1874. N°. 78. Woensdag 1 Julij. 32 Jaargang. AANBESTEDING. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Binnenland. HELDERSCIE EN NIEUWEDIEPER COURANT. «Wij huldigen het goede." 0J,Teracliijnt Dingsdag-, Dondeedaö- en Zatuadag namiddag. AJbonnemeiitaprija per kwartaal franco per post 1.30. - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. Prij» der Adverteutiën V»n 14 regel. 60 cent, elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Eiken Donderdag vertrekt de mail naar Oost-Indië vla Brindisi. Laatste ligting 's avonds 6 uur. Op Dingsdag den 14den Julij 1894, des voormiddags ten 10 ure, zal aan het Raadhuis der gemeente Anna Paulowna, in het openbaar, alleen bij inschrijving, worden aanbesteed Het BOUWEN van eene ONDERWIJZERS- WONING l»ij de nieuwe School te Veerburg, in de gemeente Anna Paulowna. Het bestek en de voorwaarden dezer besteding liggen, van heden af, ter lezing aan de Secretarie der gemeente. Aanwijzing in loco zal worden gedaan op Zaturdag den llden Julij 1874, des voormiddags ten 10 ure. Nadere inlichtingen zijn te bekomen bij den Heer F. J. KRIEGER, Opzigter te Alkmaar. Anna Paulowna, den 27 Junij 1874. Burgemeester en Wethouders dier gemeente C. E. PERK, Burgemeester. A. J. DE JONGH, Secretaris.. HELDER en NIEUWEDIEP, 30 Junij. Zr. Ms. ramschip de Schorpioen, komm. kapt.-luit. ter zee W. H. baron van Heerdt, stoomde gisteren morgen naar bet Kanaal van Holland op zijn smalst en keerde 's namiddags tegen vijf ure terug. De Duitsche schoener Alexander, kapt. Block, van Memel met hout naar Purmerend bestemd, gisteren morgen op de Noorderhaaks gestrand, is des middags van dien dag door de sleepboot Archimedes af- en alhier binnengebragt. Naar wij vernemen is de voormalige opperschipper der Marine Baris, die voor eenige jaren met ontslag de dienst heeft verlaten en sedert bij de Maatschappij Nederland eene betrekking bekleedt, in zijne eer hersteld en is hem thans eervol ontslag met aanspraak op pensioen verleend. Zijn wij wel ingelicht, dan is hem tegelijk aangeboden een betrek king aan den wal, die hem met het niet onbelangrijk pensioen een zeer goed burgerlijk bestaan verzekert. Blijkens het thans verschenen verslag aau den Koning van de bevindingen en handelingen van het veeartsenijkundig Staatstoezigt in het jaar 1873 kwamen er 2479 gevallen van longziekte voor, waarvan in Noordbrabant 31, Gelderland 19, Zuidholland 943, Noordholland 327, Utrecht 425, Fries land 730, Groningen en Drenthe ieder 1 en Limburg 2, in het geheel 1529 minder dan in 1871. Het getal besmette gemeenten was 129, tegen 261 in 1872 en 314 in 1871. Naar men verneemt, bestaat bij den minister van Marine het voornemen, om weldra eene kanonneerboot, onder bevel van den luitenant ter zee def 1ste klasseC. Bijleveld, den IJsSel, Maas en Waal te doen opvaren, en op dien togt o. a. aan te doen de steden Zutphen, Doesburg, Arnhem en Nijmegen, voornamelijk ten doel hebbende het aanwerven van jeugdige schepelingen. Een officier van gezondheid zal de knapen, die zich aan melden, onderzoeken, waarna hunne aanneming in de zeedienst onmiddelijk kan plaats hebben onder genot eener premie, die voor de jongens f 30 en voor ligtmatrozen f 40 bedraagt. Bovendien wordt voor een ligtmatroos aan den aanbrenger f 16 te goed gedaan. (Arnh. Crt.) Aangenomen het beroep naar Hippolitushoef en Wes- terland op Wieringen, door den heer A. Metz Jr., candidaat tot de H. D. Door den bisschop van Haarlem is o. a. benoemd tot pastoor te Bergen de heer F. A. Koevoets en tot kapelaan te Purmerende de heer G. A. F. Feije, kapelaan te Schagen. Door het Nederlandsch Zangersbond is bepaald, dat de eerstvolgende bijeenkomst van het Bond in het aan staande jaar te Rotterdam zal plaats vinden. Dientengevolge heeft de liedertafel „Amphion" aldaar de noodige maat regelen beraamd voor de goede ontvangst der zangers enz. Op haar uitnoodiging heeft zich een commissie gevormd van eenige notabele ingezetenen, waarvan de burgemeester eere_voorzitter en de heer A. van Stolk Cz. voorzitter is. Men meldt uit Schagen, dd. 27 dezer „Heden nacht omstreeks ten half 1 ure ontlastte zich boven deze gemeente een zeer zwaar onweder, vergezeld van zware hagelsteenen en stortregen, die echter kort duurde, doch het onweder verhief zich een tijd lang in hevigheid en verwekte schrik en ontsteltenis. Eensklaps schoot er een vurige bliksemstraal uit het westen, onmiddelijk gevolgd door een zwaar knallenden donderslag. De bliksem straal schoot op de boerenplaats van en bewoond door den heer Dirk Timmerman, staande op Grootewal, 5 a 10 minuten gaans buiten de kom der gemeente, waardoor de plaats in een oogenblik in lichtelaaije vlam stond, en in minder dan een uur tijds geheel was uitgebrand en in puin lag, zonder dat de bewoDers iets van hun inboedel, behalve portefeuilles en papieren van waarde hebben kunnen redden, zoodat alles eene prooi der vlammen geworden is. Zeer veel zilveren voorwerpen zijn heden ochtend tusschen het brandende puin en hout, grootendeels gesmolten en aan klompen teruggevonden, ofschoon er nog veel meer van waarde onder het puin bedolven ligt, dat, doordien het nog brandende is, nog niet bereikt kan worden. Gelukkig dat de wind uit het westen waaide, zoodat de op korten afstand ten noorden en zuiden staande gebouwen geen letsel bekwamen. Ook eene boot op het erf ten noordwesten van het afgebrande gebouw is behouden gebleven; het gebouw was betrekkelijk laag gewaarborgd, doch zoo men zegt, was de inboedel enz., die nog al aan zienlijk was en totaal verbrand is, niet verzekerd. In een schrijven aan de Amsterdamsclie bladen komt de directie van de Amsterdamsche Kanaalmaatschappij op tegen de meening dat de Maatschappij onmagtig zou zijn om een deugdelijk kanaal naar de Noordzee te makenalleen blijkt uit het verslag der directie, dat de Noordzeehoofden versterkt en welligt verlengd zouden moeten worden. De vrees voor later voltooijen hing zamen met de ver onderstelling, dat de hoofden verlengd zouden moeten worden. Het maken van den golfbreker toch, behoeft geen invloed op den voltooijingstermijn te oefenen, en nu heeft de regering te kennen gegeven, dat er geen reden bestaat om niet voort te werken aan de hoofden in de tot dusverre gevolgde rigting, waardoor de vrees voor eene buitengewone vertraging is geweken. Door Gedeputeerde Staten van Zuidholland zal aan de Provinciale Staten in de aanstaande zomervergadering een voorstel worden gedaan voor den aanleg eener zeehaven te Scheveningen, geschikt tot berging van de visschersvloot en van stoomschepen, aan de hh. Maas en Kool een sub sidie toe te kennen, gelijkstaande met een vijfde gedeelte van het bedrag, dat daartoe door het Rijk en de gemeente 's Hage zal worden verstrekt, de som van f 300,000 niet te boven gaande, te betalen zes maanden, nadat de havens in goeden staat voor de openbare dienst zullen zijn open gesteld. Aan de hh. Swaan en v. Heijningen was te dier zake in der tijd ook f 300,000 door de Pr. St. toegezegd. De regtbank te 's Hage heeft uitspraak gedaan in de zaak van J. B., veehouder te Voorburg, in welk proces te oordeelen viel over de bevoegdheid van den minister van Binnenl. Zaken, om bij resolutie de bepalingen der wet en van de koninklijke besluiten omtrent veeziekte toe te passen in gemeenten, waar bijv. longziekte heerscht. De regtbank heeft die resolutie geldig verklaard, op grond dat de minister van Binnenl, Zaken niet daardoor in- of uitvoer verbood, noch handelde krachtens delegatie van magt op hem door den Koning verstrekt, noch zijn bevoegdheid van uitvoering van wetten of koninklijke besluiten overschreed, maar een voudig constateerde het feit dat er in Voorburg longziekte heerschte; zoodat B. is schuldig verklaard aan het zonder vergunning van den burgemeester vervoeren van vee uit een gemeente, waar de veeziekte heerschte en veroordeeld tot een geldboete van f 25 of subs. gevangenisstraf van drie dagen. Den 24 dezer sprong uit den in vollen vaart zijnden trein, die ten 7 u. 45 m. uit Rotterdam vertrekt, tusschen Harmeien en Breukelen, een welgekleed heer van middel baren leeftijd. Hij scheen zich oogenschijnlijk weinig be zeerd te hebben, daar men hem heeft zien opstaan. Het voorval had plaats na een tusschen passagiers in den waggon gevoerd discours over een groot faillissement, dat dezer dagen te Schiedam zou zijn voorgekomen. Bij de laatste schietoefeningen van het garnizoen te Leeuwarden zijn daar in de weide een paar koeijen, waarvan een doodelijk, getroffen geworden. Men meldt uit Meppel, dd. 26 dezer: „Heden werd een deel onzer stad zeer onverwachts door een ongewoon schouwspel in opschudding gebragt. Met den middagtrein kwamen alhier namelijk eenige leden van 't geregt uit Assen met den brigadier-majoor en vervoegden zich ten huize van den persoon D., sedert eenige weken werkzaam als horologiemakersknecht. Spoedig na deze aankomst kon men door eenige lieden alle huisraad zien opladen op wagens, het overbrengende naar 't stadhuis. Daarna werden de ramen zijner woning digtgespijkerd. Naar aanleiding van een en ander gist men, dat door bedoelden persoon op zijn vroegere standplaats Nieuwediep frauduleus bankroet zou zijn geslagen, met zekerheid kan men echter hierover niets naders melden. De hoofdpersoon van het drama was echter afwezig; hij had zich namelijk gisteren middag met zijn kindje op reis begeven en werd heden avond bij zijne terugkomst aan het station van den spoorweg gearresteerd en direct naar de nieuwe kantonnale gevangenis overgebragt, om morgen met den ochtendtrein naar Assen te worden opgezonden. Naar men zegt, zou in een verhoor van een zwager op gisteren, elders woonachtig, aanleiding gevonden zijn tot deze arrestatie. Zijne vrouw verkeert in zorgwekkende omstandigheden." „Misschien zoudt gij er belang in stellen te weten," schrijft een Franschman, die Varzin bezocht heeft en de bezittingen van den Duitschen rijkskanselier doorkruiste, aan den Temps, „hoe men over von Bismarck denkt in deze streek? Naar het mij voorkomt, is hij nergens minder populair dan op zijn domein. Men kan toch niet zeggen, dat hij trotsch is," zeide een boer, met wien ik een eindje liep. „Hij praat met iedereen. Men ziet hem dagelijks te voet, te paard, in zijn rijtuig, altijd met zijn driemaster Wat is dat? Wel zijn hoed! Het is een vilten, oud, vol deuken, dien hij al meer dan vier jaren heeft. Ik zag hem er in 69 voor 't eerst mede. Men zegt, dat hij te Berlijn altijd in uniform loopt. Als hij de schoolkinderen ontmoet, raadt hij hun aan goed op te passen en flink te werken. Hij is heel knap en praat goed. Eens kom ik met mijn paard uit het bosch; ik ben houthakker, mijnheer 1 lk reed niet op den grooten weg. Daar komt Bismarck voorbij en vraagt„Is die halve klafter hout niet te zwaar voor uw paard ter zijde van den weg?" Ik antwoord, dat het wel gaan zou en dat ik door minder op te laden niet verdienen zou. Maar hij was toch knap genoeg om dadelijk te zien, dat het een halve klafter was. Er was juist een halve klafter, niet meer en niet minder." Dit staaltje van Bismarcks bekwaamheid had een diepen indruk op den houthakker gemaakt. Men kan ook niet zeggen, dat hij gierig is, ging de man voort; als iemand eene koe verliest, zendt hij dadelijk 20, 25, 30 thaler. Mevrouw Blumenthal was ook goed, zelfs al te goed...." In de laatste volzin ligt de reden waarom de Varzinisten niet meer met Bismarck ingenomen zijn. De vorige heer von Blumenthal schijnt hen een weinig verwend te hebben. Uit Suriname wordt van 30 Mei gemeld: Te Geor getown heeft een vreeselijke brand gewoed, zooals men er sedert 1864 niet had bijgewoond en waardoor een groot gedeelte van Robb's Town in de asch is gelegd. De brand brak uit in het pakhuis van de firma Ramsay, Hill and Cie., algemeene commissiehandelaars, en breidde zich met ontzettende snelheid uit, zoodat in den tijd van twee uren de pakhuizen benevens de aanwezige voorraad goederen van de firma, alsmede die van de heeren Irving, Mac Arthur and Cie. en van den heer M. F. Camacho (een der voornaamste Portugeesche kooplieden te Georgetown) totaal waren verwoest. Onder de verbrande goederen bevond zich een groote hoeveelheid rijst, eerst dezer dagen uit Calcutta aangebragt. Het is de derde maal in tien jaren tijds, dat de heer Mac Arthur en zijne familie door brand alles verloren hebben. Niet dan met groote moeite heeft men naburige pakhuizen kunnen redden. De schade wordt op 100,000 p. st. begroot; men rekent dat voor twee derden daarvan geassureerd was. Behalve de boeken der firma's is niets gered. Ofschoon de oorzaak van den brand nog niet bekend is, schijnt men aan brandstichting te gelooven. Berigten uit Batavia, dd. 20 Mei, luiden o. a. „In geheel Nederl.-Indië is het krooningsfeest gevierd. Overal elders heeft men daaraan meestal drie dagen gewijd, te Batavia den 12den en 13den. Buiten de officieële plegtigheden is door een aantal telegrammen, naar Neder land verzonden, of aan de gouverneur-generaal gerigt, en door de algemeene deelneming die zich op verschillende wijze uitte, gebleken, dat werkelijk het krooningsfeest in Indië als een heugelijke gebeurtenis werd aangemerkt." Uit het hoofdkwartier te Penajoeng meldt men o. a. „Bijna dagelijks vallen de Atsjinezen ons aan, maar zij blijven op zulk een eerbiedigen toestand, dat hunne kogels ons niet schaden. Gisteren was hier het hoofd van Gighen, een rijkje ten zuiden van Pedir op de oostkust gelegen, die zijne onderwerping kwam aanbieden. De vent was zoo zwart als een Afrikaan. Hij beweerde dat het gewoonte was, om bij het optreden van een nieuwen Sultan aan zijne onderdanen een groot feest te geven; hij stelde de souvereiniteit van het Nederlandsch gouvernement daar mede gelijk en beweerde dit ook nu te moeten doen. Om daaraan gevolg te geven, werden hem door den opperbe velhebber 15000 rijksdaalders uitbetaald. Het Soerabaaisch Handelsblad schrijft het volgende: „Wij zijn in staat den geest der voorwaarden mede te

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1874 | | pagina 1