HELDERSUHE
EY YIEUWED1EPER COURANT.
1878. N°. 85.
Woensdag 17 Julij.
Jaargang 36.
Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Hollands Noorderkwartier.
S C H U TT E R IJ.
„Wij huldigen
het goed e."
Verschijnt Dingsdag, Donderdag en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaalf 1.30.
franco per post - 1.65.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN N°. 163.
Prijs der Advertentiën: Van 1i regels 60 Cents,
elke regel meer 15 Cents.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Eiken Donderdag vertrekt dc mail naar Oost-Jiulië.
Laatste ligting 's avonds 6 uur.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente HELDER
brengen ter kennis vau de belanghebbenden, dat de Commissie,
bedoeld bij art. 15 der wet op de Schutterijen zitting zal houden
aan het Raadhuis, op VRIJDAG den 19 JULIJ e. k. des namiddags
ten zes ure, tot het onderzoeken der redenen tot vrijstelling van
dienst, die bij de onlangs gehouden loting en naloting zijn ingediend,
zoomede tot het onderzoeken der redenen tot vrijstelling of uit
sluiting, die de reeds ingelijfde Schutters mogtcn hebben voor te
dragen, en tot onderzoek van hen, die bij nummerverwisseling voor
anderen verlangen op te treden.
Wijders wordt in herinnering gebragt, dat degene, welke voor
die Commissie niet verschijnt, gehouden wordt geene redenen tot
vrijstelling te hebben.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Helder, STAKMAN BOSSE, Burgemeester,
den 13 Julij 1878. C. BOON", Secretaris.
HELDER en NIEUWED1EP, 16 Julij.
Liefhebbers van naturaliën kunnen wij ten sterkste
aanraden een kijkje te gaan nemen in het kantoor van de
heeren den Duik von Otcrendorp. Met de meeste
bereidwilligheid toonen zij den bezoekers een aquarium
van betrekkelijk groote afmeting, waarin zij eene franije
collectie zeeanemonen, schelpdieren enz., door hen persoonlijk
in deze haven gevischt, met kennerstact hebben bijeen-
gebragt. Bewonderenswaardig is de kleurschakering van
de anemonen; maar nog bewonderenswaardiger het schouw
spel, dat al die prachtige zeebloemen leven, zich bewegen
en zich vastklemmen aan eene geïmproviseerde zeerots van
'tufsteen; men ziet daar veel in natura van hetgeen Verne
in zijn geïllustreerde onderzeeselie reis te aanschouwen
geeft. Op zeer practische wijze hebben de heeren d. D.
v. O. gezorgd, dat hun aquarium voortdurend door
kunstmatige toe- en afvoer van zeewater gereinigd blijft,
't Geheel geeft een schouwspel, waarbij men zich uren lang in
diepe bewondering voor de schepping zou kunnen vermeijen.
3> EET WOORD VERGETEN!
Novelle van ARTHUH, STAHL.
(Vervolg.)
IV.
Er verliepen weken sedert dien avond, en gelijk er niets stilstaat,
zoo pakte boven de minnenden het onweder zich dreigend en
dreigender saam. Boven beiden op verschillende wijzen, en toch
met hetzelfde doel: hun het geluk der vereeniging te ontnemen en
hen dag en nacht te vergiftigen met vrees vojr hetgeen er verder
gebeuren zou.
Zij zagen elkaar veelvuldiger dan aridcis, door een onweerstaan
baar verlangen gedreven. Het was een tusschen hen bepaalde en
des te min Ier door anderen erkende verhouding, van alle kanten
met booze oogen gadegeslagen, terwijl booze hartstochten voedsel
putten uit dezen bond der reinste harten.
Wat Eugenio thans vervolgde, was de nijd zijner collega's. Het
is merkwaardig, tot welke heimelijke langheden deze leiden kan,
zoodat het nauwelijks mogelijk is, de laatste wortelen, waaruit zij
voortspruiten, uit te roeien. Een der collega's benijdde den schijn
baren praal, welke de fijne marine-officier met zijne voorname
manieren ten toon spreidde; de ander, die zelf een even schitterend
huwelijk op het oog had, benijdde den jongen man, omdat hij
zooveel nader bij het doel scheen te zijn.
Vooral echter diegene, die Jaue, dc schoone en vermoedelijke
erfgename, met telkens grooter hartstocht vervolgde en een doode-
lijken haat gezworen had aan den man, die in de gezelschappen
boven hem voorgetrokken werd eij op het kantoor beneden hem stond.
Als hij in gezelschap hem aan hare zijde zag, achter haren stoel
staande, of met haar in zijn armen rondzwevend, dan gloeide zijn
blik van woede en zocht hij naar een middel om met één slag
zijn gehaten medeminnaar te vernietigen. Maar voor dit plan, dat
hij oïs een Mephistopheles zocht uit te voeren, konden eerst slechts
de inleidende draden gezocht worden.
Nadat hij vooraf bijna het geheele kantoorpersoneel tegen hem
ingenomen had, wendde hij eerst pogingen aan nm met den vader
der jonge lady in keunis te komen, en in gezelschap een gesprek
met hem aan te knoopen. Ofschoon nu dezen zijn gezelschap en
persoonlijkheid volstrekt niet behaagde, namen toch de lasteringen
hem tegen den officier in, die dezen avond in de nabijheid levendig
met Jane sprak. Zijn voorhoofd rimpelde zich. Toch keerde hij den
aanklager den rug toe en deze zag tandenknarsend, dat hij niet in
zijn eigen voordeel, maar ten nadeele van een meer gewenschten
schoonzoon gesproken had. Hij moest zich tevreden stellen met
den gehaten medeminnaar afbreuk te hebben gedaanmaar mocht
niet hopen, zijne plaats te zullen innemen.
Zoo ging hij dan voorloopig ongehinderd voort, met al zijne
collega's, ieder op de meest geschikte wijze, tegen Eugenio in te
nemen, en ieder hunner in elk voorkomend geval gereed te vinden,
hem bij te staan tegen dezen. Bij den chef daarentegen had hij de
meeste moeite om de rechte plaats te treffen. Toen hij er dezen
De toestand van de Zweedsche adelborsten, die in
het Marine-Hospitaal alhier moesten achterblijven wegens
de ondergane amputatie, is naar omstandigheden vrij gunstig.
De jongste is zelfs zeer welde oudste, wiens gestel zeer
heeft geleden, neemt langzaam in beterschap toe.
Tot het houden eener inspectie over het alhier garnizoen
houdend bataillon van het 7de regiment infanterie kwam
jl. Zondag hier aan de kolonel F. G. PI. Driessen, kom-
mandant van genoemd regiment.
Sedert 12 jaren bestaat rdliier eene Vereeniging van
jongedochters, onder de zinspreuk: Dient elkander door
de liefde." De aangename ervaring, dat dit gezelschap in
niet geringe mate werkzaam is om, hetzij door eenigen
geldelijken steun, of door 't verschaffen van door hare
leden vervaardigde kleedingstukken het leed van verarmde
plaatsgenooten te verzachten, geeft ons voldoende aanleiding
om de genoemde Vereeniging met eere te vermelden.
Jl. Zondag werd het 12de jaarfeest gevierd, en werd een
uitvoerig verslag uitgebragt over de werkzaamheid in
't afgeloopen vereenigingsjaar. De uitvoering van eenige
zangstukken door de Vereeniging: //Zingt den Heer" luis
terde deze bijeenkomst op.
Bij genoegzame deelneming bestaat het uitzigt, dat
in 't begin van September a. s., tegelijk met de tentoon
stelling van Floralia, eene tentoonstelling van vee en j
landbouwwerktuigen alhier zal plaats hebben. Wij hopen
en verwachten, dat de pogingen der Commissie, die tot dit
doel werkzaam is, bij allen die het kunnen doen, zullen
worden geschraagd en bevorderd.
Verlangend wordt de komst van het Vorstelijk j
echtpaar te 's Hage verbeid, dit verzekert de Ilaagsche
Kroniek der Gron. Crt. in een berigt over het aanstaande
huwelijk van Z. K. H. Prins Hendrik en Prinses Maria
van Pruissen, en men is voornemens der jeugdige Prinses j
een schitterende ontvangst te bereiden. Van gemeentewege
zijn reeds plannen voor een keurige versiering der stad en
voor een illuminatie ontworpen, maar de geheele bevolking
zal zeker meewerken om de ontvangst regt feestelijk te j
doen zijn. Ik heb' reeds iets vernomen van een plan tot
plaatsing voor het paleis van Prins Hendrik van een
opmerkzaam op maakte, dat zijn kassier, zoo in de groote wereld
levend, tot eeu weelde genoodzaakt was, die hij onmogelijk uit de
bezoldiging van zijn betrekking bestrijden kon, toen vonden deze
inblazingen, gepaard met verfoeielijke en fijnbedachte lasteringen,
ook eindelijk daar oogen, die met kwade verdenking op Eugenio
rustten.
Zoo bleven de zaken een tijdlang. De beklagenswaardige jong
man, die zich als door spionnen omringd zag, daar de oude vrienden
en collega's hem met onverklaarbare terughouding behandelden,
stond eerst als voor iets onbegrijpelijks, dat echter misschien juist
daarom hem met een afschuw vervulde, alsof hij buiten zijn schuld
door booze geesten geplaagd werd.
Eenmaal slechts, toen Roberto het waagde, hem een directe
toespeling te maken: hoe gemakkelijk en verleidelijk het was, in
zoo schitterende en kostbare kringen zich in schulden te steken
en de kas enzgeraakte Eugenio in zulk een toestand van ver
ontwaardiging, dat liij liftm met de wapens in de hand geantwoord
zou hebben, als niet een oudere collega bemiddelend tusschen
beiden was opgetreden. Van dezen dag af echter nam de positie
van den geplaagden man, die in den grond der zaak zoo weinig
aan deze commerciccle verhoudingen en nog minder aan dezen
vorm gewend was, die alles slechts uit het oogpunt van «geld"
beschouwt, zulk een karakter aan, dat zijne zenuwachtige verbitte
ring hem uren achtereen in een toestand bracht, die aan waanzin
grensde, ofschoon het bij hem niets anders was dan de uit een
rein geweten ontstane overprikkeling.
Het booze en ongelukkige toeval wilde eenmaal op een feestavond,
waarheen Eugenio zich onmiddellijk begaf na afloop van zijn dag
taak, welke bovendien door het gehate rekenen zijn zenuwen pijnlijk
aandeed, dat Jane hem bemerkte en daarover onbeschrijfelijk ont
stelde, hoewel zij geenszins aan verstandsverbijstering, maar veeleer
slechts aan hein wedervaren onaangenaamheden geloofde. Roberto
daarentegen, die dit tooneel van verre mede aangezien had, waagde
het, zich na Eugenio's vertrek bij het schoone meisje te voegen.
Zij zat in een grooten leuningstoel en hield met een waaier haar
gelaat bedekt; hij kon bemerken dat twee groote tranen over haar
zachte wangen stroomden.
«Gij weent, madonna?" zeide Roberto met een stem, die slechts
te duivelachtiger klonk door den meewarigen toon, welke hij poogde
aan te nemen. Zij deinsde terug, alsof een vampyr haar had
aangeraakt.
Het afschuwwekkende ballet de Vampyr, dat zij den vorigen
dag aan Eugenio's zijde gezien had en waarbij zij uit blijdschap
over zijne voortdurende nabijheid niets van dien afschuw gewaar
was geworden, vervulde haar thans met huivering.
De vreeselijke woorden van Hamerling:
«En de stilste dezer vainpyrs
Zuigt mij 't roode bloed uit 't hart"....
kwamen hnnr voor den geest.
Zij was te moede alsof de gloeiende adem zijns monds, zoo dicht
in haar nabijheid, haar een koortsige hitte aanjoeg; zij hief haar
waaier op, om zijn hootd af te weren; zij trok den Genueeschen
monster-pyrainitle van bloemen, op te rigten door d<
voornaamste bloemisten van liet geheele land.
De minister van Oorlog de Roo neemt steeds ir
beterschap toe. Binnenkort verwacht men, dat hij wedet
liet bestuur over zijn departement kan waarnemen.
's Konings commissarissen in de onderscheidene pro
vinciën zijn door den Minister van Oorlog gemagtigd om,
in bet belang van de haringvisscherij, aan de verlofgangers
van de militie te land, die reeds vóór hunne inlijving bij
de militie hun beroep van de buitenlandsche zeevaart
maakten en die zich voor de zeemilitie hebben aangeboden,
doch daarbij niet konden worden aangenomen, de vergunning
te verleenen tot het deelnemen aan die visscherij, en dat
wel al behooren zij tot een korps, waarbij zij tot het bij
wonen van herhalingsoefeningen zouden moeten opkomen;
zullende zij, ter visscherij afwezig, ter zake van bedoelde
opkomst in werkelijke dienst voor diligent Avorden
gehouden.
De ïaadsheer in het geregtshof te 's Hage, jhr. mr.
van Panhuys, vroeger raadsheer in het voormalig pi*ovin-
ciaal hof van Zeeland, is jl. Vrijdag te 's Hage overleden.
Naar het Vad. verneemt, zal dr. Kuyper eerlang
eene buitenlandsche reis ondernemen, ten einde, na do
veelvuldige inspanning der laatste maanden, zijn op nieuw
eenigermate geschokte gezondheid te herstellen.
Bedankt voor het beroep naar de Ilerv. gemeente te
Oude Schild op Texel door ds. A. G. Reede, pred. te
Nieuw-Vennipnaar de Remonstrantsche gemeente te
Leiden door dr. van Gorkom, pred. te Amsterdam.
Op de voordragt voor hoofdonderwijzer te Opmeer
staan o. a. de heeren F. Woutman, te Alkmaar en PI.
van lleerikhuizen, te Oudkarspel.
Aan mej. O. Ilaremaker, van Medetnblik, is te Middel
burg acte van leerling-apotheker uitgereikt.
Men schrijft ons van Texel, cld. 15 dezer:
,/Wij hadden gistei-en avond het genoegen in de afdeeling
van den Protestantenbond alhier te zien optreden den heer
Hugenholtz, stichter der Vrije Gemeente te Amsteidam.
Nadat door den voorzitter, den heer Bakels, de ver-
s'uier over haar teeflere schouders, opdat haar gevoelige huid niet
met dien adem in aanraking zou komenzij had nooit iets der
gelijks ondervonden.
wGij weent, freule?" sprak de Mepliisto met dezelfde stem«wie
zou ook niet weenen om zulk een jeugdigen aanbidder, die u zoo
na aan 't hart schijnt te liggen dien men met onafwendbare
schreden naar den afgrond des waanzins ziet ijlen, naar dien don
keren, zwarten nacht der geestelijke duisternis, waarin slechts de
jeugd en het schoone, verwoeste lichaam nog nu en dan den sluier
oplichten, opdai de kranke zelf de afgrijselijke verwoesting ziet,
die hem
Jane strekte als ter afwering de armen uit; een kreet ontsnapte
aan hare bleeke lippen; zij viel bewusteloos achterover.
Maar op hetzelfde oogenblik, dat Ruberto's ongure handen haar
kuisch lichaam wilden aanraken, stond Eugenio naast den stoel
der onmachtige ea schoof met de gespierde kracht des zeemans
den onbeschaamde terug, die van het eenzame boudoir en het
gunstige oogenblik had willen gebruik maken, ora ziju heillooze
plannen te volvoeren.
Een volkomen bedaarde, fiere kalmte lag op het gelaat van
Eugenio, die van zijne vroegere, louter zenuwachtige aandoening
volkomen hersteld was; liet was niet mogelijk, zich een scherper
en sterker contrast voor fe stellen, dan de mannelijke uitdrukking
in de bleeke gelaatstrekken van Eugenio in hare onuitsprekelijk
nobele schoonheid, en de van toorn gloeiende duivelachtige phy-
siognomic van Roberto.
Men kon niets zelfstandigers, niets fierdevs hooren dan de nu
volkomen rustige toen, waarop de officier de weinige woorden
sprak: „Weg van hier!" de hand aan den degen slaande,
welken hel geoorloofd was te Genua te dragen, indien men op de
een of andere wijze door zijne vroegere positie daartoe gerechtigd
was. Zijne zwarte, met goud geborduurde marine-uniform deed
den onvergelijkelijken adel zijner slanke gestalte schitterend uitkomen.
De beide mannen maten elkaar met een blik; uit dien van
Eugenio spraken verontwaardiging en zelfbewustzijn; uit dien van
Roberto straalden als bliksems de vonken van toorn en hij zou
zich zeiven in dezen toestand vau razernij niet langer meester
geweest zijn, als Jane thans niet uit haar onmacht ontwaakt was.
«Eugenio..." zeide zij, hem de hand reikend, met onuitsprekelijke
ontroering in haar stem en met zulk een innige uitdrukking in
haar blauwe, ondoorgrondelijk peinzende oogen, dat de woedende
man daarvoor terugbeefde, als voor een reine engel de booze geesten
van den nacht, den gehaten vijand het veld overlatend, maar niet.
zonder bij zich zelveu den eed der wraak hernieuwd te hebben.
Thans kwamen er tal van gasten dc kamer binnen en Jane, nog
j half onmachtig, ging aan Eugenio's arm tot aan de deur van haar
eigen vertrek, zonder dat beide van aandoening in staat waren,
een geregeld gesprek te voeren.
«Voor altijd," sprak Jane als in den droom, slechts half bewus
teloos begrijpend, wat zij met deze bekentenis onherroepelijk over
dit hart besliste.
I Wordt vervolgd.)