HELDERSOHE
EN NIEllWËDIEPER COURANT.
Nieuws- en Advertentieblad voor Hollands Noorderkwartier.
1879. N°. 66.
Zondag 1 Junij.
Jaargang37.
■%Mh
„W ij huldigen
het goed e."
Vemchijut Dingsdng, Donderdag en Zatnrdag namiddag.
Abonnementsprij* per kwartaal1.30.
w franco per post 1.65.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Burean: MOLENPLEIN K°. 163.
Prijs der Advrrtentiën: Van 14 regels 60 Cents,
elke regel meer 15 Cents.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Elhen Donderdag vertrekt de mail naar Oost-Indië.
Laatste ligting 's avonds 6 uur.
HELDER en NIEUWED1EP, 31 Mei.
Zr. Ms. instructievaartuig Urania, onder bevel van den
luit. ter zee 1ste kl. S. van der Aa, vertrekt Maandag
naar de Zuiderzee, tot het doen van een oefeningstogt
met de adelborsten van bet oudste studiejaar.
De oefeningen met bet vestinggeschut alhier zullen
dezen zomer van medio Junij tot medio September plaats
hebben en even als vorige jaren door artilleristen uit andere
plaatsen worden bijgewoond. Den 14 Junij a. s. zal tot
dat doel alhier aankomen de 23ste cornp. vestingartillerie
onder bevel van den kapt. jhr. A. L. P. van de Spiegel,
uit Willemstad. De overige compagniën komen mede uit
Willemstad, uit Gorinchem en Hellevoetsluis. Elk dezer
compagniën wordt gedurende 14 dagen alhier gedetacheerd.
De oefeningen zullen dit jaar bestaan in hot vuren met
het stalen kanon van 24 cM. op schijven een vijandelijk
schip voorstellende, die door een sleepboot op onbekende
afstanden langs de kust gesleept worden.
Tengevolge van het bedanken van dr. Bruyns, van
Aardswoud, is gisteren avond het volgende twaalftal ge
formeerd, ter vervulling der predikants-racature bij de
Hervormde gemeente alhier: van Kluijve, Hagen, Bacli,
Claassen, de Holl, v. d. Palm, Jenting, Slotemaker, Kist,
Tersteeg4 Drooglever Fortuijn en Baert de la Faille.
Door de Algemeene Kiezersvereeniging in het district
Alkmaar is de heer mr. J. Heemskerk Az. tot candidaat
gesteld voor het lidmaatschap van de Tweede Kamer.
De Prins van Oranje schijnt ongesteld te zijn.
Volgens de Amsterd. Crt., zendt de Koning baron Bentinck
naar Parijs.
Op het verzoek, indertijd door jhr. H. P. Tindal,
lste luit. bij het regiment rijdende artillerie te Amersfoort,
gedaan, om de krijgsbedrijven in Afghanistan, bij het
Engelsche leger, te mogen hijwonen, heeft de minister van
Oorlog te kennen gegeven, dat daartoe geen vergunning
kan worden verleend.
Een particulier correspondent van den Londenschen
Standaard seint, dat er weder hevig in Atsjin gevochten
werd, dat de Nederlanders groot verlies leden en dat de
vernieuwing der vijandelijkheden in Atsjin uitging als
een wraakneming over de willekeurige politiek, de ver-
nielingszucht, door liet Nederlandsche leger op het ver
overd grondgebied aan den dag gelegd. Daargelaten of
deze bewering al dan niet gegrond is, is het niet onbe
langrijk nu op te letten wat Groot-Brittanië in Zoeloeland
doen zal. Maar wanneer het berigt en deze beschouwing
afkomstig zijn van denzelfden correspondent, die in dat
blad de jongste Koningsfeesten in Nederland beschreef,
dan behoeven wij, zegt de Londensche correspondent van
de Haarl. Courant, van zulke beschouwingen niet veel
notitie nemen.
Op Dingsdag 3 Junij des namiddags ten half twee
ure zal de Willem Barendsz van Amsterdam naar de
Poolzee vertrekken.
De Nederlandsche loodspost, te Dungeness gevestigd,
bewijst, naar men aan de de Middelb. Crt. berigt, goede
dienst. Aan boord van den kotter aldaar is voortdurend
gebrek aan personeel,
Bedankt voor het beroep naar Oosterend op Texel
door ds. S. te Gempt, predikant te Vlieland.
Tot leeraar aan de H. B. school te Enkhuizen is
benoemd de heer A. Kremer, te Wildervank.
De heer P. Rond, van Spanbroek, verkreeg jl. Donder
dag te Haarlem de acte als hoofdonderwijzer.
Naar buitenlandsclie bladen melden, heeft de Neder
landsche Vredebond aan de regeringen van Chili, Peru
en Bolivia een adres gerigt, waarin deze worden vermaand
om haar geschil aan de uitspraak van een scheidsgerigt
te onderwerpen, en betoogd wordt, hoe wenschelijk zulks
zou zijn, vooral nu de doorgraving der landengte van
Panama werkelijkheid staat te worden.
De Amstel-Hótel-Maatschappij te Amsterdam, keert
over 1878 een dividend van 4 pCt. uit.
Jl. Donderdag werd aan het gebouw van het provin
ciaal gouvernement van Noordholland te Haarlem o. a.
aanbesteed: het voortzetten, herstellen en verbeteren der
verdedigingswerken op het noorderstrand van het eiland
Vlieland, behoorende tot de zeewerken in Noordholland
(raming f 60,000), laagste inschrijver de heer F. Volkert te
Sliedrecht, voor f 59,300.
De burgemeester van Amsterdam heeft de agenten
van politie aldaar in de gelegenheid gesteld zich te oefenen
in het telegrapheeren. Voor hen, die daarin eenige vordering
maken, is eerder promotie te verwachten.
Met 22 tegen 13 stemmen heeft de gemeenteraad
van Amsterdam besloten tot heffing van straatgelden.
De gemeenteraad van Amsterdam stelde jl. Woensdag
avond, na eenige discussiën, de voorwaarden vast eener
geldleening van 9 millioen, uit te geven in 9000 obligatiën,
elk van f 1000, tegen eene rente van 4 pCt., waarvan de
eerste uitgifte van 3 millioen in Junij zal plaats hebben.
Alleen de heeren Heineken en Pijnappel stemden tegen.
In zake van Santen Kolff te Amsterdam is door den
advocaat-generaal van 't Hof een tuchthuisstraf van 12 jaar
geëischt. De verdediger, mr. Haas, pleitte verzachtende
omstandigheden, wijzende op de tergende houding van de
vrouw en op haar ondankbaarheid tegenover v. S. K. Hij
vroeg niet alleen een mindere straf, maar ook een straf
die den beschuldigde in staat zou stellen weder in de
maatschappij terug te keeren.
Uit 's Gravenhage wordt aan de Amst. Crt. gemeld
dat de ministers, door den Koning om advies gevraagd
aangaande de ministeriële portcfeuile van Waterstaat, door
den heer Tak van Poortvliet ter beschikking van Z. M.
gesteld, zouden hebben geadviseerd om den heer Tak de
portefeuille niet uit de handen te nemen.
Ook het Amsterdamsch Effectenblad komt tegen de
verklaring van den heer Reepmaker op. „Indien hij had
verklaard/ zegt dat blad, „dat commissarissen eener naam-
looze vennootschap zijn aangesteld in liet belang der
aandeelhouders, en voor de functiën, welke zij te vervullen
hebben, de lasthebbers zijn van dezen; dat zij dus ver
antwoordelijk kunnen zijn tegenover de aandeelhouders en
niet tegenover de crediteuren der vennootschap, dan zou
den wij beter met zoodanig antwoord hebben kunnen
instemmen dan met dat, hetwelk thans door hem is gegeven.
Wij willen overigens niets te kort doen aan de hulde,
door mr. Reepmaker aan de commissarissen als leden
onzer burger-maatschappij gebragt. Maar in liet belang
van het algemeen, van het crediet onzer financiële en
industriële ondernemingen wenschen wij aan den anderen
kant toch ook niet, dat de aanstelling van commissarissen
hij naamlooze vennootschappen eene ijdele vertooning zij,
om de namen van mannen, die gehuldigd worden als
„wakkere, algemeen geachte, bij ons allen gunstig bekende''
personen, als uithangbord te gebruiken, om aan onder
nemingen en directeuren, die liet niet verdienen, crediet
te verschaffen."
De Haagsche bladen melden, dat liet den 7 Julij a. s.
50 jaren geleden zal zijn, dat de bataillons grenadiers en
jagers, door wijlen Z. M. Koning Willem I, werden op-
gerigt. De tegenwoordige officieren van het regement
hebben het voornemen opgevat, dien dag feestelijk te her
denken, op welk voornemen zij de goedkeuring des Konings
mogten erlangen. Ook de deelneming van de oud-officieren
der grenadiers en jagers is gevraagd. De commissie bestaat
uit de heeren: majoor Boelaard, president; kapitein baron
Taets van Anierongen, vice-presidentkapitein W. de Petit,
secretaris; kapitein Weenink; de lste luitenants jhr. Wittert
en Hoogeveen de laatste penningmeester.
Als een bijzonderheid wordt uit Aarlanderveen
gemeld, dat de wed. N. Ouwerhand, geb. van Beek, aldaar,
sinds 1850 baker, half Mei jl. het tweehonderdste kind heeft
gebakerd aan de Kwakel, gemeente Uithoorn. Onder dit
getal zijn drie tweelingen en één drieling begrepen. In
hare betrekking droeg zij steeds de bijzondere goedkeuring
weg van allen, bij wie zij hare gewigtige dienst vervulde.
Ter gelegenheid van haar koperen feest geeft de
Vereeniging tot bevordering van 's Lands Weerbaarheid te
Utrecht op 14 en 15 Junij een schietwedstrijd aldaar, waaraan
alle weerbaarheids- en scherpschutterskorpsen kunnen deel
nemen en waarvoor 3 korpsprijzen zijn uitgeloofd. De
regelingscommissie bestaat uit de heeren G. A. Hopmans,
R. J. Koker en L. F. H. Andrau.
Men schrijft uit Rotterdam aan de Middelb. Crt.:
„Het berigt, dat Pincoffs te New-York is aangekomen,
heeft hier de grootste sensatie te weeg gebragt. Hij heeft
dus om te ontkomen geen buitengewone middelen gebezigd,
maar is den zeer eenvoudigen weg gegaan. Van hier is
hij over Calais naar Engeland gereisd en Donderdag den
15 dezer is hij te Liverpool aan boord gegaan van de
dien dag naar New-York vertrekkende stoomboot Germania.
Het heette hier de laatste dagen, dat men wist dat hij met
vrouw en drie zoons op die boot passage genomen had,
maar er werd geen openbaarheid aan gegeven, omdat de
justitie de pers om geheimhouding verzocht had van al
wat met de opsporing van den voortvlugtige in verband
stond. Men achtte het ook mogelijk, dat het nemen van
passage op de Liverpoolsche boot een middel was geweest
om de justitie op een dwaalspoor te brengen. En thans
blijkt het maar al te waar te zijn, dat Pincoffs alle maat
regelen van voorzigtigheid heeft versmaad en, zelfs zonder
zijn naam geheim te houden, van eene reisgelegenheid heeft
gebruik gemaakt, die ook menschen kiezen, welke niet
door de politie op de hielen gezeten worden! Het heette,
dat alle maatregelen genomen waren om, zoo liij werkelijk
naar New-York vertrokken was, te beletten dat hij daar
voet aan wal zette. Men zou hem op de reede arresteren.
Wat er nu daar ginds is gebeurd, is natuurlijk nog onbe
kend maar genoeg is het, dat Pincoffs ongemoeid te New-
York is kunnen arriveren. Het eenige wat hij zich te
getroosten heeft gehad, is eene snelle reis. Den dag nadat
hij 's middags onder beurstijd van hier vertrok, is hij te
Liverpool scheep gegaan en negen dagen later was hij in
de hoofdstad van de nieuwe wereld.
Het is te hopen, dat nadere berigten omtrent de omstan
digheden, waaronder zijne ontscheping daar ginds heeft
plaats gehad, onze justitie zullen regtvaardigen; deindruk
bij het publiek zou anders hoogst ongunstig en aan het
prestige der justitie niet bevorderlijk zijn.
Er zijn er nog, die zich vleijen, dat men van Amerika
de uitlevering verkrijgen zal, ofschoon er geen uitleverings-
tractaat bestaat. Maar dit zal wel eene nuchtere illusie
zijn. Zoovele schurken hebben in de Vereenigde Staten
eene veilige schuilplaats gevonden: waarom zou dit dan
aan Pincoffs geweigerd worden?"
Het schijnt, zegt de Arnh. Crt., dat door ons gouvernement
pogingen aangewend zijn om Pincoffs bij zijne komst in
Amerika te arresteren. Althans het Vaderland spreekt van
het mislukken der pogingen. Dat zij niet bestonden in
eene regtstreeksche uitnoodiging aan do regering der
Vereenigde Staten om hem uit te leveren, spreekt van zelf,
daar hiertoe eene overeenkomst zou worden vereischt, die
niet bestaat. Eenige jaren geleden slaagde men er in om
den smid, die eene dame onder Ede had bestolen, op zijne
beurt het gestolene te onthouden door bemoeijingen van
het douanekantoor. Pincoffs echter is te geslepen om van
zulke praktijken bet slagtoffer te worden. Hij kent te
goed de middelen om te bedriegen en op te ligten, dan
dat hij daartegen niet op zijne hoede zou wezen.
Men schrijft uit Capelle (Langstraat), dd. 29 dezer:
„Even als in vorige jaren, hebben de boeren weder
belangrijke aankoopen van tweejarige paarden op de Heen-
vlietsche paardenmarkt gedaan. De prijzen zijn dit jaar
merkelijk lager dan in de laatste twee jaren, zoodat men
nu even goede paarden voor f 250 heeft medegebragt als
toen voor f 300 en meer.
Ofschoon de hooi- en weilanden er sedert de laatste
veertien dagen vrij wat beter uitzien dan vdór dien tijd,
en men thans kan aannemen, dat hier voor het oogenblik
het gebrek aan veevoeder geweken is, zijn de prijzen van
het leverantie-hooi toch steeds stijgende, zoodat men nu
reeds voor f' 26 a f 28 per 1000 KG. kan afleveren."
Op de jl. Donderdag te Varsseveld gehouden week
markt waren meer dan duizend oude ponden boter in
kluiten aangebragt, waarvoor een prijs van f 0.88 tot f 0.95
per KG. werd besteed. Eijeren golden f 2.25 de honderd.
De op jl. Donderdag gehouden verpachting voor
den tijd van 10 jaren van 98 boerenerven der gemeente
Kampen, gelegen op het Kampereiland c. a., heeft aan
jaarlijksche huur opgebragt f 380,210, zijnde f 24,790
meer dan hij de verhuring in 1869.
Te Wijgodda is na het gebruik van brood, hetwelk
een boer voor eigen gebruik had gebakken, een kind
doodgebleven en de vrouw van den boer krankzinnig
geworden. De molenaar had den boer reeds gewaarschuwd,
dat de rogge, waaruit het brood gebakken was, zeer veel
moederkoorn bevatte en was eerst na sterk aandringen tot
het malen er van overgegaan.
Een zestienjarige leei'ling der hoogere burgerschool te
Venlo heeft jl. Donderdag tegen een zijner onderwijzers
het zwaard getrokken, een oud Romeinsch zwaard. En dit,
nadat hij reeds met een pistool had gedreigd. Het jonge
mensch is door de politie in verzekerde bewaring genomen.
Wist men wel dat het lied: „O God verlaat mijn
Neerland niet!" thans nog zoo populair, nog geen tien
jaar oud is. Zie hier wat men in een Haagsch Dagblad
van 1870 kan lezen.
„Het gezelschap artisten, onder directie van den heer
Joan Pflaging, wier wezenlijke verdiensten met iederen
dag meer op prijs gesteld worden door het talrijk en
gedistingeerd publiek, dat hunne soirees bezoekt, werd jl.
Donderdag op een streelende wijze verrast op eene ovatie
aan zijn leden. De heer Ludolf Waldmann toch werd door
twee lieve kleinen een lauwerkrans aangeboden voor de
verdienstelijke voordragt van zijne treffende inspiratie:
„O God, verlaat mijn Neerland niet!"
De hooge heteekeuis van de woorden van het lied maakten
een diepen indruk op de aanwezigen, en lokten een daverend
en herhaald applaudissement uit, waarmede wij hartelijk
instemden."
Welnu, die dichter-componist, wiens lied thans in aller
mond leeft, is dezelfde Ludolf Waldmann, die op het
oogenblik met het gezelschap van den heer Pflüging in
het Paleis voor Volksvlijt concerten geeft en eiken avond
zijn nieuwste compositiën ten gelioore brengt, waarvan het
te wenschen zou zijn, dat zij even spoedig hun weg tot
het volk namen. Liederen toch als Wer weiss op wir uns
wiedersehn verdienen gekend en gezongen te worden.
Prins Alexander van Battenberg heeft jl. Dingsdag
de deputatie, welke hem de kroon van Bulgarije kwam
aanbieden, te Livadia, ontvangen en in antwoord op de
toespraak van het hoofd der deputatie verklaard, dat hij
bereid is de regering van het vorstendom te aanvaarden
„en trotsch is tot de dappere Bulgaai-sche natie te hehooren."
Na afloop van de audiëntie bij den vorst volgde die bij den
Keizer. Alexander II omhelsde zijnen neef en naamgenoot,
wenschte de Bulgaarsche natie geluk met de door haar
gedane keuze en uitte de hoop dat de deputatie, zoowel
als de geheele Bulgaarsche natie, de voortreffelijke bedoe
lingen van den vorst moge ondersteunen en hij bij haar
medewerking moge vinden tot het volbrengen van een taak,
wier eenig doel het geluk van Bulgarije is. Daarna zeide
de Keizer tot de afgevaardigden, dat 's lands toekomst en