POSTKANTOOR HELDER. Benoeming-en, enz. Frankrijk. Engeland. Duitschland en Oostenrijk. Zweden en Noorwegen. Spanje. INGEZONDEN. Marine-Haven Nieuwediep. VERZENDING naar OOST-INDIE, per Maatschappij „NEDERLAND." 5 pCt. flfw de Kanaalmaatschappij ter leen te geven, in afwachting van de definitieve voorziening. De verlengde termijn van het O.I. tarief loopt tot 1 Jan. 1874. De Kamer besloot, beide ontwerpen no» gisteren in de afdeelingen te onderzoeken. j)e twee aan de orde gestelde kleine wetsontwerpen zijn, na korte discussie, met algemeene stemmen aangenomen. Tot regter in de arr.-regtb. te Botterdam is benoemd mr. J. C. J. baron van Lijnden, thans regter in de arr.-regtb. te Zierikzee. Tot griffier bij het kantongeregt te Grave is benoemd inr. J. H. Keiser, advocaat te Utrecht. Tot kantonregter te Zaandam is benoemd mr. C. Visser, thans „nffier bij het kantongeregt aldaartot griffier bij het kantongeregt te Zaandam mr. J. W. Mouton, thans griffier bij het kantongeregt te Beverwijk; tot griffier bij het kantongeregt te Beverwijk mr. J. T. F. Huguenin, thans griffier bij het kantongeregt te Ootmarsum. Herbenoemd zijnals burgemeester van Koog aan de Zaan de heer mr. J. Spekham Duijvis; van Zwaag de heer P. Brinkerink, lecretaris dier gemeente. De adelborsten 3de kl. op het Koninklijk Instituut voor de Marine te Willemsoord A. W. A. Löniug en J. P. M. Kluppell, worden net den 26 dezer eervol uit de zeedienst ontslagen. De heer J. P. L. Leurs, directeur van het postkantoor te Waal wijk, is uit 's Kijks dienst ontslagen. De heer J. L. Meys, directeur van het rijks-telegraafkantoor te Oss, is uit 's rijks dienst ontslagen. Oost-Indië. Werkzaam gesteld: bij het Departement der Marine, de ambt. voor de burgerlijke dienst in Neerlandsch-Indië B. L. Kepelius. Is vergunning verleend: om te repatriëren, wegens ziekte, aan den off. van gez. 1ste kl. W. Buisch. Buitenland. Maarschalk Bazaine heeft een eerste verhoor ondergaan voor generaal Rivière; de instruktie van zijne zaak zal welligt zes weken duren. Bazaine is de zesde Fransche maarschalk, die als zoodanig voor een wettig ingestelde regtbank zal teregt staan. Maar schalk de Retz werd in 1440 wegens de rebellie en erger misdaden veroordeeld om gehangen te worden. Maarschalk Biron werd in 1602 onthoofd, wegens zamenzwering met 's lands vijanden. Hetzelfde lot trof in 1632 maarschalk de Marsillac en Montmorency, wegens rebellie tegen Richelieu. Eindelijk werd maarschalk Ney in 1815, omdat hij zijn nieuwen meester, ten gunste van zijn vroegeren, verraden had, ter dood veroordeeld. Bazaine is de eerste, die be schuldigd wordt, zijn pligt als veldheer tegenover den vijand opzettelijk verzuimd te hebben. Tegen het rapport betreffende Sédan is proces aan- geteekend door geen meer of minder dan door Napoleon zeiven, die in een brief aan de gebrandmerkte officieren verklaart, dat hij geen ander oordeel aanneemt dan dat van de natie, dat hij zelf, uit kracht van zijn souvereiniteit, de capitulatie heeft verordend toen hij zag dat de toestand onhoudbaar werd, en dat hij en niemand anders daarvoor verantwoordelijk is. Een offer van 60,000 man, zegt de ex-Keizer, kon Frankrijk niet redden. De nood was ons opgelegd. Mijn haft is gebroken, maar mijn geweten is rustig. De Commune-helden Serisier, Boin en Baudin zijn jl, Zaturdag morgen te Satory gefusilleerd. Zij stierven onder het aanheffen van den kreet: Leve de Commune! De Commune-mannen zijn te Parijs weder sedert eenigen tijd met hunne nachtelijke liefhebberij begonnen om Commune-plakkaten aan te plakken. Dezer dagen werd door de gardiens de la paix een billet afgescheurd, luidende: „Burgers, de arrestatiën en het schrikbewind beginnen op nieuw. Zullen wij lijdelijk toezien, dat Versailles onze broeders in den kerker werpt Neen. Organiseren wij ons om de dooden te wreken en de levenden te redden." Dit billet, zonder datum noch onderteekening, was op een „blaauw" papier gedrukt. Het zijn nu de blaauwen, waar mede men te doen krijgt. Thiers heeft, bij de achttien grootkruizen welke hij reeds bezit, nog een gekregen. Door den Bey van Tunis is hem het grootkruis der orde van Nicham-Ettica gezonden, en daar aan deze onderscheiding den titel van pacha ver bonden is, heeft Thiers het regt voortaan zich te noemen Thiers-pacha Een groot Birman'sch vaartuig is te Calais binnen- geloopen, om de Birman'sche ambassade aan boord te nemen, die zich, naar men weet, naar Engeland zal begeven. Het schip wordt gekommandeerd door Engelsche offi cieren, maar zijne equipage bestaat uit Hindoes, wier nationaal costuum een groot aantal nieuwsgierigen naar de haven lokt. Het schip draagt den zeer gecompliceerden naam vanTskyayeenbyar. Binnen kort wordt in Frankrijk verwacht Z. M. Kamé Améa V, Koning van de Hawaï-eilanden. Koningin Victoria is jl. Vrijdag haar 54ste jaar ingetreden. Lord Dalling and Bulwer, de beroemde schrijver en diplomaat, is jl. Maandag te Londen overleden. De Baltimore, een der stoombooten der Noordduitsche Lloyd, metende 2500 tonnen, komende van Baltimore, en bestemd naar Bremen, is, na Southampton te hebben aan gedaan, in den nacht van 22 op 23 Mei, in het Kanaal door een ander stoomschip aangevaren, tengevolge waarvan het een zoo groot lek bekomen heeft, dat het niet ver van Hastings op het land is moeten gezet worden. Dank zij de nabijheid en geschiktheid der kust en de kalme zee, is dit volkomen gelukt, en de opvarenden, waaronder 120 pas sagiers, waarvan de helft vrouwen en kinderen, zijn er met den, zij het dan ook geweldigen, schrik afgekomen. Aan het diner, jl. Donderdag door de Britsche en buitenlandsche Unitarian Association in het kristallen paleis te Londen gehouden, werd door zekere Amerikaansche dame, mrs. Howo, in een toast beweerd, dat, indien de vrouwen een meer werkzaam aandeel in de publieke zaken "amen, de Yrede duurzamer bewaard zou blijven. Te Londen vroeg dezer dagen voor de regtbank vrouw Cullen, die tot twee jaren dwangarbeid was veroor deeld, langeren straftijd, om zoodoende van den drank af te raken. Haar verzoek werd geweigerd. -De beroemde rozenliefhebber en aankweeker Wm. Paul heeft jl. Zaturdag een prachtige en rijke keur van rozen in het Kristallen Paleis tentoongestelder zijn 3000 planten te zien, waaronder zeer zeldzame. Jl. Maandag zijn op de Theems bij Twickenliam twee roeischuitjes, waarin 8 knapen van aanzienlijken huize zich vermaakten, omgeslagen4 hunner verloren het leven. Te Liverpool is jl. Dingsdag avond een gezantschap van Brigham Young uit Utah aangekomen, bestaande uit 25 Mormonen, waaronder apostelen, hoogepriesters, zeven tigen en ouderlingen, met den secretaris van Brigham Young, prof. Carrington, aan het hoofd. Het doel hunner reis is in Engeland, Schotland en Duitschland bekeerlingen te maken. Daily News vreest er voor, dat doctor Livingstone omgekomen is. De expeditie ter opsporing van dien grooten reiziger, wordt door de regens te Zanzibar tot werkeloosheid gedoemd, en kan niet eer dan tegen het einde dezer maand vertrekken. Niettegenstaande de verblijdende berigten omtrent het lot van den grooten reiziger, die men in de laatste dagen vernam, blijkt het toch, dat men niet veel wijzer dan vroeger is. Eenige karavaan-geleiders hebben wel gezegd, dat Stanley, de correspondent van den New York Herald, Ujiji had bereikt en daar Livingstone had ontmoet, doch daarbij blijft het ook. De moed, volharding en ondervinding van den reiziger, zijn betere bronnen van hoop, dan de praatjes van onbeschaafde inboorlingen. De geruchten, die aan de kust in omloop zijn, hebben wel is waar eenigen grond, doch het langdurig stilzwijgen van Livingstone doet het ergste vreezen. Hoe gaat het toch in dat eenvoudig land, in die wereld in haar kindschheid toe? De groote geneesheer uit het Westen is een wonder; hij is de gast van Koningen en opperhoofden; zijn togten zijn, wat grootschheid en gewigt betreft, zonder weerga, van stam tot stam worden verhalen van hem overgebragt. De olifantjagers hooren als zij op hun togten uitgaan van den grooten blanken broeder vertellen; zijn naam gaat over aller tong, en zoo kruipen de geruchten van uit het binnenland naar de kust en vinden van daar hun weg in de beschaafde wereld. Die geruchten kunnen misschien van zijn voortbestaan getuigen, doch het is duidelijk, dat zij nog maanden na zijn dood in omloop kunnen zijn. Zij kunnen, wat vorm betreft, zeer onnaauwkeurig wezen, de bijzonderheden kunnen valsch zijn, de geschiedenis kan, als zij van mond tot mond en van stam tot stam is over gegaan, verwrongen zijn, doch het verhaal heeft zijn oorsprong ontleend van iemand, die hem werkelijk gezien heeft, en het is dus een verre getuigenis van hem. Het is een valseh signaal, doch het toont aan, dat er aan het einde van de draad een hand is; het beeld in den kijker is mistig en onbegrensd, maar het bestaat toch. De vraag is nu maar, aan wien behoort die hand, wat beteekent dat beeld. De hand kan verwelkt wezen en het beeld kan een eenvoudige reproductie van het herinneringsvermogen zijn. Aldus laat Daily News zich in hoofdzaak over het lot van Livingstone uit; de hemel geve, dat het blad misgeraden heeft. In den Rijksdag is gisteren een aanvang gemaakt met de algemeene discussie over de begrooting van Marine. De chef der admiraliteit, de heer Stosch, verklaarde dat het zwaartepunt der Duitsclie strijdmagt gelegen is in 't leger te lande; en dat de marine niet bestemd is tot groote zee gevechten, of om zich te meten met de vloten van Engeland of Frankrijk, doch meer uitsluitend tot kustverdediging. De toestand der keizerin-moeder van Oostenrijk verergert met den dag; de stoornis in de hersenen neemt toe en de krachten in dezelfde evenredigheid af, zoodat de dood elk oogenblik wordt verwacht. (De aartshertogin Sophie is een dochter van Maximiliaan I van Beijeren, geb. 27 Jannuarij 1805). In Zweden is een waterval, die een houtzaagmolen in beweging brengt. De boomstammen worden in de bruiscliende beek geworpen, die hen tegen de punten der zagen aanvoert en zoo in planken verdeelt. Dit ziet men op meer plaatsen, maar het merkwaardige is, dat hier de beek een eindje onder een rots doorgaat. In die rots is een verticaal gat gemaakt om de stammen in het water te werpen. Een Éngelschman, die het merkwaardig tafereel van natuur en kunst wat al te naauwkeurig wilde bekijken, had onlangs het ongeluk, door het gat in het water te vallen, gelukkig op een boomstam, zoodat hij niet verdronk. Maar nu was zijn toestand nog hagchelijk; weldra was de stam, waarop hij zat, tot nabij de zagen gedreven; de keus tusschen verbrijzeling of den waterdood scheen hem alleen nog over te blijven. Hij kwam op den inval, om op een naastbijzijnden boomstam over te gaan, maar de snelle stroom noodzaakte hem, ieder oogenblik zich weer te verplaatsen. Zoo hield hij het eenige uren vol, maar zijn krachten begonnen uitgeput te raken, en hij zag reeds een vreeselijken dood voor oogen, toen plotseling de molen ophield te werken. Een knecht had zijn toestand opgemerkt en verloste hem uit den nood. Particuliere berigten blijven spreken van de waarschijn lijkheid van den dood van Don Alfonsus, broeder van Don Carlos. Hij zou gestorven zijn aan de wonden, die hem in een gevecht bij Oraquieta zijn toegebragt en in het gebergte zijn begraven. Mijnheer de Redacteur/ Veroorloof mij om UEd. plaatsing te verzoeken voor eene nadere beantwoording van het lid der Werklieden-vereeniging. Mijnheer Eerst een kleine opmerking: In uw eerste stuk begint ge de patroons en bazen te beschuldigen van met de Internationale te heulen, omdat zij de Vereeniging alhier tegenwerken; daarop heb ik UEd. antwoord gegeven, en in het laatst door u ingezonden stuk zwijgt gij geheel van uw eerste beschuldiging en begint weer over wat auders. Mij dunkt, dat er bij u weinig orde is, dat er wel degelijk moest zijn, omdat ge u voorstander en lid eener Vereeniging noemt, die orde ten doel heeft. Ik wil u verder op den voet volgen. Uwe zinsnede omtrent den adder iu 't gras is satiriek Wat ik er mee bedoelde is dit: dat ouder den schoonschijuenden vorm van eerlijk te werken voor zijn gezin, de wangunst en de nijd tegenover personen, die, hetzij door meerder geestesontwikkeling, hetzij door handenarbeid, eene betere positie in de maatschappij innemen, er de grondslag van uitmaakt. UEd. zegt verder: Alle benoodigdheden voor dé Vereeniging worden publiek besteed, bij voorkeur aan de ingezetenen. Dit is een infame leugen. Ten bewijze strekke, dat in het contract voor de bakkers zóóveel bezwarende bepalingen voorkwamen, dat niemand van hen aannemen kon, al was het maar alleen de bepaling, dat óón persoon aanne mer mogt zijn, daar men toch zeer goed wist, dat. hier ter plaatse zulk een benoodigde hoeveelheid onmogelijk in óón bakkerij was te bewerken, en meer dan óón werkplaats mogt er niet zijn, getuige de bepaling voor onderzoek door de Commissie. En zijn al die moeijelijkheden zoo onschuldig opeengestapeld? Dezer dagen is door het Bestuur der Vereeniging gekocht een bascule met gewigten,- maar hoewel men zeer goed bij leveranciers alhier teregt kon, heeft men zulks niet gewild, maar bestelde bij den heer Victor, in de Warmoesstraat te Amsterdam, het benoo digde, en dan nog wel 6 a 7 percent duurder dan waarvoor alhier kon geleverd worden Waar blijft nu uwe bewering? U zegt verder: De accijnsen gaan van alle waren af en zij blijven even duur, of worden nog duurder. Maar wanneer bij de zoo hoog stijgende marktprijzen van vee, enz. die accijnsen nog bestonden, hoe hoog zouden dan die prijzen wel zijn? Uw plan, om door het toeëigenen der accijnsen voor u zelf de betaling van hoofdelijken omslag en schoolgeld beter te doen plaats hebben, is uitmuntend, en ik hoop dat door den gemeenteraad, bij de vaststelling der kohieren, van uwe opmerking veel partij zal worden getrokken. Verder zegt ge, dat, wanneer ge spek koopt bij de vijf pond f 0.40 en bij 't ons f 0,50 betaalt, dus, volgens uwe redeneering, betaalt de slager zijn belasting en patent door duurder verkoop per ons. Maar als hij dan bij vijf pond verkoopt, waarvan moet hij dan dat alles betalen? Het bewijst, dunkt me, dat er bij het Bestuur der Vereeniging zeer weinig keunis is van handel en nering. Ge vraagt wat of ik ben, welnu, bepaal dat eens zelf door dezen brief met den uwen te vergelijken, en dan eens te zeggen wie meer nabij de waarheid is, gij of ik. Met achting. Uw Dr. Helder, 27 Mei 1872. K. De prijs der bascule was bij Victor f 15 en alhier f 14. Weerkundige Waarnemingen te Helder (Landskeet). Weersgesteldheid Mei. 1 Uren. Windrigting en Kracht. Barometer mm. Thermometer C. Vochtigh.f procent. 1 Toestand van de zee. Stand. Afw. Stand. Afw. 26 12 nw. Ik. 769.63 f 8.93 14.2 - 1.4 0.78 Vlak. 27 12 wtn. 1.3» 769.77 f 9.05 15.0 - 0.6 0.76 2S 8 nw. 0.5» 769.30 f 8.56 13.8 f 0.3 0.86 28 12 nw. 0.4» 768.91 f 8.17 15.5 - 0.0 0.71 V 27 Mei 12 u. Helder, mooiweer. 27 Mei 8 u. Ligtbew., beneveld, mooi. 28 Mei 12 u. Ligtbew., beuevtld, mooi. Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Groote Vaart. Aankomst. Vertrek. Schip. Gezagvoerder. Bestemming. 9 Mei. N.Waterw.II. J. Zwart. Batavia. 14 Gebr. v.d.Beek. H.v.d.Woude. Batavia. 25 i, 28 Mei. Cornelia. H. Croese. Batavia. Binnengekomen Schepen bestomd hunne lading in de Binnenhaven te lossen. Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor. Fury. J. Franks. Granton. Thirteen. W. Lesley. Seaham. Carbon. G. Beston. Newcastle. Bilboa. S. Clark. Seaham. Pieter. G. Oostervink. Biga. Steenk. de Vries Co. Duinker&Goekd. ii de Vries Co. ii Duinker&Gocdk. Hout. Amons Sc Co. Nieuwe dienstregeling tengevolge der invoering van de Zomer dienst op den NoordhoUandscheu Spoorweg, aanvangende den 1 Junij 1872. Laatste ligting der Bussen aan het Kantoor: Voor den lsten trein 6 u. 's morgens. n 2den 8.4o ,i 3den 1.10 's middags. ii ,i 4den 6 's avonds. Voor de verzending per Stoomboot naar Amsterdam10.30 u. 's avonds. Ligting der Buitenbusseu Nieuwebrug(Binnenh.) Hoofd. Baadhuis. Centrum. 5.10 u. 'smorg. 5.20 u.'s morg. 5.25 u.'s morg. 5.20 u. 'smorg. *12.30 'sinidd.*12.40 'smidd.*12.45 'smidd.*12.30 'smidd. 5.10 ii 'sav. 5.20 's av. 5.25 'sav. 5.20 'sav. 10 H II *Des Zondags vervalt deze ligting. Voor Texel laatste ligting der Bussen aan het Kantoor: 6.30 u. 's morgens. 10 u. 's morgeus. 5 u. 's avonds. Voor Vlieland en Terschelling6.30 's morgens. Voor Anna Paulowna-Polder en Koegras6 u. 's morg. en 6 u. 's av. Voor /Vieringen: 6 u. 's morgens. Het Kantoor is geopend: Des morgens van 5 tot 7^ en van 10 tot 2 uur. Des avonds van 5 tot 6j en van 7 j tot 8| uur. De mail wordt ten Postkantore te Helder gesloten: den 31 Mei a. s., ten 11 ure des avonds. De Directeur van het Postkantoor te Helder H E B W E IJ E B.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1872 | | pagina 3