C. J. KOS, Mr.Kleedermaker, DEPOTS VAN THEE, M. RAVENSWAAY ZONEN, ADVERTENTIËN. Spanje. Amerika. Burgerlijke Stand. Gemeente Helder. Ingezonden mededeeling'en. Loodsgracht 412, NIEUWEDIEP, bewijst dat de bewoners der met de lotgevallen van het regerende huis en van het vaderland naauw verbonden hoofdstad door de glorie van den jongsten tijd de schoonste deugd van een volk, de dankbaarheid, niet verloren hebben. Wat de Berlijners op Zondag in zulke niassaas deed opkomen om den Keizer te begroeten was niet alleen de eerbied voor de deugden van den met onzen geliefden Keizer zoo innig bevrienden vorst het was bovenal de dankbaarheid voor hetgeen Keizer Alexander in de moeije- lijkste tijden van onze nieuwere geschiedenis voor Pruissen en Duitschland geweest is; het was de zich steeds ver nieuwende bevestiging dat ons volk in al zijne klassen echte vriendschap hoog weet te waardeeren en trots alle afwisseling der tijden betoonde trouw met wederkeerige trouw weet te beantwoorden." Uit Bilbao meldt men „De inwoners hadden maatregelen genomen, om de troepen feestelijk te ontvangen. De kanonnen werden gelost, de klokken geluid en alle huizen waren versierd. De troepen zijn door de voornaamste straten getrokken, de dames wuifden met doeken en strooiden bloemen voor de overwinnaars. De kreet „leve Concha 1" werd met „leve Bilbaobeantwoord. Vele inwoners zien er bleek en uitgehongerd uit, maar er is toch niet zooveel geleden als men gedacht had. Gedurende de laatste 10 dagen was er geen brood meer. Katten en ratten zijn in menigte gegeten. Paardenvleesch kostte 10 fr. het kilo, kalfsvleesch 20 fr., een ei 1,25 fr. Ook was er weinig wijn meer, maar de inwoners zeggen, dat zij het nog wel een maand hadden kunnen uithouden. Ongeveer 30 personen zijn gedood. Deuren en vensters waren met zakken zand digt gemaakt. Torenwachters hielden de Carlisten in het oog en bliezen op de trompet, als zij gingen vuren. De huizen hebben veel geleden. Men ziet er bijna geen een, dat niet getroffen is, en ver scheidene zijn vernield. Eén huis is door 42, een ander door 25 bommen getroffen; de glasruiten zijn overal stuk. Het bombardement duurde 39 dagen en er zijn 6000 bommen in de stad geworpen. Jl. Dingsdag ochtend hebben de vrijwilligers van Bilbao eenige huizen in brand gestoken, wier bewoners verdacht werden met den vijand te heulen. De Carlisten hebben het bombardement eerst maandag avond laat gestaakt en slechts drie vernagelde kanonnen achtergelaten. Hun overhaast vertrek wordt toegeschreven aan de weigering van vier bataillons om den strijd voort te zetten. Bijna alle vreemdelingen hadden den 20 April de stad verlaten. Zij zijn door de Carlistische liniën gebragt door den Engelschen consul, den heer Horace Young, die daarna op zijn post is teruggekeerd. De schade dcor het bombardement aangerigt wordt op meer dan zes millioen fr. geschat. Daar de Carlisten hoofdzakelijk op de stad geschoten hebben, zijn de forten weinig beschadigd. In de Nation komt eene merkwaardige beschrijving voor van de wetgevende vergadering van Zuid-Carolina. „Het Huis van Afgevaardigden bestaat uit 124 leden, waarvan 30 blanken zijn; 7 stemmen echter met de negers, zoodat de blanke oppositie slechts 23 sterk is. De voorzitter, de griffier, de deurwaarders, de kapalaan zijn negers. Sommige afgevaardigden zien er uit, alsof zij pas uit Congo aange voerd waren en hun uiterlijk, kleeding, houding en uit drukkingen zouden hen geschikt maken om voor Boekaniers te varen. Ook de luit.-gouverneur, de president van den senaat, de thesaurier zijn negers. Alleen de gouverneur is een blanke. In dit parlement spreekt niemand vijf minuten zonder in de rede gevallen te worden en iedere interruptie lokt andere uit, totdat de spreker zich niet meer kan doen verstaan. Veertig kwesties van orde op een dag is iets zeer gewoons. Soms behandelt de vergadering niet anders. De zwarte president kan er niets aan doen. De pogingen der leden om aan het woord te komen, hun schreeuwen en ligchaamsverdraaijingen gaan alle beschrijving te boven. De president hamert er vruchteloos op los. Praten en schreeuwen duurt aan alle kanten voort. Ieder houdt zich voor even goed als zijn buurman en als hij pleizier heeft om verwarring en tumult te maken, laat hij het voor niemand. Soms gelast de president een lid te gaan zitten. Deze gaat naar zijn plaats en legt zijn beenen op den les senaar, zoodat hij voor den president achter de zolen zijner laarzen verborgen is. Een oogenblik later is hij weer op de been. Lachend dreigt de president hem tot de orde te zullen roepen. Dit wordt zoo grappig gevonden, dat een algemeen gelach volgt. Meestal knabbelen de leden noten, zelfs als zij het woord voeren." Voor landverhuizer*. De heer Ds. Cohen Stuart, die de Vereeliigde Staten heeft bereisd en van zijne bevindingen in brieven aan 't Utr. Dagbl. verslag gaf, schrijft in een laatste artikel o. a. het volgende: „Eer ik New-York en Amerika verliet, wenschte ik ook nog met eigen oog eene inrigting te zien, die voor de honderdduizenden Europeanen, ook Nederlanders, die telken jare als landverhuizers hier aankomen, van groot belang is. Ik bedoel het zoogenaamde Castle garden. Aan de haven der stad, digt bij de aanlegplaatsen der onder scheidene trans-Atlantische booten, op de zoogenaamde Batterij (het bolwerk), een open plaats, vroeger park en wandelplaats en meest gezochte woonplaats der ingezetenen, eer de stad was uit gegroeid tot haar lateren wasdom en haar prachtig Centralpark bezat staat een groot en zwaar rond blokhuis of fort, voor de verdediging van haven en stad niet langer geschikt. Dit is Castle- garden, thans tot het doel bestemd om de immigranten bij hun aankomst te ontvangen en, voor zooveel noodig, voort te helpen. De geheele inrigting staat onder toezigt en bestuur van een bepaalde stadscommissie en beschikt over eigen fondsen van een aanzienlijk bedrag. Tot nog voor korten tijd, toen de zoogenaamd Tammany- Club met haar corrupte politiek den toon aangaf in de stadsregering, was vooral ook Castle-garden het tooneel van schandelijke misbruiken. Omkooperij werd op groote schaal en ombeschaamd gedreven. Zoogenaamde immigrant-runners, bedriegelijke agenten van kost huizen en spoorweg-maatschappijen, die er op uit waren de onkundige vreemdelingen op allerlei wijze te misleiden en het veelal arme volkje van zijn laatsten penning te berooven, werden toegelaten en begunstigd, en de ongelukkige aankomeliugen werden hunne gemak kelijke prooi. Maar de publieke opinie ontwaakte en kwam in verzet tegen die misbruiken. Sedert is ook deze Augiasstal gezuiverd en de inrigting teruggebragt tot hare ware bestemming. Geen aankomend landverhuizer behoeft nu bedrogen te worden. De verdachte runners worden niet meer in Castle-garden toegelaten en loeren daarbuiten op een kans, die niemand noodig heeft hun te gunnen. Zoodra een schip met landverhuizers is aangekomen, haalt hen een stoomboot af, die hen naar de landingsplaats van Castle-garden overvoert. Daar worden zij (ik woonde juist bij mijn bezoek de aankomst van een paar honderd Italianen bij) in het gebouw toe gelaten, waarbij zij eerst nog voor een geneesheer de revue hebben te passeeren. Hun goed wordt, zoo zij het verlangen, tegen afgifte van bewijs, gratis in bewaring genomen. In de groote ronde hoofdzaal, waar de noodige aanwijzingen en inlichtingen met groote letters in het Engelsch, Hoogduitsch Eransch, Italiaansch, Noordsch, Nederduitsch en Hongaarsoh tegen de wanden der half ronde galerij zijn aangebragt, is een wisselkantoor, waar het vreemde geld tegen wettigen prijs wordt ingewisseld zonder rabat, een telegraaf- en postkantoor, een kantoor waar spooorweg-billetten voor alle deelen van Amerika ingekocht kunnen worden en verder alle inlichtingen worden verstrektook een groot buffet, waar brood, worst, vleesch, koffij, thee (geen sterke drank) worden gegeven, uitgestrekte wasch- kamers voor mannen en voor vrouwen, en buiten het oude fort zelf, maar nog op het terrein van Castle-garden en onder uitsluitend toezigt der commissie ad hoe zijn een aantal nevengebouwen. Hier is een groot eethuis, een verblijf voor nachtvesting, een hospitaal voor zieken, die niet vervoerd kunnen worden, een bureau voor werkverschaffing, waar allen zich aanmelden kunnen en velen op den goeden weg worden geholpen. Zij, die werk zoeken, maar het nog niet kunnen verkrijgen, mogen zoolang gratis op Castle-garden vertoeven. Weinigen betrekkelijk maken daarvan evenwel gebruik. De meesten, die aankomen, weten waar zij heenwillen en verwijlen niet langer dan noodig is. Dezulken worden dan voortgeholpen om onmiddelijk naar de plaats hunner bestemming te vertrekken. Er is geen twijfel aanonder streng en behoorlijk toezigt is deze inrigting hoogst nuttig en kan zij niet anders dan heilzaam werken. Met veel belangstelling bezocht ik ook nog het Emigranten-haus voor de Duitschers, een soort van christelijk logement, voor eenige jaren door de Luthersche gemeente gebouwd, op een paar honderd schreden afstand van Catle-garden. Een predikant woont in het huis en dient de gasten er is plaats voor ongeveer 150 vau raad en hulp. Het is een vrolijk, zindelijk, zeer goed ingerigt gebouw en de verblijfkosten bedragen ongeveer 1 dollar daags. Het is zeer te wenschen, ja, in het belang van onze Nederlandsche stoomvaart-onderneming, wil zij inderdaad krachtig concurreren met andere, is het noodig, dat een dergelijke inrigting, zij 't dan op kleiner schaal, ook voor Nederlanders tot stand worde gebragt. De kosten zijn betrekkelijk gering en zullen in ieder opzigt ruime winst afwerpen. In het Hoogduitsche Emigranten-haus wil men welwillend ook Nederlanders opnemen, maar de meeste onzer aan komende landgenooten verstaan zoo min Hoogduitsch als Engelsch het is hun bij hun eerste aankomst in den vreemde van groot belang de noodige inlichtingen in hun moedertaal te ontvangen. Daarenboven, voor ons vaderlandsche gevoel is het niet aangenaam, in deze van vreemde gunst, die altijd ontoereikend is uit den aard der zaak, geheel afhankelijk te wezen. Het behoort tot mijne lievelingswenschen, dat eerlang men kome ook nu niet te zeer achteraan een Nederlandsch Emigranten huis verrijze, een plan, dat uitnemend zou te vereenigen zijn met een eenvoudige kerk en een doelmatige woning voor den Hollandschen leeraar, die alleszins geschikt zou wezen om de zaak te leiden en voor de belangen der aankomende landverhuizers zijn geestelijke hulp te verleenen. Wanneer Nederland en Amerika hiervoor de handen ineen slaan, kan er een wezenlijk goed werk tot stand worden gebragt. Hopen wij, dat het spoedig verwezenlijkt moge worden Opgave van af Zaturdag middag tot Maandag middag. ONDERTROUWD en GETROUWDGeene. BEVALLENM. Bruin, geb. Visbeen, (D.). G. Spigt, geb. Bras, (Z.). C. J. Filmer, geb. Marchand, (D.). A. Oostendorp, geb. Buijs, (Z.). T, Winkel, geb. Terpstra, (Z.). S. M. Evers, geb. Delhoussen, (D.). OVERLEDENJ. H. Smit, 27 jaren. bATGBE BEBIfiTEY Omtrent de vergiftiging te Nienwedorp, gemeente 's Heer Arendskerk, wordt medegedeeld dat de verdachte persoon, H. Dijkvorst, reeds te Goes in hechtenis genomen en Donderdag in verhoor geweest is. Hij wordt beschuldigd, bij eene buurvrouw, terwijl deze eenigen tijd afwezig was, vergif in eene pan met vleeschspi|s geworpen te hebben. Hij ontkent dit, en geeft voor zijne aanwezigheid op dien tijd in dat huis als reden op, dat hij meende brand in den schoorsteen te hebben bepeurd. Intusschen heeft een scheikundig onder zoek aan den dag gebragt, dat koperdeelen in het vleesch aanwezig waren terwijl men bij eene huiszoeking twee bussen met chromaat en Parijsch groen heeft gevonden, waaruit reeds eenige hoeveelheid genomen was. Wat den man tot de misdaad zou bewogen hebben, daaromtrent valt met zekerheid nog niets te zeggen. (N. Rott. Crt.) Jl. Vrijdag, in het namiddaguur, had eene treffende bijzonderheid plaats ten huize van dr. A. H. van der Boon Mesch, emeritus hoogleeraar te Leiden. Z. K. H. Prins Alexander bragt dien hoogleeraar een bezoek van dankzegging voor het genoten onderrigt in de natuurkundige wetenschappen. Bij die gelegenheid bood Z. K. H. den sinds vele maanden kranken hoogleeraar, uit naam van Zijne Majesteit den Koning en met diens groet, een waarlijk vorstelijk cadeau ter gedachtenis aan, bestaande: in een prachtig zilver verguld plateau, waarop een koffijkan, trekpot, melkkan en suikervaas van datzelfde metaal, en zulks onder de wel willende betuiging, dat Zijne Majesteit gaarne in persoon dat geschenk en zijn dank zou hebben aangeboden, zoo Z. M. daarin niet ware verhinderd geweest. De woorden, die Z. K. II. daarbij sprak, vereeren even zeer zijn hoofd als zijn hart. De geachte hoogleeraar poogde, diep getroffen, zijne innige erkentelijkheid te betuigen; maar wat hij niet onder woorden brengen kon, sprak zijn handdruk en geroerd gemoed, zoo welsprekend mogelijk, uit. (L. Crt.) (Plaatsruimte betaald). Gisteren zat te Utrecht een dame bij het vuur met haarjeugdig kind op den schoot. Op het vuur stond een ketel met water, de dienstmeid hem willende opligten, houdt hem scheef en het kokende water viel op het kind, waarvan de heide beentjes deerlijk gebrand waren; de moeder verloor haar tegenwoordigheid van geest niet, zij liet dadelijk een emmer koud water halen, stortte er een halve flacon Eau d'Anvers (Royale) in en hield het kind er boven, zonder dat de beentjes er in kwamen, en ondanks de kreten van het kind neemt zij een kom van dit water en werpt het over de gebrande voeten van de kleine, zij gaat daarmede 20 malen voort, na een kwartier was de pijn geheel verdwenen en na twee dagen kon het kind weder loopen. Zonder de tegenwoordigheid van geest van de moeder en het gebruiken van het Eau d'Anvers ware het kind verloren geweest. Vijftigjarige Kchtvereeniging VAN L. VINKEN EN M. A. ST ASSENS. Texel, 12 Mei 1874. Hunne dankbare Kinderen, Behuwd— en Kleinkinderen. Heee©©g©@gee©§§eg Vijf-en-twintigjarige EoRtvereeniging VAN PIETER BRANDS EN JANNETJE BRUIN. Koegras, 12 Mei 1874. Uit naam hunner dankbare Kinderen. Bevallen van een welgeschapen Zoon T. TERPSTRA, geliefde Echtgenoote van H. J. WINKE L. Nieuwediep, 9 Mei 1874. Heden overleed plotseling, op eene noodlottige wijze, onze geliefde Zoon, Broeder en Behuwdbroeder JACOB HENK ES, in den ouderdom van vijf-en-twintig jaren. Wij zwijgen Gode stil, die geene rekenschap van Zijne daden geeft. Hij schenke ons kracht in die zware beproeving. Helder, 10 Mei 1874. Uit aller naam, W. C. HENKES. Algemeene kennisgeving. heeft in voorraad GEMAAKTE HEEREN-KLEEDING, COSTUMES in alle mogelijke modellen, stoffen en prijzen. Alsmede heeft hij ontvangen eene schoone collectie BUKSKINGS, benevens LAKENS en RIPS voor Dames- Mantels, enz. enz. UIT HET MAGAZIJN VAN te CORISCIIEIH. Deze THEEËN worden afgeleverd in ver- zegelde pakjes van vijf, twee en een half en een Ned. ons, met vermelding van Nommer en Prijs, voor zien van nevensstaand Merk, volgens de Wet gedeponeerd. Zich tot de uitvoering van geëerde orders aanbevelende, Nieuwediep. A. METJiELAAB, Binnenhaven N°. 12. Helder. J. BREEBAABT, Langestraat. Wieringen. J. II. BOEHSEV. Schagen. J. DENIJS.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1874 | | pagina 3