Binnenland.
STATEN-GENERAAL.
HELDER en NIEUWEDIEP, 21 September.
In den nacht tusschen jl. Dingsdag en Woensdag, ten
ongeveer 2| ure, brak er een felle brand uit in de
timmermans-werkplaats van de heeren Gebr. Moorman,
aan den ingang van de Koningstraat alhier. In een oogen-
blik nam de brand zoodanig toe, dat de annexe hout-
loodsen mede werden aangetast en met de werkplaats
geheel en al een prooi der vlammen werden. Spoedig
waren de autoriteiten en de brandweer ter plaatse, en
werden de noodige maatregelen genomen om den voortgang
en de uitbreiding der vuurramp tegen te gaan. Al de
gemeente-spuiten, die van de oorlogschepen, alsmede die
van het spoorweg-station werden in werking gebragt, ver
deeld over de voor- en achterzijde van het perceel. Moedig
beklommen een aantal wakkere mannen, ondanks den
feilen rook van 't brandende hout, ondanks den vonken
regen, de daken der belendende gebouwen en werd in
betrekkelijk korten tijd de ramp tot werkplaats en loodsen
beperkt, ofschoon de omliggende gebouwen, waaronder het
woonhuis van een der heeren Moorman en de op het erf
gelegen smederij, aan die firma toebehoorende, zwaar heb
ben geleden. De administratie-boeken heeft men nog tijdig
uit het kantoor weten te verwijderen; van gereedschappen,
houtwaren, enz. is niets gered. Het verbrande perceel met
de materialen was tegen brandschade verzekerddoch de
firma zal, vooral ook door den stilstand der zaak, eene niet
onaanzienlijke schade lijden.
Eenstemmig zijn allen, die zich op het terrein van den
brand bevonden, in den lof over het kloek gedrag van de
manschappen der marine-spuiten, die de gemeentelijke
brandweer op het ijverigst steunden in de pogingen om
het gevaar te keer te gaan. Naar wij vernemen, heeft de
spuit van Zr. Ms. wachtschip het eerst water gegeven.
Gedurende den geheelen dag is gisteren de gemeente
spuit No. 1 met de noodige manschappen ter plaatse
gebleven, om de nog rookende puinhoopen te bewaken.
In de jl. Dingsdag gehouden vergadering der kies-
vereeniging Evangelie en Vrijheid, zijn candidaten gekozen
voor de ophanden zijnde verkiezing van gevolmagtigden in
het kiescollegie der Hervormde gemeente. Behalve wegens
periodieke aftreding zijn, door verschillende omstandigheden,
onderscheidene vacaturen in het kiescollegie ontstaan.
Tot president dezer kiesvereeniging is gekozen de heer
A. Rijkers.
Het stoomschip Samarang, dat voor rekening van het
departement van Marine aan de fabriek der Ned. Stoomboot
maatschappij te Feijenoord tot in dienst stelling wordt gereed
gemaakt, wordt volgens een nieuw stelsel gebouwd en zal,
na geheel te Rotterdam te zijn uitgerust, vandaar regtstreeks
naar Indië vertrekken.
De heer Kuyper, lid van de Tweede Kamer, is in
zooverre hersteld, dat hij meent aan de werkzaamheden
weder deel te kunnen nemen. Zijn doctor raadt hem echter
nog een poos rust aan.
De ziektetoestand van den heer J. L. Nierstrasz C. Jz.
was gisteren iets gunstiger dan voor eenige dagen.
De Hollandsche Maatschappij van Landbouw telt
thans 68 afdeelingen, met 12201 leden, zijnde 484 meer
dan het vorige jaar.
Uit het verslag der Nederlandsche Vereeniging tot
afschaffing van sterken drank blijkt, dat de Vereeniging
over 1875 telde: 41 afdeelingen en 838 correspondenten,
12798 leden, waarvan 2645 vrouwen, benevens 1839 jonge
lieden, die zich voorloopig verbonden hebben tot onthouding.
Door tusschenkomst der schoolopzieners in de ver
schillende districten, hebben de onderwijzers en leeraren
bij het lager- en middelbaar onderwijs afdrukken ontvangen
van de afbeelding in kleuren-druk van den Coloradokever
met bijschrift, door het ministerie van Binnenl. Zaken
uitgegeven, met verzoek die afbeeldingen in de schoollokalen
op te hangen.
Men schrijft ons van 't Zand, dd. 20 dezer:
«Als curiositeit diene het volgende: Eene kip, die den
1 Mei van dit jaar het levenslicht aanschouwde, heeft tot
op heden reeds 15 eijeren gelegd. De eigenaar van deze
bij uitstek «verdienstelijke» kip is J. Bruin, landbouwer
bij Schagerbrug, gemeente Zijpe.»
De door den raad van St. Maarten vastgestelde
begrooting voor de dienst van 1877 bedraagt in ontvangst
f 19,247.10 en evenveel in uitgaaf. Onder de inkomsten
komen voor: f 3568.33 wegens ontvangsten over vroegere
diensten, f 1957.50 wegens inkomsten van gemeente-eigen
dommen en bezittingen, f1200 van den hoofdelijken omslag
en eene geldleening van f 8000 tot dekking van buiten
gewone uitgaven. In uitgaaf zijn geraamd: f 3040 voor
openbaar lager onderwijs, f 280 voor het armwezen,
f 2133.75 wegens rente en aflossing van geldleeningen, en
onder de buitengewone uitgaven f 9000 wegens kosten van
den bouw eener school en onderwijzerswoning te Eenigen-
burg. Het restant der schulden zal op 1 Jan. 1877
bedragen f 126.75.
Het programma van de te Alkmaar te houden feest
viering ter gelegenheid der onthulling van het monument
«Alcmaria Victrix,» op Maandag 9 Oct. a. s., luidt als volgt:
's Morgens: Bespelen van het carillon. 12 ure: Ont
hulling van het monument. Volksvermaken in den Geester
hout: mastklimmen, zakloopen door mannen en vrouwen,
ringsteken, tonkruijen, geldvisschen en ringsteken te paard.
Gedurende de pauze zal de heer B. Bamberg eene voor
stelling in de goochelkunst geven. Harddraverij in den
Kennemerhout, met paarden van zessen klaar. 's Na
middags 2 ure: Matinee musicale door het orchest van
het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam, onder directie
van M. Joh. Coenen, in het lokaal Vervloet, Lombard-
steeg, met feestelijke toespraak. 7 ure: Vuurwerk door
den vuurwerkmaker J. F. Hendricx te Antwerpen, aan de
Kanaalkade. Na afloop daarvan: Muziekuitvoering in
eene tent op de Steenenbrug, met prachtige illuminatie.
Concert door het orchest van M. Joh. Coenen, met reünie
en bal, in het lokaal Vervloet.
Men schrijft uit Wijdenes, dd. 16 dezer:
«Hoezeer men zich na de langdurige droogte ook ver
heugde over den regen, thans vreezen velen weder te veel
van het goede te krijgen. Geen wonderOp de bouw
gronden kan volstrekt niet gewerkt worden en, wat nog
erger is, hier en daar begint het nog te veld staande zaad
te ontspruiten. Er komt reeds een groen waas over. Vooral
is dit het geval met het maanzaadin mindere mate ook
met mosterdzaad en met erwten. Voor het groenland
daarentegen is deze natte tijd uitstekend. Appelen en peren
zijn schaarsch en klein van stuk. Er worden echter hooge
prijzen voor besteed.
Te Zaandam zijn jl. Maandag avond, omstreeks 7 ure,
eene boerenmeid, die in een land zat te melken, en een
jongentje van ongeveer 11 jaren, dat zich aan hare zijde
bevond, door den bliksem getroffen. De meid vond men
bewusteloos, doch het jongentje was dood. De hals was
geheel zwart. De koe schijnt ongedeerd te zijn gebleven.
Eene bijzonderheid is deze, dat vóór ongeveer 2 jaren een
ander zoontje van denzelfden vader in hetzelfde land mede
door den bliksem getroffen is.
Door de infanterie wordt sedert eenigen tijd, bij
gebrek aan mariniers, de wacht betrokken aan de landswerf
te Amsterdam. Dit was ook jl. Zaturdag het geval. Nu
moet het den broeder van den man, die op een der avonden
in den afgeloopen week bij een charge der infanterie door
stoken is, aan de gevolgen waarvan hij is overleden, ter
oore gekomen zijn, dat de dader zich onder die soldaten
bevond. Toen het werkvolk jl. Zaturdag avond te 6 ure
de werf verliet, was die broeder van den overledene bij
den uitgang en veroorzaakte daar eenigen oploop, waarop
de kommandant der wacht het raadzaam achtte den milicien
infanterist te verwijderen. Het volk ging toen spoedig uiteen.
Deze milicien is, zoo men zegt, reeds naar een andere stad
gezonden.
Jl. Dingsdag avond, omstreeks 7| ure, trokken
te Amsterdam ongeveer 50 schoolkinderen zingende door de
Kalverstraat. Twee jagers, onverstandig, maar niet dronken,
meenden krachtens de proclamatie dien stoet te moeten
doen uiteengaan, doch het publiek, dat er spoedig bijkwam,
was van een ander gevoelen en voegde den soldaten onbe
tamelijke woorden toe. Een der jagers zag zich genood
zaakt zijn zijdgeweer te trekken, wat echter volstrekt niet
geschikt was de gemoederen tot bedaren te brengen.
Gelukkig schoten eenigfe officieren toe, die allen wisten
tevreden te stellen. (Amst.Crt.)
Nadat jl. Maandag middag aan den Noordwal te 's Hage
het lijk was opgehaald van het 17jarig meisje, dat Zondag
avond in twist met haren minnaar moet verkeerd hebben,
heeft men gisteren nacht, op dezelfde plaats, uit het water
opgevischt liet lijk van haren minnaar A. J. H. Beiden
hebben door verdrinking een einde aan hun leven gemaakt.
Naar men aan het Dagbl. meldt, zou een Duitsch
werktuigkundige, Carl Gülich, een alleszins bruikbare en
doelmatige aardappel-rooimachine hebben uitgevonden, die
alles presteert, wat van een dergelijk toestel kan worden
verwacht. De machine graaft de aardappelen met volkomen
afzondering van het loof uit den grond, zuivert ze en legt
ze ongeschonden en gaaf op een rij, achter het toestel
neder, waar zij spoedig en gemakkelijk kunnen verzameld
worden. De oogsttijd wordt hierdoor zeer belangrijk inge
kort en veel werkloon uitgewonnen. De machine moet een
voudig en zeer duurzaam zijn. Bij aanhoudend dagwerk zou
zij door 4 paarden moeten getrokken worden.
Na betoogd te hebben, dat in het. vorige zittingjaar
vele beloften onvervuld en vele dringende zaken onafgedaan
zijn gebleven en dat er dus geene reden is om op hoogen
toon over de toekomst te spreken, schrijft de N. R. Crt.
«De troonrede, waarmede de Koning heden de nieuwe
zitting der Staten-Generaal heeft geopend, schijnt dit te
hebben gevoeld. In beloften is zij matig. Weinig meer
kondigt zij aan dan hetgeen al den tijd dat dit ministerie
zitting heeft reeds aan de orde is geweest, en daaronder
nu, in zeer besliste taal, de aanstaande komst van de lang
verwachte en steeds uitgebleven wet op het lager onderwijs.
In het besef, dat aan deze zaak de eerste zorgen van
Regering en Volksvertegenwoordiging behooren, hebben wij
vrede met de soberheid van beloften, waardoor zich de
troonrede onderscheidt. Dit vraagstuk beheerscht den toestand.
De «herziening der kieswet» had in dezen stand van zaken
zelfs wel achterwege kunnen blijven.
Overigens trof ons in de troonrede de gunstige meening
over de zaken van het land. Wat eene dankbare en gelukkige
stemming! Tot zelfs in Indië is alles goed. Het is of we
in Arcadië zijn! Wie had vóór een paar jaar, toen Neder
land en Indië aan den rand des afgronds stonden, zulk een
zonnig tafereeltje durven verwachten! Maar toen waren ook
de liberalen aan het roer.
Over de politieke zijde van den toestand schorten wij
ons oordeel op tot na het hooren der inlichtingen, die wel
spoedig zullen komen. Uit die inlichtingen moge het blijken,
dat de sluitingsrede, het aanblijven der ministers met 's
Konings naam dekkende, meer tegen den goeden stijl dan
tegen de Grondwet gezondigd heeft.»
Jl. Dingsdag werd te Rotterdam de 15de algemeene
vergadering der Maatschappij ter bevordering der Vee
artsenijkunde in Nederland gehouden, onder voorzitterschap
van den heer J. Huffnagel, van Haarlem.
Na goedkeuring van het jaarverslag en de rekening werd
de heer L. J. van der Horst als 1ste secretaris herbenoemd
en den heer A. W. H. Wirtz het eere-lidmaatschap der
Maatschappij opgedragen. Utrecht werd als plaats van
bijeenkomst der volgende vergadering gekozen.
Vervolgens werden eenige besprekingen gevoerd, o. a.
over de volgende onderwerpen: 1. Wordt de longziekte
door inënting overgeplant? ontkennend beantwoord; en
2. Welk jaargetijde is het geschiktst om krachtige maat
regelen tegen de longziekte te nemen?
De vergadering stelt als haar meening vast: 1. dat niet
overal de longziekte met dezelfde middelen kan worden
bestreden; 2. dat de toestand in Friesland en Zuidholland
krachtige middelen noodig maakt; en 3. dat het voorjaar,
voor den weidegang, de tijd is om met zulke maatregelen
een aanvang te maken.
Nadat over het miltvuur eenige wetenschappelijke be
schouwingen gehouden waren, werd de melkspiegel behan
deld en daaraan slechts een betrekkelijke waarde, in
verband met andere melkteekens, toegekend. Van dit
oordeel der vergadering zal aan de Vereeniging «het Ned.
Rundveestamboek mededeeling worden gedaan.
Nog werd een nieuw lid aangenomen en o. a. besloten
om in 1877 een algemeene réunie van veeartsen te hou
den en daarvoor eene commissie te benoemende vergade
ring werd hierop gesloten.
De Ilaagsche correspondent van de Arnli. Crt. ver
wacht met nieuwsgierigheid de uitspraak, die de Hooge
Raad den 9 Oct. zal geven in de zaak van den geneesheer,
die een ziekteattest aan een bedelaar afgegeven had. «Er
is hierbij toch een zeer gewigtig beginsel betrokken; de
medicus heeft, door een certificaat van ziekte aan een, naar
het schijnt, tamelijk valieden bedelaar te geven, dezen in de
gelegenheid gesteld de goê gemeente voor liefdegaven op
te ligten. Dat men zulke feiten in Amsterdam strafbaar
acht, heb ik met veel genoegen, maar toch met eenige
verbazing, vernomen. Want ik kan mij niet verklaren hoe
men, een geneeskundige, die door een certificaat van invalidi
teit opligterij in de hand werkt, tot gevangenis en boete
verwijzende, effectenmakelaars en bankiers loopen laat, die
door certificaten en getuigenissen van validiteit ten voordeele
van allerlei manke ondernemingen en zieke fondsen opligte-
rijen gemakkelijk maken op nog vrij wat grooter schaal
dan de meest onbeschaamde Amsterdamsche bedelaar ooit
zal kunnen plegen.
De Amsterdammers klagen zeer, zegt de Arnh. Crt.,
over de wijze waarop de huzaren «de orde hebben gehandhaafd."
Wanneer het hoofd eener gemeente de hulp der militaire
magt inroept, geschiedt dit om ongeregeldheden te keeren
en geenszins om de inwoners, schuldigen en onschuldigen,
te straffen, of, wil men het zoo noemen, «een pak slaag»
te geven. Het schijnt dat deze verkeerde opvatting van
hare taak bij de militaire magt blijft voortduren en het
ware wel te wensclien dat, bij volgende gelegenheden, haar
vooraf werd herinnerd wat zij te doen had en welk streng
consigne aan de manschappen moest worden gegeven. Wij
gelooven wel dat huzaren gaarne vechten, maar dien vecht
lust mogen zij niet botvieren op rustige burgers, allerminst
wanneer hun juist is opgedragen de burgerij te beschermen.
Ziehier wat bijvoorbeeld de Tijd verhaalt:
«Woensdag en Donderdag hebben de huzaren er nog al
op ingehakt; maar dat was louter aardigheid. Ze hebben
hier en daar de burgers zoo'n beetje nagezeten en wat in
't wilde rondgesabeld. Als zij bijv. in de verte ergens een
wandelaar ontdekten, dan reden ze er in vollen ren met
p. m. 25 man op af. Met even zooveel sabels hieuwen ze
op den wandelaar in, die natuurlijk als een wanhopige de
eerste stoep de beste opvloog; maar dat baatte niet, de
ruiters gaven hem geen kwartier en sloegen vloekend en
razend voort. Genadegenadeschreeuwde de manmaar
dat hielp ook niet veel, zoolang hij nog geen paar sabel
houwen beet had.»
De, naar het ons voorkomt, regtmatige klagt der Amster
dammers zal ditmaal niet wegsterven. Aan den Koning
en den minister van Justitie heeft de heer E. van Goor
een adres gerigt. Dit adres is door hem alleen onderteekend,
ofschoon het uit den aard der zaak gemakkelijk zou zijn
gevallen, zeer vele handteekeningen er op te verkrijgen. Het
zal slechts strekken om gelegenheid te geven tot eene
officiële behandeling van de klagt en, zoo noodig, voor de
Volksvertegenwoordiging eene aanleiding kunnen zijn om
eveneens te voorkomen, dat de zaak dood bloedt.
Op de jl. Dingsdag te Meppel gehouden jaarmarkt,
die, door fraai weder begunstigd, buitengemeen druk werd
bezocht, was de aanvoer, vooral van paarden en veulens,
hoogst aanzienlijk. Zoowel hierin als in rundvee was de
handel traag; onder de niet zeer talrijke handelaars
heersclite niet veel kooplust. Het ingevallen Israëlitisch
Nieuwjaar werkte ook ongunstig. De aanvoer van paarden
en veulens was ruim 1300, die van rundvee 600 stuks.
De volgende prijzen werden besteed: voor weeldepaarden
f 500 a 750, werkpaarden f 50 a 250, jonge paarden f250
a f 480, veulens f 80 a 210, vette koeijen f 180 k 250,
kalfkoeijen f 140 a 190, gustekoeijen f 120 a 155, pinken
f 29 a 54, stieren f 78.
De heer Charles Bal, directeur-generaal van het
bureau Veritas, is jl. Zaturdag te Brussel overledenruim
46 jaren maakte de heer Bal deel uit van de directie van
genoemde instelling.
In de Engelsche rivier de Lea is dezer dagen een
zwemwedstrijd gehouden tusschen twee jonge dames, mej.
Saigeman uit Brighton en Lourent uit Parijs. De prijs,
een gouden medaille, is behaald door de Britsche jonge dame.
Een tooneel-affiche uit het jaar 1734. In het stedelijk
museum te Brunswijk wordt als curiositeit een tooneel-
affiche bewaard, waarop men onderaan leest:
«Tot gemak van het publiek is bepaald, dat de eerste
rij toeschouwers op den grond gaat liggen, de tweede rij
knielt, de derde zit en de vierde staat; zoodoende kunnen
allen zien. Het lagchen is verboden, omdat het een
treurspel is.»
Eerste Kamer.
Zitting van Dingsdag 19 September. In deze zittiug werd
voorlezing gedaan van het koninklijk besluit, waarbij rar. J. A. G.
baron de Yos van Steenwijk tot president der Kamer is benoemd.
De voorzitter hield daarop eene rede, die met toejuichingen werd
begroet. Het nieuw gekozen lid voor de provincie Gelderland,
mr. W. A. A. J. baron Schimmelpenninck van der Oye, werd toe
gelaten en heeft zitting genomen.
Zitting van Woensdag 20 September. De Voorzitter heeft
medegedeeld, dat benoemd zijn tot voorzitters der afdeelingen de