HELDERSCHE
EV NIEUWEDIEPER COURANT.
1876. N°. 88.
34 Jaargang.
Zondag 23 Julij.
BEKENDMAKING.
B i n n e n I a n d.
„W ij huldigen het goed e."
Verschijnt Dingsdag, Donderdag en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.80.
franco per post - 1.65.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN N°. 163.
Prijs der Advertentiën: Yan 14 regels 60 Cents,
elke regel meer 15 Cents.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
bliken Remiurdstj? vertrekt de mnfl nnar
Ooat-Iudië. Laatste Ligting s avonds 6 uur.
Burgemeester en Wethouders der gemeente Anna Paulowna
maken bekend, dat er op Zaturdag den 29 Julij e. k., des
namiddags ten 7 ure, op het terrein voor de meestoof, een
oefening met de beide brandspuiten zal worden gehouden, voor
de dienstpligtigen woonachtig tusschcu de van Ewijcksvaart en
den Spoorweg, begrensd ten noorden door den Kleiweg
en ten zuiden door den Grasweg.
Zij, die niet opkomen, zullen volgens de verordening worden
gestraft.
Anna Paulowna, den 21 Julij 1876.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
O. E. PERK, Burgemeester.
A. J. DE JÓNGH, Secretaris.
IIELDER en NI EU WK DIEP, 22 Julij.
De minister van Oorlog bragt gisteren alhier o. a. een
bezoek aan de werken bij de genie in aanbouw.
Heden zijn de adelborsten van het Koninklijk Instituut
voor de Marine met groot verlof huiswaarts vertrokken.
Thans wordt gemeld, dat het ramtorenschip Koning
der Nederlanden den 1 Aug. a. s. van Amsterdam door
het Noordzeekanaal naar hier zal vertrekken. De alhier
gestationeerde ramtorenschepen Guinea en Schorpioen zul
len het sclnp aan den mond van het Noordzeekanaal te
gemoet komen en eene der sleepbooten van hier zal het
naar de haven opslepen.
De aartshertog van Oostenrijk en zijn gemalin zijn
jl. Donderdag avond na hun aankomst aan het Rijnspoor
wegstation door H. M. de Koningin naar het Huis ten
Bosch geleid, waar zij tot Dingsdag a. s. de gasten van
onze Vorstin zullen zijn. (V.)
Ter gelegenheid van Prins Frederiks 60jarig groot
meesterschap over de Vrijmetselaars-orde in Nederland zal
Donderdag a. s. een groot feestmaal van 300 couverts in
het lokaal «Diligentia» worden aangerigt.
Op de vraag welke beteekenis moet worden gehecht
aan de woorden «geëxamineerde veeartsen» voorkomende
in de wet van 20 Julij 1870 (Staatsblad no. 131) en art. 2
der wet van 5 Junij 1875 (Staatsblad no. 110) heeft de
minister van Binnenl. Zaken aan de Commissarissen des
Konings te kennen gegeven, dat naar zijne opvatting, door
die woorden alleen zijn te verstaan zij, die een volledig
examen als veearts hebben afgelegd, en ten bewijze daarvan
in het bezit zijn van het diploma, bedoeld in art. 14 der
wet van 8 Julij 1874 (Staatsblad no. 48), alsmede zij die op
grond van art. 2 der wet van 8 Julij 1873 (Staatsblad no. 98),
tot uitoefening der veeartsenij kunst hier te lande zijn
toegelaten.
Beroepen te Dirksland de lieer L. Okken, pred. te
Wagenborgen (Groningen).
Aangenomen het beroep naar Heilo door den candi-
daat J. M. Snethlage.
Het Nederlandsch Zendelinggenootschap heeft in zijn
jl. Woensdag gehouden zitting voornamelijk de geldelijke
aangelegenheden besproken; de uitslag is deze: dat het
hoofdbestuur gemagtigd is maatregelen te nemen, deMinahassa
buiten de financieële zorg van het Genootschap te stellen.
Eenige benoemingen zijn voorts gedaan; o. a. zijn de
aftredende leden van het hoofdbestuur herkozen.
Nog dit jaar zal ook een «Oostelijk Zendingsfeest»
worden gehouden.
Men schrijft ons van Texel, dd. 21 dezer:
«De landbouwer T., waarover ik u gisteren berigtte, is
aan de gevolgen van den val van den wagen heden over
leden. De deelneming is algemeen.»
Men schrijft ons van Schagen, dd. 20 dezer
«In de op den 18 dezer gehouden vergadering is den
Raad dezer gemeente door Burgemeester en Wethouders
aangeboden de gemeente-rekening over het dienstjaar 1875
dezelve is ingevolge het ^voorschrift der.wet ter/visie gelegd.
In die zitting zijn nog vastgesteld de voorwaarden,
waarop van uit de perceelen langs de Hooge- en Lagezijde,
afvoerbuizen, tot loozing van spoel— en regenwater, in ver
binding zullen mogen worden ge bragt met het riool, gelegd
wordende in de te dempen gracht aldaar.
De demping vordert vrij vlug, en het werk wordt,
volgens het oordeel van onpartijdige deskundigen, uit
stekend verrigt.»
Bij de harddraverij, jl. Dingsdag te Schooi'ldam
gehouden, waaraan door 16 paarden werd deelgenomen, is
de prijs, bestaande in twee kristallen madera karaffen met
zilver gemonteerd, behaald door het paard Dina, eigenaar
de heer G. Sevenhuijsen te Warmenhuizen, pikeur J. Dam,
en de premie, bestaande in een lepelkistje met zilveren
lepeltjes, door het paard Eva, eigenaar de heer C. de Wit
te Zijpe, pikeur A. de Wit.
Door tusschenkomst van haren predikant, ds. A. M.
Venker, is aan de Herv. gemeente te Koedijk geschonken
een prachtig zilveren doopbekken.
Het gewas van aalbessen in de omstreken van Hoorn
is dit jaar uitmuntend en levert een goeden oogst op, dat
zeer voordeelig is voor de in de nabijheid gelegen streek,
de Bangert genaamd. Ook het gewas der hazelnoten
belooft veel en zal over het algemeen weder aanleiding
geven, even als verleden jaar, om veel van dit artikel
naar Engeland te verzenden. De peren leveren geen
grooten, de appelen een redelijken oogst.
Omtrent den hooioogst luiden de berigten uit Venhuizen
niet zeer gunstig. De koude Meimaand en de daarop
gevolgde langdurige droogte zijn oorzaak, dat het gras
schaarsch is. De landlieden zullen in den herfst onge
twijfeld veel meer vee dangewoonlijk van de hand moeten doen.
De veldgewassen staan vrij goed. Met het dorschen van
karweizaad maakte men reeds een aanvang. Het beschot
is echter minder groot dan het voorgaande jaar. De mosterd
heeft, als gewoonlijk, weer van insecten te lijden. Eenige
frissche regenbuijen zouden ook hierin een gunstige ver
andering kunnen brengen.
Als een nieuw bewijs voor de steeds stijgende waarde
der landerijen kan het volgende dienen: 40 hectaren land
te Kolhorn, die nog geen 20 jaren geleden yerkocht werden,
met inbegrip van inventaris, zijnde vee, paarden en land
bouwgereedschappen, voor f 8000, bragten jl. Woensdag
buiten dit alles in veiling op de som van f 71,729.
Men meldt ons uit Winkel, dd. 20 dezer:
«De afdeeling Winkel der Vereeniging tot bevordering
van Volksonderwijs en Schoolbezoek in Nederland verga
derde jl. Dingsdag.
In het gewone verslag herinnerde het bestuur aan het
groote verlies, dat de afdeeling geleden heeft door den
dood van haar algemeen beminden en hooggeachtpn secre
taris, den heer R. C. Sloos Sr.; deze toch was tot op den
avond zijns levens, ja tot zelfs eenige weken voor zijn
sterven, een onvermoeid en wakker strijder in den kamp
tegen onwetendheid en schoolverzuim.
In die vergadering werd, in plaats van genoemden heer,
een nieuw bestuurslid gekozen, en wel de heer J. W. van
Hoogstraten, predikant alhier.
Verder werd het gewone jaarlijksche schoolfeest gere
geld, dat 20 Augustus a. s. zal gevierd worden.
Ook besloot de afdeeling een adres bij den gemeente
raad in te dienen, dat hoofdzakelijk het verzoek inhoudt,
om in een der buurtschappen van Winkel (bij voorkeur
in Lutje-Winkel) een school op te rigten, indien de ver
meerdering van het aantal kinderen der gemeenteschool
eene uitbreiding van het onderwijzers-personeel noodzake
lijk maakt.»
Een landbouwer van goede familie te Beemster, hoofd
van een gezin, doch wiens zaken door misbruik van sterken
drank zeer waren achteruitgegaan, heeft zich door verdrin
king van het leven beroofd. De reeks van zelfmoorden,
die de Beemster in den laatsten tijd heeft opgeleverd,
wordt inderdaad verbazingwekkend groot.
Men meldt uit Houtrijk en Polanen, dd. 20 dezer:
«In de publieke veiling heeft het koffijbuis de Gouden
Leeuw met uitspanning, doorrijstal en erf opgebragt de
som van f 8400.»
«Ten bewijze, hoeveel geld voor goed land besteed wordt,
dient, dat deze week in den Ypolder 3| hectare uit de
hand verkocht is voor de som van f 11,200, dus tegen
f 3200 per hectare.»
In de omstreken van Haarlem hebben zich sporen
van de aardappelziekte vertoond.
In zijn jaarverslag over het gesticht Meerenberg schrijft
dr. C. J. van Persijn o. a.:
«Tic meen uit de ondervinding, hier opgedaan, te mogen
besluiten, dat het aantal lijders en lijderessen aan algemeene
verlamming bepaald toegenomen is, wat het aantal betreft.
Sedert de paralysis generalis als een zelfstandige ziekte
beschouwd werd, is het getal der daaraan lijdenden ver
meerderd. Dit was niet zoozeer het geval omdat men er
nu meer op lette, doch het getal neemt werkelijk min of
meer toe. Ook hiervoor waren deugdelijke gronden aan
te voeren. Als ik het zoo eens noemen mag, acht ik de
algemeene paralyse een ziekte dezer eeuw. Wat toch is
het geval? De strijd voor het levensonderhoud neemt
meer en meer toe. De waarde van het geld is verminderd,
de verschillende betrekkingen worden even hoog, of bijna
even hoog bezoldigd, en de eischen van het leven zijn
allengs gestegen en stijgen nog dagelijks meer. Hiervan
zijn zorgen en inspanning het onafscheidelijk gevolg. Menig
een is verpligt, nog wat bij zijn betrekking te verdienen,
zal hij blijven leven op den voet, waarop hij tot nu toe
leven kon.
En slaagt hij, dan gaat het nog; maar aan hoevele teleur
stellingen is hij niet overhevig en wat al zorgen sleept dit
niet na zich Een ander gevolg van dezen staat van zaken
is, dat de zucht naar rijkdom meer en meor veld wint en
met haar de speculatiezucht. Dit is een treurig, doch,
helaas! maar al te zeer bekend feit. Op de ontwikkeling
van de algemeene paralyse oefent dit invloed uit door de
voortdurende agitatie en spanning, waarin men verkeert.
Doch er is nog meer. De eischen, die men tegenwoordig
aan onze jongelingschap stelt om tot een betrekking te
geraken, worden al hoogor en hooger. Er moet dus meer
geleerd worden. Sommigen beginnen te vroeg, anderen
moeten te veel blokken óm er te kunnen komen, van allen
wordt haast te veel inspanning gevergd en dat dikwijls bij
veronachtzaming van de ligchamelijke ontwikkeling. Daarbij
komt nog, dat de jongelingschap al meer en meer geneigd
is tot uitspattingen, die, op lateren leeftijd voortgezet, de
kiem leggen der ziekte. Al deze zaken brengen 'overprik
keling van de hersenen met zich. Zij zijn even zoovele
momenten, die de ontwikkeling der algemeene paralyse
bevordei-en en deze bij de minste aanleiding op lateren
leeftijd doen uitbreken. Een halve eeuw geleden bestonden
deze momenten niet, of ten minste niet in die mate, en
daarom is het niet te miskennen, dat deze ziekte-vorm
menigvuldiger kan, ik zou haast durven beweren, moet
voorkomen.
Het gebruik van spirituosa meent dr. van P. in de tweede
plaats als een aanleiding tot dezen ziekte-vorm te mogen
aannemen'»
In het Vaderland komt een artikel voor van den
heer J. W. II. Rutgers van Rozenburg, met het opschrift
«De Zuiderzee.» De heer Rutgers zegt, volstrekt geen
tegenstander te zijn van droogmaking van de Zuiderzee,
maar te wenschen, dat men de bezwaren niet te ligt telle.
Hij wenscht trouwens niet het plan der droogmaking te
recenseren of te onderzoeken. De zaak is van dien omvang,
dat het plan van dr. Stieltjes, hoewel meer uitgewerkt dan
dat van wijlen den heer Beijerinck, toch nog eenigermate
als een avant-projet te beschouwen is. Gerust mag men
evenwel zeggen, meent de heer R., dat het getuigt van
eene breede opvatting en aanvankelijk rekening houdt met
het eigenaardig ontzaggelijk verschil, dat er bestaat tussehen
eene droogmakerij als deze en de droogmakerijen, zelfs de
grootste, welke tot nu toe hier te lande of elders zijn
uitgevoerd.
Alleen de financiële zijde van de zaak maakt de heer
R. tot onderwerp zijner beschouwing. Men schijnt te ver
wachten, dat de onderneming althans voor een goed deel
zich ,zelve zooals dat heet zal bedruipen. Dit berekende
het consortium, dat de concessie vroeg, en die beregening
vond nergens, ook niet bij de regering, tegenspraak. De
concessie-vragers, die op een staatssubsidie of premie van
f 250 p. h. rekenen, zoeken hunne winst in hetgeen de
176,000 hectaren land meer dan f 766,50 p. h. zullen
opbrengen. De Staat, als hij, liever dan die premie of
f 44,000,000 te geven, zelf de droogmaking onderneemt,
welke naar de raming eener staats-commissie moet kosten
f 123,500,000, of met het renteverlies gedurende de con
structie f 179,000,000, dient aan te nemen, dat de verkoop
van gronden f 135,000,000, of p. h. f 766,50, opleveren
kan. Naar de heer R. meent, maakt men zich, dit of iets,
dat er naar gelijkt, zich voorspiegelende, eene herschenschim,
en in spijt van de kans, dat men hem bespotte of weder
uit de hoogte antwoorde met de vraag, of men dan in
Nederland in deze eeuw met best land behoeft verlegen
te zijn, meent hij, dat men zelfs op de helft van 135 millioen
gulden als opbrengst der te verkoopen gronden niet rekenen
mag. De waarde van gronden is zeer relatief en allermeest
afhankelijk van de ligging.
Niet weinig boeren, die in den Beemster of de Streek
beoosten Hoorn f 4000 voor een hectare gronds besteden,
zouden, als men hun even vruchtbaar land voor den halven
prijs in eene andere provincie aanbood, vriendelijk bedan
ken, verklarende, dat het zoover nog met hen niet gekomen
was, dat zij tot landverhuizing besluiten moesten. Kosmo
politische boeren zijn niet talrijk. Eenige van die soort
gingen op avontuur naar Amerika, andere naar de Haar
lemmermeer, en uit de overige zal niet zoo ligt de bevol
king voor eene geheele provincie te werven zijn. Onze
landlieden zijn meestal van den bodem, waar zij gewonnen
zijn, kwalijk te scheiden; menigeen, die met anderen daar
opeengedrongen op een klein hoekje gronds zich behelpen
moet, zou zich niet laten vinden tot het bebouwen van
50 hectaren, die men hem halverwege het Pampus en den
Ketel voor niet in gebruik geven wilde.
Ook meent dc schrijver van dit artikel, dat het groote
probleem bij iedere droogmakerij, de arbeidsvraag, bij die
der Zuiderzee al zeer lastig op te lossen zijn zal. Nu reeds