1875. N°. 116. Zondag 26 September. 33 Jaargang. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Binnenland. IIELDERSUIIE Ei\ MEI WEDIEPER COURANT, „W ij huldigen het goed e." Verschijnt Dingsdag, Donderdag en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1.80. u franco per post - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN N°. 163. Prijs der Advcrtentiën: Van 14 regels 60 Cents, elke regel meer 15 Cents. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Klken Donderdag vertrekt de mail naar Oost-Indië. Laatste ligting 's avonds 6 uur. De sluiting der mail naar Padang en Batavia, te verzenden per mailboot PRINSBS AMALIA, geschiedt voor druk werken den 1 October a. s., na aankomst van trein III (Noordhollandsche Spoorweg), ten 10.58 des avonds, voor brieven den 2 October a. s., na aankomst van trein I, ten 9.47 des morgens. HELDER en NIEUWEDIEP, 25 September. Zr. Ms. ramtorenschip Prins Hendrik, dat aan de fabriek der Nederl. Stoombootmaatschappij te Fijenoord van nieuwe ketels is voorzien, zal bij gunstige gelegenheid Maandag a. s. naar hier worden overgebragt. Gisteren morgen hebben, naar wij vernemen, twee kolonialen van het hier liggende detachement getracht te ontvlugten. Zij waren van hier naar Anna Paulowna geloopen en wilden vandaar met dun spoortrein hun verder plan volvoeren. De stationschef moet echter gemeend hebben dat plan niet bevorderlijk te mogen zijn en moet direct naar hier getelegrafeerd hebben. In de op gisteren gehouden vergadering van het departement Helder der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen werd door den afgevaardigde naar de in de vorige maand te Amsterdam gehouden algemeene vergadering der Maat schappij verslag uitgebragt. Evenzoo kwamen ter tafel het verslag der Industrie-school en de rekening en verant woording van de Spaarbank, waaraan door de vergadering hare goedkeuring werd gehecht. De vergadering ontving mededeeling dat de kassier der Spaarbank met het einde dezes jaars wenscht vervangen te worden, en droeg aan 't bestuur dier inrigting op, zoo mogelijk, een opvolger te vinden. Ter zake van de Volksbibliotheek werd mede gedeeld, dat bestutirderen die inrigting zullen trachten te bestendigen door uitnoodiging aan de plaatselijke leesgezel schappen tot aanvulling der lectuur, door vermindering der lokaalhuur en door heffing van eenig leesgeld (25 cents per winter). De rekening en verantwoording van het departement werd goedgekeurd. Herkozen werden tot lid van 't bestuur der Industrie-school de heer B. L. Vries, tot leden van 't bestuur van 't departement de heeren J. G. R. Vos en H. L. Oudenhoven en tot president de heer G. E. Bron. Naar aanleiding van 't voorstel van dit departement, ter algemeene vergadering gedaan, werden bij 't bestuur ont vangen eenige exemplaren van 't werkje over Dierenbe scherming, op welks verspreiding was aangedrongen. We maken onze lezers opmerkzaam op achterstaande annonce, waarin eene Soiree Littéraire et Musicale op Maandag a. s. in Musis Sacrum wordt aangekondigd, en herinneren aan de in een vorig nomtner medegedeelde bijzonderheden daaromtrent. Zie hier het oordeel der voornaamste bladen over de troonrede: Volgens de N. Rott. Crt. spant de troonrede de ver wachting niet hoog. Zij geeft den indruk als wanhoopt de regering zelve, gebukt onder een besef van onmagt, aan het tot stand brengen van iets groots. Uit de para graaf over 't onderwijs, die geheel van 't lager onderwijs zwijgt, wordt afgeleid, dat voor de «gemoedsbezwaarden» niet veel meer van dit kabinet te hopen schijnt. Doch ook voor het land niet, want het ministerie, van den beginne zwak, is zoo door hetgeen het niet gedaan als door hetgeen het gedaan heeft in zedelijke kracht achteruitgegaan, in aanzien gedaald. Het Vaderland oordeelt, dat de troonrede niet veel be- teekent; 't is een verzameling van kunsteloos zamengevoegde volzinnen. Eene verdienste is 't echter, dat zij onder eene liberale regering evenzoo had kunnen luiden. Men zou na zulk eene rede een kalme zitting kunnen verwachten, maar de politieke partijen zullen weldra zich vertoonen. Het Handelsbl. acht het opmerkelijk, dat de regering, die in Nederland «harder stoken» en in Indië «remmen» wilde, juist voor Indische zaken zooveel voortvarendheid toont en voor Nederland zoo weinig. De troonrede schijnt aan te duiden, dat de tijd der «gesluijerde politiek» nog niet voorbij is. De Arnh. Crt. vangt zijne beschouwing o. a. aldus aan Het is een oud gebruik, dat wetgevende ligchamen met eene troonrede geopend worden, en evenzeer een oud gebruik dat de dagbladen over de troonrede hunne beschou wingen geven. Bestond dit laatste gebruik niet, wij zouden thans niet van de troonrede gesproken hebben, want het eenige wat er van is te zeggen, is, dat er niets van te zeggen is. De troonrede en wij treuren er niets om is eene loutere formaliteit geworden. De Koning betuigt zijn genoegen dat hij de heeren der Staten-Generaal op dezen feestelijken nationalen verjaardag zoo gezond en wel gemoed mag wederzien, en de heeren der Staten-Generaal antwoorden, dat het hun niet minder genoegen doet dat het den Koning zooveel genoegen doet, en dat het ook hun een genoegen doet, dat zij den Koning zoo gezond en welgemoed mogen wederzien. Na het wisselen van deze pligtplegingen gaat men aan zijn werk. Het Dagblad v. 's Grav. is ook geen onvoorwaardelijke lofredenaar, maar verklaart zich op twee punten zeer inge nomen, vooreerst dat ten opzigte van de Oost-Indische bezittingen op den voorgrond wordt gesteld de noodzake lijkheid tot «versterking van het gezag,» die «bescherming van den inlander» niet uitsluit; ten tweede dat in zake het belastingstelsel het beginsel van «verbetering» voor het groote woord «hervorming» en de daarmede gepaard gaande utopiën in de plaats is getreden. De Amst. Crt. vindt veel aantrekkelijks in het staatsstuk: het ademt in zijn geheel een kalmen, bezadigden toon en zonder te schraal te zijn, is er eene bescheiden soberheid in betracht. Van onverstandig behoud, van stilstand of reactie is niets te bespeuren. De Standaard kan in niets bespeuren, dat een con servatief kabinet in de raadzaal zetelt, of het moest zijn aan zijn onbetaalbare kalmte. Van de kieswet en zeifs van de kiestabel, zoo noodig «om de vervalsching van onze volksvertegenwoordiging te voor-komen,» geen woord; even min van de schoolkwestie, bij de verkiezing in Junij nog het shibboleth enz. De troonrede is, zoo resumeert het blad, een politiek stuk zonder politieke gedachte; ze zingt het liedeke van vrede en geen gevaar; ze doet, wat meer bijzonder de wenschen van «ons christenvolk» betreft, alsof we niet bestonden. Sedert meer dan 30 jaren bestaat hier te lande eene Maatschappij tot bevordering van Bouwkunst, die zich ten doel stelt het aankweeken van kennis en kunstzin op het gebied der genoemde kunst. De beoefenaren van het vak zijn in de eerste plaats aangewezen om te profiteeren van 't nut dier inrigting. Zijn zij toch zooveel mogelijk bekend met hetgeen in de bouwkundige wereld geschiedt, dan is zeker een der eerste gevolgen daarvan, dat zij hunnen patroons iets beters te aanschouwen kunnen geven dan wanneer zij veel van die kennis missen. Een gevolg hiervan moet zijn, dat het bouwende publiek, hoe langer hoe beter voorgelicht, meer vertrouwen moet gaan stellen in de beoefenaars eener kunst, waaraan de geheele menschen- maatschappij, bewust of onbewust, de grootste behoefte heeft; eene kunst die ook, misschien wel omdat zij zoo algemeen moet uitgeoefend worden, op verre na niet op eene wijze behandeld wordt als zij verdient. Neem het minste dat de Bouwkunst zich ten doel stelt: het bouwen van zooveel mogelijk goede huizen, uit onze zamenleving weg, of nog niet eens dat: verschaf alleen maar slechte woningen aan den mensch, de menschheid zal noodwendig verbasteren, tot een staat van barbaarschheid terugzinken, 't Is toch van onberekenbaar goeden invloed op de bescha ving, eene goede woning de onze te kunnen noemen. Genoemde Maatschappij poogt haar doel te bereiken door 't uitgeven van een tijdschrift, getiteld: «Bouwkundige Bijdragen,» door het uitschrijven van prijsvragen, door het opmeten, in plaat brengen en uitgeven van afbeeldingen van oude nog in Nederland bestaande bouwwerken, het vormen van een bibliotheek, het houden van bijeenkomsten, tentoonstellingen van teekeningen, materialen, enz. De contributie bedraagt f 6 per jaar en f 10 voor hen, die al de werken der Maatschappij ontvangen. Wenschelijk zoude het zijn dat het streven der Maatschappij meer bekend ware, en het ledental, dat thans slechts een duizendtal bedraagt, aanmerkelijk vermeerderde. Het weekblad de Opmerker bevat een welgeschreven artikel over dit onder werp, waarin met nadruk tot aanvaarding van 't lidmaat schap wordt opgewekt. Bedankt voor het beroep naar Vlissingen door ds. W. Koelman, pred. te Katwijk a/d Rijn. Het voorloopig dividend der Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij, boekjaar 1875, is bepaald op f 20. Men schrijft ons van Texel, dd. 24 dezer: «Als eene merkwaardigheid uit de hoenderwereld, kan gemeld worden, dat bij een boerenarbeider alhier, een hen zit te broeijen op eijeren van een kuiken, dat zij op 20 Mei dezes jaars eerst heeft uitgebroeid. Ook in de kippenwereld is vooruitgang te merken.» Te Texel zijn de zwaluwen vertrokken en de ganzen, wilsters en watersnippen in massa aangekomen. Dagelijks wordt daarop jagt gemaakt. Door de bedijking van het noorden hebben de ganzen hun gewoon verblijf verloren en vallen nu in den polder Waal en Burg. Een gezin te Alkmaar is ernstig ongesteld geworden na het gebruik van leverworst. Dergelijke worst, wanneer ze te lang bewaard wordt, kan vergiftig worden en kan den dood veroorzaken, zoo als eenigen tijd geleden te Middel burg heeft plaats gehad. Het etgroen levert ditmaal ook te Hoorn goede uit komsten op, zoodat weinig hooi zal behoeven aangevoerd te worden. De prijs van het hooi is ook, naar men hoort, algemeen gedaald. Met veel belangstelling verneemt de Amst. Crt., dat H. M. de Koningin aan den heer L. Philippona hare belang stelling heeft doen berigten zoowel in zijne brochure, bekend onder den titel van «Plan van Bestrijding» als inliet voorloopig reglement «Grondwet» genaamd, van Multapatiors Bond. Jl. Woensdag heeft zich in het lokaal Eensgezindheid aldaar eene damesafdeeling van het Bond geconstitueerd, waarvan tot leden van een voorloopig bestuur gekozen zijn mevrouw W. C. G. Striecker, geb. Carbentus, mevr. J. G. S. Krui- singa, geb. van Deventer, mevr. A. M. G. Kalff, geb Stuart, en mejufvr. C. Boeke. Behalve in de hoofdstad des Rijks, waar thans reeds 306 leden zijn toegetreden, bezit het Bond reeds leden in nog 69 andere gemeenten van ons land. Indien deze nu de ijverige pogingen van het voorloopig algemeen bestuur ondersteunen en zeiven de geschikte maatregelen nemen om zich tot afdeelingen te vereenigen, dan laat het zich aanzien, dat de nieuwe vereeniging al zeer spoedig haren nuttigen arbeid zal kunnen beginnen. (Hbl.) Op de keerzijde van de medaille der Amsterdamsche kermisvreugd ziet men de verschillende gebouwen der stads bank van leening, die, naar men verhaalt, in de kermis dagen voor ongeveer f 32,000 aan beleengeld voorpanden heeft uitbetaald. Godard de bekende luchtreiziger, die zich in België bevindt, zal nu toch eerlang te Amsterdam opstijgen, als de onderhandelingen tot een gunstig resultaat leiden. Omtrent den wisselwachter, die jl. Maandag avond te Leiden het ongeluk had onder den trein te geraken, verneemt men nader, dat hij niet door een anderen trein is overreden, maar door op de machine van een in gang zijnden trein te willen springen, daarvan is afgevallen. Aan een arm werd hij zoodanig gekwetst, dat hem die dadelijk moest worden afgezet. De patiënt bevindt zich thans redelijk wel en men heeft hoop op herstel. Uit het Westland wordt aan de Leids. Crt. een omtrent der meeste vruchten en gewassen gunstig berigt gezonden. Aan het slot volgt de volgende weêrsbeschouwing: De maand Mei meende het ernstiger dan ooit met een heerlijken zonneschijn, en de zomer eindigt zoo schitterend als maar zelden gebeurt. Er zijn weinig donkere of koele dagen geweest, niettegenstaande de temperatuur voor Julij te laag is aangeschreven. Augustus daarentegen was zeer warm en dan, welk eene schier voorbeeldelooze Septembermaand! Het pleit reeds voor een zonnigen, vruchtbaren zomer, dat volop saprijke moerbeziën geplukt zijn; een teedere vrucht, die zoo vaak andere jaren groen afvalt, bij gemis van koesterenden zonneschijn. Gelijk de zin voor planten en bloemen met ieder jaar toeneemt, breiden kweekerijen hare kassen uit om dien zin te bevredigen. Ook thans is op hare pogingen een gunstige uitslag gevolgd. Al verliest de roos nu allengs haar sehoonsten tooi, nog tal van andere planten, zooals pelargoniums en fuchsia's, prijken met een bloemendos, ruim zoo mild als in het midden van den zomer. En met de veelkleurige tinten, die de herfst eerlang in het gebladerte gaat brengen, mengt zich in tuinen en lusthoven nog een rijke bloemenschat. Jl. Donderdag zijn van 's Hage naar Rotterdam overgebragt eenige bewijsstukken, waaronder de dolk en eenige kleedingstukken betrekking hebbende op den moord, gepleegd op mevr. van der Kouwen en hare dienstbode. Vrij algemeen schrijft het Utr. Volksblad wordt, in geval van verwonding of moord, de toestand van dron kenschap aangemerkt als verzachtende omstandigheid. Onzes inziens moest die toestand juist aangemerkt worden als verzwarend. Zoo toch luidt de taal der gezonde rede, dat men niet alléén aansprakelijk is voor de daad zelve, die bedreven wordt, maar ook voor de gevolgen, die uit een of andere handeling voortkomen, en die men had kunnen en moeten voorzien. Bijvoorbeeldiemand die een ander berooft van eer en goeden naam, maakt zich niet alléén schuldig aan laster, maar is ook verantwoordelijk voor de nadeelen, die de van zijn eer en naam beroofde persoon in zijn tijdelijke goederen of anderzins ondergaat. Gelijk van zelf spreekt, is er hier alleen sprake van hetgeen men had kunnen en moeten voorzien. Stelt iemand een oorzaak, dan staat hij ook voor de gevolgen, die hij kan en moet voorzien. Ieder weet in nuchteren toestand, dat hij die zich te buiten gaat aan sterken drank tot alles in staat is. Geen zonde of misdaad, die in dronkenschap niet gepleegd is. Wie zich dus vrijwillig door overmatig gebruik van sterken drank berooft van liet gebruik van zijn gezond verstand, verplaatst zich met volle kennis en vrijen wil in een toe stand waar hij geen meester of ter naauwernood meester is van zich zeiven, in een toestand derhalve, waarin alles van

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1875 | | pagina 1