Burgerlijke Stand. Gemeente Helder.
Marine-Haven Meuwediep.
Bij het ministerie van Koloniën is gis
teren avond van luitenant-generaal van
Swieten een telegram ontvangen, Penang,
20 dezer, waaruit blijkt het volgende:
Het tweede object is bereikt. Met gering
verlies is bezit genomen van de rivier en
van de versterkingen van Toengkoe Kali.
De vijand heeft alle versterkingen op den
linker- en regteroever der rivier verlaten.
Het schijnt dat de nederlaag van den
14 dezer, en het bombardement der Marine
hem heeft ontmoedigd. De generaal Van
Swieten zocht nu op nieuw in aanraking
met den Sultan te komen, die men beweert
dat genegen is tot onderwerping. Intus-
schen wordt alles voorbereid om tegen
den kraton tc ageren, als het nog noodig
is. De aanvoer van zwaar geschut is door
het bezetten der rivier gemakkelijker ge
worden. De brigade van kolonel de Rooij
is nog in reserve te Padang en ter beschik
king voor ondersteuning of andere even
tualiteiten gereed; het weder is gunstig.
Gezondheidstoestand verbeterd en de geest
der troepen uitmuntend.
1
laatste tegen de hoofden der gewonden aan. Een man was
slechts jligt gewond. Twee Spanjaarden naderden hem.
De een duwde hem ruw de tromp van zijn geweer in den
mond. De arme kerel greep in zijn doodsangst den loop
met beide handen vast, daar het schot dat hem gewond
had, hem van het touw om de handen bevrijd had. De
andere Spanjaard plaatste zijn geweer in het oor van den
man. Beiden schoten tegelijk, en niets bleef van het
hoofd over. Vijf vuilniskarren werden nu op het terrein
gebragt, en door tuchthuisboeven werden de overblijfselen
der gedooden in de karren geworpen. Geen enkele man
was er, wiens hoofd niet geheel verbrijzeld was. Onder
het spelen van een vrolijke aria gingen do Spanjaarden,
die niet eens op behoorlijke wijze een executie kunnen doen
plaats hebben, naar de stad terug.
Duitschland.
De oppasser van den grooten olifant uit den dierentuin
te Berlijn heeft dezer dagen onder de verschrikkelijkste
omstandigheden het leven verloren. Daar hij gedurende
eenige dagen bedlegerig geweest was, had hij zich door een
zijner makkers doen vervangen. Dingsdag wilde hij echter
zijn dienst hervatten en trad in het hok van het dier om
het schoon te maken. Daar de olifant hem bij het verrigten
van zijn werk in den weg stond, raakte hij hem even met
zijn gaffel aan, ten einde hem van plaats te doen veranderen,
doch deze nam die handelwijze slecht op, want het dier
sloeg hem eensklaps zijn snuit om het linkerbeen, ligtte
hem op alsof het eene veder was, en hem alzoo sterk
vasthoudende, sloeg hij den ongelukkige met het hoofd en
de leden tegen het ijzeren traliewerk. Op zijn hulpgeroep
kwamen andere bedienden toeschieten; dezen sloegen het
dier met hunne haken en vorken, opdat het zijne prooi
zou loslaten, waarin zij weldra slaagden; doch het arme
slagtoffer lag te sterven. Zijn gansch lichaam was slechts
een enkele wonde en de oogen hingen hem uit het hoofd.
Men hoorde hem nog met eene stervende stem zeggen:
„Meine arme Fr au und Kinder!"
Men schrijft uit Metz aan een Duitsch dagblad:
„Men werkt ijverig aan de forten, die men reeds ten
tijde der Franschen onneembaar achtte. Men zet met niet
minder spoed den aanleg van nieuwe werken voort. De
eersten gaan zigtbaar vooruit en de overigen zullen weldra
ter verdediging geschikt zijn; zes of acht maanden zullen
evenwel nog voor hun algeheele voltooijing noodig wezen.
Voor verdediging en proviandering is in ruime mate
gezorgd; om zich daarvan te overtuigen behoeft men slechts
een oog te werpen op de wallen, die onlangs met kanonnen
van 9 en 15 centimeters bezet zijn; of het groote arsenaal
te bezoeken, waar een aantal stukken geschut van alle
grootte gerangschikt staan.
In de ruime magazijnen heeft men een enormen voorraad
levensmiddelen bijeengebragt alsspek, ham, beschuit, meel,
rijst, steenkolen, enz., die sinds lang per spoor met tal van
wagens is aangevoerd. Om kort te gaan, alles is, zonder
de minste drukte, bijna ongemerkt ten uitvoer gebragt,
gelijk zulks in een vesting van den eersten rang, onmid-
delijk aan de grenzen gelegen, behoort.'
Amerika.
Uit een rapport, van generaal Sherman blijkt, dat het
Amerikaansche leger uit 29,505 man bestaat, waaronder
3,970 niet-strijdenden. Er zijn echter bij de actieve rege-
menten 25 pet. zieken en onbruikbaren, zoodat er feitelijk
slechts 19,652 man dienst kunnen doen. Het budget van
oorlog is voor het loopende jaar 33,865,275 dollars; voor
het volgende jaar is het 1| millioen hooger geraamd.
Daarenboven heeft de minister van oorlog nog 21,909,540
dollars voor vestingwerken. De begrooting van oorlog van
Engeland, waaronder een leger van 130,000 man, de militie
en de subsidie aan de vrijwilligers valt, is slechts een derde
hooger dan de Amerikaansche.
De oorlogsvloot bestaat in het geheel uit 165 schepen.
De pantserschepèn voeren gemiddeld nog geen drie kanonnen
en zijn meestal oud model monitors. Toen de monitor
Manhattan, die uitgerust was om de Virginius af te gaan
halen, buiten de haven van New-York gesleept werd,
sprong haar toren en drong er zooveel water binnen, dat
men het met pompen niet weg kon krijgen. Vele schepen
zijn totaal onbruikbaar.
Wat de kustverdediging betreft, het officieële rapport
zegtde voornaamste kuststeden zijn geheel onversterkt en
kunnen bij het uitbreken van een oorlog niet in staat van
verdediging gebragt worden.
Eene vrijbuiters-expeditie aan boord der stoomboot
Santiago is er in geslaagd, op Cuba te landen. De insur-
genten hebben daarop 500 man der Spaansche troepen
overvallen, van welke 200 gesneuveld en 200 gevangen
genomen zijn.
Zekere mrs. C. C. Peck, eene weduwe te Chicago,
die een jaarlijksch inkomen van f 250,000 heeft, werd daar
in beschonken toestand in eene straatgoot gevonden en
naar het politie-station gebragt, waar zij tot den volgenden
morgen op de donzige zijde eener plank sliep. Zij was
kostelijk gekleed en aan haar vingers schitterden twee
diamanten ringen, toen zij uit den modder gevischt werd.
Williara Tweed.
De veroordeeling van William Tweed, den aanvoerder
der Tammany-club, tot 12 jaren gevangenis en een belang
rijke geldboete, heeft aan zijn proces een ernstig einde
gegeven. Voorzeker is de straf niet gering voor iemand,
voor wien eens de groote meerderheid der New-Yorksche
kiezers boog, die niet alleen de stad New-York beheerschte,
maar ook de wetgevende magt van den Staat. Hem, die
met de vroegere omstandigheden van New-York onbekend
is, zal het onbegrijpelijk voorkomen, hoe Tweed het van een
lagen rang zoo tot hoog, wetgever van den Staat, brengen kon.
Zonder de gewelddadige tusschenkomst van het gepeupel
(prijsvechters, spelers, dieven, moordenaars, enz.) bij de
stembus, ware zijne verkiezing nimmer mogelijk geweest.
Het is nog zoo heel lang niet geleden, dat het een
fatsoenlijk burger onmogelijk was, zonder levensgevaar zijne
kiezers-regten uit te oefenen. De politieke partijen waren
om hunne candidaten te doen slagen genoodzaakt, zich bij
de verkiezing te bedienen van bandieten (rowdies), die
bekende vereenigingen vormden. De wet, door het Congres
gemaakt, waarbij het registreeren der stemmen voorgeschreven
werd, is thans in alle Staten ingevoerd en heeft er voor
namelijk toe bijgedragen, dat de ergste schandalen bij de
verkiezingen opgehouden hebben. Tweed is overigens
niet de eenige, die het van rowdy tot senator heeft gebragt.
Als zoodanig kunnen ook genoemd Worden Genet, Morrisey
e. a. De laatste was vroeger prijsvechter en bordeelhouder
en stond aan 't hoofd eener beruchte club, die zich bij de
stembus aan de bloedigste uitspattingen schuldig maakte.
Hij Verkreeg stilzwijgend het privilegie voor de oprigting
van speelhuizen te New-York en werd daardoor een rijk
man. Het clubhuis te Saratoga, het prachtigste speelhuis der
Vereenigde Staten, was eveneens door hem opgerigt. Een
man, die zooveel gedaan had voor 't algemeen Welzijn,
moest natuurlijk ook eene plaats hebben in 't Wetgevend
Ligchaam, die hij nog altijd bekleedt. Van zulk een
gehalte zijn de hoofdpersonen der New-Yorksche maat
schappij en alleen daardoor is het mogelijk, dat in den
beginne de aan het licht komende misdaden zoo weinigen
verontrustte. Natuurlijk bleef de door zulke verkiezingen
veroorzaakte slechte toestand niet alleen tot New-York
bepaald, maar heeft deze zich als eene volkskwaal over
de gansche Unie uitgestrekt. Wat Pike in zijn boek over
den negerstaat Zuid-Carolina zegt, geldt meer of minder
ook voor alle overige Staten der Unie, n. 1. „De regering
van dezen Staat is in waarheid het meest geslepen roof-
stelsel. De mannen, die het bestaan in handen hebben,
zijn de meest uitgelezen spitsboeven der republiek. Zij zijn
de opligters van den Staat, wetgevende roovers van pro
fessie, geoefend in de kunst van wettelijken diefstal. Zij
onderscheiden zich in niets van hen, die de gevangenissen
en tuchthuizen vullen. Zij behooren in den Staat in
dezelfde rubriek thuis, alleen zijn zij stouter en geweten-
loozer." Onder zulke omstandigheden, die nu sedert een
reeks van jaren in de Vereenigde Staten voortduren, kan
het geen verwondering wekken, dat gewetenloosheid en
oneerlijkheid zich van letterlijk alle kringen der bevolking
hebben meester gemaakt. Het zal veel moeite kosten, eer
de Amerikanen hun goeden naam weer hebben teruggekregen.
Maar het strenge vonnis van Tweed is m'isschien de eerste
schrede op den weg van terugkeer naar eerlijkheid.
Wanneer dat vonnis geen uitzondering blijft, zal het zeker
velen van zijne schurkestreken doen afschrikken. Ook
zijne medehelpers worden vervolgd. Het proces tegen
Ingersoll en Barrington, wegens het indienen van valsche
schuldvorderingen, is daarmede afgeloopen, dat de eerste
tot 5 jaren, de tweede tot 18 maanden dwangarbeid ver
oordeeld is. Er zijn echter vele medepligtigen van Tweed
die zich reeds lang in Europa bevinden.
Opgave van af Zaturdag middag tot Dingsdag middag.
ONDERTROUWDA. Brouwer, stoker bij de Marine en M.
Bruning, weduwe van G. de Ruijter.
GETROUWDGeene.
BEVALLEN8. Sentis, geb. Kort, (Z.). M. E. Smit, geb.
Bonifacius, (D.). M. Krijnen, geb. Duinker, (Z.). A. Duijts, geb.
Gersen, (Z.). Z. Dortmundt, geb. van Hoffe, (Z.). C. Moormann,
geb. Waltering, (Z.). C. Koning, ,(Z.). M. Bruning, (Z.). J.
Driessen, geb. Neijts, (Z.). E. Doekes, geb. Boelsums, (Z.). C. C.
de la Bie, geb. Marehand, (Z.).
OVERLEDENL. C. van Engelen, 7 maanden. J. P. Caltenbaeh,
B8 jaren. L. de Boer, 7 weken. J. Jacobs, geb. Frankfort.
C. Huisken, 62 jaren.
Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Groote Vaart.
Aankomst.
7 Oet.
30 Oot.
18 Nov.
18 Nov.
25 Nov.
26 Nov.
26 Nov.
26 Nov.
28 Nov.
3 Dcc.
10 Deo.
13 Dec.
14 Deo.
17 Dec.
19 Dec.
TEEEGBAPMISCHE BERICHT.
Van Reuters Agentschap is het volgende telegram ont
vangen
Penang, December. De Nederlandsche militaire
en maritieme strijdkrachten, voorzien van zwaar geschut,
hebben den kraton omsingeld. Generaal van Swieten heeft
den Sultan voor het laatst aangemaand zich onvoorwaar
delijk over te geven.
Weerkundige Waarnemingen te Helder (Landskeet)
Vertrek. Schip.
SusannaElizabeth.
Tromp.
Cato Paulie.
Sandviken.
KaapstadPacket.
Hendrik Daniël.
Confiance,
Spes Nostra.
Sappemeer II.
Alida.
Jannetje.
Maria Paee.
Java.
Constance.
Onderneming.
Gezagvoerder. Bestemming.
G.vanderBorden. Pensacola.
P. Hoekstra. Batavia.
E. R. Hotze. Suriname.
J. Hanssens. Amerika.
P. Collenteur. Curnqao.
A.J.Ouwehand. Suriname.
H. Holle. Messina.
J.J.Beekhuis. Buenos-Ayres
Z.K.Rozenberg. Venetië.
H. E. Nagel. Montevideo.
J. Schrier. New-York.
O. Testore. New-York.
W.L.Bakker. Batavia.
M. Kimmerer. Soerabaija.
C. L. van Veen. Suriname.
u
03
rO
B
oj
a
O
tl
Windrigting
en
Kracht.
Barometer
mm.
Thermometer
C.
Vochtigh.
procent.
Toestand
van
de
zee.
03
Pi
Stand. Afw.
Stand
Afw.
21
12
wtz.
7k.
762.0o'f 2.27
8.S
4.7
0.92 golvend.
22
12
ZW.
14„
760.25|f 0.60
9.0
5.0
0.92
23
8
w.
17„
761.29 1.51
7.0
4.1
0.85.hol.
23
12
wtz.
13»
762.37 2-59
7.6
3.7
0.86
Weersgesteldheid: 21
Deo. 12 u. Losbewolkt, wind,
mooi.
22 Dee. 12 u. Digtbewolkt, winderig, regenb.
23 Dec. 8 u. Digtbewolkt, wind.
23 Dec. 12 u. idem.
IiATGBE BERI6TEV.
Binnengekomen Koopvaardijschepen Groote Vaart.
Binnenk. Schip. Gezagvoerder. Cargadoor. Herkomst.
20 Dec. Mariner. T. Legender. ZurMühlen&Co. Taganrog.
21 Concettina. P.Gambardella. Catania.
21 JoshuaKing. C. Smith. van Vliet Co. Wilmington
21 Malaleel. M.Bielovucich. Duinker&Goedk. Taganrog.
22 ii Cycloop. J.J.Muntendam.ZurMühlenbC'o. Palermo.
Binnengekomen Schepen bestemd hunne lading in de
Buiten- of Binnenhaven te lossen.
Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor.
India. A. W. Fought, Batavia via Suez. Stukg. Amons Co.
Volgens een bij het Departement van Marine ontvangen
telegram is Zr. Ms. schroefstoomschip Deli, onder bevel
van den luit. ter zee 1ste kl, P. Zwaan, op zijne reis naar
Oost-Indië, den 15 dezer te Djeddah aangekomen. Aan
boord was alles wel.
Het transportschip met stoomvermogen Java, liggende
alhier, wordt met den 1 Jan. a.s. in dienst gesteld, met
bestemming naar de Kaap de Goede Hoop, en het bevel
daarover opgedragen aan den kapt.-luit. ter zee A. J. van
Mansvelt.
Nu de naaste familiebetrekkingen hier te lande van
twee, volgens het jongste regerings-telegram nit Penang,
in Atsjin aan cholera zijn overleden luitenants van het Indische
leger gewaarschuwd zijn, kan worden medegedeeld, dat
die officieren genaamd waren J. H. A. van Daalen en
G» N. Levert. Aan cholera was ook overleden Nino Bixio,
gezagvoerder van het voor troepenvervoer bestemde Itali-
aansche schip Maddaloni.
De minister van Binnenl. Zaken heeft ter algemeene
kennis gebragt, dat, volgens bij hem ingekomen ambtsberigten,
in de week van 14 tot 20 Dec. aan Aziatische cholera
zijn overleden: te Delfshaven 1 persoon, Delft 3, 's Hage
1, Rotterdam 5, Zierikzee 3, Zwolle 4, de Wijk 1; totaal
in het rijk 18 personen.
De postschipper T. de Haan te Terschelling zal van
de N. en Zh. Reddingmaatschappij de zilveren medaille
ontvangen voor zijne hoogst gevaarlijke redding van de
bemanning van het Duitsche schip „Mathilde." Een edel
menschenvriend zond f 80 voor de wakkere bemanning
der postschuit.
Jl. Zondag avond ongeveer 6 ure is er brand ontstaan
in de boerenwoning van den heer Jac. A. Vis, landman
in de Egmondermeer, die spoedig in hevigheid toenam,
zoodat er van de huizing niet is overgebleven. Het gestalde
vee is spoedig gered, terwijl volgens bekomen inlichting,
de inboedel o. a. tegen brandschade was verzekerd. Als
een bijzonderheid kan er bij gemeld worden, dat de huis-
genooten aanwezig waren, en de broeitijd van het hooi
voorbij is, zoodat er noodwendig aan een ongeluk (gebrek
aan den schoorsteen of iets dergelijks) moet gedacht worden.
Een buitenstaande dienstbode ontdekte den brand tijdig
genoeg om er de inwonenden kennis van te geven.
.^Een brief van den 27 Nov. aan de Times uit Cape
Coast Castle meldt, dat de hoofden der opstandelingen te
Elmina den vorigen dag aangeboden hadden zich te onder
werpen aan de Engelsche overheden, als bewijs van hnnne
opregtheid 300 man hadden gezonden, ten einde behulpzaam
te zijn aan het maken van den weg door het kreupelhout»