vrouw en kind waren onwillekeurig ge tuigen van zijn vrecselijk uiteinde. In het begin dezer maand is in Salt—Lake—City de jaarlijksclie zitting der synode van liet kerkgenootschap der Mormonen geopend. Brigham Young, liet opperhoofd van den Mormonen-staat in Utali, kon de vergadering bijwonen hoewel hij in staat van geregtelijke vervolging verkeerde, daar hij door den regter onder borgtogt op vrije voeten gelaten was; bij hield cene predikatie en besloot ze, naar gemeld wordt, met deze woorden, die weinig vooruitzigt op eenen vreedzamen afloop van liet regtsgeding tegen de veelwijverij gaven „De ambtenaren van het eedgenootscliappelijk gouver nement, die ons thans vervolgen, zijn werktuigen in de hand van den booze, zendelingen van den duivel, uitgezonden tegen 's Ileilands kerk van Heiligen van den Jongsten Dag. Gods vloek zij op hen! Vertrouwt op God; maar zorgt tevens dat uw buskruid droog en uwe patroontascli gevuld zij. Amen. Al de aanwezigen herhaalden het amen, en gaven door handgeklap hunne instemming met des sprekers eigenaardig vertrouwen op God te kennen. Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Grooto Vaart Aankomst. Vertrek. Schip. Gezagvoerder. Bestemming. 10 Oct. Hoseali Kich. 11. W. Vierce. Batavia. 2*1 21 Oct. Mizpab. T. Young. Messina. Binnengekomen Sohepon bestemd hvnne lading in do Binnenhaven te lossen. Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor. John Hullett. D. Davison. Sundcrland. Stceuk. Duinker&Goedk. Eiiz.Taylorson. R. P. Hooper. Newcastle. Susannh. W. SherriiT. Commodore. T. Barrow. C. Berghuijs. Azoff. G. Moy. Bunnymede. J. Gibson. Sunderland. van Vliet Co. Maglona. B. Podds. Seahara. ZurMühlen&Co. Lympha. H. Wang. Brammen. Hout. Arnons Co. PER TELEGRAAF. 5 Paarden f 35 a 70 Ossen -160 a220 Stieren - 90 al20 Gelde-Koeijen - 90 a210 330 Kalf-Koeijen -200 a270 Vaarzen - 90 al20 Hokkelingen - 10 a 60 Nueht.Kalveren - 9 a 17 VetteRammen - 35 a 90 1060 Schapen - 16 a 11 Lammeren f 17Ja 21 4 90 Bokk. enGeiten - l^a Magere Varkens- 7 a 4 12 5 70 Eenden c. 50 Kippen - 10 allO Boter per kop -110 «120 Kaas per K.G. - 30 a 10 Kip-Eijcren per 100 -400 a450 Eend-Eijeren - a Iets over de werklieden van Parijs. De Parijsche corres pondent van de Times, zegt het Handelsblad waaraan we de volgende bijzonderheden ontleenen, die den toestand der nijverheid in Frank rijks hoofdstad grondig onderzocht heeft, vernam van de voornnamste industrieëlen van Parijs, welke belangrijke plaats de Duitsche werklieden aldaar vervullen. De woorden van deze industrieëlen verdienen alle aandacht. Er ziju toch een twintigtal huizen in Parijs, welke aan het hoofd staan der nijverheid. Zij doen niet altijd de grootste zaken, doch zij stellen der nijverheid de wet, doordien zij de leiders der mode zijn. Zij creè'eren volgens de uitdrukking der Parijsche werk lieden en hun invloed heeft vaak verandering, verbetering of renaissance in schilderkunst, beeldhouwkunst en vooral in bouwkunst te weeg gebragt. Het huis Barbedienne geeft voor bronstverk de mode aan; Froment-Menrice voor goudwerk en juweelen, Christojle voor nieuw zilver, cn du9 zijn er een 18tal andere huizen, die de markt de wetten stellen. Zij gebruiken de beste werklieden, geven de beste loonen en hunne ateliers zijn niet alleen werkplaatsen, manr tevens kunstscholen, waar leerlingen worden opgeleid, die 's mees ters methode overal toepassen. Het waren de hoofden dezer indnstricele aristocratie, welke de Timcs-correspondent raadpleegde. Ziehier de schets van een ge sprek, dat hij met een hunner voerde. Be correspondent. Wat is uw ïnccning aangaande dat gebrek aan werklieden, waarover de radicalen in hun rapport (de nij verheid kwijnt, de werklieden lijden honger, ellende en jammer dreigen van alle zijden, zoo heette het o. a. daarin) klagen, en over de soort van wapenstilstand met de gevangene communards, welke zij wenschen, dat de regering sluite, opdat aan de nijverheid de ontbrekende handen teruggegeven worden? Be fabrikant. Dit rapport heeft in ons oog geen waarde, daar wij de beweegredenen kennen, welke de radicalen gehoorzaamd hebben. Hunne berekeningen zijn onjuist, en zij vergissen zich wanneer zij verklaren, dat de Duitsche werklieden alleen voor ruw werk gebezigd werden. Zij waren vaak de beste werklieden in rijtuigfabrickcn en bij laarzen- en klcedermakers cn schrijnwerkers. Zoo zij niet altijd het fijnste werk leverden, was hun werk echter altijd het degelijkst en sterkst. De pianofabrieken gebruikten schier uitsluitend Duitsche werklieden. Daarentegen waren die takken van nijverheid, welke met de kunst te maken hebben, bijna geheel voor hen gesloten, wegens het voortreffelijke werk onzer eigene werk lieden. Over het algemeen hebben wij thans grooter behoefte aan Duitsche dan aan Fransche werklieden. Dc gevangene werklieden toch, en zij die bij den opstand omkwamen, waren volstrekt onze beste werklieden niet, zij behoorden voor het meest tot youeppeurs, zoo als wij in Parijs de werklieden noemen, die drie dagen der week arbeiden en de vier andere dagen doorbrengen met het ver diende geld te verteren. Het grootste aantal bestond uit ruwe kerels en slechte werklieden. Zij hadden slechts enkele werklieden onder zich, die tot de fijnere lakken van nijverheid behoorden, doch niet écn van de hoogste klasse. Be correspondent. Gij spreekt van de manschappen der Commune, doch hoe stond het met de aanvoerders? Be fabrikant. Ik spreek even goed van de aanvoerders als van de mannen. Onder deze luatsten waren er zeker eenigen, die voor de Commune vochten ter wille van de soldij, die verhinderde dat zij van honger stierven, doch zij maakte slechts een kleine minder heid uit. Wat de aanvoerders betreft, die in mijn oog diep schuldig waren, zij behoorden grootendeels tot de werklieden, die niet arbeiden, tot de ontevredene kerels, welke men in de Fransche werkplaatsen vindt en die, omdat zij niet de plaats en den rang verwerven, welke zij beoogen, altijd rusteloos zijn cn hun werk of slecht, of in het geheel niet doen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1871 | | pagina 3