1874. N°. 105. Woensdag 2 September. 32 Jaargang. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Binnenland. HELDERSCHE EN iVIEVWEDIEPER COURANT „Wij huldigen het goede." Verschuilt Dingsdag-, Donderdag- en Zatu&dig namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1.30. 0 franco per post - 1.65, Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163, Prij» der Advertenties Van 14 regelt 60 cent, elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden neer plaatsruimte berekend. Hlken Donderdag vertrekt de mail naar Oost-Indic vla Brindisi. Laatste ligting 's avonds 6 uur. De sluiting der mail naar Batavia, te verzenden per mailboot Dahlia, geschiedt den 4 Sept. a. s., na aankomst van trein II (N. 'Holl. Spoorweg) ten 7.30 des avonds. HELDER en NIEUWEDIEP, 1 September. Volgens een bij het departement van Marine ontvangen telegram, was het opnemingsvaartuig Hydrograaf, onder bevel van den luit. ter zee 1ste kl. jhr. T. E. de Brauw, den 28 dezer, op zijne reis naar Oost-Indië, te Aden aan gekomen. Aan boord was alles wel. Blijkens een bij het departement van Marine ont vangen telegram, was het schroefstoomschip Palembang, onder bevel van den luit. ter zee Iste kl. C. ten Bosch, den 30 Aug. jl. te Malta aangekomen, en zou, na het verrigten van eene kleine herstelling aan de machine na drie dagen de reis naar Oost-Indië voortzetten. In de afgeloopen week heeft men een begin gemaakt met de boringen voor het op te rigten drooge dok alhier. Jl. Zondag werd, in tegenwoordigheid van de 3de compagnie der mariniers alhier, den sergeant-majoor H. W. Hanekamp, door kapitein Korndörffer een cadeau in goud, als blijk van hoogachting en waardeering van langdurige diensten, onder een hartelijke toespraak aangeboden. De sergeant-majoor Hanekamp heeft gedurende zijnen 33jarigen diensttijd, waaronder ruim 20 jaren als sergeant- majoor, zich als een braaf en degelijk militair en als een goed administrateur gekenmerkt, waarvoor hem thans een pensioen van f 200 's jaars door den Staat is toegekend. Het fregatschip Electra, kapt. Landweer, van hier te Batavia aangekomen, is van 17 tot 18 Julij jl., op 43° 59' Zuider breedte, 58° 15' Ooster lengte van Grrèenwich, door zwaar stormweer beloopen, waardoor voornamelijk bovendeks schade werd geleden. De tweede timmerman sloeg door een breker over boord en verdronk, terwijl de kapitein, tweede stuurman en drie matrozen bij die gelegenheid verwond werden. De groote najaars-oefeningen van het 10de Pruissische armeekorps zullén worden bijgewoond door den luit.-generaal N. Mac Leod, inspecteur van het wapen der infanterie, aan wien voor deze zending zulien worden toegevoegd de kapiteins van den generalen staf A. Kool en jhr. H. Laman Trip. Aangenomen het beroep naar de Doopsgezinde gemeente te Ouddorp, door den heer H. Koekebakker Jr., pred. te Waal op Texel. Men verwacht eerstdaags de aanbesteding van een nieuw telegraaf- en postkantoor aan den Burg op Texel. Bereids heeft het gemeentebestuur daarvoor terrein aangekocht. Een belangrijke verbetering zal daardoor worden verkregen. Men schrijft ons uit Zijpe, dd. 31 Aug.: „Gisteren avond omstreeks 6 uur ontstond brand in de boerenwoning van A. Kos, nabij de St. Maartenburg aan de groote sloot, bewoond door D. A. Kos, terwijl hij en zijne vrouw afwezig waren. In een oogenblik stond het geheele huis in volle vlam, zoodat het totaal is afgebrand en niets dan een puinhoop is overgebleven. Van den inboedel is niets gered kunnen worden dan alleen eenige kleederen en sieraden van de meid. Naar men verneemt was alles tegen brandschade verzekerd. De brand is vermoedelijk ontstaan door broeijing van het hooi." Jl. Zondag werd in het locaal Casino te Amsterdam, de jaarlijksche algemeene vergadering van de „Maatschappij tot nut der Israëlieten* in Nederland gehouden, bij welke gelegenheid het 25jarig bestaan dier Maatschappij werd herdacht. Door haren voorzitter, mr. A. de Pinto, werd bij de opening der vergadering een terugblik op de lot gevallen geslagen en de wensch uitgedrukt, dat zij, gesteund door veler sympathie, nog lang tot bevordering van bescha ving en veredeling werkzaam moge zijn. Door den alge- meenen secretaris, mr. H. J. van Lier, werd het jaarlijksch verslag uitgebragt, waarbij de geschiedenis der Maatschappij en haar werkkring gedurende den afgesloten tijdkring in herinnering werd gebragt. Hierna werd door den vice- voorzitter, namens vele leden, den president een keurig bewerkt zilveren pièce de milieu met toepasselijk inschrift aangeboden, als blijk van waardeering voor het vele nuttige, door hem als oprigter en gedurende 25 jaar als voorzitter verrigt; dit geschenk werd door hem met welgevallen en onder hartelijke dankbetuiging aangenomen. Nadat de werk zaamheden waren geëindigd, werden aan eenige leerlingen, ondersteuning uit het schoolfonds genietende, fraaije boek werken, ter belooning van betoonde vlijt en gemaakte vorderingen, aangeboden. Een vriendschappelijk diner, dat zich door aangenamen toon en opgewekte stemming kenmerkte, besloot den feestdag. Als vergaderplaats voor 1875 werd Amersfoort aangewezen. (U, D.) Jl. Zaturdag ochtend te 10 ure nam op het IJ voor Amsterdam de wedstrijd, uitgeschreven door de Kon. Nederl. Zeil- en Roei-Vereeniging, een aanvang. Als gewoonlijk was het aantal belangstellende toeschouwers niet gering. Op het afgebakend terrein aan den Oosterdokdijk voor liet bestuur en de genoodigden waren o. a. de burgemeester van Rotterdam, verschillende militaire autoriteiten uit die gemeente, voorts de wethouders Tindal, Coninck Westen berg en Driessen, benevens vele leden van den gemeenteraad, tegenwoordig. Over gemis van deelneming viel niet te klagenintegendeel er traden mededingers in het strijdperk, die hier voor de eerste maal zich met de Amsterdamsche roeijers kwamen meten. „Wij begroeten (zegt het N. v. d. D.) dat verschijnsel met vreugde. Het is een bewijs, dat deze jaarlijksche wedstrijd bloeit door levensvatbaarheid en aantrekkelijkheid. Alles werkt daartoe mede; er zijn weinig gelegenheden zóó gunstig voor een wedstrijd als de watervlakte voor Amsterdam, en het schouwspel, dat zij dien dag aanbood, was in hooge mate belangwekkend. Tal van schepen en scheepjes kruisen elkander en betwisten elkaêr onder begunstiging van eene matige bries, of voort- geroeid door de stevige armen van wakkere roeijers, de uitgeloofde zeer fraaije prijzen. Onder de races voor roei vaartuigen trok vooral No. 2 de aandacht; het was een warme strijd tusschen Frankfort en Amsterdam. De onzen hebben hier hun man gevonden; in bijna alle steden de overwinnaars, leden zij hier de nederlaag, maar met eere. Al dadelijk bij het begin geraakten de vreemde roeijers voor, doch door eene schoone beweging bij het omvaren van den eindboei, wist Amsterdam aan de voorhand te komen. De Frankforters verdubbelden hunnen ijver, sneller volgden de riemslagen op elkander, en de uitslag was, dat zij eene glansrijke overwinning behaalden." De behaalde prijzen werden dien avond in eene feeste lijke bijeenkomst in het Park uitgereikt. Men meldt uit Parijs, dd. 26 Aug., aan de Amst. Crt.: „De Parijsche bevolking wordt vooral in den laatsten tijd weder bezocht door twee geesels, waaronder zij altijd heeft te lijden, namelijk door dronkenschap en zelfmoord. Zelfmoord, die ook niet zelden uit dronkenschap voortkomt of er althans het gevolg van is, heeft echter in de eerste plaats zijne oorzaak in gemis van levensmoed en in het ligtvaardig karakter der Parijzenaars, die, als zij een bui tengewoon verdriet hebben, of oververzadigd zijn van het leven, het verdriet en het leven meenen te mogen ont- vlugten, en opmerkelijk is het dat de pers, zelfs de beste alhier, op meer medelijdenden dan veroordeelenden toon over die zelfmoordenaars spreekt. Ik wijs op een geval van zelfmoord, dat werkelijk aangrijpend is en gisteren is gebeurd. Een braaf werkman leefde met zijn vrouw en drie dochters zeer gelukkig. De man verdiende goed zijn brood, de meisjes naaiden te huis en de vrouw hield de huishouding in orde. De meisjes, 18, 16 en 15 jaar oud, waren zeer oppassend en huiselijk. Slechts gaf de oudste nu en dan bezorgdheid aan de ouders, doch, dank zij het waakzaam oog der moeder, bleef zij op het goede pad tot dat de moeder twee maanden geleden kwam te overlijden. Een maand ging nog alles goed, maar toen verdween Madeleine - zoo heette het ligtzinnige meisje - eensklaps tot groot verdriet van den vader, die een week later hoorde dat zij met een jong mensch in dezelfde straat woonde. De yader ging naar het huis, vond zijne dochter alleen, nam haar mede en zeide, dat hij het haar zou vergeven als zij zich wilde verbeteren. Den volgenden dag ging de werkman den jongeling opzoeken en vroeg hem een trouwbelofte op schrift. De verleider gaf deze, maar verdween eensklaps spoorloos. De vader verweet nu zijne dochter haar schan delijk gedrag en het meisje verdween weder, tot dat gisteren een politie-agent den werkman kwam zeggen, dat zijne dochter opgepakt was als straatloopster en zich in St.-Lazare bevond. De vader gelastte daarop zijne beide andere dochters hare zuster te gaan eischen, en toen de drie zusters terug kwamen in de woning des vaders, vonden zij dezen opgehangen. Pauvre victime de l'amour paternel! verzucht een blad, dat die historie vertelt, in plaats van te zeggen: „zwakke man, f die geen kracht had om te leven voor twee kinderen, toen i een derde hem verdriet deed!" Wanneer men dergelijke menschen als .die werkman met een aureool gaat omgeven en voorstelt als een slagtoffer van een overdreven deugd of liever van een goede eigenschap, tot het uiterste opgevoerd, dan wekt men onwillekeurig tot navolging op, en zoo helpt men in de pers de epidemie der zelfmoorden bevorderen. Wat de dronkenschap betreft, hoe deze toeneem ondanks de wet, die er tegen is uitgevaardigd, blijkt reeds uit de cijfers van dronkaards, die verleden Zondag zijn gearresteerd, of tegen wie proces-ver baal is opgemaakt. Dit cijfer is niet minder dan 429 „Wijntje en Trijntje, ze deugen niks," zei eens een eenvoudige boer in een volksvergadering; „de eerste maakt je stapel dol en de andere besteelt je." Werd die een voudige maar toch duidelijke stelling betwijfeld, ofschoon talrijke bewijzen, dagelijks voor de hand liggen, de waarheid van 's mans beweren heeft zich dezer dagen in 't groote Amsterdam zoo duidelijk verklaart, dat 't spreekwoord „hij heult met Wijntje en Trijntje" geen nadere uitlegging meer behoeft. Een inwoner uit Utrecht, die gewoonlijk met Wijntje, in den vorm van „klare jenever" leefde, kwam dezer dagen in Amsterdam om zaken te doen; ook daór ontmoette hij Wijntje, nu in den vorm van cognac. Hij heulde en zeulde met haar tot mal wordens toe. Toen hij des avonds tegen half twaalf naar zijn logement zou gaan, ontmoette hij in de Kalverstraat Trijntje, in den vorm van een Amsterdamsche straatnimf. Het meisje sprak hem zeer beleefd aanzij noodigde hem uit met haar te gaan, in „allo eer en deugd" bij haar te blijven logeeren, zijn loge ment was nog zoo verre! Wijntje had hem mal vrolijk gemaakthij ging met Trijntje Bij „zijn" ontwaken was Wijntje „ook" uitgeslapen en Trijntje had de kamer verlaten, maar, opdat haar logé den weg zou vinden, de deur op een kier gezet en voor ïogeer- kosten uit 's mans portefeuille 2 banknoteli elk k f 200 medegenomen, benevens zijn goud horologie en dito ketting, waaraan een gouden tienguldenstuk, een dito vijfguldenstuk en een gouden mark bevestigd waren. De aangifte bij en de nasporing dér politie hebben tot niets geleid. Trijntje is spoorloos verdwenen en onze Utrechtenaar heeft ondervonden dat„Wijntje stapel dol maakt en Trijntje 't op stelen toelegt." Zou, bij dit spreekwoord, voor velen een ander spreekwoord niet waarschuwend kunnen 4'yn, te Wetén „dat hij die zich aan een ander spiegéit, zich zacht spiegelt De tentoonstelling van Zaanlandsche oudheden werd jl. Zondag, bij verdubbelden toegangsprijs, door 916 betalende personen bezocht. In 't geheel bedraagt het aantal bezoekers tot dusver 10,568. Naar men verzekert, moet Z. M. de Koning, ver nomen hebbende, dat de gewezen luitenant van het Indische leger C. Comfurius dezer dagen te 's Hage is aangekomen, HDs. diep leedwezen hebben uitgedrukt over het betreurens waardig lot, dat dien officier getroffen hééft bij de tweede expeditie in Atsjin, toen dezen de beide oogen werden weggeschoten. Z. M. heeft tevens het verlangen geuit om den heer Comfurius, die zich thans metterwoon aldaar gevestigd heeft, weldra bij zich te ontvangen. De generaal-majoor van der Schriek, die met onzen gezant te Brussel Nederland vertegenwoordigd heeft op het Internationale Congres in België's hoofdstad, is van daar te 's Hage teruggekomen. De commissie van enquête naar den toestand onzer koopvaardijvloot heeft gisteren te 's Hage haar werkzaam heden hervat. In hare bijeenkomst van dien dag werden gehoord de heeren W. Ramann, directeur der Kon. Ned. stoomboot maatschappij te Amsterdam en Scholl, directeur van de stoombootmaatschappij Java, aldaar. De bouwing der hoogere burgerschool voor 3jarigen cursus te Rotterdam, is gisteren gegund aan A. Henkemans, aldaar, voor f 96,668. Een zevental zeelieden, die zich onlangs te Rotterdam voor de marine verbonden hadden, kregen, nadat het handgeld geheel of voor een groot deel verteerd was, berouw, en besloten zich te verbinden ter koopvaardij. Hoewel zij zich, door het afscheren van baard en op andere wijze, bijna onkenbaar hadden gemaakt, zijn toeh alle 7, waaronder een Afrikaan, toen hun verloftijd verstreken was, opgespoord en aangehouden, waarna zij geboeid aan boord van het wachtschip zijn gebragt. Men meldt o. a. aan het U. D. „Zeeland wordt tegenwoordig in allerlei rigtingen door monitors doorkruist voor de werving bij de marinè, evenwel met zeer negatief resultaat. Onze „baesjeS" schijnen niets met die monsters, panters, hyena's, buffels, enz. te maken' te willen hebben; althans er komen zich geen aanmelden om dienst te nemen, niettegenstaande een hoog handgeld wordt uitgeloofd. De marine kan tegenwoordig maar moeijelijk personeel krijgen. lederen dag wordt te Vlissingen de aankomst van de Tromp verwacht, het eerste groote stoomschip, dat aldaar zal laden en van daar uit zee kiezen. Het zal thans moeten blijken, of de Vlissingsche werken aan hunne bestemming beantwoorden en 't is te hopen, dat men zal zorgen, dat

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1874 | | pagina 1