Alpmeeie Bewaarschool te Texel.
Lokaal voor Evangelisatie,
Een paar oude ZWANEN,
Gebrs. Riesselmann,
CHANTS TÉLOPHONIQUE.
VOORSTELLING
MATHILDAj OF EEN VROUWENHART.
HET TESTAMENT VAN DE WEDÜWE POOT.
DVERTENTIËN.
ra ra
AAN DE LEDEN DERJERV, KERK.
L)s, P. H. VERSTEEG,
Dr. A. W. BHONSVEL D,
Dr. A. Ch. J. VAN MAASDIJK,
VER JSJL IST:
Spoorstraat, Q 5, Zuidstraat, M 74,
Edammer-, Goudsche-, Leidsche-
en Friesche KAAS.
Dikwijls komt de vraag bij ons op: Hoe is het toch
mogelijk, dat de arbeiders, die in de open lucht moeten
werken en aan alle afwisselingen van ons veranderlijk
klimaat zijn blootgesteld, nog gezond blijven?
Men zou werkelijk gaan gelooven, dat die arbeidende
klasse van een ander maaksel is, maar wanneer men de
doctoren spreekt en anderen, die met hun gezondheids
toestand beter bekend zijn, dan verneemt men, helaas!
dat er in dien kring oneindig velen gevonden worden, die
aan verkoudheid, bronchitis, catliarren of andere aandoe
ningen van borst en longen lijden. Voor hen is het
werkelijk een zegen, dat de Teercapsules van Guyot zijn
uitgevonden, die door den arbeider gedurende zijn arbeid
kunnen worden ingenomen, en die alle borstdranken, patés
en siropen vervangen, die hij tehuis zou moeten bereiden
en innemen. Daarenboven heeft dit geneesmiddel het
voorregt van bijzonder goedkoop te zijn.
Elke flacon Teercapsules bevat zestig capsules, zoodat
de geheele behandeling slechts 6 a 8 centen daags kost.
Het is zeker, dat zoowel de goedkoope prijs als de uit
stekende uitwerking dier capsules er veel toe hebben
bijgedragen om dit geneesmiddel de populariteit te doen
verwerven, die het tegenwoordig in alle landen geniet. Te
verkrijgen in de meeste goede apotheken.
ZONDAG 23 DECEMBER 1877.
op WOENSDAG 26 DECEMBER 1877, door liet Gezel
schap OX»KKI,INCH «ECFKXto St. Maarten,
in de Kolfbaan van den Heer C. KRIJT, aldaar.
Tooneelspel.
Tot slot:
Aanvang ten 7 ure.
Na afloop BAL.
op WOENSDAG den 26 DECEMBER 1877,
bij de Weduwe C. SMIT, aan de van E w ij c k s s 1 u i s,
te Anna Paulowna.
Heden mogen wij door Gods zegen het voorregt
genieten, dat onze geliefde Ouders en Beliuwdouders
P. PEETERS
en
M. MOLENAAR
hunne 40jarige KchtverecHifcing' herdenken.
Alkmaar, 24 December 1877.
P. VAN VLIET JR.
G. VAN VLIET,
Peeters.
H; 35Jarige Echtvereeiiïgïng
ra m
CORNELIS KLOMP g
EN 1
EVA JANSEN VAN DER BOOM. Ég
jj| Stolpe(Zijpe), j|
25 December 1877. j|
Ondertrouwd:
MARINUS CHRISTIAAN ALBERS,
2de Stuurman bij de Marine
en
ELIZABETH HELENA BERGMAN.
Helder, 20 December 1877.
Voorspoedig bevallen van een Zoon J. KEEN-
CAMPHUIS.
Wieringerwaard, 20 December 1877.
Heden overleed, zaclit en kalm, na een kortstondig lijden,
mijn geliefde Echtgenoot ANTJE SIMONS BAKKER,
oud 58 jaren.
Texel, 17 December 1877.
F. J. STARK.
Voor de vele bewijzen van belangstelling, ondervonden
bij de ziekte en het overlijden van onzen geacliten Vader
en Behuwdvader, den Heer HENDRIKU3 HEXDRIKSZ,
betuig ik, ook namens Broeders en Zusters, mijn opregten dank.
Utrecht, 20 December 1877.
Uit aller naam,
J. J. IIENDRIKSZ,
Arts.
Eenige en algemcene kennisgeving.
PALMSTRAAT.
ZONDAG 23 DECEMBER 1877, des morgens ten 10 ure,
D. V., Spreker:
Predikant te St. Pancras (Noordholland).
EERSTE KERSTDAG (DINGSDAG):
Predikant te Haarlem.
TWEEDE KERSTDAG (WOENSDAG):
Predikant te Haarlem.
Na een langdurig doch geduldig lijden, overleed heden
morgen ten zes ure, mijn beminde Kleinzoon PIETER Jz.
MOSK, in den ouderdom van bijna negentien jaren.
Wieringerwaard, 19 December 1877.
TRIJNTJE KRANS,
Wed. P. Slik.
Bij vonnis der Arrondissements-Regtbank
'te Alkmaar, dd. 18 December 1877, is
PIETER ZEEMAN, Broodbakker te Helder,
in stnnt van faillissement verklaard, met benoeming
van den Edel-Achtb. Heer Mr. C. P. E. IIANEGRAAFF
tot Regter-Commissaris en van den ondergeteekende tot
Curator.
De Curator,
W. APPEL Jr.
Bij vonnis der Arrondissements-Regtbank
te Alkmaar, dd. 21 December 1877, is
MOZES JUDA WAAS, Koopman in Haring,
Groenten, enz., te Helder, in stnnt van faillissement
verklaard, met benoeming van den Edel-Achtbaren lieer
Mr. A. C. LAGERWEIJ, Lid van gemelde Regtbank, tot
Regter-Commissaris en van den ondergeteekende tot Curator.
W. APPEL Jr.
gemerkt A op den linkerkant der bek.
Een hoekje uit de binnenvin van den regterpoot.
Die eenige inlichting kan geven bij J. GOVERS, te
Burgerbrug (Zijpe), zal beloond worden.
De VERLOTING ten behoeve van bovengemelde inrig-
ting is om bijzondere redenen UITCJESTKÏjD.
De dag waarop die nu zal worden gehouden wordt
nader door deze Courant bekend gemaakt.
Inmiddels zijn nog LOTEN a 5O Cents bij bet Bestuur
te ontbieden.
Texel, 15 December 1877.
Het Bestuur der Vereeniging tot Oprigting eener
Algemeene Bewaarschool te Texel,
G. J. VAN KERKWIJK, Voorzitter.
Ds. J. HUIZINGA, Secretaris.
De ondergeteekende maakt bekend, dat zij hare WIJNZA 4K
heeft overgedaan aan den Heer J. VAN GIJTENBEEK
alhierzij beveelt genoemden Heer ten zeerste aan bij hen
die bare zaak hebben begunstigd en betuigt bij dezen,
laatstgemeldcn haren dank voor het vertrouwen dat de
firma OTTEN ruim 50 jaren heeft mogen ondervinden.
Wageningen, 18 December 1877.
Wed. C. G. G. B. OTTEN.
De ondergeteekende de zaak in WIJNEN en LIKEUREN
van de firma OTTEN overgenomen hebbende, beveelt
zich ten dringendste aan tot levering van bovenstaande
Artikelen, en hoopt door eene goede bediening zich het
vertrouwen van velen waardig te maken.
Wageningen, 18 December 1877.
J..VAN GIJTENBEEK.
REUZEL. -34 cents
OSSENVET34
Ongerookt SPEK34
Gerookt SPEK38
Gelderscli Gerookt SPEK 45
Geldersche WORST 50
Tevens
Ann de Commissie tot stichting vnn
een orgel te de Cocksdorp. in antwoord
op hare advertentie In deze courant
vnn Zondag 16 Weeemker II.
Thans, Mijne Ileeren, hebt u aan uwe verplichting
voldaan om de domheid (moedwillig of niet moedwillig),
in uwe eerste advertentie begaan, te verbeteren, door aan
Texelaars, en vooral aan w/ef-Texelaars, in het openbaar
bekend te maken:
1°. Dat al de leden uwer Commissie, die niet verhin
derd werden, bij de iooneelvoorstellinghet hal en de nach
telijke danspartijen voor uw orgel getrouw tegenwoordig
waren. U hebt echter nog vergeten de namen dezer
Heeren op te geven. Toevallig heb ik echter vernomen,
dat de hiervolgende leden aanwezig warende Eerw. lieer
Dominé der gemeente; de Heer VAN PUTTEN, opzigter
van den^ Polder Eijerland; SCIIREUDER, onderwijzer, en
MONTE, kleereninaker en brievengaarder. De overige
namen zijn mij echter niet bekend. Nu, ik behoef ook
niet alles te weten
2°. Dat u thans aan iedereen (niet in het openbaar,
zooals dat anders gewoonlijk plaats vindt) bij den
penningmeester gelegenheid geeft tot informatie aangaande
het bedrag der gelden, door den in uwe oogen zoo bereid-
vaardigen en ijvervollen herbergier, MARTINUS DE
GR AA FF, voor bedoeld orgel bijeengebragt. Mijne Heeren,
soort hij soort, en soort prijst soort!
3 Dat de tooneelvoorstelling met hal en danspartijen
werkelijk beeft plaats gevonden, niet voor de nieuwgebouwde
kerk der R. Katholieken, maar wel voor die der Hervormden
alhier. Hierdoor hebt u vooral pligtmatig medegewerkt
om verkeerde opvattingen, lage en gemeene lierbergpraatjes
en kwade bedoelingen tegen te gaan, die uit uwe eerste,
domme en dubbelzinnige advertentie bij sommige Texelaars
en met-Texelaars zouden hebben kunnen plaats vinden. U
wist toch wel zeer goed dat er twee kerken te de Cocks
dorp zijn, die der R. Katholieken en die der Hervormden.
Hoe dom dus om die der R. Katholieken zoo geheel en al
over het hoofd te zien! Of denkt u welligt in uwe domme
verbeelding, dat wij R. Katholieken alhierin het vrije
Nederland, niet bestaan?
Geachte lezers dezer courant, de R. Katholieken (en ik
zeg dit hij herhalinggedoogen niet, dat de minste smet op
hunne nieuwgebouwde kerk in de oogen van sommigen
zou berusten; alsof zij genoodzaakt zijn geweest toevlugt
te moeten nemen tot tappers en herbergiers, tooneelvoorstel-
lingen, hals en danspartijen, die tot laat in den nacht duren,
om iets voor die kerk tot stand te brengen. Bij ons
R. Katholieken heiligt het doel de middelen niet! En de i
groote eerbied en liefde, die wij voor het liuis van God
in onze voortdurende offervaardigheid aan den dag leggen,
toonen aan allen, dat wij onze kerken niet in verband
brengen met de hierbovengenoemde zaken en personen. Im
mers daarvoor zijn onze kerken ons te heilig, te dierbaar
en te eerbiedwaardigEn dit strekt ons niet tot oneer, en
zal ons bij elk weldenkend menscli niet in minachting doen
brengen.
U hebt dus, Mijne Heeren, volgens uwe schrijverij.
voorloopig al heel veel pret gemaakt voor bedoeld orgel uwer
kerk, met tooneelspelen en druk te draaijen en te dansen tot
laat in den nacht. Waarlijk, ik voor mij gun u die zoo
genaamde prettigheden in herbergen, en berigt u tevens, dat
gij uwe wellevendheid om mij in het vervolg daarbij uit te
noodigen niet behoeft aan te wenden, want de kaart tot
invitatie zou u door mij met de grootste minachting worden
teruggezonden.
Volgens uwe verdere verklaring, in uwe advertentie, zal
er alhier nog zeer veel gedaan worden om pret te maken
voor uw orgel. Trouwens, dat was niet nieuw voor mij,
want er gingen in de herberg van M. DE GRAAFF al
tal van praatjes vooraf. Men zegt, dat er binnen eenige
dagen alhier zullen komen opdagen tal van poppenkasten,
draaiorgels en draaimolens, paardrijders van Blanus, ook
een caj'é-chantant om te laten zingen; tal van kappers uit
Berlijn tot het maken der toiletten van Heeren en Dames;
ook nog dansmeesters uit Parijs om les in het dansen te
geven, opdat al de pret en al het dansen toch vooral niet
op buitensporige en onzedelijke wijze geschieden zou. Men
zegt ook onder de uioe in die herberg, ik echter geloof
al die loopende lierbergpraatjes niet, dat, ingeval na
afloop van bovengenoemde pretmakingen, die u, Mijne
Heeren, welligt in den slaap bemoeijelijken, de gelden
nog niet bijeenzijn, alsdan uwe kerk gedurende eenige
dagen nog zal worden ingerigt tot het geven van tooneel
voorstelling en, bals en danspartijenom zoodoende nog zeer
velen tot deelneming te kunnen uitnoodigen, ten einde het
ontbrekende te kunnen bijeenkrijgen; en dat alsdan ook nog
daarenboven de volgende zaken zullen plaats vinden
werkelijkMijne Heeren, ik geloof het niet!):
1°. Dat de bovengenoemde leden der Commissie alsdan
handje aan handje den dans voor liet bal eenparig met hunne
echtgenooten gullen openen tot aanmoediging van nog heel
veel pret en tot opwekking van alle danslustigen.
2°. Dat M. DE GRAAFF in het stovenhok der kerk
een buffet zal plaatsen, om door zijne koopwaren èn pret
èn dansen nog meer te animceren.
3°. Dat het orgel dan eindelijk al dansende zal teregt-
komen.
4°. Dat op den dag der plegtige inwijding niemand,
zonder te dansen, zal worden toegelaten.
5°. Dat de feestrede zal beginnen met deze woorden:
lk, orgel, heb mijn ontstaan te danken aan pret- en pleizier-
maken, door tooneelspelen, bals en nachtelijke danspartijen,
daarom zal ik ook bij u allen hoog in waarde staan!
G". Dat het gezang tot opluistering der inwijding zal
aanvangen met deze woorden: O, Heer! als er niet zoo
veel pret gemaakt en niet zoo voortdurend gedanst was,
dan zou ik nu nog in het niet verzonken liggen, maar
verblijdt en verheugt u thans, gij volken, zingt uwe lof
zangen en prijst den Heere
7". Dat, eindelijk, het opschrift, als blijvend aandenken,
op het orgel wezen zal: Kinderen cn kindskinderen! in
uw midden heb ik mijn ontstaan te danken aan pret cn
dans uwer voorvaderen.
ITet schijnt ook, Mijne Heeren, dat de schrijver uwer
advertentie met mij, bij het publiek, ecu zoogenaamd loopje
heeft willen makenDit loopje maken is echter, volgens
liet gevoelen van vele weldenkeuden, in persoon tot u,
Mijne Heeren, teruggekeerd, en ik geloof thans dat mijne
door u zoogenaamde schrijverij de zaak van uw orgel niet
zal hebben benadeeld, maar wel bij vele weidenkenden zal
bevoordeeld hebben.
Overigens, Mijne Heeren, moet ik in liet openbaar de
manier laken, waarop u gebruik maakt van woorden, als
deze: Voogdij en Gebieder van Indiaansche slaven in de
West-Indiën, en ook ten aanzien uwer broederlijke handel
wijze als Protestanten met betrekking tot het kleine getal
der R. Katholieken alhier.
Ik geloof, Mijne Heeren, dat ik, als Pastoor van dit
kleine getal, niet verpligt ben om tegenover u uit vrees
het stilzwijgen te bewaren; immers ook ik leef alhier in
het vrije Nederland, en nog niet in Pruissen. En daarom
zeg ik u vrijmoedig, dat u de bovenaangehaalde woorden
in uwe advertentie er met de haren hebt moeten bijsleuren,
om te trachten de zaak van uw orgel schoon te vegen, en
mij, die op zijne kerk niet de minste smet gedoogen mag,
bij het publiek als onverdraagzaam te doen voorkomen.
Op de woorden: Voogdij en Gebieder van Indiaansche
6laven, antwoord ik u:
1°. Mijne Heeren. gij zijt te dom om te kunnen oor-
deelen over een elfjarig verblijf van een R. Iv. Priester
te midden van Indiaansche slaven. Wilt gij weten wat hij
onder die slaven geweest is, en wat hij voor hen gedaan
heeft? Gaat dan te rade bij uwe leeraren en bij die der
Israëliten, die zijne vaderlijke werkzaamheden hebben gade
geslagen; en Zij, Mijne Heeren, zullen u getuigen, dat hij
voor die slaven zijn leven heeft veil gehad en den dag
hunner emancipatie heeft trachten te bespoedigen.
2°. Mijne Heeren, ik heb onder mijne door u zooge
naamde voogdij liever duizend slaven, dan u, vier in getal,
als mijne pupillen, want gij zijt voor mij al te prettig en
al te danslustig.
3°. Wilt gij weten, in uwe domheid, hoedanig mijne
voogdij en mijne onverdraagzaamheid is ten aanzien van
Protestanten, raadpleegt dan de manschappen der redding
boot, die groolcndecls Protestanten zijnraadpleegt, de Protes
tanten, die ik begunstig, en die voor mij in vele zaken
werken en arbeiden, en ook uwe armen. Raadpleegt daar
enboven de 11. K. bezitters der zeven pachthoeven in Eijer
land en hunne rentmeesters, en zij zullen u zeggen, dat
slechts op één van die zeven pachthoeven een R. Katholiek
woonachtig is. Gaat het bij u ook zoo, Mijne Heeren?
Neen! want in uwe willekeurige voogdij zijt gij dikwerf
meer dan onverdraagzaamen dit bebt gij getoond en toont
het nog:
1°. Dit hebt gij getoond, toen gij de R. Katholieken
alhier gedurende tal van jaren de helft van hun kerkhof
hebt onthouden, daarop ■willekeurig drenkelingen, enz. hebt
begraven, en de gelden daarvoor bestemd willekeuiig hebt
ontvangen. Toen echter genoemd gedeelte voor u niet
meer doelmatig was en voor ons onbruikbaar, hebt gij die
helft uit uwe voogdij ontslagen en in verdraagzaamheid
teruggegeven. Maar waar nu zijn de gelden die ons toe
komen? Wanneer zult gij nu in uwe verdraagzaamheid
die helft doen ruimen en voor ons bruikbaar doen zijn?
2°. Onverdraagzame voogdij tracht gij uit te oefenen op
de gemeenteschool door den leeraar uwer gemeente. ZEW.
behoeft de school niet te gebruiken om leering te geven,
want uwe kerk is zeer groot en juist naast de school, en
daarenboven is er ook nog de consistorie-kamer. Ja, Mijne
Heeren, u weet zeer goecl wie het ziju, die op die school
voortdurend bij voorkomende feestvieringen clen baas spelen!
3°. Gij oefent onverdraagzame voogdij over de gelden
van het Polderbestuur. Ziet uwe jaarlijksche rekening en
verantwoording maar in, en dan ziet gij wat gij in uwe
verdraagzaamheid aan R. Katholieken laat verdienen, in
vergelijk van Protestanten. De R. Katholieken krijgen
slechts eenige kruimelen, die afvallen; en dan moeten die
R. Katholieken nog eerst in uwen geest vallen.
4°. Onverdraagzame voogdij tracht gij uit te oefenen op
R. Katholieken door den schoolonderwijzer, die tevens
voorzanger uwer kerk is. Als hij het kapittel heeft gelezen
en de Psalmen heeft aangeheven, dan gaat hij, na afloop
der godsdienstoefening, naar liet stovenhok uwer kerk,
alwaar zich de bibliotheek bevindt van de Maatschappij
tot Nut van 't Algemeen, en deelt dan boeken uit aan lees-
lustigen, waarin de pnesters en het geloof der R. Katholieken
op lage en schandelijke wijze gelasterd en beleedigd worden.
Komt en ziet, Mijne Heeren, ik lieb ze in mijne handen!
5°. Gij oefent onverdraagzame voogdij over kinderen, die
in de R. K. kerk gedoopt zijn. Uwe leer zegt, dat een
ieder in zijn geloof kan zalig worden. Welnu, laat die
kinderen dan maar in de R. K. kerk opvoeden, en zij
zullen zalig kunnen worden!
6°. Onverdragelijke voogdij laat gij uitoefenen aan liet
ziekbed. Op bedplanken hebt gij een stuk geld doen leggen,
en tot den zieke doen zeggen: „Lieve, kom maar tot
ons en wij zullen zorg dragen, dat liet u goed gaat in
alles!"
Welnu, Mijne Heeren, als u in bet vervolg Aan onver
draagzaamheid en voogdij wilt spreken, heft dan in alles
eerst uAve vroogdij op, Aveest in alles opregt verdraagzaam
en alles zal te - midden van ons in liet Yrije Nederland
naar xoensch gaan.
Ik heb de eer te zijn de man door u genoemd:
J. A. SCI-IOLTE, Pastoor.
De Cocksdorp, 19 December 1877.
P.S.
Geachte lezers, mag ik u verzoeken mijne vorige
advertentie en die der Commissie nog eens in te zien.