Buitenland.
heid; muntwezen; schoone kunsten; zeden en gewoonten;
landbouw en veeteelt; merkwaardige gebeurtenissen.
Van alle voorwerpen, welke niet in originali voorhanden
zijn, kunnen naauwkeurige afbeeldingen in het gemis
voorzien.
Het Europesche dames-orchest, dat op het oogenblik
nog onder grooten bijval te Gothenburg uitvoeringen geeft,
zal heden Zweden verlaten, om zich hier te lande te doen
hooren. Onder de dames executanten bevindt zich ook de
in ons land gunstig bekende mejufvr. Anna de Blanck, die
nog niet lang geleden door den Koning van België met
de orde voor kunst en wetenschap begiftigd werd.
Onze hooge, zwart zijden heerenhoed is reeds zooveel
uitgescholden en dat wel volkomen verdiend, dat er de
volgende ontboezeming van een zijner opregtste haters nog
wel bij kan:
«Ik weet niet, dat er iets kan gezegd worden ten gunste
van bet voorwerp, dat wij genoodzaakt zijn op ons hoofd
te dragen. In den zomer is het warmin den winter is
het niet warm. Tegen de zon beschermt het ons niet; het
beschut ons niet tegen den regen; het is leelijk en duur;
gij kunt het niet dragen in een rijtuig; in een kamer staat
het altijd in den weg; in de hand is het lastig; de zijde
gaat altijd een anderen kant uit, dan zij gaan moet; als
gij er op gaat zitten, is hij plat; hij beschut uw schedel
niet, als gij van het paard valt, want hij is reeds ver weg,
vóór uw hoofd den grond raakt; in een kleêrenkast kan
hij niet hangenals gij hem in een doos op reis meêneemt,
verliest gij hem negentig maal van de honderd, omdat gij
niet aan hem gehecht zijthij is te hard oin op te rollen
en te zacht om in een koffer te pakken; bij den minsten
wind vliegt hij af en in den regen bederft hij onmiddelijk
als hij nieuw is, wordt hij alligt bij vergissing meegenomen,
en, draagt gij een ouden, dan heet gij smerig.»
Omtrent de besmettelijke ziekte onder de paarden
in Egypte, wordt in een door de Augsburger Allgemeine
Zeiting medegedeeld schrijven uit Kaïro het volgende
gemeld
■De ziekte onder de paarden, welke sedert bijna drie
maanden in eenige provinciën van Egypte, met name in
Kaïro en zijne omstreken, heerscht, heeft eene schrik
barende hoogte bereikt. Het is meer dan tijd, dat Europa
zich tegen haar zoeke te beveiligen en gestrenge maat
regelen van quarantaine en desinfectie tegen uit Egypte
herkomstige beesten, huiden, wol, beenderen, enz. voor-
schrijve.
Naar het oordeel der hier gevestigde bijzondere vee
artsen (in den geneeskundigen raad heeft geen veearts
zitting) is de ziekte de typhus carbunculoïdeszij openbaart
zich in apoplectischen vorm of met anthrax-gezwellen, en
is hoogst besmettelijkde dood volgt binnen weinige uren,
en tót dusver zijn geene voorbeelden van genezing bekend
geworden.
De ziekte heeft zich in AbySsinië onder de paarden en
muilezels der aldaar aanwezige Egyptische kavallerie en
artillerie ontwikkeld, eene groote verwoesting er onder
aangerigt, en zich vervolgens door het onvoorzigtig terug
zenden van paarden en tuigen te Suez, in het landschap
Wadi en eindelijk in de Abassie bij Kaïro en omstreken
verspreid. De beide regimenten kavallerie, welke in de
Abassie gekantonneerd waren, hebben te zamen slechts
30 paarden overgehouden; alle paarden der garde-artillerie
en alle tot den trein behoorende muilezels zijn bezweken.
In de stad Kaïro is sedert 14 dagen de dagelij ksche
sterfte gemiddeld 30 a 50 stuks. De ezels zijn tot hiertoe
van de ziekte verschoond gebleven.
Het is eene treurige waarheid, dat het bestuur alhier
gedurende langer dan zes weken met dezen stand van
zaken bekend was, zonder zelfs de geringste maatregelen
van voorzorg te verordenèn, en hem voor den Khedive
verborgen heeft gehouden. Aan de persoonlijke tusschenkomst
van dezen heeft men het te danken, dat er thans ten
minste in schijn eenige maatregelen genomen worden,
echter van zoo weinig afdoenden aard, dat daarvan luttel
heil te verwachten is. Daar inmiddels door de naar Servië
gezonden Egyptische hulptroepen, ten deele uit kavallerie
en artillerie bestaande, de kiem der ziekte ook naar het
oorlogstooneel aldaar overgebragt zou kunnen zijn, is het
te wenschen dat de regeringen van Oostenrijk en Rumanië
op hare hoede zijn en bijtijds krachtige maatregelen van
voorzorg nemen.»
Heden avond zal te Brussel eene internationale ten
toonstelling en concours op het gebied der kappers plaats
hebben. Bij deze gelegenheid wordt een tal van schoone
jonge meisjes op de meest verschillende wijzen gekapt door
de voornaamste professeurs.
De burgemeester van Palma, de hoofdstad van
Majorca, heeft bepaald, dat ieder, die het waagt binnen
het gebied zijner stad een «cri-cri» te doen hooren, tot
eene boete van een peseta, ongeveer 25 cents, zal worden
veroordeeld.
Le Progrès van de Cóte-d'Or verhaalt het volgende
zonderlinge voorval, 't welk dezer dagen te Dijon in den win
kel van een vergulder heeft plaats gegrepen.
Een hond, die den winkel voorbijkwam, zag voor de glazen
het portret van zijn meester tentoongesteld met een viervoeti-
gen makker, welks kop op zijn knieën rustte. Het dier,
meenende zijn meester in levenden lijve voor zich te zien,
kreeg een bui van jaloerschheid, zette zijn voorpooten tegen
de winkelkast en begon hevig te blaffen.
De eigenaar van het magazijn opende de deur om den hond
te verjagen, maar op 't zelfde oogenblik sprong deze den win
kel binnen, stoof woedend op den geschilderden hond) zijn
eigen conterfeitsel) af en wierp alles wat hem in den weg
stond, omver. In zijn verwachting teleurgesteld, wilde hij
den winkel weer uit en vloog tegen de glazen aan, waarbij
hij natuurlijk op nieuw allerlei verwarring aanrigtte.
De winkelbedienden hielden het beest voor dol en namen,
deels door de vensters deels door de deuren, de vlugt. Ein
delijk vond de hond een uitweg en maakte zich uit de
voeten.
De eigenaar heeft de door zijn viervoetigen lieveling aange-
rigte schade onmiddellijk vergoed.
Een der nieuwste Amerikaansche uitvindingen zijn
ronde speelkaarten. Deze moeten in duurzaamheid en
gemak voor de spelers de tot dusverre gebruikelijke kaarten
ver overtreffen en bovendien meer waarborgen opleveren
tegen valsch spelen.
Bedriegen wij ons niet, dan zijn er spellen waarbij men
dertien kaarten in de hand krijgt. Hoe men met ronde
kaarten zijn spel zal kunnen schikken om het met een oog
opslag te kunnen raadplegen, is ons niet duidelijk. Misschien
beschaamt de practijk de theorie.
Genoemingen, enz.
Tot kommandeur der orde van de Eikenkroon is benoemd de
heer P. Caland, inspecteur van den waterstaat in algemeene dienst.
Tot zetters voor 's Rijks directe belastingen zijn benoemd de
heeren P. A. van der Drift, T. L. Koorn en P. Bruinvis de Lange,
te Alkmaar.
De luits. ter zee 1ste kl. J. Dalen en C. Hoffman, respectievelijk
behoorende tot de rol van de schroefstoomschepen Leeuwarden en
Prinses Marie, worden met den 20 dezer op non-activiteit gesteld.
De luit. ter zee 1ste kl. W. van Oorschot, officier van politie
bij 's Rijks werf alhier, wordt met den laatster, dezer eervol van
de waarneming dier betrekking ontheven en op non-activiteit
gesteld en met 1 Nov. daaraanvolgende vervangen door den luit.
ter zee 1ste kl. C. J. Marinkclle.
De luit. ter zee 1ste kl. L. A. Walaardt Sacró en de luit. ter
zee 2de kl. W. H. Hofstede, laatst behoord hebbende tot het
eskader in O.-I. en vandaar den 9 en 10 dezer teruggekeerd, zijn
met die data op non-activiteit gesteld.
De adelborsten 1ste kl. J. A. Borel, P. S. R. Wolterbeek, J.
M. Baak, E. C. E. L. Koster, R. Reinders, H. J. van Bisselick,
P. H. Brocx, G. J. Buijs en jhr. J. F. Coertzen de Koek, dienende
aan boord van het schroefstoomschip Zilveren Kruis, de adelborsten
lste kl. A. L. van der Moolen, J. M. Wijers, C. E. Hummel, W.
Voormolen, G. P. Posthuma, A. L. Boelen en O. J. E. baron van
Wassenaar Catwijck, dienende aan boord van het schroefstoomschip
Leeuwarden, en de adelborsten lste kl. J. W. A. F. van Maren
van den Berg en II. Backer, dienende aan boord van het schroef
stoomschip Prinses Maria, worden met den 20 dezer op non
activiteit gesteld, en met den 26sten worden geplaatstaan boord
van het schroefstoomschip Zilveren Kruis de adelborsten lste kl.
G. F. Tydeman, J. J. Hissing, E. F. H. Sutherland, J. M. P. Kluit,
W. J. Cohen Stuart. T. H. de Meester. M. E. B. J. Kluit, D.
N. Wentholt; aan boord van het schroefstoomschip Leeuwarden
de adelborsten lste kl. J. H. van Hoogstraten, R. O. J. Verschoor,
A. G. Zeeman, J. M. Phafï, P. C. Swaan, K. D. de Vassy, H.
Flaes en jhr. J. K. F. H. von Schmidt auf Altenstadt.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van Maandag 16 October. Daar het varslag der com
missie van rapporteurs over art. 2 van het wetsontwerp betreffende
de coöperatieve vereenigingen nog niet gereed is, is het debat ver
daagd tot Dingsdag middag te 1 uur. Tal van naturalisatie- en
onteigeningsontwerpeu zijn aangenomen.
De Commissie van rapporteurs over het voorstel van den heer
Moens, tot wijziging van enkele bepalingen der wet op het lager
onderwijs, is, na kennisneming van de memorie van antwoord op
het voorloopig verslag met de in het voorstel gebragte wijzigingen,
van oordeel dat deze zaak voor de openbare beraadslaging genoeg
zaam is voorbereid.
Frankrijk.
Josiah Henson, een volbloed neger, wordt van Londen
te Parijs verwacht. Hij is 87 jaar oud, waarvan hij er 40
in slavernij doorbragt. Hij is onzen lezers bekend, want
onder den naam van Uncle Tom was hij voor mevrouw
Beecher-Stowe de hoofdfiguur van haar bekende roman.
Ziehier een opgave van de 7 belangrijkste besluiten,
door het dezer dagen te Parijs gehouden Fransche werk
lieden-congres genomenNo. 1 betreft de vrouwen. Het
congres verlangt de instelling van vrouwen-syndicaten, het
vaststellen van den arbeid op 8 uren daags zonder loon-
vermindering, het verbod van den arbeid 's nachts in de
fabrieken, gelijk loon voor mannen en voor vrouwen, de
oprigting van coöperatieve vereenigingen, bevordering van
het onderwijs der vrouwen. Bij no. 2 wordt verlangd
een beter ontwerp van wet voor de syndicaat—kamers, dan
dat hetwelk thans bij de wetgevende magt aanhangig is;
voorts heffing van de beperkende bepalingen waaraan het
regt van vereenigen en vergaderen is onderworpen. No. 3
heeft betrekking op de conseils des prud'hommes, het maken
van wetten op de ambachten, toezigt over 't nakomen van
de leercontracten. No. 4 bevat den eisch tot afschaffing
van de wet van 1850 op het lager onderwijs, invoering
van kosteloos leeken-onderwijs met schoolpligtigheid, pro-
fessionneel onderwijs, betere bezoldiging van de onderwijzers.
In no. 5 wordt gesproken van werklieden-candidaturen;
het verlangt voortsstemming volgens departements-kiezers-
lijsten; afschaffing van de beperkende bepaling betreffende
het domicilieoprigting van een socialistisch blad, ten doel
hebbende de betrekkingen tusschen de Parijsche werklieden
en die in de provinciën te onderhouden. No. 6 betreft de
coöperatieve vereenigingener wordt verlangd de oprigting
van aandeelen-maatschappijen met een onpersoonlijk, onver
vreemdbaar en ondeelbaar kapitaal, waarop zonder arbeid
geen aanspraak verkregen kan worden. No. 7 handelt over
verzekeringfondsen voor werklieden.
Engeland.
In het Alexandra-palace te Londen is eene tentoon
stelling geopend van «toiletten» voor dames. Iedere leeftijd
vindt hier zijne keus en gading. De tentoonstelling wordt
druk bezocht. De inzenders zijn verpligt eene opgave van
den prijs aan het «toilet» te hechten en zich te verbinden
om des gevraagd voor dien prijs zulk een costuum te
leveren.
Een der Parijsche correspondenten van de Times heeft
van een Egyptisch officier, die deelgenomen heeft aan de
tweede expeditie, door den onder-Koning van Egypte
ondernomen tegen Abyssinië, onder bevel van den Prins
Hassan, het volgende vernomen. De eerste expeditie bestond
uit 4000 man, onder bevel van kolonel Arendrup. Voort-
rukkende, zonder de minste voorzorgen te nemen om zich
te dekken, werd dit leger in den bergpas van Goundel
overvallen door een tienmaal sterker magt, en van den
eersten tot den laatsten man uitgeroeid. Een verschrikkelijk
incident deed zich daarbij voor. Onder de vrijwilligers
was een Oostenrijksch edelman, graaf Lichy, die in de
voorhoede gekwetst doch niet gedood werd. Veertien dagen
later wenschte de Fransche consul-generaal te Massowa,
de heer de Sarseck, een bezoek te brengen aan Koning
Jan van Abyssinië, en trok door den pas van Goundel
heen. Onder de dooden ontdekte de Sarseck een man die
nog ademde. De Sarseck verleende hem onmiddellijk hulp
en bevond dat de eenig overgeblevene graaf de Lichy
was; deze was na de slagting bijgekomen en had veertien
dagen in 't bitterst lijden doorgebragt. Van de eene plek
naar de andere zich voortslepende, had hij geleefd van
kruiden en wortels en het water gedronken dat overgebleven
was in de flesschen der gesneuvelden. De Sarseck bragt
den rampzalige naar een Abyssinisch dorp, vertrouwde hem
toe aan de zorg van een der inwoners, en vervolgde zijn
reis met het voornemen, hem op de terugreis mede te
nemen. In een onderhoud met Koning Jan verhaalde de
gezant dit treffend voorval, noemde het dorp waar hij
graaf Lichy had achtergelaten en vroeg verlof hem naar
Egypte mede terug te nemen, dat oogenblikkelijk werd
toegestaan. Na twee dagen kwam de Sarseck in het dorp
terug, doch graaf Lichy was verdwenen. Abyssinische
soldaten, voorzien van een bevelschrift van Koning Jan,
hadden zich meester gemaakt van graaf Lichy en hem
weggevoerd. Na dien tijd heeft men niets meer vernomen
van den eenig overgebleven getuige van de slagting in den
pas van Goundel; hij zal wel voor altijd verdwenen zijn.
Met het bouwen van de stad Hygiènia, naar de voor
schriften van dr. Richardson, door dezen uiteengezet in
zijn rede te Brighton gehouden, bij gelegenheid van het
congres van sociale wetenschappen in het vorige jaar, zal
in het voorjaar van 1877 een begin worden gemaakt. De
stad zal volgens de «Sussex Daily News» verrijzen 1| mijl
ten westen van Wortliing (graafschap Sussex).
Duilschland.
Te Berlijn zijn in tegenwoordigheid van een aantal offi
cieren proeven genomen met eene vliegmachine door den
uitvinder, een Engelsch ingenieur, W. Ralph Scott genaamd.
Hij beweert met zijne machine, die 150 kilo weegt en twee
man kan dragen, bij goed weder 70, bij slecht 40 Engelsche
mijlen per uur te kunnen afleggen.
Rosland.
Uit Petersburg wordt gemeld, dat de toestand van den
handel in 't algemeen buitengewoon treurig is. Uit het
binnenland komen klagten over het verontrustend snel
toenemen van den geldnood, niettegenstaande een in westelijk
Europa voor onmogelijk gehouden rentestandaard. De
graanhandel in Zuid—Rusland staat, ten gevolge van de
toenemende concurrentie van Amerika, bijna stil; vandaar
een schrikverwekkend aantal bankroeten in Odessa en
andere havensteden van de Zwarte zee. In de Krim is
de waarde van den grond, bij vroeger jaren, tot op de
helft gedaald. De wereldberoemde mis in Nischni-Now-
gorod aan de Wolga, anders het centrum van alle handels
transactiën tusschen Azië en Europa, is volgens officiële
rapporten sedert onheugelijke jaren niet zoo weinig be-
teekenend geweest.
Onderscheidene stedelijke banken hebben, wegens diefstal
in 't groot en allerlei bedrog van de beambten, hunne
betalingen gestaakt. De inkomende regten hebben in dit
jaar reeds 6 millioen minder opgebragt dan in gelijk tijdperk
van 't vorige jaar. De invoer van edel metaal is aanzienlijk
verminderd, die van den uitvoer belangrijk vermeerderd.
De Golos schrijft: De uiterst benarde toestand van onze
geldmarkt, in 't bijzonder de zeer ongunstige balans van
de rijksbank, wekken groote bezorgdheid. Het blijkt, dat
die bank in een zeer kritieken toestand verkeert. In den
loop van 7 dagen verloor zij 9| millioen aan contanten
en kreeg daarvoor lOf millioen in Russische staatsfondsen.
Voor een rijk, dat gezegd wordt den oorlog te willen, is
deze toestand vrij wanhopend.
Spanje.
Isabella is te Madrid geweest. In een gesloten rijtuig
afgehaald, reed zij naar eene kerk om de mis bij te wonen.
Daarna begaf zij zich naar 't paleis en na nogmaals eene
kerk te hebben bezocht, vertrok zij 's avonds weder naar
het escuriaal. Demonstraties hadden niet plaats.
Amerika.
Het aantal kaasfabrieken in den Staat New-York bedraagt
ongeveer 1000, welke, om 40 millioen kilo kaas te maken,
de melk van 250,000 koeijen verbruiken, zoodat op 3 koeijen
gemiddeld 500 kilo kaas per jaar komen. De Vereenigde
Staten leveren gezamenlijk jaarlijks 125 millioen kilo kaas,
waarvan 48 millioen kilo uitgevoerd worden. Engeland
voert naauwelijks 12,500 kilo kaas uit, terwijl Nederland,
dat vroeger onder alle landen in de kaas-productie bovenaan
stond, nog steeds ongeveer 30 millioen kilo kaas uitvoert.
Jl. Donderdag is op het terrein der tentoonstelling
te Philadelphia een standbeeld van Columbus onthuld,
opgerigt door de Italianen, in de Vereenigde Staten verblijf
houdende. Gouverneur Hartranft en de Italiaansche gezant,
baron Blanck, woonden de plegtigheid bij.