Benoemingen, enz.
STATEi\-(iEi\FJiAAL.
Buitenland.
Frankrijk.
Engeland.
verleenen, de voornamen Hendrik Jan door te slaan in de
registers van den Burgerlijken Stand en Willem Oranje
daarvoor in de plaats te zetten.
Op de jl. Dingsdag te Deventer gehouden veemarkt
was de aanvoer buitengewoon groot (bijna 200 stuks koeijen)
en de handel zeer levendig. Plet grootste gedeelte van het
aangevoerde vee ging weder tegen verhoogde prijzen van
de hand. Guste koeijen golden van 70 tot 165; melk-
koeijen van 110 tot 230; dragtige koeijen van 115
tot 245; pinken van J 50 tot 115.
Bij de aangifte voor het trouwen deed zich te Deventer
een zonderling incident voor. Zekere Jannetje zou in het
huwelijk treden. De geboorte-acte, door haar ingeleverd,
spreekt echter niet van een Jannetje, maar van een Jan,
en daarin staat zij als man vermeld. Het huwelijk is voor-
loopig uitgesteld tot de niet identiteit van gezegde jonge-
dochter met den Jan van de geboorte-acte zal zijn bewezen.
Bij den veehouder S., te Beesd, is de kwade droes
onder de paarden uitgebroken. Nadat de veeartsen de ziekte
geconstateerd hadden, is cr dadelijk last gegeven om de
paarden af te maken en daarna op eene afgezonderde plaats
te begraven. De stal is afgebroken en de afbraak nog gedes
infecteerd; zelfs de kleederen der personen, die met de
besmette dieren in aanraking geweest zijn, zijn onteigend
en vernietigd.
Het koolzaad in de provincie Groningen staat over
het algemeen uitmuntend. Hier en daar bespeurt men reeds
een aanvang van den bloei.
Een landbouwer heeft bevonden, dat hij door zijne
groenten en vruehtboomen te begieten met een oplossing
van sulphas jerri, (het in den handel voorkomende ijzer
vitriool) de beste uitkomsten verkreeg. Snijboonen werden
60 pCt. grooter en wat nog meer zegt, de smaak was veel
lekkerder. Onder de vruehtboomen wint vooral de peren
boom veel.
Volgens de Pfalzer Landw. Blatter heeft Schmidt,
apotheker te Edenkoben, met goed gevolg eene verdunde
oplossing (1 500) van zwavelpotassium tot het verdelgen
van rupsen aangewend. Hij besproeide daarmede, door
middel van eene kleine handbrandspuit, de door de rupsen
talrijk bezochte boomen. Dit middel, dat Guyot het eerst
tegen de druivenziekte in het zuiden van Frankrijk aan
wendde, is door Schmidt en na hem door anderen ook
bijzonder aanbevelenswaardig tot het verdelgen van rupsen
bevonden. De besproeijing met deze oplossing zal volstrekt
geen nadeeligen invloed op den groei der boomen uitoefenen.
Te Capua heeft men onlangs een vaas ontdekt, die
in het jaar 332 v. C. aan den overwinnaar in de athletische
spelen te Athene werd uitgereikt, volgens de daarop nog
aanwezige opschriften; in de nabijheid lag een mensclien-
geraamte.
Jl. Woensdag had te Napels een groote uitbarsting
van den Vesuvius plaats;' de lava stroomt in verscheidene
rigtingen naar beneden en veroorzaakt een uitgebreiden brand.
Aan een oud handschrift is ontleend de volgende
aanhef van een adres aan den schoolmeester van een
boerendorp
Half eerwaarde, half geleerde, halve heer capitein van
een regement A. B. C.-volk, superwagter van de vier
elementen, regter van het klijne gepeupel, executeur van
het houten placcaat, opperdrilmeester van de jeugd, griffier,
pluymgraaf en vendumeester in wit en zwart, kramer en
heilige in prenten, groot kasteleijn en sleuteldrager van de
Tempel, regent van het knekelhuis, ridder van de klok,
gouverneur van het uurwerk, schildknaap van den predik
stoel, deurwaarder van de consistorie, rekwest-inbrenger
van de nooden der gemeente, aflezer van de Souvereine
bevelen, orgenist en Zondag-officier over de honden en
baldadige jongens, ceremoniemeester der begrafenissen,
houtvester van de kerkelijke waranden, opper-jagermeester
van het kleine wild, mitsgaders van de uylen en bonte
kraaijen.
Nieuwe diamaxt-ontdekkingen. Sedert den aanvang van
den diamant-uitvoer uit Zuid-Afrika, zijn volgens matige berekening
minstens ruim vijf millioen gulden, alleen voor deze edelgesteenten,
uit Europa naar Kaapstad gevloeid. Naar de opgave, der aldaar
verschijnende bladen waren in 1869 141 diamanten tot eene waarde
van circa 60,000 tb., in 1870 reeds 5061 tot eene waarde van
1 millioen tb. verzondenmaar daar volgens ondervinding de ge
dwongen aangiften voor een handel in zoo moeijelijk le constateren
zaken meerendeels te laag zijn, mogen wij meer geloof hechten
aan een zaakkundigen schrijver in de Edinb. Eeview van Oct.
1871, die als waarde vau den diamant-uitvoer van Zuid—Afrika
een bedrag van niet veel minder dan 1,750,000 tb. berekende.
Uit nu is het eerste begin, want niet vroeger dan 1867 drongen
de eerste geruchten van het vinden van diamanten tot Kaapstad
door; de exploitatie der velden geschiedt nog zeer oppervlakkig
en het is tamelijk zeker, dat de diamantvelden ook in de breedte
grootere uitgestrektheid hebben dan men tot nu weet; men schat
de grootte der diamantstreken, voor zoover deze bekend zijn, op
200 vierkante geogr. mijlen. In alle geval is sedert de ontdekking
der Braziliaansche diamantvelden in 1727 geen streek gevonden,
zoo rijk aan deze edele steenen als die in Zuid-Afrika; steenen
van 107 en 83' karaat, zoo als men hier in de eerste jaren aan
het licht bragt, behooren overigens tot de groote zeldzaamheden.
De Zuid-Afrikaansche diamautstreek ligt aan de beide oevers
der rivier Baal, maar ongelukkig in een gebied, waarover een
heftige strijd wordt gevoerd tusschen de twee republieken dei-
boeren en Engeland. Nadat dit rijk reeds voor 20 jaren nu eens
de landstreek geannexeerd dan weder prijsgegeven had wegens de
ongeschiktheid der kolonisten, hebben onlangs de onophoudelijke
oneenighedeu tusschen deze, de inboorlingen en de kleurlingen,
een zeer welkome aanleiding tot interventie gegeven, en in de
hoofdplaatsen der diamantstreek, Pniel en Klipdrift, resideren thans,
onder protest van de zijde van den Transvaalschen- en Oranje-
Vrijstaat, Eugelsche commissarissen.
Eeue naauwkeurige beschrijving van deze streek bezitten wij
nog niet, maar volgons enkele partiële opgaven, die tot dusverre
tot Europa zijn doorgedrongen, laat het zich aanzien, dat de ligging
dezer diamautlagen met die welke tot dusverre is ontdekt, eene
zeer groote overeenstemming oplevert. Ook hier vindt men ze in
sekundaire lagen, van graniet, bazalt, agaat, jaspis, granaat, ijzer
erts en veeltijds ook kiezel, die öf vrij liggen bt door een ijzer
houdend leem omgeven zijn. Deze laagvorming wijst waarschijnlijk
terug op een ouder bedding der Baai-rivier, gelijk dan ook in
deze diamanten zouden aanwezig zijn. Ook zou men itacolumiet,
dat, in Brazilië en andere' streken gewoonlijk in vereeniging met
de diamanten gevonden wordt, evenzeer in deze steenlagen hebben
aangetroffen
In N.-Z.-Wales (Australië) worden ree ls gedurende eenige jaren
diamanten ontdekt uit de steenlagen van een oud stroomgebied
aan de Cudgening, in vereeniging met goud - dat, zcowel in
Zuid-Amcrika als in Indië en Australië, zeer dikwijls in de nabij
heid van diamanten wordt gevonden en verschillende steen
soorten, als: kwarts, agaat, jaspis, safier, robijn, enz., die aldaar
zeer talrijk zijn, maar niet zwaarder dan 5ij karaat. Australië
bezit bovendien onderscheidene streken, waar men, hoewel geheel
op zich zelf, enkele diamanten vindt.
In het vroeger tot Mexico behoorende gebied van Arizona waren,
benevens robijnen en granaten, vóór korten tijd ook diamanten
gevonden, die, naar men zegt, goed geslepen tot 700 thalers
waard waren.
Het vinden van diamanten in Bohemen, dat zooveel opzien ver
wekte, is nog niet tot helderheid gebragt, en heeft geen verdere
gevolgen gehad dan dat er veel papier en inkt door vermorst is.
De ontdekking vau kleine, bijna steeds microscopische diamanten
in het xanthophylliet, dat in het Uralgebcrgte gevonden wordt,
door prof. von Jereraejcw te St. Petersburg, is in zoover van
belang, dat zij misschien eenig meerder licht zal werpen op de nog
zeer duistere geschiedenis van het ontstaan en de ontwikkeling der
diamanten. De grootste dezer steentjes zijn van 0.5 millimeters.
Genoemde professor zelf hecht daaraan geen waarde voor handel
of nijverheid.
De mijnen vau Goleonda, waarin eens 60,000 menschen zich
met diamantzoeken onledig hielden, zijn tegenwoordig voor eenige
ponden sterling verpacht. Indic levert over het geheel weinig
diamanten meer. Ook is de uitvoer van diamanten uit de provincie
Bahia sedert 1862-64 steeds verminderd; uitgestrekte vlakten zijn
geheel uitgeput. (Amst. Crt.)
Herbenoemd zijntot plaatsvervangend kantonregter te Alkmaar
mr. .1. I'. Kraakman; tot kantonregter te Helder mr. W. L. IC. A.
Gey van Pittius; tot kantonregter te Hoorn jhr. mr. A. van Aker
laken; tot plaatsverv. kantonregter te Purmerend de heer C. A. B.
L. van Ghert; tot plaatsverv. kantonregter te Beverwijk de lieer
J. E. Halder.
Als kommandant. is op de instructiebrik Ternate geplaatst de
luit. ter zee 1ste kl. P. ten Bosch.
De luit. ter zee 2de kl. J. II. Mijer en de off. van adin. 3de kl.
.1. P. van Goethem worden met den 6 Mei a. s. geplaatst aan
boord vau het wachtschip te Willemsoord, laatstgemelde met bestem
ming om gedetacheerd te worden aan boord van het instructie
vaartuig Urania.
Tweede Hamer.
Zitting van Donderdag 25 April. De beraadslaging over de
inkomstenbelasting wordt vervolgd. Dè heeren Bergsma en van
Houten betoonen zich voorstanders van de wet, verdedigen haar en
bestrijden de argumenten der tegenstanders. De heer Dumbar
verklaart zich bereid vóór art. 1 te stemmen, doch zal zijne stem
over het ontwerp in zijn geheel doen afhangen van de beslissing
omtrent de ingediende amendementen. De heeren van der Maesen
de Sombreff en Pijls verklaarden zich op onderscheidene gronden
tegen de wet. Er waren nu geene meerdere sprekers ingeschreven,
de minister van Financien was aan het woord, doch de beraadslaging
werd verdaagd tot den volgenden dag.
Zitting van Vrijdag 26 April. In deze zitting heeft de minister
van Financiën in eene rede van ruim twee uren de inkomsten
belasting verdedigd, op grond van de noodzakelijkheid zoowel tot
ontheffing der mindere klassen door meer gelijkmatige verdeeling
der lasten, alsook wegens de eischen der schatkist. Hij heeft vooral
de patentbelasting en die op het geslagt in hunne nadeelige werking ge
schetst en de meerdere billijkheid en gelijkmatigheid van den
incometax doen uitkomen. Een ontwerp tot herziening van het
kadaster, verklaarde hij, is gereed. Ook het bedrag van 2 pCt. komt
den minister niet te hoog voor; hij zal echter afwachten wat
omtrent het amendement oin den aanslag op 1 pCt. te bepalen, zal wor
den aangevoerd, maardan, meende hij, kan de accijns op het geslagt niet
afgeschaft worden. 11e heer van Lijnden heeft hierna de wet be
streden als onnoodig en impopulair. De heer van Kerkwijk, hoewel
niet 'geheel tegen eene inkomstenbelasting, wenschte liever een
ander plan tot gedeeltelijke afschaffing van het patentregt, door
terugname van een vijfde van het rijkspersoneel, van de uitkeering
aan gemeenten, herziening kadaster, enz.
Heden wordt de beraadslaging voortgezet.
België.
In de maand October jl. is te Brussel een Belg, de ridder
du Bois de Bianco, in zijn bed verbrand gevonden, en het
ingestelde geregtelijk onderzoek heeft bewezen, dat hij ver
moord en bestolen is. Do vermoedelijke dader is zekere
Stupp, geboortig uit den omtrek van Keulen, die onder den
valschen naam van Carl Vogt naar Amerika gevlugt en
aldaar gearresteerd is. Bij gemis van een met de Noord-
Amerikaansche Unie gesloten tractaat tot uitlevering van
boosdoeners, is België niet bij magte den schuldige regt-
streeks op te eischen. Daar echter zulk een verdrag tusschen
Pruissen en de Vcreenigde Staten wel bestaat en Stupp
ingeval van uitlevering voor de Pruissische regtbanken
vervolgd kan worden, heeft het Belgische gouvernement,
naar verzekerd wordt, de Pruissische regering uitgenoodigd
de uitlevering vau den arrestant te eischen en hem te
Keulen te doen teregtstellen. De eerste stappen tot dat
einde zijn, meent men, reeds gedaan. Sommige Belgische
bladen, met name le Nord, twijfelen er aan, of de Belgi
sche regering hare pogingen in deze wel met een goeden
uitslag bekroond zal zien.
Zoo als we reeds in ons vorig nummer meedeelden, is
in de Nationale Vergadering de wet tot beteugeling der
dronkenschap aangenomen. Ziehier de wijze waarop de heer
Testelin die wet heeft bestreden. Hij zegt o. a.: „De
dronkenschap behoort tot het zedelijk gebiedzij is de zaak
van den godsdienstleeraar, niet van den wetgever; do
catechismus spreekt van doodzonden, waarom zou men nu
een dier doodzonden strafbaar stellen? Welk regt heeft
de wet om zich bezig te houden met de zonden, die de
mensch tegen zichzelf bedrijft? Wetten doen overigens
niets af tegen de dronkenschap; zij hebben nooit eenig
resultaat opgeleverd. Wat wil men door een gevangenschap
van eenige dagen den dronkaard verbeteren, die zeljj
tegenover den dreigenden dood van zijn hartstogt noggeeil
afstand doet. De dronkenschap bestaat van het begin der
wereld af; de beschaving alleen doet haar verminderen
Noach was de eerste dronkaard; in de Vercenigde Staten
heeft men reeds 534 wetten tegen de dronkenschap ge.
maakt en in elke zitting van liet Congres treedt een lid van
het matigheids- of afschaffings-genootschap op met een
nieuwe wet, op grond dat de vorige de dronkenschap no»
meer heeft verergerd.
In een door het Amerikaansche weekblad the Nation
onlangs openbaar gemaakt en door vele Engelsche bladen
overgenomen artikel is beweerd, dat de Protestantsche leert
in Frankrijk eene hoogst onbeduidende figuur maakte; dat
haar aanzijn enkel in eenige 'weinige groote steden opge.
merkt werd, en dat zij, behalve in eigen boezem, nergens
steun had, noch invloed uitoefende. De liberaal-protes-
tantsche bladen van Parijs maken thans gewag van een,
ter beantwoording daarvan, door den predikant Revillc
geschreven en in de Unitarian Herald van den 12 April
opgenomen artikel, waarin de waardigheid der Protestantsche
kerk in Frankrijk gehandhaafd wordt. In dat betoog wordt
aangetoond, dat de Protestanten een belangrijken invloed op
staatkundig, wetenschappelijk, militair, financieel en commer
cieel gebied in Frankrijk uitoefenen, en o. a. geconstateerd,
dat in de Nationale vergadering 70 Protestanten worden
aangetroffen; een aantal, 'twelk in verhouding tot de geringe
getalsterkte van hun kerkgenootschap, zeer aanzienlijk kan
worden genoemd.
Op den Pont-neuf te Parijs bedelde onlangs een
blinde. „Heb toch medelijden met een ongelukkigen blinden
man, vader van 2 kinderen." Eenige dagen later verlegde
hij zijn standplaats nabij bet station van den spoorweg van
Asnières en smeekte aldaar de voorbijgangers om een
aalmoes, zeggende: „Geef toch wat aan een armen blinden,
vader van 4 kinderen." „Wat," vroeg hem iemand, die
hem dikwijls cp de Pont-neuf een aalmoes had gegeven,
„hebt gij sedert de vorige week 2 kinderen meer?" „Neen,
monsieur," antwoordde de blinde, „doch in Parijs is het
leven reeds zoo duur, dat twee kinderen voldoende zijn 'om
het medelijden op te wekken, doch op het land heb ik
daartoe 4 noodig, en toch gaan de zaken allerslechtst."
In het grand hotel de Lyon te Marseille is een
gezelschap van 35 aanzienlijke Japanners aangekomen,
die geenerlei officieële zending hebben, maar alleen voor
hun onderrigt of vermaak reizen.
Uit overweging dat de procureuf-generaal verklaard
heeft, dat liet regtsgeding 'van den staat tegen den zich
noemenden sir Roger Tichborne, omdat een drom van getuigen
onder anderen uit Chili en Australië, gedagvaard moeten
worden, niet vóór 1 November zal aanvangen, heeft de
regter van het Hof van Queens-bench uitgemaakt den
beklaagden tot borgstelling toe te laten voor een gezamenlijk
bedrag voor hem en zijne twee borgen voor 10,000 p. st.
De beklaagde heeft borgen voor het vereischte bedrag ge
vonden, en wel: lorei Rivers, het Parlements-lid Onslow,
dr. Attwoot en de heer Lamont, die echter, alvorens de
borgstelling wordt aangenomen, zullen moeten bewijzen, dat
zij voor het bedrag goed zijn.
Lord Kimberley gaf dezer dagen in 't Hoogerhuis een
beschrijving van liet aanlengen van porterbier. Hij sprak
van 't aanlengen; maar hoe het aanlengen geschiedt, daar
van weet de Echo meer te vertellen. Niet slechts, zoo
verzekert dit blad, op grond van tallooze scheikundige
onderzoekingen, wordt kopervitriool gebruikt om het bier
te doen schuimen; doch pale ale en stout danken huil
bekoorlijk bitteren smaak hoofdzakelijk aan een inmenging
van strychnine, en dit wel in zulk een hoeveelheid, dat bij
naarstige bierdrinkers zich al spoedig de eerste verschijnselen
van verlamming beginnen te openbaren. Waar toch blijven
de enorme jaarlijksclie aanvoeren van cocculus indicus in
Engeland. Tot verfstof wordt die bes weinig meer gebezigd;
en in de geneeskunde nog minder. De inmenging van
zout en tabak in stout heeft natuurlijk 't gewenschte resul-
raat. van des drinkers ongezonden dorst te prikkelen. Erger
is het met de zoogenaamde „Hamburg sherry" en andere
kunstwijnen, aan welke de meest schadelijke stoffen, tot
zelfs canthariden, den vereischten geur moeten schenken.
Hoeveel ligcliamelijke en zedelijke ellende al dergelijke
vergiftigde dranken aanrigten, is niet te berekenen
gerustelijk mag men drie vierden van de moorden en beest
achtige gruwelstukken van onzen tijd wijten aan de dol-
makende uitwerking niet van den alcohol: want diens
invloed is betrekkelijk onschuldig, maar van de brandende
en prikkelende gifstoffen, die den alcohol in bier en spiri
tualiën moeten vervangen. Zóóveel tot waarschuwing van
de klanten des tappers. Zien we thans, wat hun te wachten
staat, die leden zijn geworden van den onthouders-bond.
Koffij en chocolade bestaan voor de helft uit chicorei, stof,
half verkoolde beenderen, enz. De thee, die geliefkoosde
volksdrank, wordt schandelijker vervalscht dan al 't overige.
„Maloe" heet een kostje, dat met gansche ladingen uit
China wordt aangevoerd, en als uitmuntende zwarte thee
a 2 shillings per pond verkocht wordt. Het is zamen-
gesteld uit 't grondveegsel van de theekamërs, wilgebladeren
en afgetrokken theeblaren (die in China eertijds tot varkens
voeder dienden), daarbij wat dierlijke kleurstof, wat alöe-
blaren en 't geurig mengsel is gereed: the fineet tea in
the world met zorg uit 't andere einde van den aardbol
verscheept! Schier elk ander artikel lijdt onder den gruwel
der vervalsching. Geneesmiddelen baten den zieke niet,
omdat ze vervalscht zijn. De meststof, waarmede de boer
zijn land wil vruchtbaar maken, 't graan dat hij koopt om
in de voren te strooijen ze zijn vervalscht. De veehouder
neemt een proef met de zoo hooggeroemde lijnkoeken een
vierde van zijn kudde schapen sterft vergiftigd gelijk
't kort geleden in een der zuidelijke graafschappen gebeurde,
en 't vleescli van de overgeblevenen is ongeschikt tot
voedsel. Sterken en zwakken, gezonden en zieken, allen
worden ze opgeofferd aan gewetenloos winstbejag. Zelfs 't kind