Benoemingen, enz.
STATEN-GENERAAL.
1 uur. Bezoek der tentoonstelling van landbouw door
Z. K. H. den Prins-stedehouder.
3. uur. Uitreiking der premiën.
5 uur. Feestmaaltijd, te geven door het bestuur der
Maatschappij van landbouw.
7 uur. Vuurwerk.
8 uur. Soiree in de zaal van de schuttersvereeniging en
illuminatie van liet Park.
Donderdag 7 Oct., 10 uur. Openbare zitting van het
Koninklijk grooth. instituut in het hotel der Kamer van
afgevaardigden.
24 uur. Volksspelen. Opstijging van luchtbal, enz. enz.
4 uur. Bezoek van den Prins-stedehouder op het terrein
waar de schietwedstrijd wordt gehouden.
8 uur. Bal in het stadhuis. Algemeene verlichting
der stad.
In een schrijven van den Franschen minister van
Koophandel aan de Kamer van Koophandel te Rouaan,
wordt gewaarschuwd tegen eene bende chevaliers d'industrie,
die Frankrijk, Duitschlaud, België en Zwitserland zouden
exploiteeren. Die bende zou, volgens de minister, haren
zetel hebben te Rotterdam of te Amsterdam, en hare leden
zouden elkander helpen door onderling referentiën te geven.
De heer G. J. Hengeveld, leeraar aan de Rijksvee-
artsenijschool, heeft in zijn brochure «Wenken over de
hondsdolheid» de voornaamste en meest gewone kenmerken
opgegeven, die de tot haar gevaarlijkste hoogte gestegen
hondsdolheid voorafgaan en heeft den eigenaars van honden
den weg gewezen, waarlangs zij in staat zijn gesteld zich
bijtijds te wachten voor de vreeselijke gevolgen van die
thans zoo menigvuldig voorkomende kwaal.
Ziehier de meest karakteristieke verschijnselen, die de
ervaren veearts opgeeft: veranderde gemoedsgesteldheid van
het dier, onrust, wegkruipen, wegloopen, gramschap en
zwaarmoedigheid, te heldere of wantrouwende blikken,
beloopen oogen, dorst, poging tot braken, stuipen, heesche
stem, verlamming van de onderkaak en het achterstel,
speekseluitvloeijiug, bijtzucht en snelle vermagering.
In de hier opgegeven volgorde doen zich die kenmerken
trapsgewijze voor, naarmate men het tijdstip der gepronon
ceerde hondsdolheid meer nadert. Reeds uit het eerstver-
melde verschijnsel, de veranderde gemoedsgesteldheid, kan
men opmaken, dat vooral de bijzondere geaardheid van
het dier bij de waarneming in aanmerking komt. Wijziging
van het gewone temperament van den hond immers brengt
mede, dat hij, gewoonlijk stil van aard, levendig en onstuimig
wordt, en omgekeerd.
Doch ook de hondsdolheid zelf laat zich nog onderscheiden
in twee soorten: de stille en de razende dolheid. Het
dier, dat door de eerstgenoemde soort van die besmette
lijke ziekte is aangetast, is veeleer treurig en droefgeestig
dan woest; zijn onderkaak hangt af, en hij bijt niet. Dit
neemt toch niet weg dat het even gevaarlijk blijft; zijn
speeksel nl. is vergiftig en deelt de smetstof der ziekte
mede, zoodra het in aanraking komt met een open wondje
aan hand of gelaat.
Veel kan men doen om de hondsdolheid bij het anders
zoo trouwe en nuttige huisdier te voorkomen. Alle lievig
werkende invloeden en liartstogten zijn in hooge mate
geschikt om het kwaad te. doen ontstaan; daarom is het
zeer nadeelig den hond te tergen, hem schrik of angst aan
te jagen, zijn toorn op te wekken, hem tot een ongeregeld
diëet te dwingen of hitte, koude of dorst te doen lijden,
voorschriften, die wij ook uit het oogpunt van billijkheid
alle reden hebben op te volgen. Dat wij ons tegen de
gevaarlijke razernij van den hond beschermen niets is
natuurlijker, maar dan heeft ook zeker ons trouw huisdier
alle aanspraak op een liefderijke behandeling van onze
zijde, dewijl tekortkomingen van dien aard juist geschikt
zijn om de noodlottige kwaal te voorschijn te roepen, en
dat te meer wijl de mensch eenmaal begonnen is het dier
in een onnatuurlijken toestand te plaatsen.
Een opmerkenswaardige bijzonderheid mag het zeker
nog worden genoemd, dat velen in den waan verkeeren,
dat de door dolheid aangetaste hond een afkeer heeft van
water, welke meening aanleiding heeft gegeven dat men
in één adem spreekt van hondsdolheid en watervrees. Niets
echter is minder waarintegendeel, de hond is zeer begeerig
naar water, maar kan het niet doorslikken tengevolge van
een krampachtige vernaauwing der keel. Vandaar dat het
gezigt van het zoo vurig begeerde water, waaraan het dier
echter zijn brandenden dorst niet kan lesschen, een telken
male herhaalde pijniging wordt en even dikwerf zijn woede
opwekt.
Boven noemden wij den schrijver der brochure den
«ervaren» veearts; hier mag met regt sprake zijn van
veelzijdige ervaring; tweemaal toch werd de auteur door
een dollen hond gebeten, doch voorkwam de noodlottige
gevolgen door de wond uit te branden, de eerste maal met
een brandende sigaar, den tweeden keer met een gloeijenden
pook, waarna de heelkundige behandeling het verdere deed.
Zeker bijzonderheden, die in het algemeen belang der ver
melding overwaardig zijn en die wij tevens mededeelen om
onze lezers aan te sporen de kleine, maar hoogst belang
rijke brochure te doorloopen.
Algemeene vergadering van liet ISoode Kruis.
eenige duizenden guldens aanwezig; een beroep op de algemeene
liefdadigheid had ten gevolge, dat in eenige dagen f 22,000 was
bijeengebragt. Generaal de Brabant, onlangs in Indië overleden,
vermaakte een deel van zijn aanzienlijk vermogen aan het Roode Kruis.
Be oorlog tegen Atsjin bleef echter nog groote kosten veroor
zaken. Inmiddels zijn stappen gedaan om ook in onze West-Indische
bezittingen afdeelingen van het Roode Kruis gevestigd te krijgen.
Van verschillende zijden werd de hulp van het Hoofd-Comité
ingeroepen ten behoeve der ongelukkige slagtoffers van den burger
oorlog in Spanje. Het Hoofd-Comité meende echter, aan dat
verzoek niet te mogen voldoen, aangezien de hulp gevraagd werd,
niet ten behoeve van een internationalen strijd, maar voor zieken
en gewonden van een biiirumlandschen strijd.
Het verslag bragt verder hulde aau de nagedachtenis van de
vroegere leden van het Hoofd-Comité, dr. Bosscha, dr. Sas en
dr. Verweij.
Evenals door de zorg van bet Hoofd-Comité op het graf van den
offic. van gez. bij de marine L. F. Praeger, te Metz, een gedenk-
teeken werd opgerigt, wat de stad Metz ouder haar bescherming
nam, is ook gehandeld met het graf 'van den caudidaat in de
geneeskunde W. W. Smitt, die te Versailles rust en die mede het
slagtofter werd van zijn toewijding aau de zaak van het Roode Kruis.
Na het uitbrengen van het verslag werden de rekeningen 187374
en 1874 75 goedgekeurd.
Over 187374 waren ontvangen f 14,266.55, speciaal voor
Atsjin; aan bijdragen van de comité's voor de gewone behoeften
f 2879.50J.
Over dat jaar werd voor Atsjin gezonden f 30,000 in geld en
f 2609.92J aan verdere ondersteuningen.
Op de rekening ^van 1S7475 komen die posten voor respec
tievelijk tot bedragen van f 9879.48, f 2747.14, f 17,000 en
f 1224.88.
Overgaande tot de behandeling van de overige aan de orde zijnde
punten, besloot de vergadering omtrent punt V (Nader praeadvies
van het Hoofd-Comité betreffende de proeve van een Algemeen
Reglement voor de eomité's van het Roode Kruis), het voorstel-
Utrecht niet aan te nemen, doch werd b. in overweging gegeven
om uit dit voorstel eenige bepalingen over te nemen in het door
het Hoofd-Comité ontworpen reglement voor de algemeene vergadering)
Punt VI (reglement van orde voor de algemeene vergaderingen,
werd aangehouden, nadat bevorens een voorstel werd aangenomen
om de statuten van het Hoofd-Comité der vereeniging te herzien.
Het voorstel van het comité te Ylissingen werd verworpen, als
strijdig met art. 2 der statuten.
Bat voorstel luidde:
„In geval een der comité's verhinderd wordt een afgevaardigde
ter algemeene vergadering te zenden, kan het zich wenden tot eeu
der andere comité's, met magtiging om voor genoemd comité op
de algemeene vergadering stem uit te brengen."
Nadat dr. Templeman van der Hoeven, namens de vergadering,
den voorzitter dank had betuigd voor zijn uitmuntende leiding van
de werkzaamheden, werd de vergadering gesloten.
's Middags vereenigden zich de leden aan een gemeenschappelijk
diner in het Hotel de 1'Europe. (D.)
Tot wethouder te Terschelling is herkozen de heer C. Zunderdorp.
Met den 1 Oct. worden bevorderdtot kapt. ter zee, de kapt.-
luit. ter zee .1. W. Binkes; tot kapt.-luit. ter zee, de luit. ter
zee 1ste kl. W. Steffens; en tot luit. ter zee 1ste kl., de luit. ter
zee 2de kl. W. C. Böhtlingk.
De luit. ter zee 2de kl. W. H. Tromp en de off. van gez.
2de kb dr. F. M. Cowan, dienende aan boord van het schroef-
stoomschip Comelis Dirks, en de off. van gez. 1ste kb J. C. D.
Steendijk, behoorende tot de rol van het wachtschip te Helle-
voetsluis, en gedetacheerd te Rotterdam, worden op non-activiteit
gesteld, de eerste twee met den laatsteu dezer, de laatste met den
31 Oct. a. s., terwijl met den 1 Oct. 1875 de navolgende officieren
worden geplaatst, als
aan boord van het wachtschip alhier de off. van gez. 1ste kl.
W. Ruisch (met intrekking van zijn op non-acliviteitstelling met
den laatsteu dezer);
in de rol van het wachtschip te Amsterdam en belast met de
waarneming van de geneeskundige dienst bij 's Rijks werf en het
gedeelte mariniers, de off. var. gez. 1ste kb J. Lamie;
aan boord van het sehroefstoomschip Leeuwarden, de off. van gez.
lste kb H. van Stoekum;
aan boord van het sehroefstoomschip Comelis Dirks, de luit.
ter zee 2de kb J. J. Kraakman en de off. van gez. lste kl.
II. L. Reeder;
aan boord van het sehroefstoomschip Prinses Maria, de off. van
gez. 2de kb dr. T. Abrahamsz;
aan boord van het ramschip Guinea, de luit. ter zee 2de kb
B. de Groot;
bij 's Rijks hospitaal der marine alhier, de off. van gez. 2de kb
W. Schoondermarken
met den 1 Nov. daaraanvolgende in de rol van het wachtschip
te Hellevoetsluis, en gedetacheerd te Rotterdam, de off. van gez
lste kb W. Littel.
De luit. ter zee 2de kl. A. A. Kscher wordt met den 1 Oct.
a. s. geplaatst aan boord van het wachtschip te Hellevoetsluis, en
de plaatsing van den luit. ter zee 2de kb jhr. A. O. J. M. de
Casemboot aan boord van de monitor Adder met dat tijdstip
ingetrokken en beschouwd als niet te zijn geschied.
Het bevel over het sehroefstoomschip Cornelis Dirks is met den
1 Oct. a. s. opgedragen aan den kapt.-luit. ter zee E. L. baron
van Heeckeren van Waliën, thans lste officier aan boord van het
wachtschip alhier, en zulks in plaats van den kapt.-luit. ter zee
jhr. J. II. P. von Schmidt auf Altenstadt.
De kapt.-luit. ter zee G. Bijl de Vroe wordt met den 1 Oct.
a. s. als lste officier geplaatst aan boord van het wachtschip alhier.
Aan D. Mitchell, matroos lste kb en A. J. Eggers, matroos
2de kb, beiden dienende op het sehroefstoomschip Metalen Kruis,
is als blijk van Zr. Ms. goedkeuring en tevredenheid wegeus de
redding van een over boord gevallen ligtmatroos, ter reede van
Atsjin, op 25 Junij jb, toegekend voor ieder de bronzen medaille,
alsmede een loffelijk getuigschrift.
hem te vreezen is. Als hij uit zijn roes ontwaakt, ziet
menig dronkaard verwonderd om zich heen. Hij weet niet
wat met hem geschied is, wat hij gesproken of gedaan
heeft, maar hij weet zich zeer goed het oogenblik te her
inneren, dat hij, den eersten, tweeden, derden, vierden
borrel enz. gedronken heeft. Hij weet dus zeer goed dat
hij met volle kennis en vrijen wil, de oorzaak gesteld heeft,
waaruit dat alles wat met hem geschied is, is voortgekomen.
Waarom moet nu die dronkenschap, die met volle kennis
en vrijen wil veroorzaakte toestand, gelden als verzachtende
omstandigheid? Integendeel, het is een verzwarende om
standigheid, juist omdat de ongelukkige zeer goed geweten
heeft, dat in een staat van dronkenschap aan een mensch
alles overkomen kan en hij zich zelf vrijwillig in zulk een
gevaarlijken staat verplaatst heeft.
Jb Dingsdag namiddag had in den theetuin tegenover
Bronbeek aan den Yelperweg onder Arnhem een aller
treurigst ongeluk plaats. De heer B. met zijn vrouw en
dochtertje maakten onder anderen gebruik van den schommel
met het noodlottig gevolg voor de dame, dat zij bij het
schommelen van boven neerstortte. Zij was door een
beroerte getroffen en overleed weinige oogenblikken later.
De familie moet, naar men mededeelt, uit Amsterdam zijn,
waarheen het lijk der dame is overgebragt. Men zegt ook,
dat de heer, een weduwnaar, eerst sedert een paar weken
hertrouwd was.
Tegen den heer Spriet, directeur van een kermis-
theater, is zooals wij dezer dagen mededeelden
proces-verbaal opgemaakt wegens het doen uitvoeren van
kunsten door een kind van beneden 10 jaar.
Naar de Prov. Nbr. Crt. thans, onder bepaalde reserve,
verneemt, zou dat kind door de ongehuwde moeder,
te Rotterdam woonachtig, bij contract tot 1877 aan voor
melden Spriet zijn afgestaan, tegen een geldelijke uitkeering.
Jl. Donderdag is met eenige plegtigheid de eerste
steen gelegd van het in aanbouw zijnde droogdok te Mid
delburg. De werklieden werden bij die gelegenheid feestelijk
onthaald. Het dok zal Pins Hendrik-dok heeten.
In Maart 1874 overleed te Tiel de heer inr. O. C.
J. Hoogendijk van Domselaar. Daar hij geen testament
naliet en geen bloedverwanten had in de opgaande of
nederdalende lijn, of broeders of zusters, verviel zijne nalaten
schap voor de eene helft aan de naaste bloedverwanten in
de vaderlijke lijn en voor de andere helft aan die in de
moederlijke lijn. In de moederlijke lijn waren bloedver
wanten bekend en tegenwoordig, en dezen stelden zich in
het bezit der nalatensebap en gingen dadelijk over tot
likwidatie daarvan, meenende dat er geene bloedverwanten
van de vaderlijke lijn bestonden. In Augustus 1874 kwamen
echter 16 bloedverwanten der vaderlijke lijn op, en eischten
voor de regtbank aldaar scheiding, deeling en aangifte van de
vaderlijke helft der nalatenschap aan hen, als erfgenamen in
den 8sten graad, van de erven in de moederlijke lijn. In
Nov. daarna kwamen twee personen uit België op, bewerende
den erflater te bestaan in, den 7den graad van vaderszijde,
voegden zich in gemeld geding en vorderden, dat aan hen
de helft der vaderlijke lijn zou worden overgegeven. De
conclusie van het Openbaar Ministerie is bepaald op den
15 October a. s.
De eisch van den auditeur-militair bij den krijgsraad
te Arnhem tegen den milicien Gonlag, die, steunende op
zijn consigne, een anderen militair doodschoot, strekt om
hem zijne daad ontoerekenbaar te verklaren, uithoofde van
beperkte geestvermogens.
Op de eergisteren te Meppel gehouden groote boter
markt werden betrekkelijk hooge prijzen bedongen, als:
voor puike belegen soort f 58 k 61, 2de soort f 56 k 57,
3de soort f 54 k 55. Men berekent, dat er voor ruim
een ton gouds in dit artikel is omgezet.
Voor de regtbank te Deventer is jl. Dingsdag behan
deld de zaak van G. J. S. te Olst (vader), J. S. en G. S. (zoons),
beschuldigd van het verkoopen van lijnkoeken, met krijtwit
vermengd. Een der getuigen verklaarde, dat bij in een
etmaal 600 a 700 halve kilogram van dit vervalschings-
middel gebruikte, soms ook minder. Op 750 a 1000 kilo
gram lijnmeel konden 600 a 700 halve kilogram krijtwit
worden gebruikt. De beklaagden bekenden schuld, doch
meenden, dat zonder deze vervalsching geen concurrentie
mogelijk was en dat zij op last van hun principaal te
Zwolle hadden gehandeld. Het O. M. eischte, dat zij
zouden worden schuldig verklaard aan het plegen van
bedrog in den aard van een koopmanschap en veroordeel ing
tot 4 maanden gevangenisstraf en een geldboete van f25.
De centrale commissie voor de feestelijkheden, welke
zullen gehouden worden tot viering van het 25jarig stede
houderschap van Z. K. H. Prins Hendrik der Nederlanden
over Luxemburg, heeft het programma dezer plegtigheid
openbaar gemaakt.
Maandag 4 Oct. zullen des avonds ten 6 ure de klokken
worden geluid, ten teeken van den aanvang der feestelijk
heden; salvoos uit het geschut zullen worden gegeven.
Ten 7 ure fakkeltogt door het jagerkorps en een groot
aantal Vereenigingen, in de hoofdstad gevestigd.
5 Oct. des ochtends ten 101 ure plegtige ontvangst van
den Prins-stedehouder nabij Neuthor-Avenue. Aanbieding
van den eerewijn. Feestelijke optogt.
11 ure. Ontvangst der vreein le autoriteiten en deputa-
tiën in het hotel des Prinsen.
111 ure. Te Deum in de hoofdkerk.
12 ure. Ontvangst van autoriteiten; aanbieding van het
nationale geschenk en van de adressen.
2 ure. Het defileren der Vereenigingen, die deelgenomen
hebben aan den optogt. Concert op de Wilhelrnsplatz.
5 uur. Feestmaaltijd in het stadhuis, hetwelk Z. K. H.
den stedehouder door de leden der Kamer uit naam van het
groothertogdom wordt aangeboden.
9 uur. Bal in het hotel van den minister-president, den
heer E. Servais.
Woensdag 6 Oct., 10 uur. Godsdienstoefening in de
protestantsche kerk.
11 uur. Ontvangst der verschillende plaatselijke auto
riteiten en deputatiën des lands.
In het lokaal Diligentia te 's llage had gisteren ten 11 ure, door
den voorzitter van het Hoofd-Comité, generaal de Stuers, de opening
van de algemeene vergadering plaats, in tegenwoordigheid van een
vijf-en-twintigtal afgevaardigden en eenige dames.
Uit het daarna uitgebragt jaarverslag bleek, dat de staat van de
Vereeniging vrij gunstig was. Hel getal comité's is met 4 ver
meerderd en bedraagt thans 121; het getal der correspondenten
met 2 en is thans 17.
Door het Hoofd-Comité werd een bezoek gebragt aan de inrig-
tingen van de Haagsche comité's en aan de Anialia-sticktiug te
Utrecht.
Met beide iurigtiugen werd tevredenheid betuigd.
In Indië wordt bij voortduring meer en meer sympathie voor
het Roode Kruis betoond en worden meer en meer comité's
opgerigt.
Volgens de jongste berigten waren iu de kas te Batavia slechts
Eerste Kamer.
Zitting van Donderdag 23 September. Het adres van antwoord
op de troonrede is met eenparige stemmen aangenomen. Vervolgens
had eene breedvoerige discussie plaats naar aanleiding van de inter
pellatie Duymaer van Twist omtrent de bekende overeenkomst met
de Rijnspoorweg-maatschappij. Na verdediging van de ministers
Heemskerk en van der Heim heeft de heer van Twist de volgende
motie voorgesteld: „dat de Eerste Kamer oordeelt dat door de
bedoelde overeenkomst het algemeen belang niet behoorlijk is
behartigd."
Zitting van Vrijdag 24 September. Na voortgezette beraad
slaging, is de afkeurende motie van den heer Duymaer van Twist,
waaraan deze verklaarde geen politieke bedoeling te geven, aange
nomen met 23 tegen 12 stemmen.