HELDËRSCHE EV NIËUWER1EPER COURANT. 1876. N°. 26. Woensdag 1 Maart. 34 Jaargang. BEKENDMAKING. NATIONALE MILITIE. Binnenland. „Wij huldigen het goede." Verschijnt Dingsdag, Donderdag en Zatnrdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1.80. y y y franco per post - 1.65. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Bureau: NOL PJL E I]X M°. 163. Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 Cents, elke regel meer 15 Cents. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Eiken Ronderdng vertrekt de mail naar Oost-Indië. Laatste ligting 's avonds 6 uur. De sluiting der mail naar Padang en Bataviate ver zenden per Mailboot Celebes, geschiedt voor drukwerken den 13 Maart, na aankomst van trein III (Noordhollandsche Spoorweg), ten 10.58 des avonds, voor brieven den 14 Maart, na aankomst van trein I, ten 9.47 des morgens. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente HELDER brengen ter openbare kennis, dat de Militieraad van het derde district in Noordholland de eerste zitting zal houden te ALKMAAR, en wel zoover deze gemeente betreft op WOENSDAG den VIJF TIENDEN MAART 1876, des middags ten half een ure. In deze zitting wordt uitspraak gedaan omtrent: JDe verschenen vrijwilligers voor de Militie De lotelingen die redenen tot vrijstelling hebben ingediend De lotelingen in de artt. 55 en 56 der wet op de Nationale Militie bedoeld; Alle overige lotelingen. Volgens artikel 88, in verband met artikel 91 der bedoelde wet, moeten voor die zitting verschijnen: 1. De vrijwilligers voor de Militie; 2. De loteling die vrijstelling verlangt wegens ziekelijke gesteld heid of gebreken, of gemis van de gevorderde lengte. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Helder, STAKMAN BOSSE, Burgemeester, den 28 Februarij 1876. L. VERHEY, Secretaris. HELDER en NIEUWEDIEP, 29 Febrnarij. De 79ste verjaardag van Z. K., H. Willem Frederik Karei, Prins der Nederlanden, oom des Konings, werd gisteren alhier op de gebruikelijke wijze gevierd. Het aantal vereenigingen alhier is dezer dagen met nog eene vermeerderd. Verscheidene leden van den Burger kring Harmonie hebben die vereeniging verlaten en een nieuw gezelschap gevormd, onder den naam «Eendragt ons genoegen.» Jl. Zondag is door de commissie voor het godsdienstig onderwijs bij de Hervormde gemeente alhier eene nieuwe Zondagsschool geopend in een der lokalen van de gemeente school No. 3, in de Schoolstraat. Met zekerheid vernemen wij, dat voor een geacht ingezeten te dezer plaatse twee kotters in aanbouw zijn, die, geheel ingerigt naar de eischen van den tegenwoordigen tijd, zullen worden uitgerust om van hier uit op onze kusten ter vischvangst te gaan. Ook door anderen is eene dergelijke onderneming tot stand gekomen. Wij twijfelen niet aan de gunstige resultaten met het oog op de enorme prijzen, welke voor visch worden gemaakt. Door de commissie voor het examineeren van varens lieden te Amsterdam zijn jl. Zaturdag met gunstig gevolg geëxamineerd, als tweeden stuurman de heeren F. R. Coerkamp en S. Duinker en in de kennis van het stoom werktuig en het manoeuvreeren met stoomschepen de heer T. Bakker, vroeger reeds geëxamineerd als eersten stuurman. Genoemde heeren hadden onderwijs ontvangen aan de school voor de zeevaartkunde van den onderwijzer A. J. Leijer, alhier. Blijkens een jl. Zaturdag bij het departement van Koloniën ontvangen telegram van den gouverneur-generaal van Nederl.-Indië, is door den generaal-majoor Pel het navolgende uit Atsjin aan de Indische regering geseind Den 13 Febr. werd opgerukt tegen de XXVI Moekim. Nadat twee bentings, na veel tegenstand en met een verlies van 13 gesneuvelden, waren genomen, werd doorgegaan tot Pongo, dat vermeesterd werd met een verlies van 3 dooden en 10 gewonden. Den 14 Febr. werd voortgerukt langs de Atsjin-rivier; Miroe met de daarbij behoorende moskee en Lamterny werden genomen; 2 minderen sneu velden en de luitenants ter Beek en Opperman en 10 minderen werden gewond. Het 13de bataillon infanterie en twee sectiën artillerie werden naar de grens tusschen de XXII en IX Moekim gezonden. Deze kolonne bezette Kajoelo. Den 15 Febr. werd Tjapoetoe, eene sterk met geschut bewapende benting, na hevigen tegenstand genomen en verbrand. De vijand vlugtte, vele dooden achterlatende; onzerzijds sneuvelde 1 mindere, terwijl de kapiteins Berk- holst en de Man en 21 minderen gewond werden. Aan gezien geene geschikte plaats voor eene vestiging werd gevonden, keerden de troepen terug naar Pongo, op hun marsch de kampongs Tjapoetoe, Lamterny en Miroe ver brandende. Den 16 Febr. werd te Pongo begonnen met den aanleg eener versterking. Den 17 Febr. werd met dien arbeid voortgegaan. De posten Panditie, rivierbenting, Berouw en Blang Tjoet werden opgeheven en de bezetting van laatstgenoemden post verplaatst naar Pager Ajer, ter ver binding van de posten tegen de XXII Moekim met Pongo. Den 18 Febr. werd voortgewerkt aan de versterkingen; den 19clen werd die van Pongo voltooid. Den 20 Febr. werd aan de versterking van Pager Ajer voortgewerkt. Den 21 Febr. deed de radja van Pedir stappen tot onderwerping. Bij de agerende troepen was de gezondheidstoestand zeer ongunstig, de geest uitmuntend. De algemeene gezond heidstoestand was niet verbeterd. Het Journal de Monaco meldt, dat H. M. de Koningin en Prins Frederik den 16 dezer, van Cannes komende, te Monaco zijn gearriveerd, om aldaar een bezoek te brengen aan Prinses Florestine, hertogin van Urach-Wurtemberg, eene nicht van de Koningin. H. M. gebruikte in het prinselijk paleis 't ontbijt, en begaf zich vervolgens, in gezelschap van Prinses Florestine, naar Monte Carlo, waar zij in het Casino eene muziekuitvoering bijwoonde. H. M. en Prins Frederik bezochten den Prins van Monaco, die ongesteld was, in zijne appartementen. H. M. en Z. K. H. keerden ten vijf ure naar Cannes terug. Aan de Haagsche kroniek der Gron. Crt. ontleenen wij de volgende regelen: «De berigten uit Algerië omtrent Z. K. H. Prins Alexander en uit Cannes aangaande H. M. de Koningin blijven gunstig. De beide vorstelijke patiënten nemen voort durend in kracht toe. Waarschijnlijk zal de Prins in de eerste dagen van April naar Cannes vertrekken en daar nog eenige weken bij zijne moeder vertoeven, om clan met de Koningin in 't laatst dier maand naar de residentie terug te keeren. Omtrent een ander lijder, dr. Kuijper, worden hier ter stede mede zeer geruststellende tijdingen ontvangen. Zijn zenuwgestel, hoewel nog zwaar geschokt, is weder in zoo verre tot den normalen toestand teruggekeerd, dat het geachte Kamerlid vermoedelijk reeds in de eerste helft der volgende maand te 's Hage zal mogen terugkeeren. De geneesheeren hebben hem echter aanbevolen, zich in den eersten tijd vooral niet te zeer in te spannen. Al werkt dit nu ook zijn plannen met betrekking tot de indiening eener nieuwe onderwijswet tegen, ter wille van zijn partij, die er belang bij heeft haar weinige corypheeën te behouden, zal de heer Kuijper wel zijn gezondheid boven de onder wijskwestie stellen. Vooral nu, nu een zware slag der anti-revolutionaire partij boven het hoofd hangt. Een der voornaamste chris ten-staatslieden, de vice-president van den Raad van State, baron Mackay, ligt zeer gevaarlijk ziek. En al mogen de dagelijksche bulletins ons nu en dan met een flaauwe hoop op zijn herstel verblijden, 't zou verkeerd zijn zich illusiën te maken omtrent zijn behoud. De geneesheeren laten alle hoop op zijn herstel varen.» Beroepen te Vlissingen ds. E. B. Gunning, pred. te Alkmaar. Door den bisschop van Haarlem zijn benoemdtot pastoor te Hem en Venhuizen de heer P. van ITugten; tot pastoor aan den Burg op Texel de heer P. van der Werff, kapelaan te Westwoude. De afdeeling Natuurkunde der Koninklijke Academie heeft de gevolgtrekkingen, neergelegd in het uitvoerig verslag van de heeren Geuns, Zeeman en Place, omtrent de gezondheidsgevolgen van de droogmaking der Zuiderzee, aangenomen. Plet verslag komt hierop neêr, dat bij een goede en snelle behandeling van de indijking geen bijzondere vrees voor moeraskoortsen bestaat; liet dringt echter tevens aan op de instelling van een bijzondere gezondheidscommissie, om de mogelijk schadelijke gevolgen af te weren. Men is bezig de tuigage en, voor zooveel mogelijk, de lading steenkolen uit het te Texel (niet alhier, zooals in ons vorig nommer staat) gestrande schip Suzanna, kapt. Huges, te bergen. Het schip zal echter verloren zijn. Bij herstemming zijn tot hoofdingelanden van het waterschap de Beemster benoemd de heeren H. Scheringa Az. en D. Schoen. In eene jl. Vrijdag avond te Amsterdam gehouden vergadering van bestuurders der Vereeniging «Het Neder- landsch Tooneel» is besloten, dat de Vereeniging zich bij de door den gemeenteraad van Amsterdam gestelde voor- I waarden zou neerleggen, zoodat zij van dien dag af be- schouwd kan worden als concessionaris van den stads— schouwburg, tegen betaling eener som van f 8000 per 1 jaar, f 2000 minder dus dan de heeren Albregt van Ollefen in de vorige jaren hebben betaald. Jl. Zaturdag werd aan de scheepswerf der koninklijke fabriek van stoom- en andere werktuigen te Amsterdam met goed gevolg te water gelaten de ijzeren stoomkanon- neerboot Fret, zijnde de eerste der twee kanonneerbooten, aldaar in aanbouw voor rekening van het departement van Marine. Bij de onthulling van Thorbeckes standbeeld te Amster dam zal, volgens de N. R. C., de recle gehouden worden door mr. G. M. van der Linden, oud-lid der Tweede Kamer en een der vertrouwdste vrienden van den grooten staatsman. Bij beschikking van de regtbank te Rotterdam van den 24 dezer, is de zaak van H. J. Jut en zijne huis vrouw C. Goedvolk verwezen naar den procureur-generaal bij het geregtshof te 's Hage. Gisteren heeft die ambte naar, overeenkomstig het bepaalde bij art. 124 Wetb. v. Strafv., de stukken dezer procedure met zijn verslag en rekwisitoir tot verwijzing naar de openbare teregtzitting aan het geregtshof in raadkamer ingediend. De kapt.-luit. ter zee J. K. L. Gey van Pittius zal, naar men verneemt, als kommandant van het wachtschip te Hellevoetsluis met 1 Mei a. s. vervangen worden door den kapt.-luit. H. D. Guyot. Kregen de inwoners van Delfshaven reeds langen tijd niets anders van de massa gevangen zeevisch te zien dan de uit zee komende en die haven passerende visch- sloepen, thans houdt dit, tot groote vreugde der burgerij, op. Eenige heeren hebben onderling een schokker aange kocht, en deze zal, uitsluitend voor die gemeente, ter visch- vangst worden uitgezonden. (N. Rott. Crt.) Jl. Woensdag zag men te Gouda een zeldzaam schouwspel. Twee lijkwagens bragten tegelijk twee echt- genooten naar het graf. De man was weinige uren na de vrouw overleden. Na 40 jaren huwelijk zijn de beide oudjes elkander tot in den dood trouw gebleven; ook in liet graf blijven zij aan elkanders zijde. Uit het Westland schrijft men aan het U. D.: «De toestand van de teellanden is hier bijzonder gunstig, en de tuiniers hebben reeds aanstalten gemaakt om den grond met de eerste vruchten te doen bezetten. In het laatste saizoen zijn hier prijzen besteed zooals nog niet gekend werden, o. a. voor aspersies, waarvoor gemiddeld f 11 de 100 bos betaald werd, wordt nu reeds f 22 geboden.» Met onverdeeld genoegen, zegt het U. D., woonden we dezer dagen in het Gebouw voor Kunsten en Weten schappen de voordragt bij, die de heer W. Boomkamp uit Noordwijk hield, en die van warme liefde voor de natuur getuigde, en daardoor tevens liet bewijs leverde, dat niet, zooals men wel eens geneigd is aan te nemen, de natuur wetenschap noodwendig tot materialisme leidt. Integendeel. Wie den spreker hoorde moest erkennen, dat juist de kennis der werkingenin de natuur moet opvoeren tot bewondering voor de harmonie, die in al die werkingen is op te merken voor hem, die daar een open oog voor heeft. Spreker begon met er op te wijzen, dat reeds sedert onheugelijke tijden de landbouw beoefend werd en, met den landbouw, de kennis van kruiden en planten, maar dat men toch eerst in onze eeuw tot de kennis van de plant is gekomen, nadat Robert Brown begonnen was, haar met het vergrootglas te onderzoeken. De plantenkunde bestaat niet in het kennen van vele latijnsche namen, maar in de kennis van het wezen der plant, van de organen die haar zamenstellen, wat er in haar omgaat, hoe zij de in den bodem aanwezige stoffen in voedende stoffen omzet, hoe zij het voedsel bereidt voor mensch en dier. Ziet men de dieren grazen in liet weiland, zij grazen allen op verschillende manier: de koe graast rustig, links en regts den kop wendende, steeds netjes één plek af; het paard graast eenige ©ogenblikken en doet dan weer een paar stappen voorwaarts. Dat stemt niet alleen overeen met de gemoedstemming, die bij de koe rustiger, bij het paard onrustiger is; niet alleen met de organen, daar de koe beter op zij, het paard beter voor zich uit kan zien, maar ook met de wijze van voeding: de koe heeft eene groote hoeveelheid noodig, het paard kan minder gebruiken maar moet meer voedende kracht in dat weinige hebben; daarom graast de koe alles weg, en zoekt het paard het meest voedzame gras; daarom kan men de koe met veel hooi voeden, maar moet men aan het paard ook haver geven. Niet alle grassoorten hebben gelijke voedingswaarde. Er zijn 3000 grassoorten, waarvan 300 in Europa en 130 in ons land. Ziet men in het- voorjaar de weiden groen worden, men denkt al ligt gras te zien, en dikwijls ziet men heel andere planten naar mate van de gesteldheid van den bodem: hier vindt men veel de gewone veldbies, een bewijs, dat de grond veel kiezel bevat, en wel uitstekend is voor den grasgroei, mits die grond genoeg door de lucht doortrokken zij, opdat de zuurstof kunne toetreden, die de kiezel oplost en voor de plant bruikbaar maakt; waar de geraeeue veldbies groeit, is dat niet het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1876 | | pagina 1