1875. N°. 34. Vrijdag 19 Maart. 33 Jaargang. Binnenland. HELDERSCHE M V'IEl WËDIËPËR COURANT „W ij huldigen het goed e." Verschijn- Dingsdag, Dond:rdag en Zaturdag namiddag. Abonnementspr.j* ,er k artaal1 30. nu franco per post - 1 65. Uitgever AA. BAKKER Cz. Bureau: MOLENPLEIN N 1#3. Prijs der Adverteatièu: an 14 regels 60 Cents, elke regel meer 15 Cents. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Klken Bonderdag vertrekt de inail naar «ost-Indlë via Brindiai. Laatste ligting 's avonds 6 uur. HELDER en NIEUWEDIEP, 18 Maart. Men schrijft in de Chronique des Arts uit Parijs, dat Z. M. de Koning der Nederlanden voor fr. 35,000 liet door d'Epinay op de tentoonstelling geëxposeerde beeld Ceinture dorée aangekocht en dien beeldhouwer een pendant daarvoor besteld heeft. Men schrijft van het Loo, aan de Amst. Crt. «Tot nadere toelichting, of liever tot verbetering van een berigt, dezer dagen in verschillende couranten voor komende, dient, dat door de directie der Hollandsche Spoorwegmaatschappij (Oosterspoorweg) Z. M. den Koning is aangeboden een zijtak te leggen van de wijk de Brink te Apeldoorn, langs Driehuizen en door «den Eng» naar het paleis het Loo, en dat dit aanbod door Z. M. wel willend is aangenomen.» Z. K. H. Prins Alexander heeft gisteren middag te 3 uren per Rijnspnor de reis naar Duitschland aangenomen en wer I door H. M. de Koningin tot Arnhem begeleid. In de garnizoenen van de hereden korpsen van liet leger heerscht onder de paarden eene ziekte, bestaande in koortsen de ziekte duurt gemiddeld een zestal weken, eer het dier weer voor de dienst geschikt is. Er zijn garni zoenen, alwaar reeds een 60tal paarden op den ziekenstal staan. Het verslag van de Noord- en Zuidhollandsche redding- maatschappij over het afgeloopen jaar is in druk verschenen. Het is niet alleen belangrijk door de feiten uit dien jaar kring, maar ook omdat 1874 het 50ste jaar van het bestaan der Maatschappij was, en bij dit verslag tevens in herin nering wordt gebragt, wat door hare bemiddeling, sedert 1824, tot stand werd gebragt, geholpen door de krachtige medewerking en sympathie, die bestuurderen hij hunne landgenooten vonden. Ruime geldelijke ondersteuning werd hun in het afge loopen jaar verstrekt. Van Loosduinen af tot aan Schier monnikoog, zijnde eene lengte van 230 kilometer, waar over zich hun werkkring uitstrekt, zijn thans 22 stations gevestigd, weldra met nog één te vermeerderen, zoadat dus op een gemiddelden afstand van 10 kilometer een station, geplaatst is. Dit station zal komen in de nabijheid der monding van het kanaal door Holland op zijn Smalst. In 1874 zijn de reddingbooten 9 maal uitgeweest en zijn 64 menschen gered, soms met overgroote inspanning, en ook met eigen levensgevaar. Bij de redding der manschap van de Zweedsche hark Henriëtte op 23 Oct. verloor een der roeijers van de boot het leven. Wordt in het verslag dankbare hulde gebragt aan den moed en de zelfopoffering, de beradenheid en den ijver van allen, die, in welke betrekking ook, in het afgeloopen jaar op nieuw zich zoo uitstekend gekweten hebben, en aan wier krachtige pogingen 64 schipbreukelingen het levens behoud danken, met erkentelijkheid worden de namen genoemd, van hen die, een halve eeuw geleden, het goede werk hebben gegrondvest, zijnde de lieeren jhr. H. J. Ortt, >T. Hohshove, A. Fock, B. van Spreekens en mr. A. de Bruine. Onder de ingekomen giften in het afgeloopen jaar ver dient bijzondere vermelding, die van f 20,000 van den lieer E. A. van Vloten te Brussel, ten einde daarvoor drie nieuwe stations in te rigten, waarvan dat te Texel hij den vuurtoren gereed is. Ook ter gelegenheid van het halve eeuwfeest is nog eene extra gift van f'2000 ontvangen Ds. W. C. van Manen, te Winkel, komt voor op het zestal te Kuilenburg. Beroepen te 's Hage ds. P. Huet, pred. te Dirksland. Aangenomen het beroep naar de Herv. gem. te Kage door ds. H. Bervoets. De lading wijn uit het gestrande schip Pomona, te Texel, is geborgen. Het dividend der Kon. fabriek van waskaarsen te Amsterdam is bepaald op 20T35 pCt. Jl. Dingsdag werd te Amsterdam in dienst gesteld het bij de Koninkl. fabriek van stoom- en andere werk tuigen voor rekening van het departement van Koloniën aangebouwde ijzeren raderstoomschip 2de kl. Bromo, onder bevel van den kapt. luit. ter zee W. J. Scholten van Aschat; voorts zijn aan boord geplaatst de luit. ter zee lste kl. H. Quispel, de luitenants ter zee 2de kl. A. G. F. baron van Plettenberg, J. Schimmel en J. Lastdrager, de officier van gezondheid 2de kl. A. Pieters, de officier van administratie 2de kl. W. F. Klompé en de machinist lste kl. J. L. M. Marchand. Het schip is bemand met 100 koppen; de wapening bestaat uit 2 stalen getrokken kanonnen 16 c. M., en vier metalen achterladers van 12 c. M.: de machines zijn van 200 paardenkracht en de bestemming is regtstreeks naar Atsjin. In de Anjelierstraat te Amsterdam is jl. Maandag avond brand ontstaan door het omvallen van een petroleum lamp. Foor spoedig aangebragte hulp van de brandweer werd hij gebluscht en groot onheil voorkomen. Moge de vermelding van het gevaar, waarin de bewoners van liet perceel verkeerden, een aansporing zijn tot voorzigtigheid hij het gebruik van petroleum. Men leest in de Amst. Crt.: Jl. Dingsdag avond werd in een der bovenzalen van het genootschap Natura Artis Magistra, te Amsterdam, daartoe door het bestuur afgestaan, eene algemeene ver gadering van de vereeniging het Nederlandsch rundvee- stamboek gehouden, die door 40 stemgeregtigde leden bijgewoond en door den heer H. F. Bultman gepresideerd werd. Aan de orde was de benoeming van drie commissa rissen, in plaats van de heeren Waldeck, Hengeveld en van der Houwen van Oort, die om verschillende redenen hebben moeten bedanken. De vergadering benoemde de heeren G. Vas Visser, S. de Clercq Wz. en van der Hoop van Rlocliteren. Hierna werd het voornaamste der te behandelen punten, namelijk de inrigting van het stamboek, ter sprake gebragt. De modellen werden zonder eenige opmerkingen goedgekeurd en alzoo is vastgesteld dat het stamboek zal behelzen: Stamboek I. S. voor stieren van inlandsch ras. Stamboek I. K. voor koeijen van inlandsch ras. Stamboek II. S. voor stieren van gekruist ras. Stamboek II K. voor koeijen van gekruist ras. De onderdeelen van de vier modellen werden daarna aan het oordeel der vergadering onderworpen en, op enkele punten gewijzigd, allen goedgekeurd. In deze modellen worden beschreven: het nommer van het stamboek; naam en woonplaats van den eigenaar tijdens de inschrijving; een beknopte omschrijving van het heest; de tijd en plaats van geboorte, benevens de naam en woonplaats van den fokker: het nommer van des fokkers stamboek; de afkomst van vaders- en moeders zijde; benevens een slot-artikel, behelzende aanmerkingen en bijzonderheden, die gerekend knnnen worden van invloed op de nakomelingen, of van blijvende waarde te zijn, als: hekrooningen, buitengemeen hooge prijzen, enz. enz. Door den secretaris werd medegedeeld dat de vereeniging in Nederland bestaat uit 102 gewone leden, terwijl 7 begunstigers, 11 maatschappijen en 8 afdeelingen van maat schappijen zich verbonden liebfen door bijdragen de Ver eeniging van het Nederlandsch rundvee-stamboek te steunen. Na breedvoerige discussie over de eigenschappen van het vee, dat in het stamboek zal worden opgenomen, werd nog op voorstel van den heer Amersfoordt een kenmerkend onderscheid betreffende de klasse en de orde van den zaad- en melkspiegel in de modellen opgenomen, terwijl tevens werd besloten dat geen jaarlijksche inspectie-reizen ter controle van liet stamboek zullen worden gedaan, en dat aan de bevoegdheid van het bestuur op advies van den inspecteur en hoofdinspecteur zal worden overgelaten om tegen betaling van f 10 een rund in het stamboek op te nemen, dat daarin blijft tot dat de eigenaar hetzij door verkoop of sterfgeval of andersints daarvan bij liet bestuur afschrijving verzoekt. Op voorstel van het bestuur, om zoo spoedig mogelijk met het aanleggen van het rundvee-stamboek te beginnen, en in Febr. 1876 de door hun verrigte werkzaamheden aan het oordeel der vergadering te onderwerpen, wordt bij acclamatie aangenomen, en de vergadering daarna gesloten. Door den gemeenteraad te Haarlemmermeer is benoemd tot gemeente-geneesheer, in wijk 5, standplaats Abenes, de heer J. Ilanou Jr., te Barsingerhorn. Als een merkwaardigheid wordt aan het Dbl. mede gedeeld dat te 's Hage zes kippen, die van 13 Januarij tot 26 December 1874 negen honderd zes en veertig eijeren hadden gelend, reeds den 10 Jan. van dit jaar weder allen aan liet leggen waren. In de jl. Vrijdag avond te 's Hage gehouden ver gadering van de vereeniging tot beoefening van krijgs wetenschap trad als spreker op de heer Marinkelle, met: Denkbeelden over liet verijdelen eener landing op de Hol landsche kust. Dat verijdelen zou de taak moeten zijn van onze marine, maar 't zal wel steeds onze financieële krachten te boven gaan, een daartoe voldoende vloot gereed te maken, en was deze er, dan nog zouden wij zuik een vloot niet kunnen bemannen. De armee moet dus daartoe medewerkenvereenigd kunnen zij iets doen, en wel zooveel dut, zijn onze havens bij tijds in gereedheid gebragt, de vijand zich wel tweemaal bedenken zal, alvorens hij het waagstuk zal ondernemen. Spreker gaf aan wat daartoe gedaan moet worden, voordat de oorlog daar is: waar sein- en vuurtorens moeten geplaatst worden, wanneer tonnen en bakens moeten worden weggenomen, enz. Zoo voorbereid, hebben wij een aanval van de zeezijde niet zoo spoedig te wachten, en wordt hij ondernomen, dan kunnen wij dien wel afslaan. Onder de verdere sprekers van dien avond verklaarde de heer de Bas zich sterk voor een actieve marine, die, goed ingerigt, alleen de kustver dediging moet op zich nemen; het gedeelte van het leger, dat daartoe kan bestemd worden, zou te zwak zijn. De heer van den Burg voerde aan, dat een actieve marine, al is zij nog zoo sterk, een landing wel zal kunnen bemoeijelijken, maar niet beletten, zonder hulp der armee. Beter dus geld besteed aan goede communicatie-wegen dan aan pantserschepen. Het gevoelen van dezen spreker was ook dat van den heer de Casembroot, die er nog bij opmerkte, dat het beste materiëel niet baat, wanneer men geen goed personeel heeft, en dit laatste juist tegenwoordig moeijelijk to verkrijgen is. Nadat nu ook nog de heer Hoogeboom zijn meening over de kustverdediging had uit gesproken, werd de vergadering gesloten. (U. D) Met genoegen verneemt het Dagbl. van Zuidh. dat ds. Gunning voor het eerst na zijn herstel uit zijne gevaar lijke krankheid de godsdienstoefening in de groote kerk te 's Hage heeft bijgewoond. Aan liet Dbl. van Zh. en 's Gr. ontleenen wij het volgende verslag: «'t Was geruime tijd geleden, sedert dr. C. E. van Koetsveld den katheder van Oe/ening kweekt kennis beklom. Geen wonder dan ook, dat, nu hij zich dezer dagen eindelijk weder eens als spreker daar zou doen hooren, een talrijk publiek in Diligentia hijeen was. Als letter kundige is toch dr. van Koetsveld niet minder geëerd en geliefd hij velen, dan als Evangelieprediker. Spr. begon met te verklaren, dat hem de lust bekropen had om als profeet voor zijn hoorders te verschijnen: een gedachte, welke hem eindelijk te sterk werd; hij moest haar verwezenlijken. Hij zou ons dan ook met den tooverstaf der verbeelding in een betrekkelijk nog ver verwijderde toekomst, het laatste jaar der negentiende eeuw, in 190U verplaatsen. Spr. zou meer schilderen dan verhalen, en daarom zou het een drama zijn in drie bedrijven, dat hij voor het geestesoog ging opvoeren. 't Eerste bedrijf bragt ons op Nieuwjaarsdag 1900 in een fraaije lieerenhuizing binnen de hofstad, en in een gansch modern ingerigt vertrek, waar we een zevental geëmancipeerde darnes bijeenvonden. Ameublement en verlichting, de rustbanken, die de stoelen en de electrische vlammen, die de lamp, ia zelfs de gaslamp vervangen hebben, alles sprak van den nieuwen geest, welke den tijd beheerschte. De zeven dames werden ons in aard en wezen geteekend. De kleeding geleek wonderwel op die der mannen, nadat dezen, afkeerig van het decolleteren, de kleeding der vrouwen niet hadden willen overnemen. Bij den langen jas, de hooge laar/en en de roode sjerp, ontbrak natuurlijk ook de revolver niet; de emancipatie is volkomen. Doch die vorm is nog het minsteook naar het innerlijke trachten deze vrouwen zich te ontworstelen aan den invloed dier begrippen en beginselen, die van ouds de kracht ook harer kunne en den zegen der wereld van man èn vrouw hebben uitgemaakt. Spr. ontsloot voor ons de binnenkameren dezer zeven vrouwenharten en we vonden, ondanks alle vervreemding en ontaarding, toch de vrouw in de vrouw terug, 't Einde van dit drama zou dit nog treffender leeren. Thans hoorden wij nog een Cleopatra want de geëmancipeerden zijn niet tevreden met haar doopnamen uit den pruiken-tijd een Aspasia, een Minerva, een Euphonia, een Minette déze geëmancipeerde gaf haat- ouden naam niet prijs, een Helena, een Minerva en een Pallas-Athene oreren eerst o\er de kwestie van het jaar nul, aan do orde gesteld door de vraag of 1900't sluitjaar der 19de of 't openingsjaar der 20ste eeuw moest genoemd worden, dan over de regten der vrouw, de theorie van 't vrije huwelijk, de eischen des verstands er. der vrouwelijke ontwikkeling, allerlei sociale, wijsgeerige en politieke vragen, op een wijze, die duidelijk bewees, dat éénzijdigheid hun denken en peinzen kenmerkte en tevens, dat deze man-vrouwen ten slotte toch den vrouwenaard uit den pruiken-tijd niet verloochenen konden. Telkens kwam de vrouw uit de geëmancipeerde uitkijken. Karakteristiek was in dit opzigt het slot van het eerste deel van het eerste bedrijf. Cleopatra en Aspasia bleven na het uiteengaan der vergadering nog een oogenblik bijeen. Toen bleek het, waar de persoon van den voorzitter dei- club van de libre-pensenrs ter sprake kwam, dat de emancipatie niet tegen liet ontwaken van echt vrouwelijke hartstogten beveiligt. Beiden blijken niet onverschillig voor den licht- vriend te zijn. Straks scheiden de vriendinnen, terwijl Cleopatra Aspasia schimpend nafluistert: zij is verliefd, en deze van Cleopatra mompelt: zij is jaloersch. De vrouw

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1875 | | pagina 1