EIKEN TIMMER- EN BRANDHOUT. EIKEN TIMMER- EN BRANDHOUT, ADVERTENTIËN. SCHAGER MARKT van HEDEN. Burg-er lij ke Stand. Gemeente Helder. Burgerlijke Stand. Gemeente Texel. Marine-Haven Nieuwediep. ^Notaris J. W. HATTINGA RAVEN R lieven uit Kcnneinerland. XV. Alkmaar, 1 Februari 1874. Sedert eeue maaud schrijven wij reed9 1874, 't wordt dus tijd in mijne brieven-kronijlc af te rekenen met het vorige jaar. Vóór zijn verscheiden zag het aan uitputting bezwijken en de werklieden vereniging en de Nieuwe Alhnaarsche Courant. Eerstgenoemde was opgericht tot verbetering van den zedelijken en stotfelijken toestand onzer werklieden, maar deed al spoedig blijken, dat men voor het stoffelijke het ijverigst wasen toen de gestelde eischen tot loonsverhooging vruchteloos bleven, ontvielen haar gedurig leden, ten laatste, nadat zij het verzet der sigarenmakers geldelijk gesteund had, ook den goeden dunk van andere ingezetenen. De Nieuwe Atkmaarsche deelde nimmer in den goeden dunk onzer bevolking; slechts enkelen ondersteunden haar, maar die enkelen waren niet de lieden van handel en nering, waaraan een blad zijn Btroom van ndvertentiën verschuldigd is. Die stroom bleef zich steeds richten naar de oude A. C. en de nieuwe ging ten onder, zooals de conservatieve partij alom, waar de kerkelijk-staatkundige partijen zich van haar losmaken. Reeds vond ik in uwe nieuwstijdingen vermeld de goedkeuring der door het gemeentebestuur gedane uitgaven voor onze feestviering in October 11., alsmede eene uit het Haagsche Dagblad overgenomen lofrede over de milde gemakkelijkheid, waarmede die goedkeuring, een bedrag van bijna f 12000 betreffende, geschonken was. Te gelijker tijd meldden ons de couranten welk kolossaal bedrag voor de feesten te Vlissingen was besteed, zoodat het vermoeden voor de hand lag, dat men daar zeer duur, of hier zeer goedkoop gejubeld had. Misschien bevond zich te Vlissingen alles meer in één hand. Onder de f12000, zoo even genoemd, was eene subsidie aan de feestcommissie vau ruim f 1300 begrepen; van andere zijde had deze commissie eene beschikking over f 1900, maar in hare rekening waren niet opgenomen het feestlocaal, de beide harddraverijen, het schoolfeest en slechts ten deele de optocht, voor welke onderwerpen nog p. m. f 6350 werd uitgegeven. Bovendien hielden de Christelijke en Zondagsscholen twee optochten, vierde de ontzetvereeniging een eigen feest en bekostigde zij het volkslied, en werd er den vierden avond voor een concert der grenadiers en jagers gezorgd, voor welk alles f 2900 zeker niet te veel gerekend is. Zoo begint het cijfer al aardig te klimmen en wanneer wij ons daarbij denken de kosten van versieringen en illuminatiën (voor zoo ver zij gemeenschappelijk geschiedden op f 4800 te begrooten) en voor zoo veel anders, dan komen wij tot de overtuiging, dat een groot feest hoe velen er dan ook voordeelig mede varen eene kostbare zaak is. Ik vermoed, dat het aanwezig zijn dier overtuiging ons zoo extra bedaard houdt ten opzichte van het aanstaande Koningsfeest. Geene feestcommissie werpt zich op, zelfs ons corps geridderden schijnt er geen aandrang toe te gevoelen, en de commissie voor volksvermaken, welke in het vorige jaar niets gedaan heeft dan potten, houdt zich dood nu zij met vrucht zou kunnen optreden, of verkniest zich, wijl de winter uitblijft en hare plannen tot „ijsvermaken" (zoo noemt men het, als eenige halfnaakte lieden zich op schaatsen een ongeluk rijden) in duigen werpt. Nog een woord over ons gepasseerde feest ik kom er wel wat veel op terug, maar 't was een eeawfeest. De reporter der N. Rott. Courant heeft zich bij de uitvoering der cantate geërgerd over stoornis in de zaal, door gerammel van glazen, geld, enz., het aan bedienen verbonden geraas; en zich zeker verbeeld, dat hij zich onder een tamelijk onbeschaafd publiek bevond. Ik mag de juistheid van zijn gehoor niet in twijfel trekken, al heb ik dergelijk storend geluid niet vernomen; maar wel weet ik, dat niet anders dan tüsschen de muzieknummers bediend is. Richard Holl, die hier niet geweest is, herhaalt dezelfde klacht in het Familieblad en maakt het nog een graadje erger; „men zat n. 1. aan tafeltjes" voegt hij er ter verduidelijking, hoewel ten onrechte, bij. Wel ja, waarom niet! en gewis met lange pijpen? Men mag met die achterlijke Noordhollanders den gek wel eens steken. Hij betwijfelt of zijne compositie naar Heije wel volkslied geworden is, nieuwe woorden en nieuwe melodie, dat was te veel op eens gevergd (vooral van Noordhollanders?) Nu, laat hij maar eens overkomen, hij kan dagelijks zijne schepping langs 's heeren straten hooren galmen, zoowel den krachtigen aanhef als het minder bevallige slot. Onze marktaanvoeren hebben in het afgeloopen jaar bedragen 4,029.854 ponden kaas, 76589 mudden graan en 88607 stuks vee, wat het vee betreft eene vermeerdering van 10433 boven het jaar 1872 aantoonende. Deze cijfers geven een deukbeeld van de belangrijke kapitalen, welke op onze markten verhandeld worden, en van de levendigheid, welke op de marktdagen in onze veste heerscht. Te Hoorn, waar 2.264.279 ponden kaas en 80067 stuks vee ter markt kwamen, stond het gehalte van het aangevoerde vee boven het hier gebrachte, dewijl het cijfer der volwassen runderen aanzienlijk grooter was. Haarlem bracht het tot 1.103.019 ponden kaas en 10729 stuks vee, en streeft alzoo, wat den kaashandel aangaat, Rurmerende op zijde. Voor het begrip onzer handels beweging kan nog dienen, dat het telegraafkantoor 10095 depeches, het postkantoor 424812 (en 35835 dienst-) brieven en 63135 briefkaarten verzond. Onze 11698 inwoners hadden dus per hoofd 45 a 46 maal wat naar elders te schrijven of te seinen. De gezondheidstoestand was in het vorige jaar zeer gunstig (de sterfte 1 34, niettegenstaande de hevige stank der beide afge sloten grachten in den zomer het ergste deed vreezen. Onze wetenschap is hier weder te kort geschoten en wij vinden stof om te vragen, of de kwalijk riekende gassen, welke wij zoo vaak in Amsterdam waarnemen en ook uit onze grachten opstegen, misschien het vermogen bezitten om de hypotetische ziekte-sporen in den dampkring onschadelijk te maken? Stelliger schijnt onze kennis te zijn aangaande het bederf van het drinkwater en het daardoor ontstaan van ziekten door de ophooping van faecale stoffen in den bodem, des te erger naarmate steden of dorpen van vroegeren oorsprong en dus te langer bewoond zijn. De mensch doet zijn best om den grond, waarop hij leeft, zooveel mogelijk te verontreinigen en hij wil, dat die grond in het oneindige het vermogen zal behouden om zijn drinkwater te filtreeren en te zuiveren. Nu ja, de filtratie gaat voort, maar de zuivering houdt op, en ten laatste drinkt men aftreksel vanfaeces van cholera- lijders, zooals te Utrecht. „Plicht en Recht" heeft een avond gewijd aan de bespreking van dit belangrijk onderwerp, vooral naar aanleiding van het eerste jaarverslag over de toepassing van het tonnensysteem te Delft, waar de ingezetenen doordrongen worden van de noodzakelijkheid om de privaatkuilen te ledigen en te dichten en den uitloop van privaten in de riolen te staken. Uwe gemeente is nog eene jonge en daarbij gezonde gemeente, mogen uwe medeburgers haar uit eigen beweging en ten algemeenen nutte gezond en zuiver houden, en niet eenmaal door schadelijke ondervinding gedrongen worden om met groote kosten te herstellen wat door achteloosheid bedorven is! Onze naburige, door natuur schoon zoo bevoorrechte gemeente Heijloo heeft thans met schadelijke invloeden te kampen, waardoor reeds verscheidene ingezetenen, in de kracht huns levens, binnen korten tijd zijn bezweken. Het verdient de aandacht van het gemeentebestuur zeker ten volle, de locale oorzaken dezer ramp op te sporen en te verwijderen. De malaise, door verliezen in vreemde fondsen teweeggebracht, begint wat te verdwijnen en de ledigstaande perceelen vinden langzamerhand weder bewoners. Een ondernemend ingezeten heeft zelfs den moed, den bouw van zes nieuwe woonhuizen te beginnen, op het terrein der opgeheven en niet elders herstelde Binnenbanen. Men is in de nabijheid reeds druk bezig, het daar bestaande plantsoen, in der tijd door Zocher aangelegd, naar zijn ontwerp te vervormen, ter plaatsing onzer toekomstige villa's. Een gedeelte van het huis van opvoeding en verbetering voor jongens wordt gesloopt, om welhaast de uanbouw der nieuwe werkzalen te beginnen, welke voor ongeveer f 18000 zijn aanbesteed. Men zal daarbij minder weelderig te werk gaan dan bij den bouw in 1873 van eetzalen, keuken, bad- en stoominrichting, van welke localen de raam- en deurkozijnen en de goten van hardsteen zijn ver vaardigd, ja, zelfs de afschutsels tusschen de badkuipen zijn groote opstaande zerken. Maarhet gootje, waardoor het gebruikte water der kuipen moet verwijderd worden, is van hout, die kleinigheid had men vergeten. Aan een onzer pleinen zijn drie oude perceelen afgebrokeD, om plaats te maken voor den bouw van een nieuw koffiehuis, iets, waaraan wij, blijkens mijn vroeger schrijven, dringend behoefte hebben. De gemeenteraad heeft met vaderlijke bezorgdheid gemeend, eene verordening op de huizen „waar men gelagen zet" te moeten vaststellen. Over een amen dement, om de sluiting op 11 uren 's avonds te bepalen, staakten de stemmen, maar in eene volgende vergadering werd het verworpen en den liefhebbers vergund tot middernacht bijeen te blijven. Van de tapperijen tot de bank van leening is de overgang minder groot dan hij schijnt. Burgemeester en wethouders hebben het voostel gedaan, die inrichting op te heffen, dewijl zij met verlies voor de gemeente werkt en de armoede eer schijnt te bevorderen dan te voorkomen. Daarbij achten zij het tijdstip voor de opheffing thans gunstig, dewijl in de laatste jaren het aantal beleeningen merkelijk is verminderd en de behoefte aan een bank dus minder groot schijnt dan in vroegere jaren. Anderen beweren, dat het aantal beleeniugen kleiner wordt omdat de behoeftigen, die veelal bij den dag leven, geene panden meer bezitten. Wij wenscken van harte de opheffing, sedert lang opgemerkt hebbende, dat van de bank niet het meeste gebruik gemaakt wordt bij stilstand van werk in den winter, maar in den tijd van kermis- en Rinkster- feesten, pleziertreinen enz. Maar in alle klassen heerscht tegen woordig de zucht tot uitgaan en genot, en het ontbreekt dezen winter al weder niet aan gelegenheden om daaraan, ook op veredelende wijze, te voldoen. De Amsterdamsche en de Haagsche tooneelisten wisselen elkander af,Nuts- en volksvoordrachten, kunstbeschouwingen, muziekuitvoeringen, rederijkers-voorstellingen volgen elkander met snelheid op. Becker's overheerlijk florentijner kwartet is pas genoten, of het uitzicht op eene tweede uitvoering wordt geopend en door Arion de voordracht van Haijdns „Schepping" aangekondigd. Alles goed en wel, als de beurs het maar geoorloofde uitspanning doet blijven. In den aanstaanden zomer worden de algemeene vergadering der maatschappij van nijverheid en het nijverheidscongres hier gehouden. De gemeenteraad heeft voor de opluistering daarvan f 300 beschikbaar gesteld, maar plannen voor de wijze waarop men den vreemden bezoekers genoegen zal doen zijn nog niet gevormd. Mijn papier laat nog voor enkele regelen plaats, laat het zijn voor eene hulde aan de Amsterdamsche Kanaalmaatschappij. Toch niet daarvoor, dat zij ons van het vroolijk schouwspel der voorbijvarende zeekasteelen dreigt te berooven, maar voor het lage peil waarop zij haar kanaal houdt, ten spijt van wie het vroeger zoo verlangd maar er nu geeii vrede mede hebben. Onze omliggende polders verheugen zich in eene ongestoorde afwatering, en de laagste deelen der stad houden zich, zelfs bij het ongunstigste weder, fiksch boven den waterstand, 't Zou mij niet verwonderen, als onze gunstige gezondheidstoestand hieraan voor een goed deel te danken was. PER TELEGRAAF. Opgave van af Dingsdag middag tot Donderdag middag. ONDERTROUWD: Geene. GETROUWD: H. Heeres en C. Merkelbag. II. M. Burmeister en M. Op 't Land. M. Kraak en G. Meijer. W. N. Kohier en E. Op 't Land. J. de Boer en A. Bakker. C. Bruul en S. Bakker. J. Bijl en A. Sauerborn. BEVALLEN: G. Fortuin, geb. Koopmans, (D.). H. van der Plaat, geb. Kamp, (Z). J. Klik, geb. Quak, (D.) S. M. Weber, geb. van der Mee, (Z.). OVERLEDENT. B. Vos, geb. Zaatman, 37 jaren. J. Bruin, geb. Bouman, 71 jaren. A. Burkunk, bijna 7 maanden. Van 28 Januarij tot 4 Februarij 1874. ONDERTROUWD: Coenraad Vinken, weduwnaar van Hiltje Smit en Christina Martha van Veen. GETROUWD: Geene. GEBORENPieter, zoon van Koendert Hoogerheide en Maria Antonia Koopman. Antje, dochter van Michiel Backer Cz. en Cornelisje Koorn. Cornelis, zoon van Pieter Kuiter en Hiltje Eelman. Jan, zoon vau Jacob van Heerwaarden en Aagje Huijsman. OVERLEDEN: Neeltje Peper, 75 jaren, weduwe van Hendrik Raven. Dieuwertje Koorn, 16 jaren, dochter van Dirk Koorn, over leden en Gerritje Buis. Jan Zoetelief, 14 jaren, zoon van Hendrik Zoetelief en Gerretje Zoetelief. Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Groote Vaart. Aankomst. Vertrek. Schip. Gezagvoerder. Bestemming. 14 Jan. 4 Febr. AnnaGeertruida. C.R.Kempen. Oporto. 2 Febr. 4 Schadberg. O.J.Amundsen. Amerika. 2 Febr. 4 Kinderdijk. A.F.Scherlau. New-ïork. 2 Febr. Aria Betsy. R. Ran. Batavia. Binnengekomen Schepen bestemd hunne lading in de Buiten- of Binnenhaven te lossen. Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor. Louise. M. Thomasz. Afgebragt van het strand te Callantsoog. Ballast. Order. Irene. J. J. flansen. Lissabon. Stukg. ZurMühlen&Co. Pollux. J. W. Wilkens. Gibraltar. LATEBE BKKIGTUA. 4 Paarden Ossen Stieren 10 Gelde-Koeijen Kalf-Koeijen Vaarzen Hokkelingen Nuoht.Kalveren Vette Rammen 470 Schapen f S0al50 - a - 140a260 - 220a240 - 6a 18 - 26a 28 Lammeren 1 a Bokk. en Geiten - a 24 MagereVarkens- 11 a 17 36 Biggen - 6 a 8 200 Eenden c.100 al25 100 Kippen -100 a200 Boter per kop -105 allO Kaas per K.G. - 35 a 40 Kip-Eijereu per 100 -300 s360 Eend-Eijeren a Getrouwd H. HEERES en C. MERKELBAG. Helder, 5 Februarij 1874. Voorspoedig bevallen van eene Dochter A. A. J. WIGMAN—SCHUTZLER. Nieuwediep, 1 Februarij 1874. Algemeene kennisgeving. Heden beviel zeer voorspoedig van eene Dochter J. QUAK, geliefde Echtgenoot van A. K L I K. Nieuwediep, 4 Februarij 1874. Het is mij een treurigen pligt, aan onze vrienden in Holland te berigten, dat mijn geliefde Zoon, Kapitein GEORGE MONEFELDT LORENTZEN, in den ouderdom van 42| jaar, door een storm in de Noordzee, des nachts van 16 tot 17 December 1873 met zijD schip Dana, is verongelukt en zijn graf in de golven heeft gevonden. Drammen, Februarij 1874. Zijne diepbedroefde Moeder, JANE LORENTZEN, geb. Campbell. Heden overleed, zacht en kalm, na een kortstondig maar smarteiijk lijden van acht dagen, onze eenige, innig geliefde Dochter DIEUWERTJE, Dochter van wijlen DIRK KOORN en GERRITJE BUIS, in den ouderdom van 16 iaren en 5 maanden. Zij, die haar van nabij hebben gekend, zullen beseffen wat wij in haar verliezen. Burg op Texel, 2 Februarij 1874. P. KIND. G. BUIS. Strekkende tot eenige algemeene kennisgeving voor Familie, Vrienden en Bekenden. Heden trof mij een gevoelige slag, door het afsterven van mijn geliefden Echtgenoot COENRAAD EIJGENHUIJS, in den ouderdom van circa 69 jaren. Zij, die den over ledene gekend hebben, zullen beseffen wat ik in hem verlies. Nieuwediep, 2 Februarij 1874. Uit naam van Kinderen en Beliuwdkinderen, Wed. C. EIJGENHUIJS. Strekkende deze tot algemeene kennisgeving. Heden overleed onze jongste lieveling FERDINAND, in den ouderdom van bijna negen maanden. Nieuwediep, 3 Februarij 1874. C. POSTMA. N. POSTMA—BUIJTENDIJK. Heden ontsliep, zacht en kalm, mijn dierbare Moeder, Mejufv. de Wed. K. BR UIN—BOUWMAN, in den ouderdom van bijna 72 jaren. Helder, 4 Februarij 1874. K. BRUIN. De nog overgebleven mariniers alhier, te Amsterdam en Hellevoetsluis in garnizoen, te zamen 300 man, zullen met de mailboot Koning der Nederlanden naar Oost-Indië worden gezonden. Voor zoover bekend is, zijn gedurende de week van 25 tot en met 31 Jan. in de provincie Noordholland drie runderen, uithoofde vau longziekte, onteigend en afgemaakt en wel 1 te Bloemendaal, 1 te Rijp en 1 te Sloten. Heden overleed onze jongste lieveling ARIAANTJE, in den jeugdigen leeftijd van bijna 7 maanden. Helder, 4 Februarij 1874. G. BURKUNK. J. W. BURKUNK, geb. Braspenning. Eenige en algemeene kennisgeving. zal in het openbaar verkoopen: Op Woensdag 11 Februarij aanstaande, des voor middags ten 10 ure, aan het Westplein te Helder: Een groote partij TOUWWERK, KETTINGEN, eenBOEGSPRIET,IJZER WERK van spillen, RAABANDEN en RAKKEN, en op Donderdag 18 Februarij daaraanvolgende, des voormiddags 11 ure, aan het Havenplein nabij het Wierhoofd te Helder: Een partij RONDHOUT, RAA'S, een complete LIER, een GANG SPIL, eenig IJZERWERK en hetgeen meer ter verkoop zal worden aangeboden. Alles afkomstig van het gestrande Barkschip ALAFUSOS en ter plaatsen gemeld vóór het verkoopuur te bezigtigen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1874 | | pagina 3