Seg-tszaken.
directie van den kapelmeester Sonneman. Dienzelfden
namiddag gaf het reeds eenige nominers ten beste vóór de
sociëteit de Eendragt, des avonds eene soiree in het park.
Tivoli. Even als vorige jaren worden de uitvoeringen van
dit muziekkorps alhier zeer gewaardeerd.
In den nacht tusschen 21 en 22 dezer had alhier een
gruwelijke misdaad plaats, die, onafhankelijk van den wil
der bedrijvers, tot op dit oogenblik geen doodelijke gevolgen
heeft gehad.
Een paar stokers der Marine waren dien nacht met een
marinier in gelag geweest, en voorzagen zich op hun weg
naar huis, nog van een volle flescli genever, met een glas,
om onderweg het hart nog eens te kunnen ophalen. Nabij
de brug van de Marine-schutsluis gekomen, wilden zij
drinken en vroegen den marinier om het glas, dat hij, naar
hunne meening, in bewaring had. Hetzij deze het niet
meer had, of niet vinden kon, zijne makkers werden daar
over verstoord en een hunner, de stoker C. M., greep
den marinier op en wierp hem over de leuning van de
brug, natuurlijk met het doel om hem in het water te
werpen. Gelukkig kwam de marinier in een toevallig onder
de brug liggende ledigen modderbak teregt. Intusschen
hadden zijne makkers onbekommerd hun weg vervolgd.
Kermende van pijn werd hij later ontdekt en naar het
Marine-hospitaal vervoerd. Had de praam daar niet gelegen,
dan was hij zeker verdronken.
Het is aan de ijverige pogingen van den brigadier-majoor
gelukt de hoofdbedrijver van deze euveldaad in handen te
krijgen. Zoo men verneemt moet hij zijn misdaad reeds
bekend hebben en is overmatig gebruik van sterken drank
ook hier weer als aanleidende oorzaak te beschouwen. De
marinier, hoewel zeer pijnlijk, schijnt geene ernstige ver
wondingen tengevolge van dien belangrijken val te hebben
gekregen. «De dertiende duivel,» zoo zegt een matrozen
spreekwoord, «zorgt altijd voor de dronkaards!»
Zondag namiddag geraakte een met paard bespannen
boerenwagen op het Kerkplein in het water. De wagen raakte
het onderste boven op een daar liggende schuit en het paard
zwom naar de steenen glooijing en redde zichzelven uit
het water.
Voor de volkstrein welke morgen naar 's Hage en
Rotterdam vertrekt, zijn alleen voor deze gemeente tot op
heden reeds 800 kaarten uitgegeven.
Beroepen te Amsterdam dr. Ph. J. Iloedemaker,
pred. te Rotterdam.
Aangenomen het beroep naar Blocmendaal door
dr. vT. J. P. Valeton, pred. te Varik.
Bedankt voor het beroep naar Dordecht door ds. B.
Mossel, pred. te Renkum.
Met de te Texel gestationneerde reddingbooten van
de Noord- en Zuidhollandsche Reddingmaatschappij hebben
jl. Vrijdag en Zaturdag de jaarlijksche proeftogten weer
met gunstig gevolg plaats gehad. Ook de vuurpijltoestel,
achter de Koog beproefd, voldeed goed.
Op Texel is dezer dagen een man tengevolge van het
overmatig gebruik van sterken drank waanzinnig geworden.
Slechts met moeite kon de politie zijne 70 jarige moeder
aan zijn verregaande mishandelingen onttrekken.
Jl. Maandag is te Schermeer aanbesteedhet bouwen
van een heerenhuis, voor rekening van den lieer J. van
der Tang, notaris aldaar, naar teekening en onder beheer
van den heer IJ Bijvoets Gz., architect te Amsterdam.
Laagste inschrijver de heer J. J. Tesselaar, te Alkmaar,
voor f 12,121.
Op het zestal voor de betrekking van hoofdonder
wijzer te Andijk zijn geplaatst de heeren: Warnaar, waar
nemend hoofdonderwijzer aan de vacante school; Koot,
hulponderwijzer te Enkhuizen; Klinkenberg, idem te Naar-
den; v. Seim, idem te Hoogwoud; P. Ivooijman, idem te
Andijk en Ott, idem te Wognum.
Naar men verneemt zal te Hoorn in het begin van
Sept, worden gevierd het vijfjarig bestaan van de Ver-
eeniging voor Volksvermaken. Het feest zal bestaan in
een gecostumeerden optogt, die des morgens de meeste
straten zal doortrekken en des avonds, bij gunstig weder,
nog eens bij fakkellicht, begeleid door twee muziekkorpsen.
Tot het in orde brengen van dit feest is eene daartoe
bijzonder geschikte commissie gekozen.
Op het paleis voor Volksvlijt te Amsterdam is een
slaand uui'werk geplaatst een geschenk dat Woensdag
a. s. des avond ten 7 ure voor de eerste maal zijn metalen
stem zal doen hooren.
Waarom juist dan? Omdat op dat uur van dien dag, nu
zeven jaren geleden, de wakkere stijder voor het behoud
der openbare uurwerken in de hoofdstad, de onsterfelijke
mr. Jacob van Lennep ontsliep. Het eerste geluid van de
klok zal dus een toon van dankbare herinnering zijn.
In het laatst der vorige week werd eene dame op
de Prinsengracht te Amsterdam, vlak tegenover het Paleis
van Justitie, door eenige leêgloopers, die in beschonken
toestand verkeerden, aangerand. Geholpen door eenige
voorbijgangers traphtten een paar politie-agenten de bal-
dadigen tot bedaren te brengen, maar te vergeefs; het mes
werd getrokken en de agenten, in een oogenblik aange
groeid tot een dertigtal, waren genoodzaakt van hunne zijde
van hunne wapenen gebruik te maken. Met veel moeite
gelukte het eindelijk, de belhamels in arrest te nemen.
Jl.. Vrijdag avond zou in den schouwburg van de
heeren Boas, Judels en Louis Bouwmeester te Amsterdam
de 35ste opvoering plaats hebben van "De reis om de
wereldOngelukkig kon deze uitvoering door eene plotse
linge ongesteldheid van den heer Louis Bouwmeester "et
doorgaan, hetgeen aan het publiek, dat in zeer grooten ge. 'e
was opgekomen, bekend gemaakt werd, met bijvoeging,
voor dien avond zou opgevoerd worden: "Bob de hoefsmid»
en »De weg naar het hart.» Naauwelijks was dit be
kend gemaakt, of het publiek stormde de zaal ub, zoo
dat slechts een twintigtal toeschouwers de voorstelling bleven
bijwonen, die nog voor het meerendeel bestonden uit niet
betalende leden. De ontvangst op dien avond bestond uit
ongeveer vijf gulden.
Te Haarlem is jl. Zaturdag ochtend te half "vijf brand
ontstaan in het huis in de Gierstraat, bewoond door den
winkelier Verelzen. Niettegenstaande de pogingen dei-
brandweer is het perceel geheel uitgebrand. Het huis en
de inboedel van den benedenbewoner waren tegen brand
schade verzekerd. De inboedels der bovenbewoners, twee
kleermakers, echter niet.
Bij de dezer dagen te Gouda gehouden kermis hebben
de 4 draaimolens te zamen f 450 staan- of marktgeld
opgebragt, terwijl in vroeger jaren dit cijfer variëerde
tusschen f 40 a f 60. Deze belangrijke vermeerdering van
opbrengst is het gevolg van een onlangs genomen besluit,
om de talrijke eigenaars van draaimolens, welke zich aan
boden, niet meer te laten loten, zooals vroeger, maar hen
te laten inschrijven en aan de hoogste inschrijvers de ver
gunning te geven. De hoogste inschrijving bedroeg dit
maal f 160.
Jl. Vrijdag zijn door den brigadier-majoor A. van
Pelt onder Overschie aangehouden twee jongens van 17
jaren, die te Schiedam bij een winkelier de lade van een
winkelbank hebben opengemaakt en eenig geld daaruit
weggenomen. Zij moeten reeds meermalen in handen der
justitie zijn geweest.
Omtrent de veemarkten te Utrecht wordt in het
verslag der Kamer van Koophandel over 1874 het volgende
medegedeeld. Er zijn ongeveer 25,000 runderen en 1000
kalveren aangevoerdde handel was in het algemeen minder
voordeelig, omdat de vraag voor het buitenland niet zoo
groot was; van daar dat de vleeschprijzen zijn verminderd,
doch in het laatst van het jaar zijn de veeprijzen weder
hooger geloopen. De in 1873 ingestelde Vrijdagsche voor-
markt is in Janna rij 1874 weder afgeschaft, daar die niet
heeft beantwoord aan de verwachting, die men daarvan
had. Het vee, dat van elders voor de markt op
Vrijdag wordt aangevoerd, wordt bij voorkeur in de nabij
gelegen weiden of stallen geplaatst, alwaar de opkoopers
het weghalen, om het weder verder te vervoeren, en het
vee, dat langs de spoorwegen aldaar komt, is niet voor
Utrecht, maar meestal voor eene verdere reis bestemd;
door de Maatschappij voor veestallen is op het terrein van
den Rijnspoorweg, aan de station gelegen, een ruim en
groot gebouw tót stalling ingerigt, alwaar het vee tot aan
de voortzetting van de reis verblijft, en zoo het nog niet
verkocht is, door anderen bij' voorkeur wordt geplaatstvan
daar dat de bewering niet ongegrond is, dat, mogt in de
laatste jaren de aanvoer van runderen op de markt niet zijn
toegenomen, de handel in vee aanmerkelijk is uitgebreid.
- Vier soldaten zijn op weg naar de Peel omgekomen.
Een bewijs, dat er met geen beleid is gehandeld.
Indien een spoorwegongeluk gebeurt, waarbij menschen-
levens verloren gaan, dan wordt hij, die oorzaak is van
het ongeval, beschuldigd van manslag door onvoorzigtigheid,
en 45 dagen celstraf luidt zijn vonnis. De betrokken Maat
schappij wordt vervolgens om schadevergoeding aangesproken.
Staan de gevallen niet gelijk? Is hier geen sprake van
vervolging, en blijft de Staat niet aansprakelijk tot schade
vergoeding aan de betrekkingen? (KI. Crt.)
Men meldt uit Groningerland, dat het met de bijenteelt
thans bijzonder gunstig staat. Uitgenomen een enkel jaar,
heeft men in geen 25 jaren zoo'n best honigjaar gehad.
Korven van 60 a 80 halve kilogr. zijn geen zeldzaamheid.
Ook uit Twenthe zijn de berigten zeer gunstig. Er
worden daar korven gevonden van 100 iialve kilogrammen.
In ons land is het verschil van kerkelijke kleur de
spil, waarom de «schoolkwestie» draait, en die onze land-
genooten verdeelt in voor- en tegenstanders der gemengde
openbare school. Aan de overzijde van den Atlantischen
Oceaan heeft de gemengde openbare school niet alleen te
worstelen met kerkelijke, maar ook met huid-kleuren.
In Californië zegepraalt de gemengde school op dit
oogenblik over het veroordeel van blank tegen geel: er is
besloten de openbare scholen voor de kinderen van Chinezen
toegankelijk te stellen.
In New-York daarentegen moet de gemengde school
voorshands wijken voor 't vooroordeel van blank tegen
zwart. In dien Staat zullen nu afzonderlijke openbare
scholen worden geopend voor kinderen van blanken en
negerkinderen.
In Duitschland heeft men de opmerking gemaakt dat
personen, die geregeld bij petroleumlicht arbeiden, somtijds
aan oogontsteking lijden, die wordt toegeschreven aan de
vorming van zwavelvuur uit do zwavel, die de petroleum
bevat. De oorzaak is nog niet volkomen bekend en dus de
genezing niet zeker, terwijl er nog door de industrie geene
pogingen zijn gedaan om onschadelijke petroleum te maken.
Aan de open tafel te Spa gaf een jonge Belg zich
hét voorkomen van hijzonder bekend te zijn met eene actrice,
waarover gesproken werd. Gij spreekt onwaarheid, zeide
eindelijk een heer in zijne nabijheid. Mijnheer, wie geeft
u het regt mij voor een leugenaar uit te maken. Ik
heb het regt, omdat ik verkies dat te doen enomdat
ik haar broêr hen, en met al haar vrienden hekend meen
te zijn. - De Belg bond wat in, en erkende na een poosje
ook eigenlijk geen vriend van de actrice te zijn. Ik ben
ook geen broer van haar, zei daarop de vreemdeling, die
heenging. Dit gaf den jongen Belg gelegenheid om weer
op zijne bekendheid met de actrice te snoeven. Maar dat
kan niet zijn, zeide de dame, want ik ken u heel niet. Wat
bewijst dat? Wel als gij zoo met mij bekend zijt, zou ik
u toch wel moeten kennen, want ik ben die actrice zelve.
Onze snuiter werd rood van verlegenheid, stamelde eenige
excusus, enzag zich door het uitbundig gelach van
alle aanzittenden genoodzaakt een goed heenkomen te zoeken,
toen de dame hem goedmoedig verzekerde: nu mijnheer,
wees maar gerust, ik ben evenmin de actrice als mijnheer
van straks haar broer was!
Volgens berigten uit de Vereenigde Staten worden in
den staat Maiue, alwaar de wet tegen verkoop van gedistilleerd
bestaat, jaarlijks 18,000 personen wegens dronkenschap
gestraft, zijnde een vijfde der bevolking.
Het onderaardscii Parijs. Over een togtje in
de catacomben van Parijs door de leden van 't aardrijks
kundig congres wordt het volgende door een correspondent
der Haarl. Ct. gemeld: Tegen één uur waren de leden
van het congres uitgenoodigd tot een wandeling door de
beroemde catacomben van Parijs, waartoe tegenwoordig zoo
zelden de gelegenheid wordt verschaft. Door ruim een
lOOtal werd hiervan gebruik gemaakt, waaronder ook de
schrijver dezer regelen. Men daalde tot op een diepte van
circa 90 voet in deze onderaardsche gewelven en deed toen
een wandeling van drie kwartier uurs door de in kalksteen
uitgehouwen gangen. Dat de temperatuur bijzonder ver-
frisschend en zelfs kil was voor hen, die nog zoo even een
temperatuur van 90' F. in de schaduw ondervonden hadden,
laat zich begrijpen. In den aanvang vonden wij het minder
aangenaam, dat wij tot de achtersten behoorden, maar latei-
prezen wij dit als een geluk, want de gezigten, die wij nu
en dan hadden, waren tooverachtig. Zoo enkele malen bij
een kromming of verbreeding der gangen hadden wij een
overzigt over meer dan 100 personen, die achter elkander,
allen met een kaars voorzien, door deze geheimzinnige
gangen liepen. Doch de Parijsclie catacomben zijn nog
iets meer dan onderaardsche holen, dan overblijfselen van
voormalige bergwerkenZij zijn ook de groote beenderen-
verzamelplaats der reusachtige stad. Al de doodsbeenderen
van verschillende begraafplaatsen zijn hier bijeengebragt;
ongeveer een half uur ver wandelden we tusschen twee
muren der doodsbeenderen door. De milioenen beenderen
waren zoo keurig netjes opeengestapeld, dat zij op ons geen
anderen indruk maakten dan of het bosjes hout geweest
warende grijnzende doodshoofden waren zoo regelmatig,
zoo symmetrisch er tusschen in geplaatst, dat zij aan het
geheel zelfs en aangenaam voorkomen gaven. Het eenige,
dat aangrijpend was, waren de werkelijk aandoenlijke,
verhevene, of dichterlijke woorden, die men op de gedenk-
steenen hier en daar las.
Het Prov. geregtshof in Zuidholland behandelde jl. Vrijdag
het strafproces tegen IV. d. V., vroeger winkelier, melk-
verkooper en landbouwer te Haarlemmermeer, later te
Kralingen verblijf houdende. Op eigen aangifte verklaarde
de arrondissements-regtbank te Haarlem hem den 20 April jl.
in staat van faillissement, waarbij het bleek dat zijne schulden
omstreeks f 6000 bedroegen, terwijl bij de inventarisatie
slechts voor een waarde van bijna f2000 werd aangetroffen.
Hoezeer de gefailleerde den curator verklaarde behalve
een zilveren knip niets meer te bezitten, kwam na eenigen
tijd aan het licht dat W. d. V. van Haarlemmermeer naar
Kralingen had doen vervoeren en aldaar ter bewaring
gegeven een groot aantal koopmanschappen, enz. die tot
zijn boedel behoorden, ter waarde van f 309.25. Ook
had hij verzwegen het bezit van eenige gouden en zilveren
voorwerpen, die hij voor f 35 met het regt van wederinkoop
te Leiden had van de hand gedaan. Deze feiten kwamen
ter kennis van de justitie tijdens de hierbij betrokken
persoon reeds in hechtenis was, onder verdenking zich te
hebben schuldig gemaakt aan diefstal van een vospaard
uit een weide nabij Kralingen, dat volgens verklaring van
getuigen door den beschuldigde te Gouda zou verkocht
zijn voor f 75. In deze zaak werden 17 getuigen gehoord,
die het boven medegedeelde nader onder eede bevestigden.
Hoewel niet regt voor de waarheid uitkomende, bekende
de beschuldigde, dat hij, ziende dat zijne zaken achteruit
gingen, zich had doen failliet verklaren, nadat hij de massa
goederen bijna een gelieelen inboedel ten processe
aanwezig, van Haarlemmermeer naar Kralingen had ver
zonden en ze ter bewaring gegeven bij zekeren S., bij
wien hij als kostganger zijn intrek had genomen met de
bedoeling die goederen aan zijn inboedel te onttrekken.
Ten aanzien van den diefstal van het paard ontkende
besch. alle schuld. Hij trachtte den regter te doen gelooven,
dat hij in den nacht toen het paard zou ontvreemd zijn,
niet in Kralingen maar in den iHaarlemmermeer was. Na
het getuigenverhoor werd de besch. door den waarnemenden
president, voornamelijk ten aanzien van den paardendiefstal,
langdurig ondervraagd, daarbij vooral wijzende op de' met
de waarheid strijdige opgave van besch., die het bezit van
't bij hem bevonden geld trachtte goed te maken met
mede te deelen, dat hij onder Kralingen, nabij zijn tijdelijk
verblijf, een bankbillet van f 60 had gevonden. Besch.
bleef echter bij zijne opgave en ontkende volstandig alle
schuld aan den diefstal. Hierna erlangde het O. M., dat
door den advocaat-generaal mr. Gregory werd waargenomen,
het woord. Hij lichtte zijn rekwisitoir toe en zette de
bezwaren uiteen die tegen den beschuldigde waren gerezen.
Niemand anders dan d. V. had den diefstal van het paard
gepleegd. Hij was in het bezit bevonden van het gestolene
zonder het te kunnen regtvaardigen. Het voorgegeven
alibi van besch. viel in 't water na de verklaringen dei-
getuigen te hebben gehoord, en het vinden van het geld
noemde advocaat-generaal een absurditeit. Op grond van
een en ander zoowel de schuld ten aanzien van de bedriege-
lijke bankbreuk, waaromtrent eene bekentenis was afgelegd,
als die van diefstal van vee uit de weide voldoende bewezen
achtende, eischte advocaat-generaal de veroordeeling van
besch. tot tuchthuisstraf van minstens 5 en hoogstens 15
jaren. De verdediger, mr. van Roijen, drukte den wensch
uit, dat het Hof, met het oog op de weifelende houding
der getuigen betreffende den diefstal van het paard, niet
de overtuiging zou uitspreken, dat zijn cliënt zich aan dien
diefstal heeft schuldig gemaakt. Het kwam hem voor dat
de getuigen zich in den persoon die het paard had verkocht,
vergisten, en het wel degelijk een ander kan geweest zijn.
Wat het feit van bedriegelijke bankbreuk betreft, onkunde
en armoede, zeide pleiter, waren de bronnen van beschs. val.
Hij is strafschuldig, maar ook beklagenswaardig. Vrouw
en kinderen deelen in zijn ongeluk, en daarom rigtte hij
tot het Hof het verzoek, verzachtende omstandigheden in aan
merking te nemen en niet een zoo zware straf op te leggen
als het O. M. had gerekwireerd. Na repliek van het O. M.,
dat tegen het aannemen van verzachtende omstandigheden
zich verzette, werd de uitspraak bepaald op a. s. Woensdag
ten 10 ure.