Binnenland.
STATEN-GENERAAL.
Buitenland.
Frankrijk.
heeft Nederland behoefte aan zulke mannen, wier geheele
leven, wier streven en verleden een duidelijk sprekend
programma is, mannen als Thorbecke was, die den eisch
om zijn programma te geven kon en mocht beantwoorden
met een fier: „wacht onze daden."
HELDER en NIEUWEDIEP, 5 December.
Het schip Nidelven, kapt. Christoffersen, van Riga
met hout naar hier, is volgens particulier berigt vol water
te Holmstrand binnengesleeptde lading is gelost.
Het schip Ottolina, kapt. Ouwehand, van hier te
Batavia gearriveerd, heeft brand in de lading steenkolen
gehad, waardoor men genoodzaakt was circa 125 ton kolen
over boord te werpen.
Binnen weinige dagen valt een gebeurtenis voor,
welke reeds sedert tal van jaren door de geleerde wereld
met belangstelling verbeid werd. De planeet Venus bevindt
zich den 9 dezer juist tusschen de zon en de aarde, op
haren kortsten afstand van deze. Deze zeldzaam voor
komende stand geeft den sterrekundigen gelegenheid met
grooter naauwkeurigheid dan tot dusver den afstand van de
aarde tot de zon te bepalen en daarmede de eenheid voor
alle afstanden in het heelal. Het is eene gebeurtenis van
veel gewigt, getuigen de tallooze wetenschappelijke uitzen
dingen naar vele punten op den aardbol. Prof. van de
Sande Bakhuijzen schat, in een zeer lezenswaardig stuk in
de jongste aflevering van het Album der natuur, het aantal
op 70 tot 80, en begroot de kosten op welligt drie milli-
oen gulden. (KI. Crt.)
De Nutsalmanak voor het volgend jaar bevat o. a.
een opstel van dr. H. van Capelle over longziekte en van
prof. P. J. Veth over Atsjin.
Beroepen te Kampen ds. J. J. A. Ploos van Amstel,
pred. te Hilversum.
Drietal te Leeuwarden: ds. E. F. Kruiff, te Velp;
E. W. Heinecken, te Renswoude; P. Doedes Lz, te Zutphen.
Bedankt voor het beroep naar 's Hage door ds. G.
van der Flier, pred. te Delft.
Aangenomen het beroep naar de Evang. Luth. gemeente
te Groningen door ds. Meiners, pred. te Zaandam.
Tot candidaat-notaris is toegelaten de heer H. M.
van der Drift, te Velsen.
Jl. Dingsdag avond tusschen 10 en 11 ure ontstond
braad in een pakhuis aan den Limmerhoek te Alkmaar,
dienende tot berging van tabak, enz. De brandweer was
spoedig ter plaatse en den brand meester. Het perceel
en de zich daarin bevindende tabak waren tegen brand
schade verzekerd.
De opvoering in costuum van De zoon van den
Watergeus, historisch-dramatische schets door H. H. Hartman,
jl. Dingsdag door de rederijkerskamer de Rozeknop, te
Hoogkarspel gegeven, heeft aan de talrijke toeschouwers
bewezen, dat het een wezenlijk prachtstuk is, dat ter
bestudering met alle ruimte kan worden aanbevolen. Het
bevat prachtige tooneelen en zal niet nalaten zoowel toe
schouwers als executanten de meeste voldoening te geven.
De heer H. H. Hartman, de acteur van dit stuk, ont
ving dezer dagen een zeer vleijend schrijven van H. M.
onze Koningin. (E. Crt.)
Jl. Donderdag namiddag is in den manufactuurwinkel
van den heer Luning, in de Warmoesstraat over de Enge
Kerksteeg, te Amsterdam, een hevige brand uitgebarsten.
Het vuur deelde zich weldra aan het aangrenzende perceel,
waarin een theemagazijn gevestigd is, mede. Ten half
zeven ure scheen men den brand, die zich tot drie perceelen
bepaald heeft, meester te zijn.
Jl. Woensdag is te Beverwijk een kindje van anderhalf
jaar verbrand. De moeder, die eenigen tijd voor zaken
uit moest, liet het kind aan de zorg van haar 8 of 9jarig
dochtertje over, die, om broertje te verwarmen, een cent
vuur ging halen, het in den kinderstoel plaatste en daarna
zelf ging spelen. De treurige gevolgen bleven natuurlijk
niet achter. Het was een hartverscheurend schouwspel,
doch het kind gelukkig spoedig een lijk.
Voor het Prof. Hof in Zuidholland wordt thans
behandeld de zaak van den Haagschen politie-agent H.
Werson, beschuldigd van moedwilligen doodslag in den
avond van Woensdag 29 Julij op den voermans knecht
Hansen gepleegd. De verklaringen der getuigen stemmen
met de acte van beschuldiging overeen. De beschuldigde
- verklaart niets van den moord te weten. Het rekwisitoir van
den adv.-gen., mr. Terpstra, strekt tot schuldigverklaring
aan moedwilligen doodslag en veroordeeling tot tuchthuis
straf van 5 tot 20 jaren.
Jl. Woensdag is, in tegenwoordigheid van H. M. de
Koningin en een talrijk publiek, het nieuwe gebouw voor
kunsten en wetenschappen te 's Hage feestelijk ingewijd
met een concert, waarvan het programma uit de vier volgende
nummers bestondeene inwijdingscantate van Nicolaï,
Psalm 145 van Verhulst, de vliegende Hollander van Hol
en eene Motet van Seiffert, alle welke nummers door de
componisten werden gedirigeerd. De koren, zoowel als de
solisten, de dames Offermansvan Hove, mevr. Storm
Mauve en de heeren de Goeij en Goudal mogten herhaaldelijk
luide teekenen van goedkeuring verwerven. De heeren
Nicolaï, Verhulst en Richard Hol genoten de eer bij H. M.
de Koningin in hare loge te worden toegelaten. H. M.
betuigde den componisten hare hooge tevredenheid en
onderhield zich geruimen tijd met hen.
Het nieuw» gebouw is gebouwd volgens de plannen van
den Delftschen hoogleeraar Gugel; de lengte is 74 M., de
breedte bijna 33 M.de groote zaal kan 2500 personen
bevatten en heeft een orchest, dat ook voor tooneel kan
worden ingerigt. In het benedengedeelte zijn restauratie
zalen, eene billartzaal, koffijkamer enz. aangebragt. Voor
ventilatie en verwarming is bijzonder gezorgdde toestellen
zijn geleverd door de firma Boyer Co., te Ludwigshaven
a/R., door tusschenkomst der ingenieurs Remy en Bienfait
te Rotterdam. Het gebouw is in Italiaansche renaissance
stijl opgetrokken door gebr. Schippersde voorgevel draagt
de beeldtenissen van Chr. Iluijgens, Erasmus, Hugo de Groot,
Boerhave, Vondel, Sweelinck, Rembrandt, H. de Keijzer
en Bingley; een groot aantal namen van beroemde Neder
landers op het gebied van wetenschap en kunst zullen in
gulden letteren in de groote zaal prijken.
Te 's Hage is jl. Donderdag aanbesteed het bouwen
van de landhoofden en pijlers voor twee doorgangen en twee
draaibruggen op funderingen, in het open havenfront voor
Amsterdam. Minste inschrijvers, gebrs. Schoonenburg, te
Amsterdam, voor f 419,900.
Omtrent de aanleiding tot het treffend ongeluk op de
Maas meldt de N. R. Crt. nog het volgende: Toen de
boot met werklieden een eind van wal was, bemerkten de
daarin aanwezigen, dat er eene stoomboot aankwam en nu
rees tusschen den man aan het roer en de roeijers de vraag
of zij zich niet in het vaarwater van het stoomschip bevonden.
Dit was echter het geval niet, zoodat, wanneer zij slechts
waren doorgevaren er niets gebeurd zou zijn. In de meening
nu van te moeten afhouden, voeren zij naar den Fijenoord-
schen wal terug en kwamen juist daardoor in aanvaring
met de stoomboot, die eerst een eind was teruggestoomd,
om hen te laten passeeren, en waar men toen aan boord
meende dat zij in goeden koers waren doorgegaan. Hun
bootje kreeg slechts een uiterst geringen stoot, zoo gering
zelfs, dat nagenoeg geen beschadiging er aan ontstond.
Doch op het oogenblik van schrik heerschte bij hen een
algemeene verwarring, waarbij allen opstonden, tegen elkander
drongen en te veel beweging maakten, ten gevolge waarvan
het bootje omsloeg.
Onmiddellijk snelden de andere bootjes te hulp en te
gelijkertijd deden de schippers en de knechts van een paar
op de rivier liggende Keulsche aken, benevens de beman
ning van de bedoelde en nog een andere stoomboot ijverig
hun best om bijstand te verleenen. Zoodoende werden vier
door hunne kameraden in de andere bootjes en tien door
de overige personen gered en aan wal gebragt, terwijl een
ruim 300 vademen ver de rivier in, al zwemmende een
barkschip bereikte, waar hij aan boord werd gehaald en
een andere naar den wal zwom. Sommigen gelukte het de
hun toegeworpen touwen te grijpen en zich aan boord te
laten binnenhijschen, terwijl anderen geholpen werden door
mannen, die in het water waren gesprongen, en waarvan
er één, met vier mannen aan het lijf hangende, zich er
door wist te redden.
De aan wal gebragten werden terstond in de naastbijge-
legen huizen opgenomen en verzorgd. Velen waren, deels
door den schrik, deels door de koude, geheel ontdaan
enkelen verkeerden in een deerniswaardiger, toestand en
werden door dr. Erkelens geneeskundig behandeld. Een
daarvan is bezweken, nadat drie uren achtereen alle moge
lijke moeite was aangewend om hem in het leven te
behouden.
Behalve deze laatste, hebben nog 7 het leven verloren.
Te Maasbommel is dezer dagen een aardig geval
gebeurd. Des middags, terwijl men bij de wed. J. W. zat
te eten, werd men door een zwaren slag opgeschrikt. Naar
achter geloopen, bevond men, dat een koe, door het dak
was gevallen. De reden daarvan was, dat die koe, hooi
stelende van die weduwe, door den eigenaar werd betrapt,
die haar wilde verwijderen, zonder dat men bij de weduwe
er iets van vernam. Door het jagen was het beest op het
dak geklommen van het huis dat tegen den dijk aangebouwd
istot op zekere hoogte ging alles goed, doch toen bezweken
de opleggers en de koe kwam met een slag, op den deel
teregt, gelukkig ongedeerd. (N. T. C.)
Op de veemarkt te Gorinchem waren jl. Maandag
1050 stuks vee aangevoerd; een groot deel bestond echter
uit jong vee, waarvan de veehouders zich willen ontdoen.
De handel was zeer gering, wegens den weinigen buiten-
landschen handel. De oorzaak dat in den laatsten tijd
buitenlandsche kooplieden zoo weinig de markten bezoeken
wordt ten deele toegeschreven aan gebrek aan stalvoeder
in Frankrijk en België. Voor vette koeijen werd van
f 200 tot f 240 betaald, terwijl kalf koeijen van f 200 tot
f 275 goldenvoor pinken werd betaald van f 45 tot
f 120, voor graskalveren van f 25 tot f 65.
Gisteren morgen overleed een van Utrecht's waar
digste ingezetenen, jhr. mr. A. M. C. van Asch van Wijck,
regter in de arrondissements-regtbank aldaar.
Op het platteland in de provincie Utrecht worden in
de laatste dagen groote aankoopen gedaan van zuivel-
artikelen. Men betaalt voor het halve kilo boter van 75
tot 85 cents, terwijl de kaas verkocht wordt voor f 25 tot
f 30 de 100 kilogram. De aankoop geschiedt voor het
grootste deel voor 't buitenland.
Bij J. van der Steen, op het Zwarte Water, te Utrecht,
bevindt zich een melkkoe, die voor zich zelf al drie jaren
lang het water pompt, dat zij behoeft om te drinken.
Voor het kantongeregt te Tilburg hebben dezer dagen
23 bakkers teregt gestaan, wier brood door de politie is
gewogen en te ligt bevonden. De eisch is tegen ieder
f 25 boete.
Aan een oud-strijder van 1830/31, voor de onthul
ling van het Citadel-monument van Bergen op Zoom naar
Ginneken gekomen, is des avonds, op welke wijze is
onbekend, een ongeluk overkomen, met het noodlottig ge
volg dat hij al spoedig, na in het gemeentehuis ter ver
pleging te zijn opgenomen, den geest gaf.
Een boertje, of liever een boer, want de man woog
naar gissing een paar honderd kilo, oud-strijder van de
Citadel en gedecoreerd met de Citadel-medaille, kreeg te
Brouwershaven, waar hij woont, kennis van de oproeping
tot deelneming door de commissie van het monument. Het
ontbrak hem echter aan de middelen om de lange reis van
Brouwershaven naar Breda op eigen kosten te maken en
bovendien de daaruit voortvloeijende schade, wegens afwe
zigheid uit zijn zaken, te dragen. Hij trok, zooals hij ver
haalde, de stoute schoenen aan en telegrafeerde aan den
Koning dat zijn krijgsmanshart hem prikkelde om naar
Ginneken te gaan, maar zijne positie, afdeeling financiën,
dit niettoeliet. Den volgenden dag had de man antwoord namens
den Koning, dat de burgemeester gemagtigd was hem de
gemaakte kosten te restitueeren. Het boertje liet het zich
op reis dus goed smaken, tot groote jaloezie en spijt van
vele oude krijgsmakkers, die dit vernamen.
Als inzender van het ontwerp „Mercurius" op de
prijsvraag voor eene handelsbeurs te Leeuwarden, waaraan
eene premie van f 300 is toegekend, heeft zich bekend ge
maakt de heer A. L. van Gendt, ingenieur-architect te
Amsterdam!
De heer F. G. Lagers te Maastricht, deelt omtrent
het ten zijnen huize voorgevallene in de N. R. Ct. mede:
„Den 2 Nov. jl. stierf zeer onverwacht mijn jongste kind.
8dagen later,op klaarlichten dag, stond het bed en toebehooren
van de dienstbode in brand. Een paar dagen daarna kwam
des middags een schotel op tafel, die een zeer sterke lucht
van fosforus aan zich had. Den 23 Nov. herhaalde zich
dit laatste. Uit een ingesteld onderzoek bleek, dat er in
laatstbedoelde spijs, zijnde appelmoes, eene groote voorraad
posphorus was, echter geen luciferskoppen. Van beide
geregten heeft de dienstbode niet willen gebruiken. Mijne
echtgenoote en eene logée hebben, na iets van de laatste
spijs genuttigd te hebben, wel een onaangenaam gevoel
gehad, maar zijn er niet ongesteld van geweest. Wijl de
zaak door de justitie vervolgd en anderzocht wordt, acht
ik het pligt vooralsnog te zwijgen."
De Zuidnederlandsche bladen melden dat de veepest
in Vlaanderen allengs meer toeneemt.
Van Langiewicz, het hoofd van den opstand in Polen
in 1868, was in lang niet gehoord. Nu wordt in een
berigt uit Konstantinopel gemeld, dat hij zich thans aldaar
ophoudt als agent der Kruppsche geschutfabriekdoor
zijne bemiddeling geschiedden en geschieden nog vele
leverantiën aan het Turksche bewind.
Tweede Kamer.
t Zitting van Donderdag 3 December. Bij de voortgezette
discussiën over de afdeeling Waterstaat heeft de minister van Binnenl.
Zaken op eene vraag van den heer Gratama geantwoord: dat hij
geen beschikking genomen heeft omtrent de plaatsing van het
standbeeld van Thorbecke op de Plaats; de gemeenteraad van 's Hage
heeft alleen gevraagd of de minister daartegen bezwaar hadverder
is nog niets gebeurd. Na een protest van den heer Begrain tegen
den heer Gratama, is het incident geëindigd.
Zitting van Vrijdag 4 December. De beraadslagingen over de
afdeeling Waterstaat zijn voortgezet. Het voorstel der regering, om
alsnog den post tot verbetering der landsgebouwen te 's Hage te
verhoogen met f 55,200 voor aankoop van de Roomsche kerk op
het Binnenhof, is goedgekeurd.
Voorts is besproken: Verbetering der Keulsche vaart en van
de haven te Vlissingen. De hh. Tak, Kerkwijk, van Eek enFabius
hebben aangedrongen, dat de regering de haven aan hare bestem
ming zal doen beantwoorden. De minister heeft er op gewezen,
dat voornamelijk gemis aan kapitaal en industrie te Vlissingen
oorzaak is van de geringe ontwikkeling, maar zich op eenige pun
ten bereid verklaard accomodatiën te verleenen.
Een adres der vereeniging Schuttevaer, bezwaren bevattende tegen
de Kanaalmaatschappij, heeft aanleiding gegeven tot vrij langdurige
discussiën.
Ten slotte is de post Kanaalmaatschappij zonder discussie goed
gekeurd. Heden (Zaturdag) is de Spoorwegbegrooting aan de orde.
In zijne jl. Donderdag aan de Nationale Vergadering
voorgelezen boodschap zegt de maarschalk-president: „Het
is mijn pligt u den toestand des lands en opregtelijk mijne
gevoelens bloot te leggen. Ik heb mij beijverd om met
naauwgezetheid mijne zending ter bevestiging van den
vrede en van de handhaving der goede orde te vervullen.
Geene enkele buitenlandsche verwikkeling belemmert het
werk der reorganisatie. De eerbiediging der tractaten doet
met den dag onze betrekkingen met de mogendheden, die
allen in vreedzame en vriendschappelijke betrekkingen tot
ons staan, meer betrouwbaar worden. De binnenlandsche
staathuishoudkundige toestand is merkbaar verbeterd. De
oogst is buitengewoon gunstig. Op het gebied der nijver
heid herleeft de werkzaamheid. De regering zal zich er
op toeleggen om in de begrooting voor 1875 het even-
wigt te herstellen en om de financiële administratie te
herstellen.
Bij het doorreizen van eenige departementen heb ik
gezien, dat de zucht naar goede orde met de behoefte aan
vrede en veiligheid in kracht toeneemt. Ik wensch, dat
eene door u als onvermijdelijk erkende organisatie aan het
gezag de kracht zal komen bijzetten, welke het behoeft.
De natie, die onophoudelijk wordt beroerd door de ver
breiding van de meest nadeelige leerstellingen, vraagt u
den geregelden gang der regering te verzekeren en haar
door eene wijze mate van voorzorg de geregelde werking
der staatsmagten te waarborgen.
Ik wil u thans reeds verklaren, hoe ik mijne roeping
begrijp. Ik heb mijn ambt niet aanvaard om eene partij
te dienen, en streef er slechts naar het werk der nationale
defensie en van het herstel der natie te volbrengen. Ik
reken op den steun van allen, die hunne persoonlijke voor
liefde aan de eischen der noodzakelijkheid ten offer willen
brengen. Op den 20 Nov. 1873 hebt gij mij voor zeven
jaren het Uitvoerend Gezag toevertrouwd, in het belang
van de orde en den vrede. Datzelfde belang maakt het
mij ten pligt, dat gezag tot den laatsten dag met onwrik
bare vastheid en met naauwgezetten eerbied voor de wet
te handhaven.
De priester-soldaat Santa Cruz is nog steeds te
Rijssel geïnterneerd, heeft den naam van zijn moeder aan
genomen en wordt slechts door een gematigde discipline
gebonden. Hij bewoont een groot huis, dat oen adelijke
dame te zijner beschikking heeft gesteld. Santa Cruz is op
den besten voet met verscheidene legitimistische familiën in
de stad. Hij bragt een gedeelte van den zomer op de