Benoeming'en, enz.
B U I T E X L A M l).
voldoen, daar hij meende dat de kleederen te duur waren
genoemden koopman, die zich, ter bekoming van het hem
verschuldigde, had gewend tot den consul van Groot-
Brittannië op de Heerengracht bij de Hartenstraat te
Amsterdam, voor het huis van den consul heett opgewacht
en gepoogd heeft hem te verdrinken en alzoo het leven
te benemen, door hem moedwillig en gewelddadig aan te
grijpen, in het water aldaar te werpen en hem, na zelf te
water te zijn gegaan, met hot hoofd onder water te houden,
welke poging alleen hare uitwerking heeft gemist, dewijl
de zich aldaar bevindende J. F. van Emmerik in het water
is gesprongen en A. J. Groen, die reeds in bewusteloozen
toestand verkeerde, aan de handen van den besch. onturkt
en hem gered heett. Uit in de instructie gehoorde getuigen
blijkt verder, dat de besch., reeds eenigen tijd vóór het
plegen van bovenstaande feiten, het voornemen had opgevat
meergemelden A. J. Groen van het leven te berooven.
Het Prov. geregtshof in Noordholland deedjl. Zatur-
dag in hooger beroep uitspraak in de zaak van W.,
magazijnmeester in het huis van correctie te Hoorn, en
diens medebeschuldigden. De eerste beschuldigde werd tot
2 jaren, de tweede tot 18 maanden en de derde tot 1 jaar
cellulaire gevangenisstraf veroordeeld. De vierde beschul
digde werd, even als door de Iloornsche regtbank, vrij
gesproken.
Willemina Hartman is jl. Zaturdag door het Prov.
geregtshof in Zuidholland wegens bigamie veroordeeld tot
vijf jaren tuchthuisstraf.
De twee personen, die zich den 12 en 13 Oct. jl. te
's Hage tegen de politie hebben verzet, bij gelegenheid van
de toen plaats gehad hebbende volksoploopen, zijn door de
regtbank aldaar, overeenkomstig de conclusie van het O. M.,
veroordeeld tot eeno maand en zes dagen gevangenisstraf.
Dezer dagen zijn weder twee der wegens het Rotter-
damsche oproer gevonnisden, Rueb en de Heer, uit het
tuchthuis te Leeuwarden ontslagen.
In de Nieuwe Rott. Crt. geeft de heer Quack een
artikel over de politiek van von Beust, sedert 30 Oct.
1866 in Oostenrijk bezig met het werk der reorganisatie
van dien staat en thans afgetreden van het tooneel. Welke
was zijne groote fout? Dat hij, toen hij Hongarije een
zelfstandig bestuur gaf, niet begreep, dat ook de regten der
slaven moesten erkend worden. Hij wilde Oostenrijk in
twee deelen splitsen, Cis-Leithanie en Hongarije. Door
die splitsing zouden zij des te vaster vereenigd zijn. Dit
was niet verkeerd gezien. Maar hij behandelde Cis—Leithanie
te veel alsof daarin geeno verschillende elementen bestonden.
Zijne grondwet zeer liberaal en niet ongelukkig bewerkt
overigens was wat veel geknipt naar het model van
alle bekende vrijheids-constitutiën, en niet genoeg wor
telende in de historie van hot volk; goed voor de verlichte
Duitschers, maar miskennende den aard der Slaven. En het
1 Jan. 1868 gevormde Cis-Leithaansclie ministerie hand
haafde die politiek ten strengste en kwetste al de natio-
liteiten. Zij namen het zelfs von Beust kwalijk, dat hij,
bij de opening van de Moldau-brug te Praag, de hoofden
der Czecliische oppositie, Palacky en Rieger, aanhoorde
en hunne grieven trachtte weg te nemen. Dat ministerie
viel ineen en Hohenwart trad op. Nu had von Beust diens
pogingen moeten ondersteunen en binnen do goede perken
houden. Maar hij liet zich door de Duitschc partij dringen
en dwingen. In het verspreiden van den laster, alsof het
ministerie-IIohenwart een ultramontaansch en feodaal minis
terie was, hielpen ook de bladen van von Beust ijverig mede.
De Slaven heetten weldra ultramontanen, omdat hun streven
naar zelfstandigheid ondersteund werd door de clericale partij.
Hohenwart beging ook fouten. De verwarring steeg ten
top. Voor een groot deel ligt de schuld bij von Beust,
die niet heeft willen inzien dat hij een tweeden stap doen
moest: het vergelijk met de Czechen. Zijne buitenlandsche
politiek is vrij onbeteekenend geweest, al hebben zijne nota's
naar allo kanten gevlogen. Een fijn diplomaat moge hij
zijn. Als staatsman, die de pretensie had eene evenknie
van von Bismarck te wezen, acht de heer Quack hem eeno
geüsurpeerde reputatie. (II. Crt.)
De aanvoer van vee van het Noorden naar Utrecht
is zoo groot, dat de spoorweg geene wagens genoeg bezit
voor dat vervoer over de Centraal, zoodat liijn— en Staats
spoor met wagens ter hulpe moeten komen; vooral is dit in
de laatste weken het geval met varkens en schapen; deze
zijn meestal voor Frankrijk bestemdin de laatste veertien
dagen begroot men het aantal, langs genoemde lijn vervoerd,
op p. m. 12,000 stuks; het vette vee en vooral melkkoeijen
zijn meer direct voor Duitschland bestemd, ofschoon ook
daarvan de Fransche handelaren veel aankoopen. (U. D
De Provinciale Staten van Noordbrabant hebben
besloten de heffing van tolgelden in te trekken en jaar-
lijkscli aan het rijk de som van 28,000 uit te koeren, als
vergoeding van den afkoop der rijkstollen, zoolang in
andere provinciën de rijkstollen blijven bestaan of gelden
voor den afkoop zullen worden betaald.
Tot toelichting van het onlangs uit Middelburg aan
de N. Rott. Crt. medegedeeld gerucht, als zou de minister
van Binnenl. Zaken voornemens zijn de spoorweg-verbinding
in het aanstaande voorjaar onmiddelijk tot Missingen open
te stellen, kan strekken, dat de gemeenteraad van Vlissingen
in zijne laatst gehouden zitting, op voorstel van den hoer
Kleijnhens, besloten heeft een adres aan den minister te
rigten, houdende verzoek: 1. dat de spoorweg gelijktijdig
tot Middelburg en tot Vlissingen worde geopend, en 2. dat
zoo spoedig mogelijk het marine—dok met den spoorweg in
verbinding worde gebragt. Vooral aan het laatste hechtte
de voorsteller groot gewigt. Uit een en ander blijkt, dat
omtrent de eventuele opening nog niets naders bekend is.
Niet onwaarschijnlijk dankt het bedoelde gerucht zijn ont
staan aan het voornemen, dat reeds bij het dagelijksch
bestuur bestond, om zich te dezer zake tot den minister
te wenden.
Door het kantongeregt te Deventer zijn dezer dagen
J. V. te Olst en J. W. T. te Raalte veroordeeld tot eene
geldboete van 10 en een dag gevangenisstraf, subsidiair,
en in de kosten, wegens het weggeven van aan eene ziekte
bezweken en afgemaakte varkens, zonder toostemming van
den burgemeester; zoomede G. J. II. te Olst, ter zake
van het ten geschenke aannein n van een gestorven varken,
zonder toestemming van den burgemeester, tot eene geldboete
van 10, een dag gevangenisstraf en in de kosten van
het geding.
De heer dr. J. D. Boeke, leeraar te Alkmaar, staat
nummer één op de voordragt voor de betrekking van leeraar
in de scheikunde aan de Hoogere Burgerschool en Burger
avondschool te Deventer.
Te Eist verkocht dezer dagen do heer II. Costermans
aan een Franschman een bruin merriepaard voor den prijs
van 700.
Men schrijft uit Zevenwolden:
,,'t Is nacht met de jagt," zeggen de jagers, want de
hazen verbazen hun hoop en geloop. Soms eenmaal per
dag dat een jager iets zag van het wild, dat anders zoo
mild deze streken wel weken aaneen kan bezoeken, maar
dan ook in legio geen ouwejaarskoeken kan smullen om
't maagje te vullen en 't nieuwe jaar met malkaar, na
bange tijden in te wijden. Patrijzen, zij prijzen zoo zelden
de velden voor stille verklikkers en nachtlijke strikkers,
zoodat met pleizier menig polier 5 a 6 kwartjes (berekend
naar Bartjes) voor één zulk een vogel met weinig gegoochel
en zonder 't hem deert in de beurs balanceert.
En korliennen bij 't span? Nou kom ereis an!
Daarom dient het gezeid en verspreid, dat de jagt zoo
vervelend moet wezenP als dit te lezen.
Als eene bijzonderheid wordt uit Kuinre gemeld, dat
men aldaar dezer dagen met een zegen in één trek 68
snoeken en 200 Ned. pond baars en blei gevangen heeft.
Aan de Noordstar wordt het gerucht meegedeeld, dat
een rijk industrieel in Zuidholland den gewezen kapitein
Janssen tot opzigter—directeur zal aanstellen.
De regtbank te Appingadam heeft J. M. D. c. s. te
Middelstum, veroordeeld wegens zamenspanning van werk
lieden, om den arbeid te staken en te beletten, opgevolgd
door een begin van uitvoering. De beschuldigden zijn allen
veroordeeld tot 15 dagen cellulaire gevangenisstraf.
Te Veendijk, gemeente Havelte, heeft een veehouder
bij de ontvangst eener door hem verkochte koe aan een
Noordhollandsch veehandelaar, een bankbillet van 40 in
betaling gekregen; 't welk eenige dagen later bij de uit
gifte een veertigvoudigen zegenwcnsch in den welbekenden
nagemaakten vorm bleek Ie zijn. Een ieder wachte zich
voor schade.
In de Vcend. Crt. wordt gezegd, dat men tegenwoordig
slechte zandaardappelen begint te vervalsclien mctFriesche
klei, om ze dan als Friesche kleiaardappels te verkoopen,
zoodat men wel onderscheid moet maken tusschen Friesche
kleiaardappels en aardappels met Friesche klei.
In de Sittardsclie Crt. van 6 Nov. staat de volgende
advertentie
Aan de hecren kiezers van het. kiesdistrict Sittard.
Mijne Ileeren!
Ben zeer dankbaar over uwe keuze op 30 October,
waarbij gij mij met het lidmaatschap der Provinciale Staten
beëerd hebt.
Steeds zal ik trachten het mij toevertrouwde mandaat
waardig te maken.
Sc/iinncn, Uwen dienstw. dienaar,
2 November 1871. Caree Jus. Piji.s.
Particuliere berigten uit Nederl.-Indië bevatten o. a.
de mededeeling, dat do heer Sayens, een bekwame chemi
cus, administrateur van ren landgoed nabij Samarang, een
nieuwe wijze van bereiding van de indigo heeft ontdekt,
die een zeer verhoogde waarde aan die grondstof kan
geven. Men voegt er bij, dat den uitvinder voor zijn ge
heim reeds 60,000 is geboden.
De cholera is te Constantinopel op nieuw sterk
toegenomen.
Het Leather Record geeft een overzigt der thans te
Nortlx-Bridgewater, in Massachusetts, in werking zijnde
schoen- laarzen-fabrieken, met uitvoerige beschrijving harer
producten. Do vijf grootste fabrieken leveren producten
ter waarde van ongeveer 1,125,000 dollars (een dollar is
2,50) jaarlijks; vier andere zijn nagenoeg van gelijke
grootte en 8 of 10 vervaardigen jaarlijks voor 150,000 thaler
(een thaler is 1,75) aan schoenen en laarzen.
Onder de vijf grootste fabrieken neemt die van E. II.
Ford de eerste plaats in; zij werkt met eene stoommachine
van 8 paardenkracht, welke de Cable-naaimachine, Withle-
more's en New-Era—nagelmachine en 30 andere naaimachines
drijft, en vervaardigt in de drukste maanden, van Januarij
tot Julij, dagelijks 1000 paar mans-schoenen en laarzen.
Over Condurango wordt, zegt het Vaderland, van
bevoegde zijde het volgende medegedeeld:
„In een der laatste nummers van liet „British Medical
Journal" leest men omtrent dit veelbesproken geneesmiddel
het navolgende
„Alles wat wij vernemen omtrent de proefnemingen met
den Condurango-bast, die door onze regering aan de hospi
talen Middlesex and St. Bartholomew verstrekt is, bevestigt
de vrees, dat wij alle hoop moeten opgeven als zou deze
bast een geneesmiddel zijn tegen kanker. In physiologisch
opzigt is de bast werkeloos en zijne therapeutische werking
tegen kanker is gebleken te zijn gelijk nul. Ilij levert een
extract dat flaauw bitter is en overigens niets bijzonders
bezit. Een uitvoerig therapeutisch rapport zal door den
heer Ilulke gegeven worden, terwijl dr. Brunton een
naauwkeurig onderzoek van zijne phsiologische werking
zal doen, doch alleenlijk uit beleefdheid jegens do officiöele
bron waaruit de kleine voorraad verstrekt is, alsmede om
de opgewondenheid te doen bedaren, die door de opgevijzelde
aankondigingen van dit geneesmiddel ontstaan is."
De wonderen van het meer van Zicknitz.
Het meer van Zicknitz in Carniolië is ongeveer 2 uren
lang en 1 uur breed. Omstreeks het midden van den zomer
daalt zijn waterspiegel schielijk, en in weinige weken is
het meer volkomen droog. Men bemerkt dan duidelijk de
openingen, waardoor het water onder den grond is weg
gezakt; nu eens loopen zij in verticale, dan weder in een
meer zijwaartsche rigting naar de grotten, die men in
grooten getale in de omringende bergen vindt. Onmiddel
lijk nadat het water is weggevloeid wordt de geheele
oppervlakte, die daar vroeger door bedekt was, bebouwd,
en na verloop van een paar maanden wordt er door de
boeren hooi, gierst of rogge verzameld, op plaatsen waar
zij eenigen tijd vroeger zeelten en snoeken vischten. Tegen
het einde van den herfst, na de regens die in dit jaarge
tijde heerschen, komt het water terug door dezelfde natuur
lijke kanalen, die het ten tijde van zijne verdwijning den
doortogt hadden verleend.
Men heeft tusschen de onderscheidene openingen van
den bodem opmerkelijke verschillen waargenomen; eenige
hunner leveren niet anders dan water; door andere komen
bovendien visschen van verschillende grootte tevoorschijn;
door een derde soort van openingen komen in de eerste
plaats eenige eenden uit het onderaardsche meer naar boven.
De eenden kunnen zeer goed zwemmen op 't oogenblik,
dat de stroom hen als 't ware uit den grond opwerpt. Zij
zijn volkomen blind en bijna geheel naakt; na korten tijd
zijn zij in staat gesteld om hunne gezigtszintuigen te ge
bruiken; maar eerst na verloop van twee ot drie weken
zijn hunne veeren, die oorspronkelijk geheel en al zwart
zijn, genoeg gegroeid om hun het vliegen te veroorloven.
Valvasor die het meer van Zicknitz bezocht, ving daar
eigenhandig een groot aantal van die eenden en zag, dat
de boeren daar palingen van 1 a 2 kilogr., zeelten van 3
a 4 kilogr. en snoeken van 10, 15, ja zelfs van 20 kilogr.
vingen.
Aan jkr. C. A. von Geusau is, op zijn verzoek, met ingang van
26 Nov. e. k. eervol ontslag verleend als plaatsvervangend kanton-
regter alhier.
Met ingang van 1 Dec. a. s. is tot Commissaris des Konings in
de provincie Zuidholland benoemd mr. C. Fock.
De luit. ter zee 2de kl. E. Bakker, laatst behoord hebbende tot
liet eskader in Oost-Indië en van daar den 6 dezer in Nederland
teruggekeerd, wordt met dat tijdstip op non-activiteit gesteld.
De 1ste luit. W. A. Roel is van het 7de regiment infanterie bij
het instructie-bataillon overgeplaatst.
België,
Het plan om van Brussel een zeehaven te maken, reeds
in de 17de eeuw opgevat, in 1824 door Willem I weder
op touw gezet en sedert dikwijls aanbevolen, wordt op dezen
oogenblik van zeer hooggeplaatste en doorluchtige zijde
weder ter sprake gebragt. Het voorloopig onderzoek is reeds
gedaan, en de ingenieurs hebben aangetoond, dat Brussel
in gemeenschap met de zee zou kunnen gebragt worden.
De Antwerpenaars geven er nu reeds niet onduidelijk
hunnen angst en wrevel over te kennen.
Men schrijft uit Brussel aan het Hbl. van Antw.
„Er zitten niet weinig dienstmeiden in de gevangenis der
Karmelieten. Bij een oud wijf, dat op eene kamer woonde,
vereenigden zich dikwijls de dames-dienstmeiden en teerden
en smeerden er dapper. De politie, die niets toelaat, die
alles verhindert, stoorde ook het geluk dezer pleiziermaak-
sters. Men had bevonden dat de proviand, waarmee men
teerde, voortkwam uit de kelders van de meesters. Of do
dienstmeiden nu de marmit van het gevangenhuis lekker
vinden, is sterk te betwijfelen.
Prins Pierre Bonaparte heeft ten tweeden male met
eene en dezelfde vrouw eene huwelijksverbindtenis gesloten.
Geruimen tijd geleden, trad liii in Belgisch-Luxemburg met
mej. Rifflon in den echt. Keizer Napoleon keurde dit
huwelijk af en verklaarde het, krachtens zijne wettige
bevoegdheid, zonder waarde. De op die wijze gescheiden
echtgenooten bleven niettemin bij elkander; twee kinderen
aanschouwden het levenslicht. De val van het Fransche
Keizerrijk onttrok den prins aan het toezigt van Napoleon III,
hetgeen tot het besluit leidde om een tweede huwelijk met
zijne eerste vrouw aan te gaan, waardoor dan hare positie
en die der kinderen voor goed zou zijn gewettigd. De
echtverbintenis heeft jl. Zaturdag in het hotel der Fransche
ambassade te Brussel plaats gehad door een der ambtenaren
van den burgelijken stand.
Het Hof van Brussel heeft gelast, dat de redevoering
van den procureur-generaal Simons, onlangs bij de her
vatting der regterlijke werkzaamheden gehouden, gedrukt
zou worden. De proc.-gen. ontwikkelt daarin de stelling,
dat de Staat repressive maatregelen moet nemen tegen het
proletariaat, dat het regt van eigendom aanvalt. Tot nog
toe heeft men er mede kunnen volstaan, dat de eigendom
beschermd werdmaar de laatste besluiten, door de Inter
nationale op het congres te Bazel genomen, dringen de
regeringen om ook het regt van eigendom in bescherming
te nemen. De Internationale kan altijd volgens proc.-
gen. Simons op twee wijzen te werk gaan om den
eigendom af te schaffen. Zij kan zich met geweld van de
bezitting van particulieren meester maken. Daarin voorziet
de strafwet. Maar zij kan ook door woord en schrift het
regt van eigendom aanvallen. Onze wetten, zoo gaat de
proc.-gen. voort, waarborgen het individuëel bezit. De
bewering, dat die wetten niet deugen, is een misdadige
aanranding op de verbindende kracht der wet, waarin
art. 2 van de wet op de pers voorziet, dat aldus luidt:
„Ieder, die met boos opzet en openlijk de verbindende
kracht der wet bestrijdt, of tot ongehoorzaamheid aanspoort,
wordt gestraft met eene gevangenisstraf van zes maanden
tot drie jaar." De heer Simons betoogt nu dat dit artikel
niet alleen op politiek, maar ook op sociaal gebied geldt;
hij wil zelfs nog verder gaan en ook een ieder straffen, die
den eerbied voor de wet aantast, gelijk dit in Frankrijk
geschiedt. Naast die repressive wetten verlangt de procu
reur-generaal, dat er in alle landen een voortdurend onder
zoek naar alle revolutionaire bewegingen en naar de aan
hangers van niet officiëel goedgekeurde leerstellingen inge
steld wordt. De resultaten zou men elkander mededeelen