Buitenland
vóór den 25sten bij den burgemeester der betrokken
gemeente.
Onder de papieren van den vorigen Rumaanschen
minister van Financiën, Prins Sturdza, heeft men een
zonderling ontwerp gevondenhet strekte om een belasting
van 200 francs te leggen op elke echtscheiding, en de
daardoor te verkrijgen som werd door den minister geraamd
op een millioen per jaar, zoodat het blijkt, dat Sturdza
niet minder dan 5000 echtscheidingen per jaar verwachtte,
Visitekaartjes. Te Parijs heeft de eeuwig
afwisselende mode zich thans van de visitekaartjes meester
gemaakt. Men vervaardigt ze thans niet meer in een
sierlijk zakformaat, maar in afmetingen, die, in vergelijking
tot de vroegere grootte, reusachtig te noemen zijn. Ook
bevatten deze kaarten niet enkel meer de namen, of hoogstens
nog daarbij het wapen van den eigenaar, maar zij zijn ook
in opvallende wijze met bonte guirlandes versierd. De
visitekaartjes zijn op zich zelf geene uitvinding der moderne
beschaving, maar van oosterschen oorsprong. De Chinezen
hebben er zich reeds voor duizend jaar van bediend en bij
hen wisselt de grootte der visitekaartjes af naar den rang,
in welke degene staat, dien men zijn bezoek toegedacht
heeft. In Frankrijk werden de visitekaartjes onder
Lodewijk XV algemeen gebruikelijk; men versierde ze
in dien tijd met mythologische emblemen, met herders en
herderinnen, enz. Tegenwoordig wordt de waarde van het
jaarlijksch verbruik van kaartjes te Parijs alleen op tachtig
millioen francs geschat.
Vereeniging tot ontwikkeling van den Landbouw in
Holland's Noorderkwartier. Op den 7 dezer hield voor
noemde Vereeniging in het lokaal van den heer J. Waal te Span
broek hare algemeene voorjaars-vergadering. Deze vergadering, die
ten 10 ure door den voorzitter met eene gepaste toespraak werd geo
pend, werd door 67 leden, benevens door vertegenwoordigers van
afdeelingeu der Hollandsche Maatschappij van Landbouw, alsmede
door onderscheidene gasten, waarvan vijf staande de vergadering
zich voor het lidmaatschap aanmeldden, bijgewoond.
Hierop volgden mededeelingen van ingekomen stukken, waaronder
van belangrijken aard, als eene missive van het hoofdbestuur der
H. M. v. L., dd. 10 Febr. jl., in zake de veepest, waarop, volgens
mededeeliug van den voorzitter, door het bestuur was besloten
eene audiëntie bij den minister van Binnenl. Zaken te verzoeken,
ten einde aan te driDgen op krasse maatregelen aan onze grenzen,
om dezen zoo gevreesden vijand te werenwelke maatregelen dan
ook niet lang daarna door de regeriug door afzetting onzer grenzen
zijn genomen.
Al deze stukken, waaronder nog voorkwamen een prospectus van
het handboek voor den kaasmaker in Nederland, door J. P. Holl-
man te Edam, zijnde het bekroonde antwoord op eene prijsvraag
van de H. M. v. L., een boek, waardig in veler handen te komen,
benevens een prospectus van de scheikundige preparaten van den
heer Chr. Hansen te Kopenhagen, waaromtrent besloten wordt
proeven te nemen met het „Kaas-lebextract" en boterkleursel,
worden verder voor kennisgeving aangenomen. Nog kwam ter
tafel een schrijven van de heeren Waller en Sluis, afgevaardigden
der Vereeniging naar de melkerij-tentoonstelling te Hamburg,
berigtende, dat zij niet 1er vergadering kunnen verschijnen, daar,
in het belang van den vaderlandschen landbouw, nog eenige groote
Duitsche boerderijen door hen worden bezocht. Bij meerderheid
vau stemmen werd aangenomen het noodige materieel aan te
schaffen tot het vervaardigen van getuigschriften, terwijl de Com
missie tot onderzoek der rekening, welke sluit met een batig saldo
van f 551, adviseert deze rekening goed te keuren. Het ontwerp
/Statuten en huishoudelijk reglement" werd, na eene toelichting
door de Commissie van herziening, onveranderd en bij acclamatie
aangenomen.
Naar aanleiding van twee ontvangen missives van het bestuur
der Geldersche Maatschappij van Landbouw, besloot de Vereeniging,
op voorstel van het bestuur, f 50 uit te loven voor dc beste
inzending van Edammer kaas op de tentoonstelling van zuivelbe
reiding, in Junij a. s. te Apeldoorn te houden.
Tot afgevaardigden voor de vergaderingen van „Het Nederlandsch
Bundveestnmboek" werd benoemd de edel-achtb. heer Baron van
Dedem te Hoorn, terwijl als plaatsvervanger werd aangewezen de
heer E. Kluiver te Barsingerhorn.
Een uitmuntend plan van uitvoering tot proefneming met mest
stoffen kwam ter tafel, en het noodige crediet werd daarvoor bij
acclamatie toegestaan.
Men stelt zich voor, op één bunder land proeven te nemen met
negen verschillende mestsoorten, op zeven verschillende gewassen,
zooals door overgelegde teekening werd aangewezen.
Het voorstel tot het doen onderzoeken van veevoeder (lijnzaad
koeken) bij het proefstation te Wageningen lokte eene zeer geani
meerde discussie uit en werd eveneens bij acclamatie goedgekeurd,
zoo ook het programma voor den graanmaaiwedstrijd, waarbij werd
medegedeeld, dat het bestuur zal trachten buiten mededinging ier
proefneming te verkrijgen één of twee machines, die het gemaaide
graau zelf binden. Het crediet, daarvoor aangevraagd, werd met
algemeene stemmen toegestaan.
De begrooting, sluitende ir. ontvangst cn uitgaaf ter somma van
f 2671.76, werd vastgesteld, en de plaats voor de volgende alge
meene vergadering te Schagen bepaald.
Nog behoorde tot de vele werkzaamheden dezer vergadering het
uitreiken der gouden medailles met eere-diploma's aan de heeren
C. Wonder te Oude-Niedorp en K. Rezelman te Winkel, de eerste
voor zijne bekroonde kudde rundvee, de tweede voor zijne even
eens bekroonde kudde fokschapen; alsmede, op voorstel van het
bestuur, de toekenning aan de firma Boeke Huidekooper te
Groningen vau eene premie van f 50, ter aanmoediging voor het
invoêren van een nieuw Amerikaansch kooibouwwerktuig (hooilader),
aan de Vereeniging welwillend ter proefneming afgestaan, en de
benoeming van de heeren M. J. Tiele, oud-bestuurder der Veree
niging en P. F. L. Waldeck, secretaris-penningmeester der H. M.
v. L. te Loosduinen, tot leden van verdienste der Vereeniging.
Moge ook deze vergadering tot bevordering van den bloei van
Holland's Noorderkwartier krachtig hebben bijgedragen!
Benoeming-en, enz.
Bij koninkl. besluit van 9 dezer zijn tot belooning dergenen, die
zich onderscheidden bij de krijgsverrigtingen tegen Atsjin, en dat
wel in het bijzonder gedurende het tijdvak van 1 Jan. 1875 tot
uit. Mei 1876: 1. benoemd tot ridder 4de kl. der Militaire Wil
lemsorde a. van de koninkl. Nederl. marinede luits. ter zee 2de
kl. H. F. Verheggen en F. M. A. Mathon; de bootsmansmaat B.
Kamermans (sinds bevorderd tot bootsman); de matroos 1ste kl.
J. G. Dingemans (sinds gepensioneerd) eu de vuurstoker 2de kl.
A. Linde, en l. van het korps mariniersde korporaal A. van der
Stroom, en de marinier 1ste kl. A. Boers; 2. bij afzonderlijke dag
orders, zoo in Indië als in Nederland, eervol vermeld: a. van de
koninkl. Nederl. marine: de luit. ter zee 1ste kl. A. J. Dumont;
de luit. ter zee 2de kl. A. Seret; de bootsmansmaat G. J. Evers;
de kwartiermeester B. Koorn; de matrozen 1ste kl. J. C. L. van
der Salin, A. J. Ketz, W. It. Smit, J. F. Dellius, P. Ponse en
P. A. van Dongen (laatstgenoemde sinds gepensioneerd); de matroos
2de kl. C. H. Spaan, (sinds aangesteld als hofmeester); en de
matroos 8de kl. J. iMellema; de marinier 2de kl. B. F. Muurlink
(sinds bevorderd tot marinier lste kl.); en c. van de gouvernements
marine de lste stuurman D. van Batenburg.
STATEX-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van Maandag 12 Maart. Ingekomen het wetsontwerp
tot wijziging der wet op het notarisambt. Art. 2 van het ontwerp,
regelende het regtsgebied van 's Hage, is goedgekeurd, nadat men
o. a. bij regeling de gemeenten Noordwijkerhout, Noordwijk,
Voorhout en Sassenheim gevoegd had bij het kanton Haarlemmer
meer (zijnde die gemeente in plaats van Lisse als hoofdplaats van
het kanton aangenomen). Het geheele ontwerp is aangenomen met
48 tegen 22 stemmen. Morgen is liet regtsgebied van Amsterdam
aan de orde.
Bij de Kamer is ingediend een wetsontwerp tot verhooging van
de niariue-begrooting voor 1877 met f 374,000. Het strekt tot
verineerdering van art. 2. tractemeuten der ambtenaren bij het
departement enz., met f 4000, het gevolg eener wijziging bij
amendement daarin gebragt, waaruit de aanstelling van burgerlijke
ambtenaren voortvloeit; 2. tot voorziening in buitengewone werken
ten dienste van het Noordzeekauaal, met name in de dienst van
het loodswezen en van de verlichting. Voor het loodswezen is
noodig een gebouw te Amsterdam en een magazijn nabij de haven
van IJmuiden voor berging vau waarlooze behoeften, een en auder
geraamd op f 35,000; voor de dienst der verlichting is benoodigd
de bouw van twee lichttorens de aanschaffing vau twee lichttoestellen,
de bouw van woningen voor lichtwachters, geraamd op f 280,000
en 3. tot herstelling van de marine-schutsluis te Willemsoord,
waarvoor f 55,000 noodig is.
Blijkens het voorloopig verslag nopens het wetsontwerp tot nadere
liemening der wet van 2S Aug. 1857 regelende de militaire pensi
oenen bij de landmagt en intrekking der wet van 8 Junij 1864,
betoonde men zich over het algemeen niet ongezind om tot een
verbetering van het bedrag der pensioenen mede te werken. Het
ligt voor de liand dat een bedrag, hetwelk in 1857 als voldoende
werd beschouwd, dit thans niet meer is. Met het oog op den
weinigen lust, die er bestaat om zich aan den militairen stand te
wijden, schijnt bovendien verbetering der uitzigten voor de toekomst
dringend geboden. De vraag rijst echter of uit dit oogpunt de voor
gestelde verhoogingen wel als eene afdoeude voorziening te beschouwen
zijn. Een onderofficier zal, volgens het wetsontwerp, f 250 's jaars
pensioen outvangen en een soldaat f 150 's jaars. Die sommen
achtten sommige leden niet voldoende om dien militairen een ver
zorgden ouden dag te verschaffen, wat toch het doel moet zijn van
het toekennen van een pensioen. Wil men een iets beteekecenden
maatregel nemen tot verbetering van de positie der onderofficieren,
vooral opk met het doel om de vrijwillige dienstneming aan te
moedigen, dan zal het bedrag der pensioenen zoodanig dienen
bepaald te worden, dat de soldaat ongeveer f 5, de onderofficier
f 7 tot 8 per week ontvange.
De voorgedragen wijziging der wet op het notarisambt behelst
slechts partieele veranderingen. Drie hoofdpunten komen daarbij in
aanmerking, als: de eiscnen van benoembaarheid der notarissen,
het over hen uit te oefenen disciplinair toezigt, en het vraagstuk
der instructie van getuigen. De doctorale graad in de regten
wordt vereischte voor de toelating tot het notnrieel staatsexamen
en voorwaarde der benoembaarheid. Verscherping van het disciplinair
toezigt wordt in de artt. 7 en 8 opgenomen, met handhaving van
artt. 50 en 57 der tegeuwoordige wet. Aan liet openbaar gezag
zijn zij verantwoording schuldig, en het toezigt van het O. M.,
gesanctioneerd door disciplinaire regtsmagt van den onaf hankelijken
regter, biedt grooter zekerheid aan voor een onbevangen en onpartijdig
onderzoek en oordeel.
Volgens art. 23 der bestaande wet, geldt als regel zonder uit
zondering, dat de notarieele acten worden verleden in tegenwoordig
heid van twee getuigen. De ondervinding van 34 jaren heeft over
dien regel eene weinig bevredigende uitspraak gedaan. Deze regel
wordt nu uitzondering voor enkele gevallen.
Frankrijk.
In ons vorig nommer hebben wij reeds eenige bijzonder
heden medegedeeld omtrent de inhechtenisneming van Moyaux,
die zijn kind in een kuil heeft geworpen. Aan de prefectuur
van politie bekende hij zijn misdaad. Toen het lijk van zijn
dochtertje, dat gebalsemd was, te voorschijn werd gehaald,
ontstelde de moordenaar en verklaarde het kind om 't leven
te hebben gebragt, dewijl hij de moeder haatte. Toen
Moyaux gearresteerd werd had hij een geladen revolver en
eenige stukjes raauw bedorven vleesch in den zak. Het
geladen pistool moest, naar zijn verklaring, dienen om den-
gene, die hem wilde arresteren, dood te schieten; doch bij
nadenken was hij tot het besef gekomen, dat dit hem weinig
zou gebaat hebben. Op het oogenblik dat hij gevat werd,
had hij werkelijk de hand in den zak en hij wilde de hand
ook niet vrijlaten, toen hem dit door den politie-agent
gelast werd; maar ten slotte moest hij wel toegeven.
Hij verklaarde te Parijs gebleven te zijn, om ook zijn
vrouw te dooden. Daarna zou hij zichzelf een kogel door
het hoofd hebben gejaagd.
Men weet, dat Moyaux een paar dagen na den moord
van zijn kind werkelijk het huis van zijn vrouw te Bagneux
was binnengeslopen, om zijn vrouw van kant te maken.
Zij wist toen te ontkomen; maar haar vader, die Moyaux
tevens in huis had gevonden en op wien hij schoot, kreeg
een kogel in den schouder.
Z. M. Aurelius Autonius I, ex-IConing van Arau-
canië, is nog niet dood. Hij bevindt zich nog wel in het
hospitaal te Bordeaux, maar neemt in beterschap toe.
Den 7 dezer heeft zich te Rhodez, in het departe
ment Aveyron, het zeldzaam meteorologisch verschijnsel
voorgedaan, dat in het midden van den dag eene aanzien
lijke hoeveelheid sneeuw viel, terwijl het bliksemde en
donderde.
De correspondent van den Temps waarschuwt op
nieuw tegen de neiging om de Turksche zaken van het
standpunt van den West-Europeaan te beschouwen. «Men
vergist zich geheel,» zegt hij, «wanneer men de Turken
als een volk van het Westen behandelt. De Turken, het
is waar, hebben eene diplomatie, een leger, financiën, eene
administratie. Maar het is geen paradox, wanneer ik
beweer, dat dit alles slechts schijn is. Hunne financiën
zijn maar al te goed bekend aan hunne schuldeischers.
De christelijke rayas en de vreemdelingen kennen de ver
diensten van hunne administratie. Hunne diplomatie heeft
slechts een schijn van gewigt verworven door de verdeeld
heid der Europesche Staten. Blijft het leger en het leger
is niet te minachten. Maar het is geenszins het gevoel
van vaderlandsliefde, dat aan den Turkschen soldaat stout
moedigheid en kracht geeft.
De Turksche soldaat veracht den dood, omdat hij zeker
is, vallende, na zijnen dood eene plaats in 't paradijs te
zullen verkrijgen. Dc godsdienst is de beweegkracht en
het doel der daden van alle Turken, zoowel van hen, die
de Europesche zeden hebben aangenomen als van hen, die
de gewoonte der vaderen hebben behouden. Uit dit oog
punt moet men hen beschouwen en niet vergeten, dat
zij een Aziatisch ras zijn. De groote dwaling van Europa
is zijne beschaving te willen enten op eene uitsluitend
godsdienstige volksgemeenschap met Aziatische zeden. Ik
zal op dit onderwerp terugkomen, omdat het den grondslag
uitmaakt van de Oostersche kwestie.
In Duinkerken kwam dezer dagen de Zweedsche
driemaster «011 Mollr» aande kapitein en twee loodsen
wenschten zich aan wal te begeven. Vier man der ekwipage
bragten hen in een boot derwaarts, maar onderweg deed
een windvlaag de boot omslaan en de zeven personen ver
dwenen in de diepte. Slechts een hunner, de loods van
Calais, bragt er het leven af. Hij werd geheel bewusteloos
aan wal gebragt en eerst na drie uren onafgebroken behandeling,
gelukte het, weder teekenen van leven te bespeuren.
In zake het duel, dat te Cairo het leven kostte aan
den Franschen Afrika-reiziger markies de Compiègne, wordt
nog het volgende gemeldeen Duitscher, bediende op een
handelskantoor, Mayer genaamd, had zijn arm geslagen om
het middel eener dame, die door den markies naar een in
de opera te Cairo gehouden gemaskerd bal geleid was. De
markies strafte deze vrijheid met een slag in 't aangezigt
van den Duitscher en daar hij weigerde voor deze hand
tastelijke beleediging voldoening te geven, werd hij door
Mayer uitgedaagd. De markies koos pistolen en werd aan
den schouder zoo ernstig gewond, dat hij kort daarop den
geest gaf.
Engeland.
De 18 verongelukte visschersschuiten, waarvan wij in
een vorig nummer melding maakten, behoorden tot de
vloot van Yarmouth. Doch in 't geheel zijn, gedurende
de jongste vier of zes weken, niet minder dan 36 Engelsche
visschersschuiten met man en muis in de Noordzee gebleven.
Voor de hulpbehoevende betrekkingen der 215 verdronken
manschappen (88 weduwen en 164 kinderen), is door den
lord-mayor eene inschrijving geopend.
Het bestuur der posterijen heeft er van afgezien te
Londen nog vrouwen bij de telegraafdienst aan te stellen,
omdat zij 's nachts geen dienst kunnen doen. Volgens
de Liverpool Post, heeft eene proef der North Western
Railway Company, om vrouwen als klerken in de goede-
ren-bureaux te gebruiken, niet voldaan. Dikwijls moesten
de treinen na den gestelden tijd vertrekken, omdat de
dames-klerken de kaartjes niet vlug genoeg afgaven.
Het voorloopig verslag van de Arctische commissie,
belast met een onderzoek naar 't uitbreken van scheur
buik onder de manschappen der jongste Britsche Noordpool
expeditie, luidt niet gunstig voor kapitein Nares. De
commissie is tot de slotsom gekomen: 1. dat 't uitbreken
der ziekte te wijten is aan 't verzuim om limoensap meê
te nemen bij de sledetogten; 2. dat limoensap overvloedig
aan boord der schepen voorhanden was; 3. dat kapitein
Nares geen afdoende reden had om af te wijken van de
hem op dit stuk verstrekte instructie; 4. dat, zoo in het
vervolg bij sledetogten iets moet achtergelaten worden, het
niet 't limoensap behoort te wezen, maar de rum.
Joachim, de uitstekende vioolspeler, werd jl. Donder
dag aan de hoogeschool te Cambridge met de waardigheid
van doctor in de muziek bekleed.
Te Stafford werd onlangs een zonderling geval voor
de regtbank behandeld. Een boekhandelaar, Wright genaamd,
werd door den heer Milford, een verslaggever, aangeklaagd
wegens geweldpleging. Laatstgenoemde was in den winkel
van den boekhandelaar gekomen om een boek te koopen,
dat deze hem ook overhandigde, terwijl hij tevens de
vraag tot hem rigtte, of de verslaggever ook tabak bij
zich had. Deze antwoordde bevestigend, doch vroeg op
zijne beurt: «Waarom?» «Dan dadelijk den winkel uit,»
luidde het antwoord. Dit scheen den heer Milford niet te
bevallen, die gekomen was om een boek te koopen, waarop
hij den verkooper opmerkzaam maakte, hem tevens in
overweging gevende, het publiek, door middel eener ken
nisgeving voor de glazen, van zijn afschuw van tabak te
verwittigen. De boekhandelaar scheen echter niet geneigd,
zich met zulke redeneeringen in te laten; hij pakte zijn
klant eenvoudig bij den kraag en wierp hem de deur uit.
Door den regler is hij wegens deze daad met 5 shilling
beboet en in de kosten van het geding veroordeeld.
Denemarken.
Door het Landsthing (Eerste Kamer) is in eerste lezing
aangenomen een nieuw militair strafwetboek, waarbij o. a.
bij het leger en de marine de lijfstraffen worden afgeschaft.
De regering wilde het «krom sluiten» handhaven en het
Landsthing heeft zich daarmede vereenigd, maar het
Folkething heeft besloten, ook deze straf af te schaffen.
Het ontwerp is nu in handen eener commissie.