Benoeming-en, enz.
Frankrijk. -
Engeland.
Duitschland eo Oostenrijk.
Rusland
Amerika.
Marine-Haven Nieuwediep.
Tot tejte in de arrond.-regtbank te Leeuwarden ia benoemd de
teer jhr. mr. G. J. Speelman, thans griffier dier regtbank.
Oost-Indië. OntslagenEervol uit 's lands dienst, met behoud
van re»t op pensioen, de kommandeur voor het vak van scheeps
bouw hij het marine-etabl. te Soerabaija A. A. Kivit Sr., en de
lichtopzigter 2de kl. op Java's 4de punt in straat Sunda A. Colvoort.
Benoemd: Tot kommandeur voor het vak van scheepsb. bij het
marine-etablissement te Soerabaija, de ambtenaar op non-act. S.
van der Lee, laatstelijk kommandeur voor het vak van scheepsb.
bij het marine-etablissement op Onrust, onlangs van verlof uit
Nederland teruggekeerd.
Buitenland.
In het bosch van Boulogne zijn Zaturdag jl. de ge
wone harddraverijen weder aangevangen. De groote prijs
van 100,000 francs, uitgeloofd door de stad Parijs, zal den
9 dezer „verreden" worden.
Naar verzekert wordt, is de uit acht prachtige salon
wagens bestaande keizerlijke spoortrein, die de Fransche
Ooster-Spoorweg-Maatschappij ten dienste van Keizer
Napoleon III en de verdere leden van zijn geslacht heeft
doen vervaardigen, aan de maatschappij voor Turksche spoor
wegen, ten gebruike van Sultan Abdul-Aziz, verkocht.
Onlangs deelden we een korte biografie mede van
Grêlier, die, na zijne vrouw in het wasschen behulpzaam
geweest te zijn, onder de Commune gedelegeerde bij het
ministerie van binnenlandsche zaken voor het departement
van koophandel was geworden. Yictor Elie Grêlier was,
toen de troepen Parijs binnenrukten, spoorloos verdwenen
en waar denkt men wel, werd hij eindelijk gevonden? In
het collegie der Jezuïten, waar hij als eersten kok de beste
diensten bewees en zich door zijn goed gedrag en minzaam
karakter de algemeene achting had weten te verwerven.
Grêlier, voor wasscher en kok in de wieg gelegd, en,
volgens de getuigenis van allen die hem kennen en hebben
gekend, een braaf, hulpvaardig man, was door de popu
lariteit als het ware zijns ondanks tot een politiek persoon
gemaakt. Hij had tijdens het beleg voor zooveel menschen
om niet gewasschen en als soldaat zooveel moed en belange-
looze zelfopoffering getoond, dat men hem den 18 Maart
van de waschtobbe haalde en naar het stadhuis zond, om
daar bij het centrale comité het bataillon der nationale
garde, waartoe hij behoorde, te vertegenwoordigen. Hij
woonde de vergaderingen van dat comité bij meteengezigt
alsof hij er niet veel van begreep, en dat was ook werkelijk
let geval. Hij sprak nooit, maar daarentegen liet men
hem teekenen of teekende men met zijnen naam. De meest
gewigtige besluiten zijn in het Journal Officiel der Commune
opgenomen, als uitgaande van Grêlier, die er echter eerst
later kennis van droeg. Grêlier werd dezer dagen door den
krijgsraad tot verbanning veroordeeld. Zoo één lidderCommune
medelijden verdient, dan is het wel de man, die, in plaats van de
Jezuïten te fusilleren, gelijk zijne confrères hebben gedaan,
de eerwaarde vaders op zoo uitstekende wijze heeft gevoed,
dat zij als getuigen a décharge in het proces optraden.
La République Frampaise, het blad van den heer
Gambetta, deelt de volgende statistiek der door de krijgs
raden tot den 27 Mei uitgesproken vonnissen mede: dood
vonnissen 73; veroordeelingen tot levenslangen dwangarbeid
212; tot deportatie in eene vesting 894, tot eenvoudige
deportatie 2900; tot detensie 1169; tot reclusie 60; tot
eene gevangenisstraf van drie maanden en korter 305van
langer dan drie maanden 1373; van langer dan één jaar
1138; verbanningen 291; te zamen 8415 veroordeelingen;
hetgeen met 2112 vrijspraken het totaal van 10,527 von
nissen uitmaakt. Gemiddeld zijn alzoo 20°/o der beschul
digden vrijgesproken.
Dezer dagen bleef in het Palais de 1'Industrie te
Parijs een vijftigjarig gedecoreerd heer wel een half uur
lang staren op do schilderij van Berryon, voorstellende een
charge. Vervolgens hief hij eensklaps zijne rotting op en
begon als een razende door de zaal te loopen, onder het
roepen van: >,Voorwaarts, chargeer, chargeer!" Toen hij
zich eindelijk op de schilderij wilde werpen, werd hij door
een bediende, geholpen door een heer, aangegrepen en naar
het naburige bureau van politie gebragt. Daar kwam de
man spoedig tot bedaren en werd hij herkend als de luit.-
kolonel A. L., die, sedert hij in den slag bij Gravelotte
zijne beide zoons aan zijne zijde heeft zien sneuvelen,
meermalen aan aanvallen van zinsverbijstering lijdt.
In de vorige week werd op het kerkhof Père la
Chaise, te Parijs, een Italiaan, Arteni genaamd, begraven,
die zijn brood verdiende met honden kunsten te laten doen.
Zijn lijk werd door vriend noch bloedverwant gevolgd;
alleen een poedel, een hazewind en een keeshond volgden
op eenigen afstand. Men had hen niet kunnen terughouden
en de lijkbezorgers hadden maar geen verdere moeite gedaan.
Aan het kerkhof gekomen wilde men echter de dieren niet
doorlaten. Nadat zij een oogenblik hadden gejankt, rigtten
zij zich op de achterste pooten en begonnen voor de lijk
bezorgers te walzen om hun hart te vermurwen. Toen
gingen zij dood liggen en eindelijk sprongen zij bij herhaling
over elkander heen. Intusschen was het lijk in het graf
gelaten. De arme dieren bleven nog een poos opzitten
voor het hek, en eerst na een half uur keerden zij terug
met den staart tusschen de pooten.
De hertog van Edinburgh (zoon der Koningin) is gis
teren in Hydepark van zijn paard gevallen, doch heeft zich
met bezeerd en besteeg het terstond weder.
Bij het naderen van het zomersaizoen waarschuwt de
Medical Times tegen het gebruik van vanille-ijs, daar in
de laatste jaren te Parijs, Altona, Munchen, Weenen, enz.
vergiftigingen door genoemd ijs hebben plaats gehad.
Het renpaard, dat den Derby-ren won, Cremorne
genaamd, rende de baan af in 2,45| sec., dat is 2| sec.
meer dan de kortste tijd waarin het paard Kettledrum in
1861 en Blair Athol in 1864 het deden. De renbaan is
23 minuten gaans.
Men meldt o. a. uit Londen, dd. 31 Mei, aan de
N. K. Crt.„Welk paard winner was bij de Derby
wedrennen, zal u wel weinig interesseren. Ja, 't zal u
schier belagchelijk voorkomen, wanneer ge leest of hoort
van onze Britsche ren- en wed-manie, en van de hoog
gespannen nationale belangstelling in eene zaak, die ten
uwent en elders in Europa hoogstens de aandacht zou
trekken als liefhebberij, tijdverdrijf of kinderspel, 't Is
waar, kinderachtig is de Brit nu eenmaal op 't punt van
sport, gelijk de Hollander het is op het punt van kermis.
Maar dat kinderachtige heeft zulke grootsche afmetingen,
dat men het werkelijk, wanneer men hier leeft en verkeert,
niet helpen kan zich aangestoken te gevoelen door het
algemeen enthousiasme en meê te kijken, meê te schreeuwen,
al ware het slechts, om niet geheel alleen wijs te schijnen
te midden eener wereld van dwaasheid. Vooral voor hem
die 't Britsche volkskarakter kent, biedt de Derby-dag een
curieus schouwspel aan. De opmerker trekt dan ook niet naar
Epsom's groene heuvelen, om paarden, maar om menschen
te zien. Let bijv. eens op de fraterniteit, die er heerscht
tusschen al deze paard'enminnaars. De koetsier en zijn
meester, pikeur en staljongen, lord en jockey, dandy en
speculant, alles beweegt zich hier op gelijken voet onder
elkander; lieden praten er vriendschappelijk en reiken
elkaar de hand, waarvan morgen de een den ander geen
blik waardig zal oordeelen. Speel- en dobbelzucht hebben
voor 't oogenblik alle verschil van rang en stand doen
verdwijnen. HelaasDat geen nobeler motief hier aan te
wijzen valtDoch, 't laat zich niet loochenenook de
Derby-dag verbastert meer en meer. Eertijds was ver
edeling van 't paardenras 't doel; zuiver sport was de
aantrekkelijkheid; kortom, de wedren was in elk geval
hoofdzaak, dobbelen bijzaak. Thans is het omgekeerd; de
paarden loopen slechts, om den speculant en zijn slagtoffer
een voorwendsel te verschaffen. De hartstogt voor wedden
is dan ook een nationale ramp geworden. Zoo vroeger
slechts de kenners zich aan een pari waagden, thans moet
zelfs de mindere man zijn goudstuk op het bord zetten.
En natuurlijk varen de speculanten van beroep, gaauwdieven
pur sang, daar het best bij. Gerust durven zij den inzet
opdrijven, want zoo ze verliezen, betalen ze nieten winnen
ze, welnu, dan zijn ze humaan genoeg om u de verloren
som in leen te laten behouden, tegen behoorlijke securiteit
en een matigen interest van 80 pCt.
De dames der waschkuip hebben door den omroeper
te Leamington bekend laten maken, dat op en na 1 Junij
geen enkel van haar meer zou werken voor minder dan
18 stuivers per dag met kost en bier.
Te Leamington heeft dezer dagen de eerste vergade
ring der algemeene landbouw-daglooners-vereeniging plaats
gehad. Ongeveer 60 afgevaardigden van verschillende
vereenigingen waren tegenwoordig. Het voorzitterschap
werd waargenomen door het parlementslid Dixon, die
beloofde, dat hij eene wet zou indienen, strekkende om de
belangen dier mannen te bevorderen; maar, zeide hij, het
meeste moesten zij zeiven doen, door het oprigten van
winkel-vereenigingen, door spaarzaamheid en matigheid en
desnoods door uit het land te verhuizen.
De Vereeniging ter bevordering van Nijverheid in
Pruissen heeft een zilveren medaille en 500 th. uitgeloofd
voor de zamenstelling van een soldeer, dat in eigenschappen
en gebruik met het gewone tin-soldeer overeenkomt, doch
geel van kleur is, zoodat het voor geelkoper en dergelijke
metalen kan gebruikt worden, zonder zigtbaren naad.
Frederik Gerstacker, als letterkundige teregt beroemd,
is dezer dagen te Brunswijk, na eene korte ongesteldheid,
overleden.
Hij was den 16 Mei 1816 te Hamburg geboren. Ten
gevolge van het overlijden zijns vaders kwam hij in 1825
te Brunswijk, om aldaar hij een zijner bloedverwanten te
worden opgevoed. Later is hij te Kassei, vervolgens te
Leipzig, op eene school geplaatst. In 1837 vertrok hij
naar Noord-Amerika, bleef eerst drie maanden te New-York,
deed daarna eehe voetreis door de Vereenigde Staten, en
begaf zich vervolgens naar Arkansas, alwaar hij door
schandelijk bedrog van eenige personen alles verloor en
alzoo genoodzaakt werd door hard werken den kost te
verdienen. Na eindelijk bij afwisseling eene poos als stoker
op een stoomboot, als boerenknecht, houthakker, fabriek
werker, enz. in dienst te zijn geweest, en ook voor zijn
brood veel in de omstreken op de jagt te zijn gegaan,
bragt hij het eindelijk zoover, dat hij te Louisiana opzigter
in een logement werd. In 1843 nam hij de terugreis naar
Duitschland aan, schreef verschillende romans, maakte reis
beschrijvingen en wijdde zich ook aan anderen, litterarischen
arbeid, tot hij in 1849, met geldelijke ondersteuning van
wege het ministerie en de boekhandelaarsfirma Cotta, eene
reis ondernam door de Zuid-Amerikaansche Staten naar
Californië, en vandaar naar de Sandwichs-eilanden en het
Australische vasteland. In September 1851 reisde hij over
Batavia naar Duitschland terug, woonde eenigen tijd te
Plagwitz, bij Leipzig, en vervolgens op het kasteel Kosenau
als gast van den hertog Ernst van Saksen-Coburg-Gotha,
dien hij in 1860 op eene reis door Zuid-Amerika vergezelde.
Qok tijdens zijn tweede verblijf in Duitschland heeft hij
weder een aantal werken geschreven. Zijne laatste levens
jaren heeft hij te Brunswijk doorgebragt. Hij is gehuwd
geweest met eene Duitsche vrouw, die hij op een zijner
verre reizen had leeren kennen.
De officiëele Kegerings-Bode berigt, dat in de eerste helft
der volgende maand te Moskou een Congres van de ver
schillende afdeelingen der maatschappij van het Boode Kruis
zal worden gehouden, waaraan alle leden dier maatschappij
zonder uitzondering, en derhalve ook de vrouwelijke leden,
zullen kunnen deelnemen. De op dat Congres te behan
delen vraagstukken zullen meer bijzonder betrekking hebben
op de maatregelen, die in vredestijd behooren genomen te
worden om bij het onverhoopt uitbreken van een krijg
volledig voorbereid te zijn.
Uit Warschau wordt gemeld, dat volgens officiëele
berigten de cholera in April in Rusland verschenen is in
het gouvernement Kiew, in de districten Czygyrin en
Kanieuw, in het gouvernement Podolie, in de districten
Proskurow en Kamienicz en in het gouvernement Cherson
in de stad Elisabethgrad. Het karakter der ziekte is overal
goedaardig, maar hare toenemende verspreiding wekt ernstige
bezorgdheid.
De Canadian and Pacific Railway is de naam der
nieuwe spoorbaan, bestemd om de Atlantische met de
Stille zee te verbinden. Het plan daartoe gaat uit van
een maatschappij en wordt ondersteund en begunstigd door
de financiële agenten van Canada, aan welke tevens het
toezigt is opgedragen. De maatschappij zorgt voor tien
millioen dollars, van regeringswege worden nog dertig millioen
gewaarborgd. Daarbij zijn ter beschikking van de onder
neming gesteld: vijftig millioen acres land, welke bij kave
lingen van twintig duizend acres elke, in haar bezit geraken.
De aard van het land is gunstig bekend; de streek in
Minnetoba en langs de Roode rivier en de Saskatchewan-
valeijen is, wat de graanproductie en veeteelt betreft, een
der besten ter wereld.
Volgens de Cleveland Leader bevinden zich in de
Vereenigde Staten van Noord-Amerika ongeveer 21 mil
lioen honden.
De Courrier de San Francisco deelt bijzonderheden
mede van een voorbeeldelooze ramp in Californië, tenge
volge eener aardbeving, die den 26 Maart het stadje Lone
Pine totaal verwoest heeft. Tegen twee uur 's morgens
werden de inwoners van Lone Pine uit hun slaap gewekt
door een sterken knal, die bijna onmiddelijk gevolgd werd
door een verschrikkelijke schudding van den grond, in de
rigting van het zuiden naar het noorden. In een oogenblik
lag het geheele stadje in puingeen enkel huis bleef
overeind. Een zeker kolonel Whipple, die zich op de eerste
verdieping van zijn huis bevond, verhaalt dat hij nog juist
den tijd had om uit het bed te springen en den corridor
te bereiken, toen het huis ineenstortte en hij onder de
puinhoopen bedolven werd. Hoewel met wonden bedekt,
slaagde hij er in, om er zich onder uit te werken. Het
tooneel, dat zich nu voor hem opdeed, gaat alle beschrijving
te boven. Van alle zijden hoorde men slechts kreten en
gekerm. Bijna alle inwoners lagen onder de puinhoopen
hunner huizen begraven en het geroep om hulp, het
klagend geschrei der gewonden, de kreten van hen, die
ontsnapt waren en thans bloedverwanten of vrienden zochten,
dat alles gaf een tooneel vol wanhoop. De eerste schok
werd weldra door drie anderen gevolgd. Hierop volgde
eenige tijd rust, toen de schokken zich begonnen te herhalen.
Tot aan het aanbreken van den dag lieten zich ongeveer
300 schokken gevoelen, zoodat de grond als 't ware drie
uren lang in voortdurende beweging was. In eene vlakte
opende zich een spleet, die zich over een lengte van 35
mijlen uitstrekte met een afwisselende breedte van 3 tot
40 voetstukken van rotsen stortten naar benedenin het
kort, er is geen enkele plaats, waar men de sporen der
verschrikkelijke beweging niet bespeuren kan. Cerrr Gordo
is aanzienlijk beschadigd; er zijn een aantal huizen gescheurd
sommigen omvergeworpen, maar geen der bewoners heeft
gevaarlijke wonden bekomen. Swansea is geheel verwoest;
huizen en stallen vormen slechts een verwarden puinhoop.
Algemeen houdt men het er voor, dat Lone Pine het
middenpunt der beweging is geweest. Iedere schok werd
voorafgegaan door een ontploffing, die uit 't binnenste der
aarde scheen te komen. Men rekent, dat zich in 58 uren
meer dan 600 schokken hebben doen gevoelen. Te Lone
Pine en omstreken heerscht de grootste ellende, daar de
meeste inwoners alles verloren hebben, wat zij bezaten.
Weerkundige Waarnemingen te Helder (Landskeet).
3
Uren.
Windrigting
en
Kracht.
Barometer
mm.
Thermometer
C.
a
<u
_a o
O O
fc
Toestand
van
de
zee.
Stand.
Afw.
Stand.
Afw.
2
12
ztw. 1.4k.
761.39
f 0.51
16.2
- 0.3
0.71
Vlak.
3
12
zw. 1.2„
757.27
- 3.67
16.0
- 0.6
0.71
u
4
8
wtn. 0.1 u
759.13
- 1.87
13.6
- 1.1
0.81
4
12
nnw. 0.2„
760.41
- 0.59
15.0
- 1.7
0.78
u
Weersgesteldheid 2 Junij 12 u. Ligtbew., beneveld, mooi.
3 Junij 12 u. Ligtbew., sehoonweer.
4 Junij 8 u. Ligtbew., vochtig, mooi.
4 Junij 12 u. Digtbew., mooiweer.
Zeilklaar liggende en vertrokken Sohepen Groote Vaart.
Aankomst. Vertrek. Schip. Gezagvoerder. Bestemming.
29 April. 1 Junij. Prins Hendrik. J.Hendriks. Bat. viaSuez.
9 Mei. N.Waterw.II. J. Zwart. Batavia.
28 ii 4 Junij. Heuriëtte. J.R.Brouwer. Padang.
30 2 Wijk aan Zee. A.deLooper. Batavia viaNewc.
30 i, 4 ii Mr.J.v.Lennep. B.BodSprenkel. Batavia.
3 Junij. Cornelia. J. H. Zeven. Genua.
Vertrokken passagiers: per Henriëtte de heeren J. G. en C. G.
Boon; per Mr. Jacob van Lennep de sergeant-majoor-vuurwerker
Albers en familie.
Binnengekomen Koopvaardijschepen Groote Vaart.
Binnenk. Schip. Gezagvoerder. Cargadoor. Herkomst.
3 Junij. Leucothea. M. Trobes. van Vliet Co. Batavia.
Binnengekomen Sohepen bestemd hunne lading in de
Binnenhaven te lossen.
Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor.
Vivid. W. Bedingfield. Sunderland. Steenk. ZurMühlen&Co.
Est her. J. Eiskine.
FatherMatthew.W. K. Watson. Seaham.
Kepier.
Southwiek.
Conservator.
Ohio.
Carbon.
Sirius.
Mercato;
Noordh'
Odin.
C. Mohrke.
J. Lilley.
W. Eobinson.
C. Buil.
G. Beston.
F. Elliot.
)r, W. J. Gibbs.
«land. T. B. Bloos.
Sunderland.
Newcastle.
Nicolaïff.
Nerva.
Bogge.
Hout.
C.A.Christianseu. Drammen.
de Vries Co.
Duink.&Goedk.
ZurMühlen&Co.
Duink.&Goedk.
Hoogl.&v.Herw.
de Vries Co.
ZurMühlen&Co.
Duink. &Goedk.
ti
van Strijen.
v. Vliet Co.