derden en duizenden en patronen bij millioenen. De geheele
handel "van het land schijnt zich te beperken tot het ver
vaardigen van kleederen voor de troepen. Het is bepaald
verschrikkelijk, wanneer men er aan denkt, hoe de uitgeputte
hulpbronnen van het land dat zullen uithouden, zelfs maar
tot aan het voorjaar.»
Benoemingen, enz.
Aan den heer P. B. Reeringh is op zijn verzoek eervol ontslag
verleend als Rijksontvanger te Amsterdam, behoudens aanspraak
op pensioen, onder dankbetuiging voor de vele en trouwe diensten,
vijftig jaren door hem den lande bewezen.
De kapt. ter zee B. D. van Trojen en de kapt.-luit. ter zee
H. A. Ridder van Rappard zijn, beiden wegens laugdurige dienst,
met 1 Maart a. s. op pensioen gesteld, respectivelijk ten bedrage
van f 3000 en f 2025.
De kapt.-luit. ter zee J. P. van Rossum wordt met 1 Maart a. s.
belast met de waarneming der betrekking van chef der afdeeling
Personeel bij het departement van Marine.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
In de zitting der Kamer van Woensdag is art. 3 der tariefwet:
vrijstelling van invoerregt der deelen van schepen goedgekeurd.
Bij art. 4 is aangenomen een araendement van den heer de Bruyu
Kops, om ruw of ongebleekt drukkatoen, ten gebruike van katoen-
drukkerijen en ververijen, vrij te stellen.
Zitting van Donderdag 15 Februarij. Ingekomen is een
ontwerp tot vervroegiug van het tijdstip van den aanvang der
meerderjarigheid en de afschaffing der venia aetatis. Het ontwerp
tot wijziging der tariefwet is aangenomen met 48 tegen 1G stemmen
en de in werking treding bepaald op 1 Julij 1877. "Vooraf waren
verworpen de amendementen van de heeren van den Berch van
Heemstede en van der Loeff op het artikel garens, zoodat thans
de beperkte vrijstelling van garens is goedgekeurd. Het uitvoerregt
op lompen is bij de regerings-wijziging tevens zonder overgang
afgeschaft. Vervolgens is na uitvoerige discussie art. 1 van het
ontwerp betreffende den accijns op het gedistilleerd (verhooging
met f 4) aangenomen met 35 tegen 29 stemmen.
Zitting van Vrijdag 16 Februarij. Zonder verder debat is het
ontwerp, houdende nadere bepalingen omtrent accijns en invoerregt
op het gedistilleerd, aangenomen met 47 tegen 3 steramen.
De heer Fabius heeft verlof bekomen om op een naderen dag
de ministers van Koloniën en Builenl. Zaken te interpelleren, over
het eervol ontslag, aan den gouverneur van Cura<;ao verleend, in
verband met de vele klagten in den laatsten tijd in verschillende
dagbladen tegen dien gouverneur geuit.
De heer de Jong heeft verlof bekomen om op een naderen dag
den minister van Binnenl. Zaken te interpelleren over het verbod
tot invoer van vee in Engeland en de maatregelen der regering, ter
zake van de runderpest te nemen. De discussie over het ontwerp
tot wering van besmetting door zeeschepen is aangevangen.
Na de pauze heeft de minister Heemskerk reeds geantwoord op
de interpellatie van den heer de Jong, die opkwam tegen de
opneming en niet-verbetering van een foutief officieel berigt in de
Staatscouraut, over het verbod vau den invoer van vee in Engeland
en die inlichtingen vroeg, welke maatregelen de regering zou nemen
om de runderpest, in Duitschland heerschende, te weren. De minister
erkende de fout in de Staatscourant, het gevolg van kortheid van
het telegram van den gezant te Londen. De regering zal den vol-
ledigen tekst van het besluit der Engelsche regering 's avonds in
de Staatscourant doen opnemen. Daarop had zij gewacht.
De maatregelen tot wering der runderpest zijnstrenge hand
having van het verbod vau invoer over onze grenzen, met ver
sterking van het commies-personeel.
Naar aanleiding der gevoerde discussiën verklaarde de minister
nader te zullen overwegen maatregelen, om ook den doorvoer van
vee te verbieden binnen zekeren kring langs onze grenzen.
Bij de voortzetting der discussie over het quarantaine-ontwerp
is een amendement van de commissie van rapporteurs aangenomen
om de quarantaine alleen uit te strekken tot pest, gele koorts
en cholera.
Na discussie over de onderscheidene artikelen, waarvan enkele
nog gewijzigd werden, is het geheele ontwerp op de quarantaine aan-
geuomen met algemeene stemmen, zoomede de aanvulling van
art. 10 der wet op de besmettelijke ziekten van 4 Dec. 1872.
Maandag ten 1£ ure is het ontwerp tot verbinding van Nederland
met de Pruissische kanalen aan de orde.
B u ite n I a n d.
Frankrijk.
De carnevalsfeesten zijn dit jaar te Parijs veel kalmer
afgeloopen dan gewoonlijk. Op straat althans op de
boulevards en in de hoofdstraten zag men wel veel
menschen, maar geen maskers, nu en dan dook een verkleed
kind uit de menigte op, dat was al. Het weder was
trouwens zeer ongunstig. In de voorsteden ging het vrolijker
toe en daar bewogen zich dan ook meer maskers op de
openbare wegenmaar de humor ontbrak bijna geheel. De
politie heeft zich in de carnevalsdagen streng gehouden aan
de bepalingen op het sluiten van de koffijhuizen enz.
Keizerin Eugenie zal zich naar Madrid begeven. Haar
zoon keert tegen het einde van Februarij naar Engeland
terug. Naar men wil, zal eerstdaags een brief van hem
het licht zien, waarin hij een verhaal geeft van de wel
willende ontvangst, die hem tweemaal bij den H. Vader is
te beurt gevallen.
De maitresse van den kindermoordenaar Movaux,
Douise Deprocq, is te Bergen in Henegouwen ontdekt en
in hechtenis genomen.
Te Graissesac, in 't departement de 1'Hérault, heeft
eene ontploffing van mijngas plaats gehad in eene mijn,
waarin 60 mijnwerkers arbeidden; slechts 5 konden zich
redden. Onmiddellijk zijn maatregelen tot redding der
welligt nog levende werklieden genomen.
Amédée Pichot, directeur van de Revue Britannique,
is overleden in den ouderdom van 82 jaren. Hij overleefde
dus weinige dagen den directeur van de Revue desDeuxMondes.
Italië.
De Paus heeft jl. Woensdag een bezoek van den Keizer
en de Keizerin van Brazilië ontvangen. De Keizer betuigde
zijn sgenoegen dat het hem vergund was den Paus te zien,
vooral na de jongste voorvallen in Brazilië, en hoopte dat
de Paus, in overeenstemming met de Braziliaansche rege
ring, het zijne zou bijdragen om de bestaande moeijelijk-
heden op kerkelijk gebied uit den weg te ruimen. De
Paus antwoordde: «dat het niet de gewoonte der kerk
was, hinderpalen te scheppen, maar integendeel ze uit den
weg te ruimen, waar zij bestaan.» Hij hoopt in staat te
zijn om in het uitgebreide Rijk van Brazilië de godsdien
stige eensgezindheid te herstellen, welke dat land steeds had
gekenmerkt. Toen de Keizer en de Keizerin afscheid
namen, vergezelde de Paus hen tot aan de deur der
receptiezaal.
Egypte-
Terwijl men tot aan de grenzen van het Staatsbankroet
is genaderd zoo schrijft men uit Kaïro en duizenden
den Khedive vloeken, worden de hoffeesten voortgezet, in
paleizen, die, als het regt zijn loop had, reeds voor schulden
zouden verkocht zijn. De Italiaansche opera ontvangt
jaarlijks meer dan een millioen subsidie; de mise en scène
van het ballet Satanella kostte 80,000 frks., een hofbal
10,000 p. st. Intusschen wordt de bevolking van haar
laatste penning beroofd; met stokslagen vordert men de
belasting in.
INGEZONDEN.
Vlieland, 14 Februarij 1877.
Mijnheer de Redacteur!
Met verwondering las ik in uw Nieuwsblad van 7 Febr. 11.
een berigt, overgenomen uit het Dagblad van Zuidholland en
's Gvavenhage, aangaande het aan den grond raken (of, zooals
daarin gezegd wordt, het stranden) van het Amerikaansche drie
mastschip John H. Kimball, kapt. Huraphrey, en waarin aan den
heer Tjerk de Haan alleen de lof toegezwaaid wordt wegens het
redden der ekwipage van genoemd schip.
Er wordt namelijk door de heeren Wichers Co. beweerd,
dat er buiten de schuit van schipper de Haan nog een schuit de
haven van Terschelling uitgegaan wus om te probeeren bij het
schip te komen, doch dat die schuit weder dadelijk was terug
gekeerd. Dit laatste is onwaar. Tjerk de Haan is met zijn schuit
uit de haven vertrokken, doch later gevolgd door schipper Willem
Kleijn, postschipper tusschen Terschelling en Vlieland. Gezegde
postschipper W. Kleijn was echter reeds vóór schipper de Haan
bij het schip, doch daar hij het schip van achteren moest naderen,
en er een sloep achter het schip was, bemand met 2 man der
ekwipage, durfde schipper Kleijn het schip niet te naderen, uit
vrees de sloep te zullen overzeilen. De Haan echter hield op de
sloep aan, en had het geluk de sloep niet te raken, doch er zoo
digt langs te zeilen, dat het den 2 man gelukte bij hem aan boord
te springen en een lijn mede te brengen, waardoor zij met het
schip verbonden werden. Daardoor was het mogelijk een gedeelte
der ekwipage, bestaande uit Nieuwediepers, over te nemen en aan
wal te brengen. De overige ekwipage bleef gedeeltelijk aan boord
en bevond zich ook Zondag 11 Febr. 11. nog op het schip.
Ziedaar de geheele wonderbare reddiDg. Toen schipper de
Haan aldus met het schip verbonden was, begreep schipper Kleijn,
dat hij er niet meer noodig was, daar er niets geen gevaar voor
schip en ekwigage bestond, en besloot hij daarom naar Terschelling
terug te keeren, om zijn volk aan wal te zetten en zijne gewone
postreis naar Vlieland te vervolgen. Ik beschouw het berigt als
een beleediging voor onzen wakkeren schipper W. Kleijn, want
door zulk een berigt te schrijven en te laten verspreiden, moet
ieder lezer denken, dat schipper Kleijn te bang was om naar het
schip toe te gaan.
In l^etzelfde berigt wordt ook gezegd, dat het schip op strand
kwam. Dit is geheel onwaar; De John H. Kimball is in den
nacht van 30 op 31 Jan. over de gronden tusschen Vlieland en
Terschelling heen geslagen, en toen hij weder in dieper water
kwam, bijna vol water geloopen en is toen voor het Oude Schuite
gat aan den grond geraakt. Toen het 's morgens dag werd,
zat het schip er reeds, en had van deu gaffel de Amerikaansche
vlag waaijen. Ik kan mij dus niet begrijpen, dat hier sprake kan
zijn van Noodseinendaar die onmogelijk door de heeren
Wichers Co. gezien kuunen zijn.
Ik zou gaarne nog veel meer over dit onderwerp schrijven,
enkel om te doen uitkomen hoe iemand soms dingen kan schrijven,
zonder er iets van gezien te hebben en zonder er in het minst
eenig verstand van te hebben, en daardoor een smet te gooijen
op den naam van een man, die als schipper en als mensch door
allen geëerd wordt die hem kennen.
Ik raad de heeren Wichers Co. ten sterkste aan, in het vervolg
niet zoo spoedig te schrijven „dat zij de tolk zijn van al hunne
dorpelingen," daar ik bepaald zeker weet, dat dit eene onwaar
heid is.
Wees zoo goed, mijnheer de Redacteur, deze regelen in uw
blad op te nemen, om te bewijzen hoe soms zaken geheel verkeerd
voorgesteld worden en som3 veel hooger worden opgehemeld, dan
zij werkelijk zijn.
In de hoop, dat UEd. wel aan mijn vriendelijk verzoek zult
willen voldoen, noem ik mij, UEd. Bv. Br.,
A. K. M. HARTOG.
EEN AFGELUISTERD GESPREK.
Zeg, buurman, heb je 't ook gelezen in de eourant, dat het
vee zoo goedkoop was op de Alkmaarsche markt.
Ja; dat komt door de veepest.....
Nu, daar zullen wij dan nog voordeel van kunnen hebben. Nu
kunnen wij ook nog wat bij ons middagmaal krijgen, dat op
koevleesch gelijkt.
Wel, wat meen je dandat de slagers ons het vleesch zooveel
goedkooper zullen leveren.
Ja zeker! als zij het bij inkoop zooveel minder krijgen,
zullen ze het toch niet op denzelfden prijs houden.
Stel je daar niets van voor, dat is een winstje voor de slagers
alleen, anders niet.
Zoo. Als ik dat wist, dat we altijd afhankelijk bleven van
heeren slagers, dan moesten we ons zelf maar helpen.
Als ik er maar raad op wist, dan
Wel, dat is zoo heel moeijelijk niet.
Wanneer eenige menschen, tien bijvoorbeeld, desnoods twintig,
voor gezamentlijke rekening eene koe koopen en slagteu laten, dau
hebben ze goed en goedkoop vleesch.
En met de slagers niets te maken. Dat was toch zoo gek
niet en wel te probeeren.
Spreek erreis over met je vrienden en kennissen. Ik zal 't ook
doen. Komt 't klaar
Dau behoeven we niet te wachten tot de slagers het in 't hoofd
krijgen het vleesch af te slaan.
Afgesproken
Burgerlijke Stand. Gemeente Helder.
Opgave van Donderdag middag tot Zaturdag middag.
ONDERTROUWDL. Jonkman, torpedist en E. de Groot.
J. de Jong,; matroos en H. Wapstra. G. W. Peters, stoker en
M. Kruithof, weduwe van E. Wahlbrinck. R. Bouman, kalkbaas
en G. Dienst, weduwe van J. Langkemper.
GETROUWD: Geene.
BEVALLEN: M. Boon, geb. Pauw, D. J. van Woensel, geb.
Kroonstuiver, Z. J. W. Boots, geb. Conneman, Z. T. Simonse,
geb. Rijnders, Z. M. J. C. Ledeboer, geb. Stakman Bosse, D.
T. Bruin, geb. Grande, D.
OVERLEDENJ. Bruijnzeel, 3 maanden. A. Roosenburg,
41 jaren. J. van ltieke, 19 jaren. J. Verbrugge, 8 jaren. Levenloos
aangegeven 2.
Weerkundige Waarnemingen te Helder (Landskeet)
Windrigting
eu
Kracht.
wtn. Sk.
w. 14„
wtz. 12„
Barometer
mm.
Thermometer
C.
Vochtigh.
procent.
Toestand
van
do zee.
Stand. Afw.
Stand. Afw.
7 58.So|— 5.8
754.75- 4.8
755.78 - 3.7
6.3
7.1
7.5
t 2.2
t 4.6
f 3.4
0.89
0.83
0.84
vveingolr
Golvend
Correspondentie.
De opgave der stoomschepen van de Maatschappij „Nederland"
wordt heden wegens plaatsgebrek niet opgenomen. De eenige ver
andering geldt de „Celebes," welke den 15 dezer te Napels
aangekomen en vandaar vertrokken i9.
Weersgesteldheid: 16Febr. 12 u. Ligtbewolkt, winderig, mooi.
17Febr. 8 u. Bewolkt, winderig.
17Febr. 12 u. Idem.
Marine-Haven Nieuwediep.
Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Groote Vaart.
Aankomst. Vertrek. Schip. Gezagvoerder. Bestemming.
22 Oct. Vijf Vrienden. J. Verweij. St. Ubes.
2 Nov. Soderham. H. Y. Visser. Pensacola.
16 Nov. Constance. F.Nannings. New-Y'ork.
21 Jan. Alblasserwaard.J.Zwart. Samarang.
9 Febr. Prof.v.d.BoonMesch.F.J.Schneider. Batavia.
14 Febr. Uraniv. H. de Boer. Batavia.
Binnengekomen Koopvaardijschepen Groote Vaart.
Binnenk. Schip. Gezagvoerder. Cargadoor. Herkomst.
16 Febr. Sindoro. F. Diepenbroek. Hoogl.&v.Herw. Pekalonga.
17 ii Henriette. K. Wijtsma. Suriname.
Haven van IJmuiden.
Binnengekomen
15 Febr. James Rankine, st., Glasgow; Eddystone, st., Huil.
16 Febr. Metropolitan, st. Londen.
Vertrokken
16 Febr. Pénélope, st.
LATKUH BBRI6THN.
Officiëel wordt berigt, dat Nederlandsch randyee, schapen
en geiten, Hen dagen nadat het in Engeland aan land
is gebragt, moet zijn geslagt.
Door liet ministerie van Oorlog is voorloopig aan
de korpsen kennis gegeven, dat gedurende de maanden
Mei, Junij en het begin van Julij de miliciens van oudere
ligtingen onder de wapenen zullen worden geroepen.
Welligt dat de miliciens dus niet meer in Augustus zullen
worden opgeroepen, en dus hiermede de kwestie over het
verkeerde tijdstip der groote manoeuvres zou zijn opgelost.
Met de droogmaking der Zuiderzee, waarvoor reeds
jaren lang allerlei plannen gemaakt werden, is het thans
ernst. Sedert langer dan een jaar is men met de voor
bereidende werkzaamheden bezig, waarvoor deJNederlandsche
Kamers 8 millioen beschikbaar hebben gesteld. Een dam
van 40 kilometer langenz. Zoo leest men in de
Neue Freie Presse.
Men meldt uit Dirksborn, dd. 14 dezer:
«Zekere L. W., van een boelhuis naar zijne woonplaats
(Schagen) keerende, geraakte gisteren avond in het water.
Ofschoon er spoedig iemand den drenkeling ontdekte en
op 't drooge haalde, terwijl de levensgeesten nog niet
geheel geweken waren, durfde de redder (vanwege het
bekende volksvooroordeel) den drenkeling toch niet van
de plaats vervoeren, waar hij hem ontdekt had, maar liet
hem aan den kant der sloot liggen. Toen eenigen tijd
later een geneesheer verscheen, was het reeds te laat.»
Een slagter te Amsterdam kreeg dezer dagen bij het
slagten van een koe een zoo hevigen slag van het dier,
dat hij jl. Donderdag nacht aan de gevolgen overleed.
Jl. Donderdag avond is aan het politie-bureau op de
Noordermarkt te Amsterdam een löjarige knaap, de zoon
van zeer fatsoenlijke ouders, in arrest gebragt, wegens het
baldadiglijk werpen van brandende lucifers in een schip,
met hooi geladen en liggende in eene der stadsgrachten aldaar.
Te Laren heeft men dezer dagen reeds kievieten
gezien.
Men schrijft aan de Leids. Crt.«Wie er, zoo als
huizenbouwers met veel werk, huiverden bij de jobstijding
van de sterrewacht te Parijs, dat tegen de laatste helft
van Jan. een strenge winter was te wachten, die tot het
laatst van Maart zou aanhouden, de boeren niet. Zij lachten
wat met die voorspellingen, ook van een zoo verheven
ligchaam, en zij waren in hun ongeloof deswege even zeer
onwankelbaar als zij in hun bijgeloof doorgaans onwrikbaar
zijn. De boeren hielden zich bij hun gewone natuurver
schijnselen. Waren er niet heele zwermen spreeuwen in
het hout neergestreken en kweelden zij niet naar hartelust,
en bleven de mollen niet gaandeweg wroeten? Dat waren
althans geen teekenen van winter. Toch hadden de boeren
wel gewenscht dat de voorspelling, ten minste voor een deel,
in vervulling ware gekomen. Een zoo natte winter als
deze maakt drassige, bijgevolg geen gezonde wei- en bouw
landen. De poldermolens hebben dan ook op den duur
buitengewone dienst moeten doen. Geen wonder, dat de
boezem maar zelden op lagen stand kon gebragt worden.
Nu de Vastenavond vreugd is uitgedoofd en de pandoer-
kaarten op het vuur zijn geworpen; nu de boerenknechts
hun vrijsters tot Halfvasten-Zondag hebben vaarwel gezegd,
staan aller handen gereed om de spade te grijpen, als het
maar wat drooger weergesteldheid worden wil.»
Voor België is de handel in vee te Deventer zeer
druk. Te Assen is de prijs der koeijen reeds f 24 a 30
per stuk gedaald.