opschudding bragt. Naast hem aan de regterhand zit: De
kommandant van de Missigit, die door onze troepen een
oogenblik genomen werd. Deze was voor vrede met de
Hollanders. De eerste daarentegen voor Guerre a outrance,
waarin hij gesteund wordt door den Klingalees, links met
de handen aan zijn zak.
Aan de regterzijde der photografie staat een kind van
den Sultan. De twee overige personen zijn gewone
Atsjinezen.
Amsterdam, Aug. 1873.
Jan D. Brouwer, uitgever."
Tot verklaring van deze verregaande humbug diene, dat
deze plaat niets anders voorstelt dan eenige kust-kapiteins,
door de firma Woodbury en Page, te Penang, geruimen
tijd geleden, gephotografeerd, welke photografie waarschijnlijk
door een of ander naar Nederland is medegenomen en aldaar
is gereproduceerd, om onzen goeden landgenooten een idee
te geven van Atsjinesche legerhoofden en tevens de geldbeurs
te vullen van den uitgever Jan D. Brouwer, te Amsterdam,
die zich N.B. het uitsluitend regt van kopie van deze
photografie overeenkomstig de wetvan 1817 voorbehoudtII,/
In het Krossener Wochenblatt stond onlangs de vol
gende advertentie te lezen:
„Heden rood, morgen dood. Alzoo geschiedde het met
mijne vrouw, die nog heden voor acht dagen over stoelen
en banken sprong en gisteren reeds begraven werd, althans
wat vergankelijk aan haar was. Gedurende ons huwelijk
was zij eene vrolijke vrouw, die zich geene knollen voor
citroenen liet verkoopen. Daaruit kan een ieder mijn smart
beseffen, zóó jong, zóó aardig en nu reeds hegraven. Wat
is 's menschen leven! zeide ik in deze dagen voortdurend
hij mij zei ven, zelfs gisteren nog, toen ik den doodgraver
betaalde, die haar graf in orde houden wil. Zulk eene
vrolijke vrouw vind ik ongetwijfeld niet weder.
Daarom is mijne smart geregtvaardigd. De hemel moge
elkeen voor zulk een treurig lot bewaren! Intusschen
dank ik voor de bloemen, alsmede den voorzanger voor
zijn graflied, dat mij door merg en been ging en inderdaad
voortreffelijk voorgedragen werd. Ackermann, meester
slotenmaker.*
Uit Amerika wordt gemeld, dat de regering van
Spanje geneigd is de Yirginius terug te geven.
Benoeming-en, enz.
De heer B. J. Troll, hulponderwijzer te Wassenaar, benoemd tot
hoofdonderwijzer te den Burg op Texel, is mede benoemd tot
hoofdonderwijzer aan de burgerschool te Harderwijk.
De luit. ter zee 1ste kl. G. C. C. Thierens en.die der 2de kl.
J. T. F. Bruyn, beiden laatst behoord hebbende tot het escader
in Oost-Iadië en vandaar den 23 dezer in Nederland teruggekomen,
zijn met dien datum op non-activiteit gesteld.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van Donderdag 27 November. Na langdurige beraad
slaging, is de post tot verbetering van het Hillegat verworpen
met 37 tegen 29 stemmen. De beraadslaging is nu gevorderd tot
artikel 87, betrekkelijk den Botterdamschen waterweg.
Zitting van Vrijdag 28 November. Het geheele eerste gedeelte
dezer zitting was gewijd aan de beraadslagingen over den Botter
damschen waterweg. Ten slotte is het betrokken artikel aange
nomen met 51 tegen 10 stemmen. Daarna zyn nog velerlei
onderwerpen besproken, o. a. de noodzakelijkheid van de verbetering
der Keulsche vaart, door de heeren Godeffoi, 's Jacob, Stieltjes en
Fabius. De minister hoopt nog in dit zittingjaar een daartoe betrek
kelijk wetsvoorstel in te dienon.
Buitenland.
Frankrijk.
In het proces-Bazaine heeft jl. Dingsdag het getuigenis van
den heer Tachard, die tijdens het gouvernement der nati
onale verdediging Fransch gezant te Brussel geweest is en
in die hoedanigheid alle emigranten, onderhandelaars enz.
heeft te woord gestaan, gedurende twee en een half uur
het publiek geboeid. Opmerkelijk is het, dat de heer
Tachard, die in zijn getuigenis altijd van „zijn dierbaar
vaderland" enz. sprak, het niet noodig heeft geoordeeld
als Elzasser voor de Fransche nationaliteit te opteren. Hij is
advocaat, is afgevaardigde geweest in 1869 en in 1871 te
Bordeaux, en thans houdt hij zich als groot grondeigenaar
bij Calmar uitsluitend met den landbouw bezig. Hij is
met eene Duitsche vrouw getrouwd. De heer Tachard
erkent zelf niet het minste begrip te hebben van de diplo
matie, maar zijn geëerde vriend Jules Favre had hem in
September 1870 den post van gezant aangeboden en hij
had gemeend hem niet te mogen weigeren. Het was hem
dan ook gelukt eenig goed te doen; dank zij vooral de
hulp,; welke hij van alle kanten ondervond, De ex-gezant
schijnt vooral veel met de dames te hebben onderhandeld
en mevr. Bazaine, mevr. Canrobert, mevr. Bourbaki en
andere grandes, grandes dames, gelijk hij zeide,! spelen
een groote rol in zijn verhaal. Hoor wat hij van mevr.
Bourbaki. vertelt: Mevr. Bourbaki is niet schoon, maar
toen mevr. Canrobert en zij den generaal wilden overhalen
om öp nieuw zijn degen aan Frankrijk aan te bieden, had
zij een oogenblik, dat ook de leelijkste vrouw schoon maakt.
Zij sloeg hare armen om den hals van haren man en riep
„Vriend, herinner u dat gij Bourbaki heet; een man als
gij laat zich, als het noodig is, aan het hoofd van vijfhonderd
man dooden; hij krepeert (crève) niet in zijn bed!" De
generaal was overwonnen. Soms was de heer Tachard
zoo opgewonden, dat hij allerlei zonderlinge uitdrukkingen
bezigde, wat de aanwezigen wel eens deed lagchen.
Dat verdroot hem en, zich omkeerende tot het publiek,
zeide hij: „Ik kan me niet begrijpen hoe men vrolijk
kan zijn in mijne tegenwoordigheid, in tegenwoordig
heid van een ElzasserHet is schandelijk dat Fran-
schen hier, in deze zaal, lagchen en ik dacht niet dat i
zulk een onbetamelijk gedrag geoorloofd was.... Ik lach
niet, ik!" En het publiek lachte niet meer! Merkwaar
dig was nog een onderhoud, dat de heer Tachard met
mevrouw Bazaine, die naar Brussel gekomen was om
te bevallen, gehad heeft. Mevrouw Bazaine beefde
over al hare leden en zeide, staroogend naar een deur
ziende: „Het ongeluk van mijn man komt van daar."
Tachard vroeg wat zij het ongeluk van haar man noemde.
„Royer„ was haar antwoord. Royer was toen, na het
mislukken der onderhandelingen, te Brussel, om naar
Metz terug te keeren. Tachard vroeg eene nadere ver
klaring, waarop Mevrouw Bazaine met een sombere stem
antwoordde: „Gij moet weten, dat mijn man op het slag
veld een leeuw is, daar hij alsdan slechts aan de uit
spraak van zijn hart gehoor geeft, maar in zaken, in
onderhandelingen, wordt hij beheerscht door Royer, en
dan...." Daar hield mevrouw Bazaine op, maar Tachard
hernam; „En dan?" „Dan voegde de vrouw van de
maarschalk er bij zou het beter zijn, indien het anders
ware.
Generaal Royer schijnt dus door mevrouw Bazaine voor
den slechten genius van haren man gehouden te worden,
en uit het getuigenis, dat die man gisteren weêr voor den
krijgsraad heeft afgelegd, is weder gebleken dat hij minstens
genomen een zeer zonderlinge rol in de onderhandelingen
heeft gespeeld.
Een voormalige actrice van de comédie fra^aise,
mej. Sevary, heeft, zoo wordt ten minste door verschillende
dagbladen medegedeeld, het initiatief genomen om te Parijs
een theater op te rigten tot bevordering der goede zeden,
althans een dat geen demoraliseerenden invloed kan uit
oefenen. Verscheidene invloedrijke personen hebben zich
de zaak aangetrokken en reeds is, ter voorziening in de
kosten, voor eene som van 500,000 francs ingeschreven.
Men leest in een Parijsch dagbladWij hebben de
sluiting van talrijke werkhuizen aan te kondigen en een
aanzienlijke vermindering van personeel in al de werkhuizen
zonder uitzondering. Zaturdag 11. hebben veertien maga
zijnen van confectiën, welke onder die geteld worden, die
't meeste werk verrigten, hunne werklieden weggezonden,
zeggende dat er „geen werk" meer was. De schoenmakerij
bevindt zich ook heden in slechten toestand. Het weinige
werk, dat er nog is, wordt 70 ten honderd onder den prijs
gedaan! In kinderspeelgoed worden op dit tijdstip vele
zaken gedaanthans is er niets te doen. Kortom, overal werk
staking, overal ellende. In de hotels insgelijks hoort men
niets dan klagen; er zijn geen vreemdelingen. Al wat
vroeger in pracht werd ten toon gespreid ontbreekt thans.
Wegens een twist, waarvan de aanleiding in verschil
van staatkundige meening gezocht moet worden, heeft jl.
Woensdag te Fontainebleau een ontmoeting plaats gehad
tusschen twee vreemdelingen, die sedert jaren te Parijs
wonen en beiden namen dragen, die tot den doorluchtigsten
adel van Europa behoort, de Prinsen Soutzo 'en Nicolaas
Ghika. Op zeer korten afstand vuurden de tegenstanders
een pistool op elkander af Nicolaas Ghika miste zijn
tegenpartij; de kogel van Prins Soutzo trof den eerste in
den buik.
Hij viel doodelijk gekwetst neêr en overleed eenige uren
later. Nicolaas Ghika, een jongmensch van 23 jaar, is
geboren uit een onder een ongelukkig gesternte geleefd
hebbend geslacht. Gregorius Ghika beging in zijn kasteel
bij Melun een zelfmoord, Georges sprong van zijn rijtuig,
toen de paarden in de Champs Elysées op hol waren
gegaan en bleef dood liggen en Nicolaas wordt in een
duel gedood.
Prins Ghika was in 1817 geboren en tweede zoon van
den hospodar Gregorius. Hij bleef eenigen tijd in Rus
sische dienst en werd toen prefect van politie te Bucharest.
Prins Soutzo is, evenals zijn ongelukkige tegenpartij, de
zoon van een oud-hospopar; hij diende onder de Julij-monar-
chie bij de Fransche marine en bekleedt op het oogenblik de
betrekking van zee-kapitein bij de Grieksche marine.
Prins Soutzo en zijn getuigen hebben zich tot heden
aan de nasporingen van de politie weten te onttrekken.
Engeland.
De prijs der steenkolen heeft in Engeland eene nieuwe
daling ondergaan; :en verschillende omstandigheden (o. a.
de tegenwoordige slapte in de ijzer-industrie) doen ver
wachten, dat deze winter eene aanmerkelijke prijsvermin
dering van dit artikel met zich zal brengen.
De Murillo is aan een Spaansche firma verkocht voor
7050 p. st. 't Bedrag is tegenover de veroorzaakte materiële
schade gering.
Genoemde ramp kostte, gelijk men weet, aan 300 men
schen het leven.
In Liverpool komen met alle stoombooten vele
werklieden aan uit Amerika, die uit gebrek aan werk
naar hun vaderland terugkeeren.
De jongste berigten omtrent den dreigenden hongers
nood in Bengalen luiden zeer verschillend. De gouverneur-
generaal rapporteert 't volgende:
„Er bestaat wel is waar groote reden tot bezorgdheid;
maar toch is er grond om te hopen dat 't gouvernement
in staat zal zijn in den nood te voorzien. De bedreigde
bevolking bedraagt omstreeks 24 millioen. De regering
weigert vooralsnog den uitvoer van rijst te verbieden."
Geheel anders luidt 't verslag van de vereeniging der
Zemindars of inlandsche grondeigenaars te Calcutta (een
uit den aard der zaak zeer wel ingerigt en invloedrijk
ligchaam). Deze vereeniging berekent dat de bedreigde
provinciën eene bevolking tellen van niet minder dan 60
millioen zielen, en dat in Dec. de rijstoogst in die provin
ciën slechts drie achtsten van 't gemiddelde zal opbrengen.
Zij dringt er daarom bij den gouverneur-generaal ten
sterkste op aan, dat de uitvoer van rijst verboden worde.
't Is moeijelijk uit te maken, welke voorstelling de juiste
is. De Daily Telegraph is van gevoelen, dat de Zemindars
't best in de gelegenheid zijn om den juisten staat van
zaken te kennen, terwijl 't bovendien tegen hun belang
strijden zou, zich aan overdrijving schuldig te maken.
Blijkens den jongsten census op Ceylon, is 't aantal
huwelijken op dat eiland in 't afgeloopen jaar bijzonder
groot geweest. Dit feit moet toegeschreven worden aan
een zonderling gerucht, onder de bevolking verspreid. De
onnoozele Singhaleezen hebben zich namelijk laten wijs.
maken, dat 't voornemen bestond om, ter aanvulling van
't door den jongsten Europeeschen oorlog veroorzaakte
verlies van menschenlevens, alle ongehuwde Ceylonsche
mannen naar Frankrijk te transporteeren. Daar men niet
heeft kunnen ontdekken hoe dit praatje in de wereld
kwam, zoo zou 't vermoeden kunnen rijzen, dat welligt de
Ceylonsche dames aan de zaak niet geheel vreemd zijn.
Het bankiershuis Rothschild te Londen heeft de uit
gifte aangekondigd eener Russische leening van 15 mill. p. et,
Tegen medio Dec. a. s. zal te Londen, in Exeter-
Hall, eene groote meeting worden gehouden van de Evang,
Alliantie, waar de redenaars, die te New-York het woord
hebben gevoerd, zich nogmaals zullen doen hooren. De
volgende zitting zal, naar alle waarschijnlijkheid, gehouden
worden te Rome. Reeds moeten zich verscheidene daar
gevestigde Protestantsche geestelijken, meest Baptisten,
hebben vereenigd om het plan te helpen verwezenlijken.
Aan een Engelsche maatschappij is concessie verleend
voor de doorgraving van de landengte van Korinthe en
voor de exploitatie van het te graven kanaal gedurende
99 jaren. De maatschappij, die een nominaal kapitaal heeft van
800,000 p. st., zal het kanaal graven ter diepte van 27
en ter breedte van 39 Engelsche voeten. Halverwege zal
een groot dok worden aangelegd van 35,000 vierkante
yards in oppervlakte en van een genoegzame diepte om de
grootste zeeschepen te kunnen bevatten. Volgens de
berekeningen kunnen de werken binnen zes jaren voltooid zijn.
Duitschland.
Te Berlijn zal eerstdaags een eigenaardige regtszaak
worden behandeld. Een loopjongen bij een koopman trok
op een vierde lot in de loterij een hoogen prijs. Zijn
patroon 'vroeg hem, op het vernemen van de voor den
armen jongen zoo gelukkige gebeurtenis, hoe deze aan het
geld was gekomen om een vierde lot te kunnen koopen,
waarop de jongen berouwvol antwoordde, dat hij uit de
opbrengst van een aan zijn patroon ontstolen stuk goed het
lot had gekocht. Nu eischt de patroon de op het lot gevallen
prijs als zijn eigendom op. De bloedverwanten van het
knaapje weigeren en het geregt zal uitspraak moeten doen.
De dezer dagen gemelde beweging onder de Kasselsche
vrouwen, ten doel hebbende om de in de laatste jaren tot
een ongehoorden prijs gestegen eerste levensbehoeften, ah
boter, eijeren, groenten, vleesch enz., tot een normaal peil
terug te brengen, heeft te Dortmund zóóveel weerklank
gevonden, dat terstond een groot aantal huisvrouwen aldaar
zich tot het te Kassei gevestigd bestuur heeft gewend, ten
einde over het houden van een vrouwen-congres, tot vast
stelling der marktprijzen voor al de westelijke provinciën,
te beraadslagen.
Dit voorstel is te Kassei met gejuich ontvangen, en men
is overeengekomen bedoeld congres op den 7 Dec. a. s.
te Dortmund te houden. Vele der voornaamste steden als
Essen, Elberfeld, Dusseldorf, Crefeld, hebben reeds beloofd
zich door afgevaardigden te zullen doen vertegenwoordigen.
Men zal ook alle overige plaatsen, waar de prijzen in
den laatsten tijd bovenmatig gestegen zijn, uitnoodigen
gedelegeerden te zenden, ten einde aan de beweging een
zoo algemeen mogelijk karakter te geven.
Rusland
De tekst van het tractaat tusschen Rusland en Khiwa
is thans officiëel openbaar gemaakt. De Khan verklaart
zich daarbij tot den gehoorzamen vasal van Ruslands Keizer,
en verbindt zich geen diplomatieke agenten bij andere mo
gendheden of vorsten aan te stellen of verdragen met hen
te sluiten. Hij staat al het grondgebied op den regteroever
van de Amu aan Rusland af en kent aan de Russische
schepen alle voorregten toe. Op dat terrein mag Rusland
de sterkten bouwen, die het noodig oordeelt. De Khan
staat in voor de veiligheid der bewoners van die forten
en zijn land staat geheel open voor Russische kooplieden.
De afschaffing der slavernij wordt gehandhaafd. Als oor
logsvergoeding betaalt de Khan 2,200,000 roebels aan
Rusland, waarvan de laatste termijn moet betaald worden
den 13 November 1893.
Spanje.
Een berigt uit Madrid, dd. 27 dezer, luidt: Een
ontzaggelijke beweging wordt op touw gezet om Castelar
te doen vallen en aan Serrano het regentschap over den
infant don Alfonso aan te bieden.
Italië.
De Voce Della Virita meldt dat de Paus den 20 Nov. eene
toespraak heeft gehouden tot de leerlingen van Duitsche en
Engelsche collegiën. Hij zeide tot de Duitsche adspirant-
priesters dat zij, in hun vaderland teruggekeerd, daar de
godsdienstvervolging zullen vinden als ten tijde van Juliaan
den Afvallige. Zij moeten zich dus wapenen met alle
kerkelijke deugden, voornamelijk met geduld en standvastig
heid, om te worstelen ten einde toe. Zij kunnen niet op over
winning hopen, tenzij strijdende als lammeren, naar het
voorschrift van Christus. Maar de overwinning is hun
verzekerd. Zij zullen veel verdrietelijkheden en rampen te
verduren hebben, maar zoo zij moedig en volhardend blijven,
worden de wolven overwonnen en het katholiek geloof zal
zegepralend uit de worsteling treden. Zij hebben roem
volle voorbeelden in het getrouwe volk, zijne priesters en
de waardige Duitsche bisschoppendat zij deze voorbeelden
volgen en God zal hen met de onsterfelijkheid loonen. Den
Engelschen seminaristen heeft de Paus de gevaren voorge
houden der buitensporige vrijheid die in hun land heerscht, en
tegen welke „men zich met dubbele deugd moet wapenen.»
Amerika.
Door het bureau voor statistiek te Washington is bekend
gemaakt, dat van Junij 1872 tot Junij 1873, dus in dén
-