1872. N". 138.
30 Jaargang.
Woensdag 13 November.
te»
i.
Kibbelarij bij de Buren.
Uitgever
Bureau:
'E.
Binnenland.
eenej
°dig
ten
IJN-
I Vil
1IELDERSUHE
KV VIEUWEDIEPER COURANT.
,W ij huldigen het goede."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
franco per post - 1.65.
A. A. BAKKER Cz.
MOLEN PLEIN, N°. 163.
Prijs der AdvertentiënVan 14 regels 60 cent.
elke regel meer 15 cent.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend
PE,
VERTREKDAGEN DER BRIEVENMAILS
Naar Oost-lndië: via Triest 26 Nov. 's avonds 6 u. 25 m.
Marseille21 Nov. 's avonds 6 u. 25 m.
Brindisi 14 Nov. 's avonds 6u. 25 m.
West-ludië: vi&Southampton 15 Nov. 's morg. 6 u. 25 m.
Suriname via St. Nazaire 4 Dec., 's avonds 6 u. 25 m.
Kaap de Goede Hoop: 23 Nov., 's morg. 6 u. 25 m.
aan a via Triest 22 Nov. 's m. 6u.25m.
uut
noc
elijk a<
R,
RLA01
3TOK.
on,
Eene gebeurtenis in Pruisen trekt de algemeene aan-
;cht. Het Heerenhuis, de Pruisische Eerste Kamer, heeft
falrÜiene wet tot regebng van het bestuur der districten in de
oostelijke provinciën, welke door het Huis der Afge-
aardigden met 256 tegen 61 stemmen was aangenomen,
net de overgroote meerderheid van 145 tegen 18 stemmen
erworpen, niettegenstaande Keizer Wilhelm zijnen wensch
it het goedkeuren der wet uitdrukkelijk te kennen gege-
en had.
Het verwerpen van eenig wetsvoorstel door eene Eerste
fetgevende Kamer, nadat de Tweede het heeft aange-
omen, is, al komt het ook niet dikwerf voor, toch niet
leldzaam, qn wekt te minder belangstelling, naarmate het
nderwerp meer op zichzelven en niet in verband staat
iet de richting, waarin de regeering het noodig acht zich
bewegen. Het in Pruisen afgestemde wetsvoorstel betrof
èter eene zaak van hoog staatkundig belang, niets min-
er namelijk dan de vraag, of het koningrijk, dat thans
ui het hoofd van Duitschland staat, zal mogen gerekend
lorden onder de Kijken waar, zooals in Engeland, Neder-
ind en België, de liberale staatkundige beginselen in
Hechtheid gehuldigd ei\ toegepast worden, of dat het,
ihoon pronkende met grondwet en Vertegenwoordiging,
billijke en verouderde voorrechten voor bijzondere standen
il in wezen laten. Bovendien waren de omstandigheden,
I, 201 aarin deze vraag, voor het oogenblik in ongunstigen zin,
'slist werd, van buitengewonen aard, waartoe zeker wel
i persoonlijke, vruchteloos gebleven tussclienkomst des
m z' onings mag geteld worden.
Toen Bismarck, voorziende dat het tusschen Oostenrijk
1 Pruisen eenmaal tot eenen oorlog zou komen over den
f 42 jorrang in Duitschland, zijne legerplannen doorzette, al
erden zijne hooge krijgsbudgetten door het Huis der
imei .fgevaardigden afgewezen, was het behoudende,Heerenhuis
gewillige steun der regeering, uit ministers bestaande,
ie van hetzelfde hout als dat Huis gesneden schenen en
it met het, vele liberale elementen bezittende, Volkshuis
aar volstrekt niet konden vinden. Bismarck wist nochtans
goed, dat de leden van het Heerenhuis niet de mannen
aren, die hij behoefde om hem bij te staan in zijne plannen
t wedergeboorte van den Pruisischen Staat, zoodra deze
it standpunt zou hebben ingenomen, dat hij er voor
loogde; hij zag te helder om de eischen van zijnen tijd
miskennen, en toen de oorlogen, eerst met Oostenrijk,
larna met Frankrijk, zegevierend ten einde gebracht
aren, en Pruisen eerst tot het hoofd van den Noord-
litsehen Bond, vervolgens van het herstelde Duitsche
H ijk gemaakt hadden, zag men de liberale leden van het
q'j, uis der Afgevaardigden naderen tot hem, die het verlangen
s Duitschen volks, zij het door bloed en staal, tot ver-
50a! '"'ng had weten te brengen, en den met succes gekroonden
latsman meer en meer tot hen, die de lieden, niet van
t verleden, maar van het heden en der toekomst waren,
di) e onhandelbare ministers van het oude régime maakten
eeun ogzamerhand plaats voor staatslieden, in staat om de
Mieuwere eischen te verstaan en te bevredigen, en gelijk
a6>'' i regeering vroeger met het Huis der Afgevaardigden
jl ïworsteld had, zoo ving nu een andere strijd aan met het
beger gevierde Heerenhuis, dat maar niet gezind was,
a m| we zienswijze te deelen, geheel in tegenspraak met de
20010 lang gemeenschappelijk gehuldigde, veelmin om aan
yaaij tnkbeelden toe te geven, die als modern en revolutionair
Bchouwd moesten worden en de bevoorrechte positie zijner
7. «1 lelijke leden op den duur zonden schaden. Meermalen
eest de tot Rijks-kanselier verheven minister, het laatst
ter. ij ter gelegenheid van de behandeling der wet op het
hooltoezicht, het weerspannige Huis tot reden brengen,
'P rtgeen hem door den invloed zijner vroeger zoo beminde
1 in aanzien zoo gestegen persoonlijkheid niet mislukte,
j j;, Ditmaal deed de machtige Prins niets van zich hooren,
7/1 aar bleef hij rustig te Varzin. Begreep hij, dat zijn pogen
tchteloof zou zijn en wilde hij zich voor zoodanige ver-
lvew dering vrijwaren, of wenschte hij den minister van
Menlandsche Zaken, graaf von Eulenburg, het hoofd te
"M stooten en den weg te doen gaan zijner vroegere
oservatieve ambtgenooten von der Heydt en von Muhler,
wel, zag hij het spel met voldoening aan als een middel
>p.
om tot eene hervorming van het lastige en thans niet meer
in zijne plannen passende Heerenhuis, waarmede telkens
nieuwe botsingen te wachten waren, te geraken? Hoe het
zij, de Koning hield zich, wat constitutioneele Vorsten niet
plegen te doen, minder onzijdig, en toen de voorzitters en
ondervoorzitters hem de deelneming der heide Huizen in
het overlijden van Prins Albrecht kwamen betuigen, ver
klaarde hij aan die van het Heerenhuis, dat de kreitswet
zijne volkomen goedkeuring wegdroeg en dat hij wenschte,
haar geene schipbreuk te zien lijden op den tegenstand van
het Huis. Die verklaring strekte den grijzen Vorst tot eer
en was niet overbodig. De kreitswet had eerst na eene
langdurige en moeilijke reis de deur van het Hoogerhuis
kunnen bereiken: reeds 3 jaren geleden ingediend en
alstoen door de Afgevaardigden belangrijk in anti-ministe-
riëelen zin gewijzigd, maar bij de sluiting der zitting
onafgedaan gebleven, was zij op 21 December van het
vorige jaar op nieuw ingediend en, door wederzijdsche
inwilligingen van de regeering en de kamer, den 23 Maart
door den eenen tak der Vertegenwoordiging aangenomen.
Zij zou in de 5 oostelijke provinciën (Posen was om bijzondere
redenen door de Afgevaardigden buitengesloten) eene zekere
mate van zelfbestuur invoeren en een einde maken aan
vele privilegiën van den adel en de groote grondbezitters,
die, om iets te noemen, nog steeds hun eigen policie in
hunne heerlijkheden uitoefenen; zij zou, meer dan dat,
een middel worden tot de nog weinige vorderingen gemaakt
hebbende staatkundige opvoeding des volks, tot het wekken
van belangstelling in en het behartigen van meer dan
locale belangen, door de oprichting van kreitsdagen (wat
in Frankrijk de arrondissements-raden zijn,) gelijk in het
vervolg de bezirksdagen, onze Provinciale Staten of de
Fransche Algemeene Raden zouden worden.
Het Heerenhuis, waarin de conservatieve elementen
zóóveel gezag hebben, dat graaf von Stolberg zu Wernigerode
maar even de meeste stemmen voor het voorzitterschap
bekwamwaarin, nevens de Prinsen, de vertegenwoordigers
der steden en der universiteiten en de om bijzondere ver
diensten levenslang door den Koning benoemde leden, de
adelijke grondbezitters eene breede plaats beslaan (graaf
Eulenburg had in 1865 de dwaasheid gehad het besluit
van 1861, waarbij het aantal vertegenwoordigers van het
kleine adelijke grondbezit van 90 op 41 was teruggebracht,
te doen intrekken), was sints 3 dagen, hoe de minister er
ook tegen ijverde, bezig, de wet van hare vrijgevige
bepalingen te ontdoen en in feudalen zin te wijzigen. De
groote heeren, die in staats- of krijgsdienst hunne hooge
namen in eere houden, waren niet de ergste, veeleer de
kleine landjonkers uit Pommeren en de Uckermark, die
hunne bezittingen op zijn Mecklenburgsch regeeren, en niets
kunnen dulden wat nieuw is of hunne aangeboren voor
treffelijkheid mocht in twijfel stellen.
De bijzonderheid, dat de onlangs benoemde regeerings-
president der provincie Saksen tot de heftigste tegenstanders
behoorde en dat de ministers, die leden zijn van het huis,
de eerste dagen afwezig bleven, kon aanleiding gegeven
hebben tot het vermoeden, dat de regeering de verwerping
of wijziging niet onaangenaam zou zijn van een wetsont
werp, dat onder den invloed van het Huis der Afgevaar
digden van het oorspronkelijk regeeringsvoorstel was afge
weken. Na de verklaring des Konings kon echter geen
twijfel meer bestaan of de aanneming werd door de regeering
gewenscht. Toch bleken 's Vorsten woorden onvermogend
te zijn om de middeleeuwsche jonkers van gedachten te
doen veranderen, en de 3 volgende dagen waren gelijk
de 3 vorige.
De minister Eulenburg had, den tegenstand van het Huis
ziende, den Koning zijn ontslag aangeboden en, naar het
schijnt, volgden ook de andere ministers dat voorbeeld.
Den 31 October kwam hij evenwel in de vergadering ver
klaren, dat zijn aanbod geweigerd was, omdat volgende
ministers weder dezelfde bezwaren ontmoeten zouden. Werd
de wet verworpen, dan zou de regeering onmiddelijk
(dewijl een afgestemd wetsontwerp niet op nieuw in dezelfde
zitting mag ingediend worden) de zitting sluiten, eene
nieuwe bijeenroepen, de kreitswet in de eerste plaats daarbij
indienen, en alle wettige middelen te baat nemen om hare
aanneming door te drijven. De laatste woorden bedoelden
eene versterking van het liberale element in het Huis,
door vermeerdering van het aantal levenslang benoemde
leden. Niets mocht baten de wet werd met eene ver
pletterende meerderheid verworpen. Die meerderheid bestond
echter niet uitsluitend uit conservatieven: ook vele vrij
zinnige leden stemden tegen, omdat zij niet van zich
konden verkrijgen hunne stem te geven aan de verminking
welke de wet in het Huis had ondergaan, en omdat zij
het hopelooze inzagen van het middel om op die ver
minking terug te komen, door terugzending der aangenomen
wet naar het Huis der Afgevaardigden en eene daarop te
volgen onderhandeling tot oplossing van het tusschen de
beide Huizen bestaande verschil van meening.
De regeering, haar voornemen getrouw, sloot den vol
genden dag de zitting en bepaalde de opening der volgende
op den 12.
Het middel, dat de regeering denkt aan te wenden om
de meerderheid in het Heerenhuis te wijzigen, is vroeger
door Prins Bismarck gewraakt en niet onbedenkelijk;
wilde eene regeering steeds op die wijze hare plannen
doordrijven, dan ware het beter den absoluten regeerings-
vorm in te voeren dan een parlementairen te handhaven,
onder welke de onafhankelijkheid der Vertegenwoordiging
niet geëerbiedigd wordt. En toch zal dat middel aangewend
moeten worden om uit den tegenwoordigen toestand te
geraken. De Koning heeft partij gekozen tegen de aan
matiging der jonkers, het beste deel der natie juicht hem
toe, en wat het Heerenhuis niet wilde toestaan zal het
moeten toegeven.
Pruisen doet, even als Engeland 't ook reeds meermalen
ervaren heeft, de ondervinding op, hoe moeilijk het gaat
om instellingen, die hun tijd gehad en thans geene reden
van bestaan meer hebben, zooals de adel met zijne voor
rechten, naast de nieuwere, aan onzen tijd beantwoordende
in wezen te laten, en, wat erger is, zoodanige instellingen
een bestanddeel te doen blijven van eenen regeeringsvorm,
geheel afwijkende van die waarin zij hare roeping en
beteekenis hadden. Het jonkerdom is een vloek voor
Duitschland, dat niet beter kan doen dan het allen staat
kundigen invloed te ontnemen.
Pruisen is in de toepassing van het begrip van wettelijke
gelijkheid zijner ingezetenen nog zeer veel bij Nederland
ten achteren toch, wij kunnen het in onze dagen, in het
land dat andere landen steeds vooruit heette te zijn op den
weg der vrijheid, ons nauwelijks verbeelden, nog pas 25
jaren geleden maakte de ridderschap deel uit onzer provin
ciale Vertegenwoordiging!
HELDER en NIEUWEDIEP, 12 November.
Het bijeenkomen der Nationale Vergadering in Frankrijk
zal, naar men vertrouwt, weder nieuw leven verschaffen
aan de politieke wereld, die gedurende de jongstverloopene
dagen moest teren op Grant's herkiezing en de slxiting van
het Pruissische Parlement. Nu heeft men versche beschou
wingen te wachten over de boodschap van Thiers en over
den strijd der partijen in de Nationale Vergadering.
Omtrent het bijeenkomen van den Pruissischén Landdag
verwacht men, dat de regering zich wel verzekerd heeft,
dat de kreitswet in beide Huizen de meerderheid zal verwerven
als zij op nieuw eerlang in behandeling zal komen.
Het Franscli-Engelsch handelstractaat is thans bekend.
Beide landen waarborgen elkander een behandeling op den
voet der meest begunstigde natiën. De bepalingen op de
inkomende regten blijven van kracht tot 1 Jan. 1877; die
op de scheepvaart tot 13 Julij 1879. Ieder der heidelanden
kan de een of andere bepaling doen vervallen, mits het
daarvan een jaar te voren kennis geeft. Enkele punten
betreffende het tarief zullen nog door wederzijdsche gevol-
magtigden worden geregeld.
In Griekenland heeft men alweer een ministeriële crisis.
De mailboot Prins Hendrik is Zaturdag voormiddag
ten half tien uur Dungeness gepasseerd.
Spaarbank voor den Helder, 3de kwartaal 1872:
Saldo op 1 Julij 1872 29923.68®.
Ingebr. en renten gedurende het 3de kw. 1872 3271.10.
33194.78®.
Uitbetaald gedurende het 3de kwartaal 1872 2988.36®.
Saldo op 1 October 1872 30206.42.
Aantal deelhebbers op 1 Julij 1872 293.
a a a 1 Oct. 298.
De Koningin der Nederlanden was, volgens de Times,
bij haar bezoek aan Edinburgh vergezeld van the countess
of Lunberg Staver, the baroness of Dadam, baron Geva-
restes Sunachavin, enz. waarmede waarschijnlijk bedoeld
worden de gravin van Limburg Stirum, barones Dedem en
jhr. Gevaerts van Simonshaven. (V.)
Onlangs rigtte iemand tot een lid van ons Konink
lijk Huis de bede om weder een geldelijke ondersteuning
te mogen ontvangen, en besloot haar bedelbrief aldus„U^
E. zuid zegge dan is U Aderes zus en dan zoo, ja zoo
Gaat Het met weduwes."
Beroepen te Heemse ds. E. F. H. Wolff, pred. te Utrecht.
Aangenomen het beroep bij de Evang. Luth. gemeente
te 's Hage door ds. J. A. Böhringer, pred. te Maastricht.