Benoeming-en, enz. Buitenland. België. Frankrijk. Engeland. niet zingen. De reden hiervan had ik veel moeite te begrij pen, doch dit komt misschien omdat ik niet muzikaal ben. 10. De heeren mogen na den eten zoolang als ze willen bijeenblijven om wijn te drinken en te babbelen, maar ze mogen geen biljart spelen, niet zingen, niet kaartspelen en niet dansen, doch een poging om de tafel te doen dansen, werd misschien wegens haar „spiritueel" karakter als niet ongeoorloofd gekenschetst. De tooverlantaarn is daarentegen verboden. Men ziet dus, dat de voorschriften van het Engelsche geweten niet eenvoudig genoeg zijn om tot een universeel dogma verheven te worden. De Haagsche regtbank behandelt de civile actie van den heer Trinquier, eersten tenor van de Haagsche opera, tegen den heer Marck, directeur van die onderneming, welke hem de woorden had toegevoegd: voleur, bandit, eet homme la me vole. Deze opmerking was door den heer Marck geuit na een woordenstrijd achter de coulissen, op het oogenblik, dat de heer Trinquier als Massaniello in de Muette moest optreden. De advocaat van den heer Trin quier verlangt eene schadevergoeding van 500. De zaak zelve is nog niet behandeld, maar slechts de kwestie der cautiestelling. Omtrent het onderzoek in zake den dubbelen moord, meldt het D. v. Zh., dat het uit officiële bronnen inlich tingen heeft geput, volgens welke, als eindindruk van het tot heden plaats gehad hebbende onderzoek, kan worden geconstateerd, dat de justitie oordeelt de ware schuldigen of medepligtigen in handen te hebben. Reeds moet het cijfer der getuigen tot ver over de 60 geklommen zijn. In de Haagsche afdeeling van de Nederlandsche Vereeniging tot bevordering der koepokinenting is verleden week die kunstbewerking verdedigd, niet alleen uit genees kundig oogpunt door dr. Le Rutte, maar, wat vooral de aandacht verdient, door ds. J. H. Gunning Jr. met het oog op de daartegen bestaande gemoedsbezwaren. Dat „den gezonden de medicijnmeester niet van noode hebben," ontslaat niet van het gebruik der door God beschikbaar gestelde voorbehoedmiddelen. De heer Gunning acht de koepokinenting eene groote weldaad, waarvan hij voor zich en zijn gezin met dankbaarheid gebruikt heeft gemaakt. Men loopt door dat gebruik maken de raadsbesluiten der Voorzienigheid niet vooruit, zoo men zich althans niet op het standpunt plaatst van de koepokinenting als een zeer goed middel tegen de vreeselijke ziekte te beschouwen. Men moet het onder geloovig en dankbaar opzien tot den Heer gebruiken als een voorbehoedmiddel, dat in zijne hand het werktuig kan worden om mede te werken tot het verminderen van de ziekte. Als zoodanig meende hij de koepokinenting aan zijne geestverwanten met warmte en nadrukte mogen aanbevelen. (U. D.) Bij de jongste opvoering te 's Hage van de Muette was de koninklijke schouwburg het tooneel van een zeld zaam tumult, zoo in de zaal als op de planken. De be staande spanning tusschen den premier for ténor en zijn directeur kwam tot een uitbarsting. Reeds geruimen tijd voor het ophalen van het gordijn voor de derde acte hoorde men een tamelijk onzacht woordengewissel op het tooneel. Het publiek werd onge duldig, maar het duurde nog een poos alvorens het scherm werd opgehaald, zonder dat zich iemand op het tooneel vertoonde. Aan stampvoeten, sissen, uitroepen natuurlijk geen gebrek. Eindelijk verschijnt de régisseur, als altijd deftig; hij wil spreken, maar het kost hem moeite zich te laten verstaan, zoo schreeuwt men. Eindelijk doet hij zich van genoegzaam werk af te wachten. Eene andere fabriek, eene sigarenmakerij, verrastte ons op Nieuwjaarsdag, juist onder kerktijd, door een daarin ontstanen brand, die gelukkig spoedig gebluscht was. 3 volle jaren waren voorbijgegaan, zonder dat de brandklok anders dan ten behoeve van naburige plaatsen ons verontrust had. De gasfabriek begon op denzelfden dag de singels en buitenwegen te verlichten en voor verlaagden prijs voor gemeente en voor par ticulieren te werken; de stijging der steenkolen is een leelijke streep door haar nieuw contract komen halen. Veel belangrijker dan ons fabriekwezen is ons marktwezen. In het afgeloopen jaar werden er aangebragt 3,760,455 N. P. kaas, 86,378 mudden graan en 78174 stuks vee, dat is, in vergelijking met' het vorige jaar 25934 mudden graan en 5408 stuks vee meer en 212,255 ponden kaas minder. Wij besluiten daaruit een best graan- eu een slecht kaasjaar; maar zeker is het, dat de uitbreiding van de zoo gemakkelijke schapenteelt nadeelig is voor de kaasmaak en, wijl zij geen handen eischt, voor het algemeen. Ons telegraaf kantoor verzond 10212 en ontving 6856 telegrammen, cijfers, die eenig denkbeeld geven van den omvang van den handel te dezer plaatse. Onze stadswateren, vooral de daartoe zoo geschikte singelgrachten, worden meer en meer gezocht tot berging van het Noordsche hout dat in het Nieuwediep gelost wordt, maar daar geen ruimte kan vinden. Voor het verbruik in onze provincie is het hier uitmuntend gelegen, en, nu weer een gedeelte water vrijkomt, dingen de heeren Blikman Cie en Brantjes Cie er gelijkelijk na. 't Is te hopen, dat de gemeenteraad het middel zal weten te vinden om beide deze firma's te gerieven, waar eene stapelplaats van hout is moet zich ongetwijfeld ook de houthandel komen vestigen. Onze zwemschool en badiurichling, namelijk de door eene commissie van „het Nut" beraamde, zal het balkenwater niet verkleinen, want men stelt zich voor, daartoe, nevens een stroomend water, eene ge legenheid in den Geesterhout te graven. Zoodanige inrichting is zeer noodig: de policie verzet er zich tegen als jongens zwemmen leeren, en de vertrekjes der badinrichting op het gasthuis zijn 'zoo gezellig als de cellen eener gevangenis. Op dit gebied kan ik u ook de instelling eener gezondheidscommissie melden, waardoor het groot aantal onzer commissiën weder met eene vermeerderd is. Voor de geneeskundige faculteit zijn èn badhuis èn gezondheids commissie bedenkelijke •verschijnselen, maar voor de vreemdelingen, die zich hier willen vestigen, is het een zalig gevoel, dat men hun een lang leven tracht te verzekeren. Moge de gemeenteraad nu niet maar te benepen denken over het afstaan aan hen van grond in den Hout voor hunne huizen en tuinenDe wandelwegen behoeven er niet voor verminderd, de hooge boomen niet voor wnggeruimd te worden. Landhuizen met bloemen en kinderen zouden onzen Hout, die toch geen bosch als het Haagsche maar eene kunst matige beplanting is, verlevendigen en verfraaien, meer dan da perken hakhout, die van tijd tot tijd zoo onbarmhartig geveld worden, en voor de gemeente-financiën zelfs voordeeliger zijn dan deze. Maar.... uwe correspondent is niet de gemeenteraad. Slechts een der 11628 onderdanen van de 15 vroede heeren. hooren en deelt hij mede, dat de administratie zich door den heer Trinquier ziet gedwarsboomd, daar deze niet en scène wil komen, zoo het hem niet vrij gelaten wordt de aria „du sommeil" van Masaniello getransporteerd te zingen, welken eisch de directeur niet vatbaar acht voor inwilliging. Nieuw gesis en gefluit. Daar verschijnt plotseling naast den régisseur de fort ténor zelve, in het costuum van Masaniello, die te midden van het geraas zijn stem uitzet, niet om te zingen, maar om mede te deelen, dat hij de aria niet anders dan getransporteerd kan zingen. De spanning en het ongeduld nemen toe. Eindelijk komt de régisseur mededeelen dat de directeur, ter wille van het publiek en den voortgang der voorstelling niet te belem meren, in de transpositie berust. En op nieuw verschijnt Masaniello en zingt thans zijn aria alsof er niets gebeurd was. De verdere voorstelling liep gelukkig kalm af. (Amst.C.) Dat tegenwoordig vele lieden zich beangst maken, wanneer zij zich 's avonds laat of 's nachts op eenzame wegen bevinden en verdachte personen ontmoeten, is verklaar baar. Min verklaarbaar is evenwel, wat in de verloopen week een fermen boerenzoon overkwam, die te Berkenwoude uit vrijen was geweest. Tamelijk laat van daar terugkee- rende, ziet hij in een boerenbuurt twee vrouwen zamen loopen, welke hem wat al te lang van stuk schenen, en welke hij dus voor verkleede mannen hield. Van angst zakt zijn hart in zijn klompen, en vlugt hij bij een boer in, smeekende hem nachtverblijf te verleenen, om zoodoende een vermeend gevaar te ontwijken. De boer stond dit toe, en ziet, 's morgens bleek al vroeg, dat de twee door onzen dappere verdachte verkleede vrouwen, wel degelijk vrouwen waren geweest, die, zooals men dat noemt, uit kortavonden (buren- visite) waren geweest. Men begrijpt dat met onzen tragi- schen held niet weinig de gek wordt gestoken. (U. D.) In de Leeuw. Crt. van jl. Vrijdag werden reeds tegen Maandag, Dingsdag en Woensdag e. k. een vijftal hardrijd- partijen op schaatsen aangekondigd. Jl. Vrijdag ochtend ten 9 ure zijn de soldaten, die den 27 Jan. te Sneek waren gekomen om de wanordelijk heden aldaar te beteugelen, naar Leeuwarden teruggekeerd. De orde blijft nü voortdurend ongestoord. De afmaking van aan de besmettelijke longziekte lijdend en daarvan verdacht vee, zoo schrijft men uit Wymbritseradeel, is in vollen gang; do voorgaande week zijn in deze gemeente niet minder dan 86 runderen onteigend en afgemaakt, 't Is een droevig en afzigtelijk tooneel, zoovele runderen met de kalveren er in te zien afmaken. De arbeiders noemen het een moordenaarsboel; aan het vleesch is voor hen niet te bekomen. Toch schijnt afmaking 't radikale middel tot stuiting te zijn. Ook in de gemeente Wonseradeel is in de vorige week een beslag vee afgemaakt en dreigt een stal te Hart- werd gelijk lot te ondergaan. We zijn nog niet aan het einde van al die ellende. In Oostdongeradeel is in het laatst der vorige week, nadat men in die gemeente elf maanden daarvan was verschoond gebleven, ook weder longziekte uitgebroken, en wel bij een boer onder Aalzum; 13 runderen werden afge maakt en het. vleesch daarvan is dezer dagen verkocht. Het aankoopen van vee was ook hier de oorzaak van 't insluipen van deze zoo gevreesde ziekte, daar zij zich het eerst heeft geopenbaard bij een kalf, voor eenige weken op de Leeu warder-veemarkt aangekocht. Te Sneek, Bolsward, Workum, Wijnaklum en meer andere plaatsen in Friesland zijn in de jongste dagen vele runderen afgemaakt en is het vleesch daarvan verkocht; op meer andere plaatsen is zulks in de volgende dagen te wachten. Als een goede maatregel mag worden gewezen op de omstandigheid, dat voortaan het vleesch ook bij kleinere partijen wordt verkocht, opdat ook de minder gegoeden in de gelegenheid zullen zijn, daarvan iets te kunnen verkrijgen. Door 's Konings commissaris in de provincie is, bij circulaire, de aandacht van heeren burgemeesters hierop gevestigd. Te Harlingen zijn in de vorige week drie personen gevat, die zich schuldig hadden gemaakt aan diefstal van kattenReeds lang hadden aldaar velen geklaagd over het verdwijnen hunner viervoetige huisgenooten. Den dieven was het om de vellen te doen geweest. Men zal zich herinneren, dat de commandant van Zr. Ms. stoomschip Maas en Waal in Mei jl. proeven had genomen met Ombilien- en Newcastle-kolen, die evenwel gestaakt moesten worden, omdat men geen kolen meer langs den grooten transportweg tusschen Padang en Padang-Pand- jang kon vervoeren ten gevolge van eene aardstorting. In September zijn de proeven hervat. Men had thans ook kolen uit twee andere lagen van het Ombilien-kolenveld, dat er vier teltmaar tevens zouden vergelijkende proeven worden genomen met Cardiff, Australische- en Laboean- steenkolen. De Javasche Crt. bevat een nader rapport van den kommandant van de Maas en Waal, dat allergunstigt voor de Sumatra-kolen luidt. Uit Japan wordt gemeld, dat het conflict met Korea een zeer ernstig aanzien neemt en de Japan Gazette is van gevoelen dat het niet zonder oorlog zal kunnen afloopen. Aan alle „goochelaaars en tooneelspelers" heeft de Japansche regering doen weten dat ze nog slechts drie jaren hun vak mogen blijven uitoefenen; na verloop van dien tijd moeten ze zorgen dat ze een „nuttiger bezigheid" hebben. De off. van adra. 2de kl. J. A. Lagaay, laatst behoord hebbende tot de zeemagt in Oost-Indië en van daar den 28 Jan. 11. in Nederland teruggekomen, wordt met dien datum op non-act. gesteld. Bij beschikking van den minister van Marine van 31 Jan jl. is aan den oppercoristabel in het vaste korps dek- en ondevoff. W. van Knaape toegekend de gouden medaille voor vijftigjarige eerlijke en trouwe militaire dienst. Oost-Indië. Verleend: een tweejarig verlof naar Nederland, wegens ziekte, aan den haven- en pakhuism. te Pontianak (Wësterafd. van Borneo) K. H. Boers. Ontslagen: op verzoek, eervol, uit 's lands dienst, met behoud van regt op pens,, de gewezen 1ste klerk bij het marine-établiss. te Soerabaija J. C. Heldernisse. De gezondheid van de ongelukkige ex-Keizerin Char- lotte, is in de laatste dagen zoo sterk achteruitgegaan, dat België waarschijnlijk zeer spoedig het verlies van de zuster zijns Konings zal te betreuren hebben. De hulp-kassier van de nationale bank te Antwerpen is met eene som van 42,500 franken verdwenen. Bij de Parijsche politie komen dagelijks aanvragen voor om permissie als straatzanger. Het getal straatzangers bedraagt gewoonlijk 100; thans zijn er slechts een 60 en van daar dat zoo velen, die eene daartoe geschikte stem bezitten, zich aanmelden om in de behoeften te voorzien. Bij deze gelegenheid gaat de Liberté, dit feit mededeelende na, van waar toch de straatliedjes komen, wat in Parijs even geheimzinnig is als in Nederland; want plotseling hoort men een volksdeun op de nieuwste opera-wijze, zonder ooit het vaderschap te kunnen ontdekken. Het blad heeft een zestal auteurs gevonden, die het met naam en kwaliteit vermeldt. Een van de voornaamste is zekere Beaumester, die al sinds 30 jaar, als een tweede Homerus, zijn eigen zangen vervaardigt, welke dan door andere beroeps- genooten, meer of minder verminkt worden overgenomen. De straatzangers en vogue maken 10 a 20 francs per dag, des Zondags het dubbeldie der voorsteden 7 a 8 francs. De Times zegt in een artikel betrekkelijk het overzeilen der Northfleet het volgende: „De stoomboot Murillo voert de Spaansche vlag en schijnt onder het bevel eens Spanjaards te hebben gestaan, hoewel, naar beweerd wordt, een Engelschman een aandeel in het schip heeft. Wij zullen waarschijnlijk van de Spaansche regering de handhaving der wetten van men- schelijkheid moeten verwachten, en het opleggen van die verpligtingen, welke de nationale gewoonten bij rampen op zee bekrachtigd hebben. Ware deze stoomboot een Britsch vaartuig en waren de bevelhebber c. s. Britsche onder danen, dan zou de zaak spoedig onder handen worden genomen, en wij kunnen niets minder verwachten van elk beschaafd bewind. Het wettelijk verhaal, dat de eigenaars van het gezonken schip en der lading op de eigenaars van de Murillo hebben, is een ander punt, waarmede wij ons thans niet behoeven bezig te houden. Wij wenschen liever aan hen te denken, die buiten het bereik zijn der schade vergoeding, door eene regtbank toe te wijzen, en wij hopen in deze aangelegenheid op een of ander besluit, waardoor de wereld zal weten, dat menschelijke wezens niet onge straft in de opene zee kunnen worden vernield. Alle natiën hebben er belang bij dat zeevarende lieden bewust zijn van het bestaan eener wet, volgens welke hunne misdrijven in alle oorden zullen worden gevonnisd, en dat zij niet ont snappen kunnen op grond van verschil of tegenstrijdigheden het regtsgebied betreffende. De vermeerdering van het getal en van do grootte van schepen, alsmede van het getal van reizigers in een enkel schip, maakt de handha ving van strenge bepalingen door alle beschaafde regeringen meer dan immer noodzakelijk." Naar het gevoelen van sommigen, zou de kapitein van de Murillo zich kunnen verdedigen door de bewering, dat de Northfleet niet op eene behoorlijke ankerplaats lag, maar in het vaarwater (men weet dat het aantal schepen, voor Dungeness ten anker liggende, zoo groot was, dat het moeijelijk viel eene ankerplaats te vinden), dat het licht vóór en achter ontbrak, ofschoon er een licht in het want (of tuig) hing, en dat de wacht aan boord van de Northfleet geheel ontoereikend was, daar zij slechts uit drie man bestond. De Murillo behoort tot een lijn van vijf Spaansche schroef- booten, die elke 10 dagen geregeld varen van Londen naar Lissabon, Gibraltar, Cadix en Sevilla. Enkele malen doen zij een tusschenreis van Antwerpen, en dat was nu met de Murillo het geval. Opmerkelijk is, dat de kapiteins op beide schepen, de Northfleet en de Murillo, plaatsver vangers waren, omdat de op die schepen behoorende kapiteins als getuigen in strafzaken waren gedagvaard, die van de Northfleet in de Tichborne-kwestie, die van de Murillo in een assaurantie-kwestie te Sevilla. Dientengevolge had laatstgenoemde boot thans een Spanjaard tot kapitein, Telipe Berrute. De machinisten waren Engelschen. De lading van de Murillo was voor Lissabon bestemd, waarschijnlijk echter heeft de kapitein bij den ingang van de Taag reeds een wenk gekregen en is hij een Spaansche haven binnen- gevlugt, omdat daar de Engelsche consul minder regten op het schip kon doen gelden. In Zuid-Wallis zijn thans 80,000 personen zonder werk. De ellende wordt er met den dag grooter. - Sir Bartle Frere en zijn gevolg zijn den 12 Jan. jl. te Zanzibar aangekomen. Den dag daarop maakte Sir Bartle, vergezeld van een aantal Amerikaansche zee-officieren, zijn opwachting bij den Sultan, en overhandigde aan dien vorst den brief van Koningin Victoria, welke inhoudt het verzoek tot afschaffing der slavernij. De Briton, een Engelsch oorlogschip, de voorlooper van Sir Bartle Frere's eskader, liet den 15 Dec jl. 't anker op de reede van Zanzibar vallen. Een der officieren aan boord van dat schip meldt o. a. 't volgende: „De stad Zanzibar heeft, van de reede, geen onbeduidend aanzien, zoomin wat 't uiterlijk, als wat den omvang betreft. Onder 't hijschen van de vlag, losten we 21 kanonschoten, bij wijze van saluut aan den Sultan. Zoodra we voet aan wal gezet hadden, bragten we een bezoek aan dr. Kirk, den Britschen consul. Hij scheen zeer lijdende te zijn. Al dadelijk verzekerde hij ons, dat, ten gevolge van den ver- schrikkelijken orkaan, die 't eiland en de overgelegen kqst geteisterd had, de behoefte aan handen bijzonder groot was, en dat 't tijdstip dus zeer ongunstig zou blijken voor 't sluiten van een overeenkomst tot afschaffing der slavernij. Daarna gingen we naar de slavenmarkt, waar juist een 100 slaven

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1873 | | pagina 2