1873. N°. 135. Zondag 9 November. 31 Jaargang. Uitgever A. A. BAKKER Cz. AANBESTEDING. BERIGTEN BETREFFENDE DEN OORLOG MET ATSJIN. Binnenland. IIELDERSCHE K\ MEI WERIEPER 101 RA\T ,,W ij huldigen het goede." Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal -1.30. franco per post - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. Prijs der Advertoiitiën V»n 14 regels 60 cent, elke regel moer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. VERTREKDAGEN DER BRIEVENMAILS 1 Naar Oost—lndiê: via Triest 11 Nov. 's avonds 6 u. u Marseille 20 Nov., 's avonds 6 u. u Brindisi 17 Nov., 's avonds 6 u. Curagao en Suriname16 Nov., 's morg. 6 u. Kaap de Goede Hoop, via Southampton: 13 Nov., 's morg. 6 u. Op VRIJDAG den 14 NOVEMBER 1873 des avonds ten zeven ure, zal, aan het Raadhuis der gemeente Helder, alleen bij inschrijving, worden aanbesteed: De levering van STEEN HOLES aan de gemeente-inrigtingen in 1874. De voorwaarden van aanbesteding liggen, op de gewone kantooruren, ter lezing aan de Secretarie der gemeente. Helder, den 8 November 1873. Burgemeester en Wethouders der gemeente. STAKMAN BOSSE, Burgemeester. L. VERHEY, Secretaris. Bewegingen van het Blokkade-Escader. Ten vervolge van vorige berigten ontleent de Jav. Crt. aan een verslag van bet departement der Marine omtrent de verrigtingen van het blokkade escader in de Atsjinescbe wateren het volgende. Behalve de 14 schepen der koninklijke Nederlandsche en der gouvernements-marine, die, volgens de laatste mededeelingen, in de wateren van Atsjin aanwezig waren, namen sedert nog aan de blokkade deel Zr. Ms. stoomschip Bommelerwaard, dat 24 Julij uit Nederland ter reede Atsjin, en Zr. Ms. stoomschip Admiraal van Kinsbergen, dat 11 Julij van Rionw ter reede Deli aankwam. Aan het blokkade-escader werden verder tot speciale doeleinden toegevoegd het gouvernements-stoomschip Argus, dat 22 Julij van Riouw via Deli te Atsjin arriveerde om als aviso dienst te doen, en de gouvernements-stoomer Boni, waaraan Deli tot het doen van sleeptogten als station was aangewezen. Bovendien vertrok Zr. Ms. stoomschip Vice- Admiraal Koopman in het begin van Aug. van Batavia via Singapore en Deli naar Atsjin, om mede aan het escader te worden toegevoegd. Met het oog op het toenemend aantal schepen werd de aanwezige zeemagt in drie stations gesplitst, die, ieder onder een daartoe aangewezen stations commandant, hunne stations ten Noord-, Oost- Westkust bekruisten. Voor de Noordkust werden aangewezen 5 en voor de Oost- en Westkust ieder 4 schepen, terwijl de overige voor speciale diensten werden gebruikt. Zr. Ms. stoomfregat Zeeland, kapt. ter zee J. van Gogh, nam de laatste kolen uit de Josephine ter reede van Edi over en vertrok 2 Aug. naar Deli, nam daar 50 ton steenkolen in en stoomde den 6den naar Penang, waar de verdere kolenvoorraad werd aangevuld. Den 12den keerde dat fregat via Edi naar Atsjin terug. Van de aanwezigheid van den commandant der maritime middelen te Edi werd gebruik gemaakt om de vaart op die plaats te regelen. Zr. Ms. schroefstoomsCbip 1ste kl. Metalen Kruis, kapt. ter zee H. B. Kip, werd 23 Julij door de Watergeus ter reede Atsjin afgelost en vertrok den 26sten ter bekruising der Westkust, meer speciaal het gedeelte tusschen Saddle- eiland en Rigas, om vervolgens tot Padang door te stoomen, waar het 13 Aug. arriveerde. Daar werd de kolen-voor raad aangevuld en den 23sten de terugreis via Singkel aanvaard. Zr. Ms. schroefstoomschip 2de klasse Citadel van Ant werpen, kapt.-luit. ter zee J. W. Binkes, in station voor Simpang-Olim, kruiste tusschen Edi en Telok-Samoi, maakte 11 Julij door middel der sloepen een Atsjinesche praauw prijs en bragt den 12den een Chineesch vaartuig op, dat de rivier van Simpang-Olim trachtte te bereiken. Deze vaartuigen werden ter bewaring afgegeven aan de Coehoorn, die voor Edi lag. Dit stoomschip loste 20 Julij de Citadel voor Simpang-Olim af, die daarna voor Edi ankerde en den 23sten naar Penang stoomde tot aanvulling van den kolen-voorraad uit de schepen Johanna Elisabeth en Orion. Den 31sten vertrok de Citadel van daar via Edi naar Atsjin, waar zij 2 Aug. tijdelijk het station over nam van de Watergeus. Dit schroefstoomschip 2de klasse, kapt.-luit. ter zee K. C. Bunnik, verliet 2 Julij de reede van Atsjin en zette koers door de Cedar-passage naar de Westkust. Eene kleine averij aan de machine noodzaakte het vaartuig echter deze paBsage weder te verlaten en onder zeil de Bengal-passage te nemen, waar, kort onder den wal blijvende, nergens kampongs, noch praauwen werden gezien. Den 4den weder stoom opgemaakt zijnde, werd de togt, om de zuid kruisende, voortgezet. Dien dag werd de blokkade aangezegd aari de Engelsche bark Eurus, van Hartlepool, met kolen naar Penang bestemd, en den 6den aan de voor de Wijlali-rivier ten anker liggende bark onder Britsche vlag Teek-Seng. die, in Febr. Singapore verlaten hebbende, bezig was peper te laden. Haar werd gelast, binnen 14 dagen de kust te verlaten. Den 7den werd nabij Analaboe een als eene schoener getuigd en, zooals later bleek, te Atsjin te huis behoorende praauw onder Atsjinesche vlag ontdekt en door eene sloep genomen. Aan boord van deze praauw waren 3 hadji's en 19 Atsjinezen, allen gewapend, terwijl, behalve eenige koopmansgoederen, aan boord werd gevonden een voorraad krissen, geweren en ander wapentuig. Nadat de bemanning krijgsgevangen en de goederen geborgen waren, werd de praauw in brand gestoken en in den grond gehakt. Ter reede Analaboe werd de Hollandsche schoener Francina, 5 April van Singapore vertrokken, aan getroffen, onderzocht en, na hem de blokkade te hebben aangezegd, gelast de kust te verlaten. Den 9den Julij werd onder het kruisen de schoener Jek Lee, van Poeloe Riak naar Analaboe, streng onderzocht en, geene contrabande aan boord hebbende, gelast te vertrekken. In het daartegen ingebragt bezwaar van gebrek aan voedsel en water werd voorzien. Op den 11 den werd de Maas en Waal ontmoet en de krijgsgevangenen medegegeven naar het station Atsjin, daarna om de noord gestuurd en op de buitenreede van Rigas geankerd. Op de binnenreede lag een stoomschip, dat later voor het Fransche stoomschip Patty herkend werd en, van Patty gekomen, bezig was peper te laden. De blokkade werd dat vaartuig aangezegd, met last, binnen 14 dagen de kust te verlaten. De Watergeus bleef daarna nog tot 23 Julij daar kruisen, zeide de blokkade nog aan eenige andere schepen aan, en trof den 14den aan boord van den schoener Francisca, die andermaal ontmoet werd, een Arabier boven de rol aan, die te Atsjin aan den kom- mandant der maritime middelen werd uitgeleverd. Zware rolling werd op de kust gedurende den kruistogt waar genomen. Te Atsjin werd het station overgenomen van het Metalen Kruis en post gehouden tot 2 Aug., toen die overging op de Citadel. De Watergeus vertrok daarop naar Penang, waar 7 Aug. gearriveerd en de kolen-voorraad aangevuld werd. Aan Zr. Ms, stoomtransportschip Soerabaija, luit. ter zee lste klasse H. W. Waltber, werd geen bepaalde post bij de blokkade aangewezen, doch het werd benuttigd tot het overbrengen van zieken, gevangenen en prijzen naar Deli, Bengkalis en Riouw, en was, volgens het laatste berigt, op reis van Deli naar Atsjin. Zr. Ms. raderstoomschip 3de klasse Timor, luit. ter zee lste klasse C. H. Boogaart, kwam 20 Julij te Deli gereed met victualeren, kolen laden en water innemen, en vertrok 21 naar Edi, waar tot 25 verbleven werd, in verband met de te houden besprekingen van den commandant der maritime middelen en den radja van Edi (de commandant van de Timor als stations-kom- mandant ter Oostkust daarin betrokken zijnde). Het stoomde daarop naar Tamiang, na alvorens de kust van Edi tot Prau-Elah zoo digt mogelijk te zijn genaderd, en bleef kruisende langs de Oostkust totdat op 30 te Edi werd geankerd. Zr. Ms. raderstoomschip 3de klasse Sumatra, luit. ter zee lste klasse H. Dyserinclc, vertrok 13 Julij van Atsjin tot het verspreiden der bekende proclamatiën aan de onder- hoorigheden van Atsjin, bezocht op de Noordkust Gigken, Telok-Samoi en Curtoij, en vertoefde verder ter reede Edi, ter regeling der zaken aldaar. Het resultaat zijner zending zal eerst bij een tweede bezoek van de Sumatra aan de verschillende plaatsen kunnen blijken. Zr. Ms. schroefstoomschip 4de klasse Schouwen, luit. ter zee lste klasse C. P. van der Star, dat, kruisende ter Noordkust, order had bekomen naar Deli te gaan, verliet 19 Julij zijn station en kwam na eenige schepen gevisiteerd en hun de blokkade aangezegd te hebben, den 22sten te bestemder plaatse aan, alwaar de uit Nederland aangebragte specie gelost, verversching ingenomen en de kolen-voorraad aangevuld werd. Den 25 hiermede gereed zijnde, werd Deli verlaten, en via Edi en Simpang-Olim koers gesteld naar Atsjin, waar den 28sten geankerd werd. Van daar vertrok de Schouwen naar zijn station ter Westkust, meer speciaal tusschen Atsjin en Saddle-eiland. Wordt vervolgd.) HELDER en NIEUWEDIEP, 8 November. Gisteren avond hield het Departement Helder der Maat schappij Tot Nut van 't Algemeen zijne eerste buitengewone vergadering in dit saizoen. Sprekers waren de lieeren dr. D. Hellema, J. Rinner en J. H. Kremer. Eerstgenoemde hield eene lezing over de hersenen, omtrent wier aard en werking hij belangrijke opmerkingen mededeelde, terwijl hij ter verduidelijking van het gesprokene gelegenheid tot aanschouwing gaf. De tweede spreker plaatste boven zijne bijdrage het opschriftZelden zooen schetste een levendig beeld van trouw aan de deugd in een jong meisje, dat helaas! in haar moeder geen voorbeeld ter navolging vond. Eindelijk leverde de heer Kremer een sprookje, waarin vooral de bezoekers der jongstgehoudene werkende verga dering een getrouw beeld van dit Departement meqnden te zien. Het kind, dat dezer dagen door het vallen van een meubelstuk zoo deerlijk werd gewond, bevindt zich bete rende. De mailboot Koning der Nederlanden, kapt M. C. Braat, is den 6 dezer, des namiddags ten 3 ure, in den besten staat te Batavia aangekomen. Directeuren der Nederlandsche Maatschappij ter Bevor dering van Nijverheid hebben zich dezer dagen .tot Z. M. den Koning gewend met den wensch, dat eene Rijks- Landbouwschool worde gevestigd. In de Landb. Crt. wordt hetzelfde denkbeeld door de redactie uitvoerig uitgewerkt en becijferd, dat voor ongeveer f 14,000 te Utrecht een voorloopige instelling kan worden gevestigd. Vanwege het Centraal-Comité voor het kinder geschenk, den Koning bij de viering zijner 25jarige rege ring aan te bieden, is thans een circulaire gerigt aan al de hoofdonderwijzers en hoofdonderwijzeressen in Nederland. „Dat geschenk" lezen wij daarin, „moet van dien aard zijn, dat niemands godsdienstige overtuiging zich tegen de aanbieding kan verzetten; de woorden, bij die gelegenheid te spreken, mogen niets anders zijn dan de uitdrukking van liefde voor den vorst en het vaderland; de geheele manifestatie moet wezen eene algemeene en zuivere natio nale daad." De onderwijzers worden uitgenoodigd voor dat doel bijdragen van hunne leerlingen te innen en aan het comité in hun arrondissement over te maken. Het Centraal-Comité vertegenwoordigt allerlei rigtingen, die echter eensgezind zijn in gehechtheid aan het stamhuis en onzen geboortegrond. Geen maximum of minimum wordt vastgesteld. De cent van het arme kind is even welkom als de ruimere bij dragen van den meergegoede. Véór 30 Nov. worden de gelden door iederen onderwijzer bij het arr.-comité over gemaakt, dat ze bij de Associatie-Cassa plaatst. Over het geschenk zullen de arr.-comité, en mannen van kunst en smaak worden geraadpleegd; een album met de aanduiding der scholen, de namen der onderwijzers en het getal leer lingen wordt er bijgevoegd. De nietschoolgaande kinderen kunnen bijdragen en hun aantal wordt in het album ver meld. Het Centraal-Comité zal later volledige rekening doen van zijn beheer. Aangenomen het beroep naar Huisduinen door ds. B. R. Damsté, pred. te Waal en Koog, op Texelnaar Haarlemmermeer door ds. F. A. van Loenen, pred. te Katwijk aan Zee. Bedankt voor het beroep naar Maasland, door ds. D. Rijnders, pred. te Alkmaar. De Texelsche feevokkers hebben op de markt te Alkmaar een belangrijken inslag koeijen gedaanniet minder dan ruim 400 zijn door hen te Texel aangevoerd, welke een koopsom hebben vereischt van ruim f 40,000. De heer Mr. C. R. H. van Lelijveld heeft zijn ontslag ingediend als lid van den raad te Alkmaar. Den 16 Mei 1872 nam het banbestuur van Grootebroek c. a. het besluit de Lutjebroeker Weel gedeeltelijk droog te maken, en p. m. 7 hectaren moerasgrond en p. m. 7.50 hectaren water te omdijken. De aanbesteding had 23 Julij 1872 plaats. Reeds op den 1 April 1873 was de polder geheel droog, de kavelslooten waren gegraven en het terrein genivelleerd. Het aandeel van den ban in de droogmaking mat 8 hectaren 52 aren 90 ellen; en kwam op twaalf duizend gulden te staan. Den 30 April jl. werden de landerijen tot Kerstijd ver huurd voor f 553 en op den 3 Nov. dezes jaars bragt het gedeelte van den ban in openbare veiling op f 14750. Wij brengen voor de leiding dezer zaak hulde aan het bestuur dat dit werk ondernam en niet het minst aan den ijverigen burgemeester tevens secretaris van 'de banne Grootebroek c. a. den heer J. T. Pool. In de vergadering van den geneeskundigen raad voor Noordholland, die jl. Woensdag op het raadhuis te Amsterdam werd gehouden, werden door de heeren drs van Hengel en Swens op nieuw belangrijke mededeelingen gedaan van voortgezette proefnemingen met faecaalbemesting te Hilversum en in de Haarlemmermeer. De resultaten, welke na Junij zijn verkregen, waren niet minder gunstig dan de eerste en

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1873 | | pagina 1