ADVERTENTIËN.
Engeland.
Duitschland en Oostenrijk.
Spanje.
China en Japan.
Amerika.
278ste STAATS LOTERIJ.
Marine-Haven Nieuwediep.
ALKMAARSCHE MARKT VAN GISTEREN.
Afdeeling HELDER
DER NEDERLANDSCHE VEREENIGMG TER BEVORDERING
DER KOEPOKINENTING'
De Gemeente-Ontvanger van Texel,
uenootschap voor vrouweningerigt op den voet der
hondensche Maatschappij, die, ter bereiking van haar doe],
ondersteuning verleent in geschenken, en andere belooningen
uitreikt aan degenen, die den weg van beterschap inslaan.
Jl. Zondag avond werd aan den heer Thiers zijn
narapluie ontstolen. Hij had namelijk in den tuin gewan
deld en zijn parapluie tegen een hek gezet. Een goed
gekleed heer maakte zich daarvan meester. Hij werd op
heeterdaad betrapt en voor den commissaris van politie
oebragt. Hier bleek het dat de dief een Engelschman was
van zeer goede familie, die de parapluie had weggenomen
voor zijne verzameling van curiositeiten. Thiers heeft last
iregeven den dief in vrijheid te stellen, en hem zijne
parapluie ten geschenke gegeven.
Door de maatschappij tot bescherming van dieren te
Parijs is jl. Zondag een groot aantal zilveren en bronzen
medailles, premiën in geld en boekwerken uitgereikt aan
hen, die zich door goede zorg en menschlievendheid jegens
de dieren hebben onderscheidenonder hen bevonden zich
vele agenten van politie en koetsiers.
In een café-concert van de Champs Elysées bedient
tegenwoordig een Cliinesche garcon. Hij draagt Europesche
Heederen, uitgenomen het vest en het witte voorschoot,
die nog uit zijn geboorteland afkomstig zijn. Zijn haarvlecht
heeft hij rondom het hoofd opgerold. Hij spreekt zeer zuiver
Fransch.
De geschiedenis van dien zonderlingen bediende, die zich
Tsang noemt, is zeer belangwekkend. Hij was in dienst
van de Keizerin van China, die hem het toezigt over
zekeren waaijer had toevertrouwd, waarop de keizerlijke
draak in groene kleuren op een geelen grond was gebor
duurd. Het was een heilige waaijer, afkomstig van den
overleden Keizer, en die de Keizerin bestemd had om aan
haar zoon ten geschenke te geven op den dag van zijn
huwelijk. Op zekeren morgen brak Tsang den waaijer en
werd veroordeeld om onthoofd te worden.
Maar Tsang, een levenslustige jongen, verloor zoo spoedig
den moed niet. Hij wist dat hij zonder getuigen op een
binnenplaats der gevangenis geëxecuteerd zou worden. Toen
het oogenblik van de voltrekking der doodstraf was aan
gebroken, sprong hij den beul, nog vóór deze zijn wapen
getrokken had, naar de keel en verworgde hem. Onver-
lijld trok hij de kleederen van den doode aan, vertrok
zonder letsel en scheepte zich in aan boord van een Eransche
stoomboot.
Twee jaar diende hij te Marseille bij een koopman in
thee en roept nu als een geboren koffijhuisbediendeEen
kop koffijAls je blieft, mijnheer
Dezer dagen overleed te Yxeuilles, dep. Haute Saöne,
in den ouderdom van 92 jaren, de organist Enjalbert, die
bij de krooningsplegtigheid van Napoleon I het orgel van de
Nötre Dame bespeelde.
In de dagbladen uit het zuiden van Frankrijk wordt
de aandacht gevestigd op een zeer schadelijke en misdadige
industrie, die in Spanje wordt uitgeoefend, het vervaardigen
namelijk van Fransche gouden muntstukken uit een aliage
van platina en koper, met een laagje goud bedekt, hetwelk
zoo dun is, dat bij eene eenigzins sterke wrijving de ali
age terstond door het echte metaal heenschijnt. De bedoelde
slnkken hebben volmaakt het voorkomen en den klank van
echte goudstukken, zoodat zij zelfs het meest geoefende oog
kunnen misleiden. Op die wijze vervaardigde stukken van
20 fr. bezitten slechts een goudgehalte van 4,75 frs. De
zeer dunne platina-bladen, die de valsche munters voor
hun bedrijf bezigen, worden in Frankrijk geslagen en ver
volgens in Spanje ingevoerd.
Uit Londen wordt een zeldzaam geval van krank
zinnigheid gemeld. Een Engelschman, de heer Mackensie-
Bridge, had een aanzienlijke som gewed op Laburntun,
renpaard van baron Rothschild, dat een totale nederlaag
leed; Mackensie-Bridge kwam somber te huis en was geheel
in zich zelf gekeerd. Zijn vrouw kon zelfs gedurende den
maaltijd bijna geen woord uit hem krijgen. Eensklaps
stond hij op, wierp al het vaatwerk uit het venster en
zei tot zijn vrouw: „Ik zal niet meer eten. Ik wil mager
en jockey worden. Dan berijd ik bij den eerstvolgenden
wedren Laburnum en wij zullen wat anders zien. De
jockey van den baron is een wolbaai; hij weegt op zijn
minst 60 kilo." Hij houdt hardnekkig woord en heeft sedert
dien dag niet willen eten. Zaturdag avond 11. was hij reeds
bijna van uitputting bezweken en hij kon niet meer op
zijn beenen staan. Geen woord komt over zijn lippen dan:
Jk wil jockey worden en ik zal Laburnum berijden."
Men heeft zelfs al geweld beproefd om hem te doen eten,
maar tot nu toe is ook dat niet gelukt.
- Dezer dagen werd in het Kristallen Paleis te Londen
de derde groote nationale tentoonstelling van jagt-en andere
honden geopend; er zijn van deze 1200 van allerlei soort
aanwezig.
De Birmalische gezanten, 16 in getal, zijn Dingsdagjl.
te Dover, alwaar een buitengewoon groote volksmenigte
hen opwachtte, aangekomen van Calais, in het Birmalische
stoomjagt Tyeska Yeen Byan, toebehoorende aan den
Koning van Birmah. De gezanten bleven aan boord en
zouden eerst Woensdag aan wal stappen. Het jagt is van
400 tonnenlast en zal te Londen zes stukken geschut aan
hoord nemen; de bouw is tamelijk goed. De Birmahsche
vlag bestaat uit karmozijn-roode paauw op witte grond.
De kapitein en stuurlieden zijn Engelschen, maar de be
manning, uit 80 man bestaande, zijn Hindoes of Birmahnen,
d'e in het wit gekleed zijn en de roode muts, „fez" ge
naamd, dragen. Hunne zwarte aangezigten zijn niet
onaangenaam en hun ligchaamsbouw is stevig. Het oogmerk
van het gezantschap is de westersche hoven te bezoeken
en maatregelen te nemen tot bevordering van beschaving.
Ka te Dover door de regering der stad ontvangen te zijn
geworden, zal het gezantschap zich met een extra trein
naar Londen begeven en daarna Birmingham, Manchester,
heeds, Sheffield en andere belangrijke fabriekplaatsen
bezoeken. Onder de geschenken, welke zij uit naam van
den Vorst van Birmah Koningin Victoria zullen aanbieden,
behoort een armband, waarvan het goud 7 pond weegt.
Een schatrijk koopman te Brighton, Moses Spineman,
had op zijne ver uitgestrekte reizen, laatstelijk ook Malabar
bezocht. Hij was er smoorlijk verliefd geworden op eene
inboorlinge, had haar medegenomen en was met haar voor
den Engelschen kansel wettig gehuwd. Zes maanden geleden
kwam hij met haar te Brighton. De jonge vrouw bleef
volstandig getrouw aan de zeden, gewoonten en begrippen
van haar land en stam. Zoo was ook alle moeite om haar
tot de Anglikaansche kerk te bekeeren, vruchteloos. Integen
deel, zij had zich een hut in het open veld laten bouwen
en ging daar dagelijks op hare wijze bidden. Een week
geleden kwam haar man te sterven. De weduwe wierp
zich wanhopig op zijn lijk, rukte zich de haren uit en
scheurde hare kleederen. Des avonds verliet zij het huis
niemand wist waarheen. Drie dagen was zij afwezig en de
dienstboden verkeerden in groote ongerustheid. Eindelijk
kwam een hunner op het denkbeeld naar de hut te gaan.
Zij vonden slechts een hoop smeulend hout en bij nader
onderzoek bleek, dat „de Malabaarsche weduwe" de hut
aangestoken en zich er in verbrand had.
De nieuwe telegraaflijn Berlijn-Emden-Lowestoft-Londen
is gisteren geopend en ingewijd met een telegram van den
Duitschen Keizer aan Koning Victoria te Balmoral, waarin
Z. M. de hoop te kennen geeft, dat de twee schoone en
magtige rijken door den thans geopenden weg, naauwer
en gelukkiger mogen verbonden zijn.
Volgens een berigt in de Volkszeitung hebben al de
kellners te Berlijn besloten, op een der drukste dagen in
deze of de volgende maand de bediening te staken, als de
hotelhouders blijven weigeren het loon te verhoogen.
De maarschalk Serrano heeft, bij het nederleggen van
het militaire opper-commando eene legerorder uitgevaardigd,
waarin hij de troepen uit naam van den Koning en van
het vaderland dank zegt voor hun waardig gedrag gedurende
den korten, maar zeer vermoeijenden veldtogt en voor hunne
krijgstucht, waardoor zij „tot een voorbeeld voor de gehardste
krijgslieden konden strekken." Ten slotte vermaant de
maarschalk de soldaten om onder zijnen opvolger dezelfden
te blijven, die zij onder hem geweest waren, en geeft hij
hun met aandrang den raad „om standvastig aan hun heilig
vaandel getrouw te blijven, onder de leus van Koning
Ainadeus I en de vrijheid
Uit nadere mededeelingen blijkt, dat de zamenzwering
tegen het leven van den Japanschen Mikado, waarvan voor
eenigen tijd is gesproken, ook gerigt was tegen de in Japan
vertoevende Europeanen en dat ze niet minder dan 50,000
leden telde. Aan het hoofd stonden een bloedverwant des
Keizers, een zoogenoemde Mia, en Muriyama Daijo, vice-
minister van Buitenlandsche Zaken. Eenige duizenden
zamenzweerders werden in hechtenis genomen en 6 a 700
ter dood gebragt, waaronder ook Muryama. De Mia
bevindt zich nog in de gevangenis te Kioto.
Niettegenstaande deze gestrenge straffen hebben, zooals
reeds kortelijk door ons is gemeld, den 26 Maart 11. een
twaalftal Buddhistische priesters, „mannen in 't wit" heeten
ze in de Japansche berigten, het gewaagd het slot van den
Mikado binnen te dringen. Het geschiedde tegen het vallen
van den nacht en toen de wacht hun wilde beletten binnen
te gaan, trokken ze het zwaard. Vier hunner evenwel
werden op de plaats gedood, de overigen gevangen genomen,
doch ze wilden niets mededeelen omtrent het doel van hun
zonderling bezoek.
Den dag na het gebeurde ontvingen de Europeanen eene
waarschuwing om zich niet te ver buiten de stad te wagen,
daar in den omtrek eenige vei\lachte benden rondzwierven.
Ten gevolge van den geduchten storm van 6 en 7 dezer
hebben op de kusten van Nieuw-Engeland vele vaartuigen
schipbreuk geleden.
De grève ter verkrijging eener vermindering van den
werktijd tot op 8 uren en eene verhooging van het loon
met 20 pCt. breidt zich meer en meer tot verschillende
industriële bedrijven uit. Aan de zijde der meesters vinden
deze werkstakingen ernstig verzet. In verscheidene steden
zijn te dezer zaken reeds woelige tooneelen voorgevallen.
Naar beweerd wordt, moedigt de Internationale deze
beweging aan.
V IJ F D E KLASSE.
vijftiende lijst: No. 5475 10,000; No. 15805 en
15980 ieder f 1500; No. 10216 j 1000; No. 801, 1421,
9362 en 17346 ieder 400; No. 853 200; No. 723,
2685, 5998, 7800, 11456 en 12910 ieder 100.
zestiende lijst: No. 6942 prijs f 1000 en premie
f 30,000; No. 6783 2000; No. 844Ó 400; No. 5439,
'5784 en 12329 ieder 200; No. 1154, 1828, 5183, 5464,
7151, 14948, 16304 en 17161 ieder 100.
Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Groote Vaart.
Aankomst. Vertrek. Schip. Gezagvoerder. Bestemming.
5 ii Henriëtte. W. B. Schill. Suriname.
6 ii Trio. J. Westerveld. BuenosAyres.
Binnengekomen Koopvaardijschepen Groote Vaart.
Binnenk. Schip. Gezagvoerder. Cargadoor. Herkomst.
7 Junij. EdwardMc.Dowell. J.Greenough. van Vliet Co. Galveston.
7 Atlantic. C.A.Johannesen. New-York.
7 Acadië C. de Boer. v.d.Brug&Co. Suriname.
8 n Ortelius. J. S. Schol. Hoogl.&v.Herw. Banjoewangi
Binnengekomen Schepen bestemd hunne lading in de
Binnenhaven te lossen.
Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor.
Sandviken. J. Hansens. Nerva. Hout. Amons Co.
Kepier. C. Mohrke. Sunderland. Steenk. ZurMühlen&Co.
Matchless. X. Lawrence. Seaham.
Weerkundige Waarnemingen te Helder (Landskeet).
Windrigting
en
Kracht.
Barometer
mm.
Stand.
wzw.
ztw.
zzw.
9k.
12„
7„
754.89
757.74
758.27
Afw.
- 6.32
- 3.52
- 2.99
Thermometer
C.
Stand. Afw.
s
O O
O
Toestand
van
de
zee.
13.2
12.0
14.9
- 4.0
- 3.5
- 2.5
0.79
0.88
0.74
Golvend.
Weersgesteldheid: 7 Junij 12 u. Losbewolkt, winderig.
8 Junij 8 u. Zwaarbewolkt, winderig, buijig.
8 Junij 12 u. Ligtbewolkt, helder, winderig.
Aangevoerd 387 stapels Kaas, wegende 88870 kilogram.
Prijzen: Kleine f 32,50.
Commissie f 32,
i, Middelbare f 34,25. x
Laagste prijs f 20,
De aanvoer ter graanmarkt was dit voorjaar beduidender en aan
houdender dan immer vroeger. Thans is de voorraad zoo goed
als opgeruimd en wat verkocht wordt kan niet als handel aan
gemerkt worden. Prijsopgaaf is alzoo niet doenlijkonze gewone
opgaven zulleu moeten wachten tot de nieuwe oogst.
Bij het afdrukken was het berigt der Alkmaarsche
veemarkt van heden uog niet ontvangen.
LIJST VAM BRIEVEN, geadresseerd aan
onbekenden, verzonden door het Post
kantoor alhier, van 1 tot 15 Mei 1878.
D. Jonker, te Alkmaar; J. van der Wel, A. J. C. Kampmeijer,
Heerje, mej. A. Spoor, mej. S. C. L. Buitemeier, mej. Musier, J.
G. Schutse, P. de Lefï en Jansen, allen te Amsterdam; H. van
Wijngaarde, te Bergen; F. Mulder, te den Helder; mej. J. Ver
meulen, te HellevoetsluisG. de Buiter, te Koog aan de Zaan;
Arentje Kwak, te SpijkenissenAntje Wijnnans, te Westzaan.
De Directeur van het Postkantoor te Helder
H E B W E IJ E B.
Heden trof mij de gevoeligste slag mijns levens, door bet
overlijden van mijne dierbare Echtgenoot DIRKJE DEKKER,
in den ouderdom van 30 jaren, mij nalatende 3 Kinderen,
te jong om het verlies van hunne Moeder te beseffen.
Alleen de hoop op een zalig wederzien lenigt mijne smart.
Nieuwediep, 3 Junij 1872.
W. OSTENBRUG.
Den 7den Junij overleed te Amsterdam de Heer F. A.
LINSE, Echtgenoot van Vrouwe A. H. VAN HEUSDEN.
Nieuwediep, 8 Junij 1872.
J. V. WIERDSMA.
J. N. A. WIERDSMA—VAN HEUSDEN.
Eenige kennisgeving.
In het lokaal uoor EVANGELISATIE alhier
zal op Zondag den 9 Junij, op de gewone
uren, D. V., als spreker optreden de Wel-Eerw. Heer D.
WILKENS, Evangelist te 's Gravenhage. Het Bestuur.
Belangstellenden in dit Nationaal Genootschap worden
uitgenoodigd toe te treden als Lid. Jaarlijksche contributie
1 Gulden.
Het Bestuur der Afdeeling,
OUDENHOVEN, Pres.
Dr. HELLEMA, Secr.
BRAAKSMA, Penn.
Ds. BRON.
H. DAARNHOUWER.
herinnert bij deze de ingezetenen tot BETALING der nog
achterstallige belasting van den Hoofdelijken Omslag, ver
schenen 15 Mei jl., en zulks ter voorkoming van onkosten.
De Ontvanger voornoemd,
G. LIST.
Bij vonnis der Arrondissements-Regtbank te Alkmaar,
in dato 3 Junij 1872, is P. JONGKEES Jz., Koek- en
Banketbakker, wonende te Helder, op eigen aangifte
verklaard in staat van faillissement, ingaande op
gemelde dagteekening, met benoeming van den Edel. Achtb.
Heer Mr. W. A. L. DOMIS, Lid dier Regtbank, tot
Regter-Commissaris, en van den ondergeteekende, Deur
waarder bij gemelde Regtbank, wonende te Helder, tot
Curator.
J. W. VAN DER WAL Cz.
Al degenen welke iets te vorderen hebben,
verschuldigd zijn, of in bewaring hebben
behoorende tot den boedel van wijlen den Heer
J. W. VAN SPRANG, in leven Genees-, Heel- en
Verloskundige, onlangs overleden te Nieuwediep, gemeente
Helder, gelieven daarvan OPGAVE, BETALING of
TERUGGAVE te doen vóór of op den vijftienden
Junij 1878 bij den ondergeteekende,
W. A. VAN SPRANG,
Binnenhaven, ÏO, te Nieuwediep.