1874. N°. 35.
Zondag 22 Maart.
32 Jaargang.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
BER1GTEN BETREFFENDE DEN OORLOG MET ATSJIN.
Binnenland.
HELDERSOHE
NIEUWEDIEPER COURANT.
,Wij huldigen het goede."
T«r«»hijnt Dinösda»-, Dondbadaö- en Zatuedaö namiddag.
JLbonneim»at«prij» per kwartaal1.80.
fraaeo per po»t 1.65.
Bureau: O I. X V l E I N, II*. 163.
Prijs der Adverteatiën Van 14 regel» 60 cent,
elke regel meer 15 cent.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
VERTREKDAGEN DER BRIEVENMAILS:
Naar Oest-lndii: via Triêst 31 Maart 's avonds 6 u.
Marseille 26 Maart, 's avonds 6 n.
Brindisi 23 Maart, 's avonds 6 u.
Qurapao en Suriname, 1 April, 's morg. 6 u.
Kaap dt Goede Hoop, via Southampton27 Maart,
-a
's morg. 6 u.
De VOORZITTER van ,den BAAD der gemeente HELDER
brengt ter openbare kennis, dat DE BAAD ZAL VERGADEREN
op DIN G S D A G den 24 MAART 1874, des AVONDS
ten ZEVEN ure.
Helder, De Voorzitter voornoemd,
den 21 Maart 1874. STAKMAN BOSSE.
PONTEN TEE BEHANDELING:
1. Benoeming Stembureau! Verkiezingen.
2. Bezwaarschriften Hoofdelyken Omslag.
3. Vaststelling Kohier Hoofdelijken Omslag.
4. i, Kohier Hondenbelasting.
-5. Geldelijke aangelegenheden Weeshuis.
6. h h Burgerlijk Armbestuur.
7. Brief schoolcommissie toelating van Leerlingen.
8. Mededeeling van stukken.
Ware het u vergund, zoo meldt men o. a. uit Atsjin
dd. 31 Jan. aan de Indiër, de expeditie mede te maken
en hier voet aan wal te zetten, dan zou ik n uitnoodigen
eens een bezoek te gaan brengen in de versterking van
Panglima Polim, tusschen de Atsjin-rivier en den kraton
gelegen; gij zoudt dan uw intrek kunnen nemen in zijn
huisje en van zijn badinrigting gebruik maken, waarmede
zich sommigen nu behelpen. Maar al moogt gij niet hier
komen, evenmin durf ik verzekeren dat wij spoedig zullen
wederkeeren; ik voor mij geloof dat er nog heel wat te
doen overblijft alvorens de Atsjinees tot bukken en onder
werping geneigd zal bevonden worden of onze Souvereini-
teit zal willen erkennen.
In een dépêche van luit.-generaal van Swieten, dd.
4 Febr. van den gouverneur-generaal, o. a. de mededeeling
bevattende, dat er vier candidaten voor de keuze van Sul
tan van Atsjin worden genoemd, wordt daaraan toegevoegd
„ik heb tegen die kenze geprotesteerd."
De Penang Gazette deelt den volgenden brief mede:
„Atsjin, 22 Julij 1873.
Den 26 Jumadilawal 1290.
Van den Sultan Alaidan Mahamoed Shah, zoon van
Sultan Ali Iskander Shah, aan Radja Bandhara, zoon van
Toean Haji Casim en aan Ibrahim, zoon van Toenkoe
Radja Pakeh Ali.
Wij zenden dit schrijven aan u beiden om u te berigten
dat Toenkoe Keecheo Talip door ons met brieven naar de
Engelsche en Amerikaansche regering en naar den Radja
van Kweda is afgevaardigd. Indien genoemde Toenkoe
Keechee Talip te Penang aankomt, moet gij u beiden
zorgvuldig voor de Hollanders in acht nemen, aan wie
wij ons nooit zullen onderwerpen. Als de Engelschen
weigeren ten behoeve van Atsjin te hulp te komen,
dan mogen andere natiën ons land binnen dringen, maar
zoow;el de hoofden als de bevolking zullen nimmer toe
stemmen het land aan de Hollanders over te geven; zij
zullen liever allen sterven.
Wij vertrouwen in de eerste plaats op God en zijn pro
feet en vervolgens op u beiden."
In een correspondentie van Atsjin aan de Pinang Ga-
'zette wordt na eenige reeds bekende bijzonderheden omtrent
den kraton ook meêgedeeld, dat na de inneming een afge
zant der Atsjinezen, van de parlementaire vlag voorzien,
aan generaal van Swieten doodkalm kwam vertellen, dat
de Hollanders nog even ver van de verovering van Atsjin
af waren, als toen zij het eerst voet aan wal zetten.
De oorlog tegen Atsjin, zoo schrijft het Bat. Handbl.
van 5 Febr., heeft reeds zeer vele offers geëischt. Niet
minder dan 70 officieren zijn buiten gevecht gesteld, d. i.
dns ruim 19 procent van het totaal der officieren. Vijftien
officieren sneuvelden of bezweken aan hunne wonden en
aan ziekten, d. i. 4 procent; twee en dertig officieren
werden gewond, d. i. ruim 8 procent; en 23 officieren
moesten wegens de ziekte worden geëvacueerd, d. i. 7
procent. Aan rpinderen sneuvelden of werden gewond 800
man, d. i. ongeveer 20 procent (de brigade van Padang is
hierbij natuurlijk nog niet medegerekend in de sterkte.
Zij is eerst bij het nemen van den kraton in het vuur
gekomen.) Aan cholera en andere ziekten bezweken 500
man, d. i. globaal gerekend 7 a 8 procent.
Wij rekenen nu nog niet de minderen, die wegens
ziekte moesten worden geëvacueerd.
Door elkander gerekend mag het verlies aan dooden en
gewonden worden gesteld op 17 procent, een cijfer, dat,
vergeleken met die, welke in de Europesche oorlogen ver
kregen worden, schrikbarend heeten mag. Telt men alleen
de gesneuvelden en gewonden, dan komt men tot een even
groot procentcijfer. Wij rekenen daarbij 1400 gekwetsten,
gesneuvelden en aan ziekte overledenen op 8000 personen
(troepen koelies enz.), en 800 gesneuvelden en gewonden
op 5000 personen (alleen troepen).
De kosten van dezen oorlog (de 1ste expeditie mede-
gerekend) zullen volgens berekening van deskundigen de
som van 50 millioen (vroeger door ons opgegeven en
door de bladen in Nederland juist genoemd) verre over
schrijden.
HELDER en NIEUWEDIEP, 21 Maart.
Jl. Woensdag avond werd bij het departement van
Koloniën een telegram ontvangen van den gouverneur-
generaal, hetwelk dienzelfden dag des namiddags te Buiten
zorg was aangeboden. Uit dat telegram blijkt, dat, volgens
berigt van Singkel, het stoomschip Metalen Kruis, dat de
havens van de westkust bezocht heeft, om de Nederlandsche
souvereiniteit te doen erkennen, in zijne zending geslaagd
was te Analaboe, Poeloekajoe, Soesoe, Laboean-Hadji en
Moeki (men weet uit vroegere mededeelingen, dat Lepong
en Loeong ook reeds het Nederlandsche oppergezag hebben
erkend). Terbangan moest nog antwoorden; met de overige
staten had men nog geene communicatie gehad. Het
Metalen Kruis kwam den 17 -dezer te Singkel aan; de
gezondheidstoestand aan boord liet te wenschen over.
Van bovenstaand telegram, Donderdag avond ontvangen,
zijn enkele afdrukken door ons verspreid.
Reuter seint ons uit Penang van gisteren
„De Nederlanders versterken zich in Atsjin en houden
zich bezig met proviand op te leggen in de magazijnen.
Generaal van Swieten zou 20 dezer met de hoofdmagt
naar Batavia terugkeeren, terwijl generaal Verspijck met
2000 man in Atsjin blijft. Een derde expeditie zal in
Oct. de operatiën voortzetten, wanneer de vrede voor dien
tijd nog niet is gesloten."
De rammonitors Hyena en Panther zijn alhier van
Amsterdam aangekomen om op 's Rijkswerf te worden
afgetimmerd.
Gisteren namiddag geraakte het dochtertje v^n den
beurtschipper C. Jonker, tengevolge van een hevigen ruk
wind met hageljagt, van het Westplein in het Heldersche
kanaal, zoodat het in groot gevaar verkeerde van te ver
drinken. Niet zonder groote inspanning werd het door
de hulp van J. Rensmaag, J. Bute en J. Haring, van een
anders wissen dood gered. Ofschoon eerst bewusteloos,
bleek het gelukkig spoedig, dat het kind, eenigzins gewond,
toch behouden op den wal was gebragt.
Gisteren avond werd in het lokaal Tivoli alhier eene
buitengewone vergadering gehouden van het plaatselijk
departement der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen.
De heer J. G. R. Vos trad als spreker op, de vertaling
leverende van Dicken's novelleHet duil te Great
Winglebury. De heer J. C. J. Graat droeg achtereenvolgens
voor de dichtstukken: Poezij, van Estella Hertzveld, en
Edele Steenen, van S. J. van den Bergh. Met een toe
passelijk woord werd door den vice-voorzitter deze laatste
der buitengewone wintervergaderingen gesloten.
Met 1 April zullen de briefkaarten in Ned.O.-Indië wor
den in gebruik gesteld. Ook zullen worden ingevoerd frankeer
zegels van 1, 15, 25 en 250 cent, zoodat ook drukwerken
daarvan kunnen voorzien worden, en portzegels yan 5,
10 en 20 cents, waarmeê zal worden aangeduid, hoeveel
port voor een ongefrankeerden brief moet worden betaald.
In de betrekkelijke ordonnantie komt voor, dat de port
zegels van 5 cents buiten gebruik zullen worden gesteld
zoodra de aanwezige voorraad verbruikt is.
De veehandel, die in 't voorjaar gewoonlijk zeer
levendig is, schijnt thans eenigermate gedrnkt. De prijzen
zijn gemiddeld voor iedere koe f 50 lager dan 't vorige jaar.
Francino, de van brandstichting verdachte bordeel
houder, is jl. Woensdag door het prov. geregtshof van
Noordholland vrijgesproken. De eisch was vijf jaren
correctioneel. Een juichende volksmenigte begeleidde hem
naar huis.
Op jl. Woensdag had door het bestuur van het
waterschap de Westerkogge de aanbesteding plaats van het
nabij Hoorn te 'stichten dubbel stoomgemaal; het leveren
en stellen van de stoom- en pompwerktuigen, benevens
van de stoomketels, is aan de Maatschappij „Ijzergieterij
de Prins van Oranje" te 's Hage opgedragen, door welke
Maatschappij het reeds bestaande stoomgemaal van dit
waterschap, in 1868 gesticht, insgelijks geleverd en geplaatst is.
Naar aanleiding van de daling in de koffij, schrijft
het Handelsbl. het volgende:
„De uitslag der jl. Donderdag te Rotterdam gehouden
veiling der gouvernementskoffij is zeer zeer beneden de
taxatie gebleven. Gemiddeld was de opbrengst 13| cent
de KG. minder dan op grond van de laatste veilingen
geschat was. Is deze uitkomst aangenaam voor tallooze ver
bruikers van koffij, welk artikel in het laatste jaar een
ongekend hoogen prijs had bereikt en nu weder aanmer
kelijk dalen zal, minder voordeelig is zij voor de schatkist.
Wel levert zij geen misrekening op, omdat bij de Indische
begrooting voor 1874 slechts op een prijs van 45 cent
per KG. dooreen is gerekend, en de opbrengst van de
verschillende soorten dien dag nog tusschen 47 en 67 cent
afwisselde, manr tegenover de enorme kosten, die de oorlog
met Atsjin met zich voert, ware ook dit jaar de buiten
gewone winst, die uit de stijging der koffijprijzen in het
vorige jaar voortgevloeid is, niet onwelkom geweest. Op
de 84000 balen, die geveild zijn, veroorzaakt de daling een
winstderving voor het Rijk van niet minder dan 13 a 14 ton.
Waaraan de plotselinge daling te wijten is in dit
artikel, dat door de enorme speculatie van het laatste
jaar zoo hoog gerezen was, weten wij niet. Maar wij
weten wel, dat deze daling welke welligt slechts het
begin is eener reactie, op nieuw bewijst, op hoe gevaar
lijke grondslagen ons fananciëel stelsel nog rust. Elke
cent, dien het halve kilogram koffij in een jaar meer of
minder dan de raming opbrengt, veroorzaakt voor de schat
kist een voor- of nadeelig verschil van ongeveer een millioen.
De lage ramingen hebben tot dusver ons voor groote teleur
stellingen behoed, maar het is zeer wel mogelijk, dat
binnenkort de prijs weder, zooals vroeger, tot ver beneden
de 40 cents daalt, en dan zal het moeijelijk vallen de
bogrootingen te doen sluiten. Laat ons daarom bijtijds
toonen wijs te zijn. De voorzigtigheid eischt, dat wij èn
ons Nederlandsch belastingstelsel èn dat van Indië op
beteren voet brengen en onze geldmiddelen minder afhan
kelijk maken van speculatiën en marktprijzen."
Te 's Hage is jl. Donderdag aanbesteed het aan
plempen van de ringsleuven voor het middengedeelte van
het open havenfront te Amsterdam. Minste inschrijver de
heer van de Velde te Papendrecht, voor f 219,700.
In een schrijven uit 's Hage aan de Arnh. Crt. leest
men het volgende:
„De Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft in de
afdeelingen onderzocht het jagtvoorstel van de heeren
Gratama, Idzerda en van Kerkwijk. Het lot van dit
voorstel is niet twijfelachtig. De Tweede Kamer telt
ongeveer 30 jagtliefhebders, die bijna allen er tegen zijn.
De Katholieken zullen, daar sommige geestelijken het voorstel
te modern vinden, er insgelijks tegen stemmen. Voeg
hierbij de adelijken en conservatieven, die steeds alles
betreuren, wat inbreuk maakt op oude heerlijke regten, en
gij hebt reeds 50 tegenstemmers.
Het onderzoek van het wetsontwerp op het hooger
onderwijs is thans in gang; ik vrees, dat velen er groot
bezwaar in zullen hebben om, zooals het wetsontwerp wil,
de voornaamste zaken niet te regelen en over te laten aan
den minister van Binnenl. Zaken en de academische senaten.
De grootste tegenkanting zal ongetwijfeld komen van de
voorstanders van het middelbaar onderwijs, want het wets
ontwerp doet, of er geen middelbaar onderwijs bestaat."
De N. Rott. Crt. verneemt dat de heer S. E. W.
Roorda van Eijsinga, thans woonachtig te Rolle, aan 't meer
van Genève, is aangesteld tot Zwitsersch staatsingenieur in
het kanton Waadtland.
Door de commissie voor de oprigting van liet asyl
voor oude en verminkte zeelieden te Brielle is bekend
gemaakt, dat de tot nu toe bij eengebragte giften ruim f 80,000
bedragen. Tot het vestigen van een ondersteuningsfonds
voor de later in het gebouw op te nemen invaliden, heeft
men van die som ruim f 30,000 afgezonderd, zoodat thans
nog een halve ton beschikbaar blijft. Voor dat bedrag kan
alleen het middengedeelte van het gebouw opgerigt en aan
enkele zeeliedenwoning verschaft worden, terwijl voor de
geheele voltqoijing bovendien nog f 100,000 benoodigd is.
Tot de verkrijging dier som heeft de commissie een nieuw
beroep gedaan op de liefdadigheid harer landgenooten. De
inrigting wordt alleen bestemd voor gehuwde oude zeelieden,
aan welke ieder eene vrije woning, bestaande uit eene
woonkamer, slaapkamer, keuken, kelder en zolder verschaft
wordt.
Aan het station van den Rijnspoorweg te Breukelen
is jl. Donderdag avond de heer v. Z., een oppassend
jongeling die er als adsistent van buitendienst werkzaam
was, terwijl hij van het eene platform naar dat van dq
overzijde wilde loopen, gestruikeld en door een aankomenden