Aan de heeren D. A. Jonkers en G. Veenman, onderwijzers respectivolijk alhier en te Burg op Texel, is jl. Zaturdag te Haarlem de acte voor het Hoogduitsch uitgereikt. Men meldt van Texel, dd. 1 dezer: „Ruim drie jaren geleden strandde nabij onze kust 't Er.gelsch fregatschip Webfoot. Na lossing en adsistentie, ook door een aantal visschers en zeevarenden van hier, werd het schip af- en te Nieuwediep binnengebragt. Een langdurig proces over de uitkeering der bergloonen volgde, zoodat eerst heden de bergers van hier hun aandeel ontvingen, bedragende ruim f 4000. Men schrijft ons uit Schagen, dd. 2 dezer: „Het vooruitzigt bestaat toevallig, dat onder de amuse menten gedurende de kermis alhier, ook iets degelijks voor de beminnaren der toonkunst zal zijn. De zoo gunstig bekende stafmuziek van het 7de regiment infanterie, onder directie van den kapelmeester Sonnemann, van 25 tot 29 dezer in uwe gemeente Verblijvende om zich aldaar te laten hooren, is namelijk voornemens alsdan een uitstapje naar Schagen te maken en aldaar, bij voldoende inteeke- ning, in den namiddag van Donderdag 26 Junij in het lokaal van den heer Knikker een concert te geven. Het is te verwachten, dat de muziekliefhebbers in Schagen en omliggende gemeenten deze gelegenheid om iets uitstekends te kunnen hooren niet ongebruikt zullen laten voorbijgaan, maar, door druk te teekenen op de tot dat einde bij den heer Knikker aanwezige lijst, zullen doen blijken van eene deelneming, niet alleen voldoende, maar zelfs overvloedig. Eene kapel als die van het 7de regiment verdient zulks ten volle." Naar men van goeder hand verneemt, zal de afdeeling Barsingerhorn der Hollandsche Maatschappij van Landbouw, in den loop dezer maand, eene tentoonstelling houden van boter en kaas. Te Alkmaar heeft dezer dagen plaats gehad eene verkiezing van stemgeregtigden in het kiescollegie der Hervormde gemeente. De orthodoxe partij behaalde de overwinning. Er werden 463 geldige stemmen uitgebragt; 't hoogste cijfer door de overwinnende partij behaald was 253, dat der liberale rigting 214. Jl. Zaturdag werd te Alkmaar, in het lokaal van den heer Bosman in den Bergerhout, de jaarlijksche ver gadering gehouden der Gewestelijke Vereeniging Noord holland van het Nederlandsch Onderwijzers-Genootschap. Een groot aantal onderwijzers uit alle deelen der provincie woonde die vergadering bij. Na het behandelen van een aantal huishoudelijke zaken het loten om de beide prijzen voor het oplossen van de meeste opgaven uit den jaargang 1878 van het Tijdschrift voor Reken-, Stel- en Meetkunde, het kiezen van twee afgevaardigden voor de aanstaande algemeene vergadering des Genootschaps en de bepaling dat Wormermeer de plaats zal zijn waar de Gewestelijke Vereeniging het volgende jaar hare vergadering zal houden kwam de heer H. G. Roodhuijsen, van Amsterdam, aan het woord. In een geestige en boeijende voordragt, die de onverdeelde aandacht van allen in beslag nam, behandelde spreker de vraag: is er waarheidszin in den mensch? Door treffende voorbeelden bragt spreker onder het oog hoeveel onwaarheid er is in onze opvoeding, in ons onderwijs en in onze taal. De opmerking aan het slot zijner voordragt, dat de mensch niet alleen gevoel voor het ware, maar ook voor het schoone heeft, heeft zeker ook die hoorders geheel bevredigd, die bij de lezing wel eens aan overdrijving gedacht hebben. In de pauze was er gelegenheid eenige merkwaardigheden van Alkmaar de Groote Kerk en het Oudheidkundig Museum te bezigtigen. Bij de hervatting der werkzaamheden werd de vraag behandeld: welke zijn de voor- en nadeelen, die er voortvloeijen uit de oprigting van afzonderlijke jongens- en meisjesscholen? De inleider, de heer H. van Voort- huijsen, van Amsterdam, bekeek de zaak uit een opvoed kundig, onderwijskundig en stoffelijk oogpunt en kreeg als slotsom, dat de nadeelen van het oprigten van afzonder lijke inrigtingen voor jongens en meisjes de voordeelen ver te boven gaan. Uit het debat, dat nu volgde, bleek, dan weer het andere naar de helling van deu oever, om eindelijk, na menige vergeefsche poging om het er weder af te krijgen, het spel op nieuw te beginnen. Vroeger dan gewoonlijk viel de avondschemering in. Plotseling werd Seiling uit zijn gepeins opgeschrikt door het gerucht van schreden, die hij van den kant van het dorp op de knetterende kiezels van het strand waarnam. De personen zeiven te zien, was hem niet mogelijk, een rotsblok verhinderde dit; doch met des te grooter aandacht luisterde hij om te vernemen wie de personen waren, die naderden. Hoogst bevreemdend kwam het hem voor, dat bij dit ongunstige weer iemand zich nog opge wekt gevoelde om ecu wandeling te maken en zich zoover van het dorp ie verwijderen. Eindelijk klonk de stem van een knaap. „In deze kloof woont hij," sprak die stem: „ga slechts een paar schreden hooger op en het huis ligt voor u." De keisteentjes maak ten een groot gedruisch, daar de knaap zich naar het dorp terugspoedde. Beneden bleef het een poosje stil. Daarop hoorde Seiling, dat iemand het pad insloeg, dat opwaarts naar de kloof geleidde. Het was dus zonder twijfel, dat hij in zijne eenzaamheid gestoord zou worden. Wat hem bij die gedachte zoo hevig aandeed, daarover was hij niet in staat om zichzelven rekenschap en verantwoording te geven, maar, als zich te verbergen, trok hij onwillekeurig den buiten het rotsblok uitstekenden voet naar zich toe. Of de blik van den vreemdeling toevallig op het rotsblok gericht was geweest, dan of de beweging van den voet met eeniggedruisch was gepaard gegaan, zooveel was zeker, dat hij iets gezien of gehoord had, want hij bleef staan. Terstond daarop hoorde Seiling, wiens oor gewoon was het gedruisch der branding te hooren, hoe iemand zich langzaam en onhandig over de rotsblokken der helling als het ware heenworstelde. Maar ook thans nog hield hij zich kalm en bedaard. Er bestond voor hem geen aanleiding om een vreemde, van wien hij niets anders dan eene storing zijner eenzaamheid kon verwachten, vriendelijk tc bejegenen. Het geluid der schreden kwam steeds nader en eindelijk onder scheidde Seiling duidelijk het hijgen, waarmede een man zich op den weg, die zoo overvloedig rijk aan hindernissen was, naar de hoogte opwerkte. Eindelijk kwam hij om het rotsblok heen, maar stond nog zóó laag, dat zijn hoofd zich op gelijke hoogte met dat van Seiling bevond, die zat. In plaats van met elkander een groet te wisselen, zagen beide mannen elkaar wederkecrig scherp iu de oogen, als wilden ze, voordat ze een gesprek aanvingen, zich over tuigen, dat hunne zinnen zich niet bedrogen. Dc aanblik van den vreemdeling scheen op Seiling een bepaald verstij venden invloed uit te oefeneniedere druppel bloed scheen uit zijn gelaat gewe ken te zijn; zijne oogen spalkten zich open, zwollen zichtbaar uit hunne holten en staarden zóó bewegingloos, als de steenen die rondom hem lagen. De hand, waarin hij zijn pijp hield, sidderde; asch en vonken vielen er uit en werden, door den wind aange grepen, langs de helling weggevoerd. Wordt vervolgd.') dat de spreker de meening der geheele vergadering had geuit. De ondervinding die men in andere landen, waar men die afzonderlijke inrigtingen vindt, omtrent dit punt opgedaan heeft, gaven naar aller gevoelen nog meer klem aan de gestelde conclusie. Meerdere punten konden bij gebrek aan tijd niet behandeld worden. Met een woord van dank aan den voorzitter, den heer J. H. Slangen, die deze vergadering zoo flink had geleid en van dezen aan de afdeeling Alkmaar, die zoo uitmuntend voor de ontvangst had 'gezorgd en verder aan alle belangstellenden, werd de bijeenkomst gesloten. In de Schoolspaarbank te Winkel, die sinds den 15 Mei in werking is, werd tot den 30 Mei ingelegd door 160 kinderen de som van f 50.40|. Tot regte waardeerlng van dezen inleg deelen wij de volgende cijfers mede: Van f 0.01 tot f 0.05 werd ingelegd door 39 kinderen. - 0.06 - 0.10 „32 J- 0.11 - 0.25 50J - 0.26 - 0.50 14 - 0.51 - 1.— 11 - 1.01 - 2.50 9 - 2.51 - 5.- 4 - 5.01 - 6.1 kind. Deze Schoolspaarbank werkt door middel van een spaarbak, verdeeld in kleine vakjes, zoodat de kinderen vóór of na eiken schooltijd hun inleg in een eigen bakje kunnen storten. Naar aanleiding van de schuikerijen van Pincoffs ontbreekt het niet aan bon mots; ziehier een paar: Aan het groote en trotsche gebouw der Afrikaansche Handelsvereeniging te Rotterdam bevindt zich een groote koperen naamplaat, die op bepaalde tijden door een koper slager werd schoongemaakt. Eenige dagen geleden nu schelde die reiniger aan en antwoordde, op de vraag van een knecht wat hij kwam doen, met: ik kom de plaat poetsen." „Dat behoeft niet," was het wederantwoord, „dat heeft mijnheer reeds gedaan!" Het tweede bon mot is de vraag: „wie is de meest bescheiden toonkunstenaar van Rotterdam?" Antwoord: Pincoffs; want hij speelde in onze stad jaren lang de eerste viool, heeft met éclal de finale van de Africaine gemaakt, en toen men hem terugriep is hij niet gekomen." Wij kunnen, zoo verzekert het Bat. Hand., omtrent de veeziekte binnen Batavia verblijdende berigten mede- deelen, die niets meer of minder behelzen dan dat die ziekte thans als geweken kan worden beschouwd. Bij het plaatselijk bestuur zou het ten gevolge van dien gunstigen toestand een punt van overweging uitmaken om den invoer en het vervoer van vee weder toe te staan. Voorshands echter zal spoedig weêr vergunning worden verleend tot het gebruiken van koeijen en karbouwen voor karren, vrachtwagens en lastslepers. Onze landlieden klagen dikwijls steen en been over mollen, muizen, slakken en meer van dat ongedierte, die schade doen aan hunne veldgewassen, de inlanders op de westkust van Sumatra zouden bij die klagten spottend de schouders ophalen. Immers volgens een particulier berigt van Padang van 24 Maart, worden de inlanders aldaar niet door muizen of mollen, maar zeer door tijgers ver ontrust, die zoo vermetel worden, dat zij zich in de onmiddellijke nabijheid van hunne woningen vertoonen en het vee weghalen. Een inlander moest onlangs aanzien, dat een kolossale tijger twee „sappies" (koeijen), zijn geheele rijkdom, wegroofde; een andere inlander werd, met veldarbeid bezig zijnde, door een grooten tijger aan gevallen, die hem met een enkelen slag den arm van af den schouder geheel ontvleeschte; de man werd in het hospitaal te Kayoe-Tanam gebragt en bezweek kort daarna aan zijne wonden. De stoutheid der tijgers in die streken is, zegt men, het gevolg van het verbod, dat de inlanders aldaar geen vuurwapenen mogen bezitten. Den 23 Maart jl. werd door drie Europesche ambtenaren een kolossale tijger geschoten, een tweede ontvlugtte. Uit Brussel wordt gemeld, dat de algemeene beraad slagingen over de wet tot herziening van het lager onderwijs jl. Zaturdag gesloten zijn. De discussie over de artikelen zou heden aanvangen. In een Parijsch blad stond de volgende zonderlinge huwelijksaanvraag te lezen: „Een jongmensch, 35 jaren oud, met een vermogen van 200,000 francs, maar die de longtering heeft, wenscht in het huwelijk te treden met een jong, bevallig, welopgevoed meisje, zonder vermogen of familie, die aan dezelfde kwaal lijdt, om zamen, in stille afzondering, aan het strand der Middellandsche zee den tijd dien zij nog te leven hebben door te brengen." In de Wiener 111. Garten Ztg. deelt een correspondent de goede uitkomsten mede van het gebruik van verdund karbolzuur tegen kleine schadelijke insecten en tegen som mige plantenziekten door parasitische planten (schimmel, meeldauw, enz.) veroorzaakt. Na eenige mislukte proef nemingen, waarbij het karbolzuur niet genoeg verdund was en de planten zelf daardoor te niet gingen, nam hij een proef met een oplossing van 1 deel van het zuur in 100 deelen water, nadat hij de vet- of olielaag, die zich daarbij op het water vormde, verwijderd had. Met behulp van een gewonen gieter werden verscheidene bedden met kool en radijs, die duchtig door aardvlooijen bezocht waren, en een met augurken, door meeldauw aangetast, besproeid en daardoor spoedig en radicaal gezuiverd. Ook de bekende zwarte plantenluizen verdwenen na het een paar malen herhaalde besproeijen met de oplossing van karbolzuur, terwijl rozenstruiken en perzikboomen, waarop de meeldauw aanwezig was, er eveneens volkomen door gezuiverd werden. Zelfs de mieren, die (hoewel overigens eer nuttig dan schadelijk) in een tuin en op vruchtboomen wel eens lastig kunnen wezen, ontvloden met verwonderlijken spoed de plaatsen, die met het genoemde vocht waren besproeid. Het aanbevolen, onkostbare raiddel kan licht eens geprobeerd worden. Uit Bucbarest wordt berigt, dat uit het paleis van vorst Karei te Cotroceni op klaar lichten dag alle kleeding- stukken gestolen zijn. Toen de dieven wilden heengaan met hun buit beladen, kwam een portier vragen wat die verhuizing te beduiden had. „Wij komen de kleeren schoonmaken," antwoordde een hunner doodbedaard. „Neem dan meteen mijn livrei mede, er is een groote vlek op," antwoordde de onnoozele portier. De dieven hadden hier niets tegende portier heeft natuurlijk de vlek niet meer teruggezien. De geheele uitvoer van landbouwproducten uit de Vereenigde Staten van Noord-Amerika is van 207 millioen dollars in 1865/66 gestegen tot 592J millioen dollars in het laatste jaar. De uitvoer van verschillende granen alleen steeg van 411 tot 181 f millioen dollars, waartoe medewerkte dat Europa verleden jaar een belangrijk te kort dekken moest. Een Amerikaan snoefde eens op de groote uitvindingen in den laatsten tijd door zijne landslieden gedaan. Naar zijn zeggen had men thans zelfs een werktuig vervaardigd, dat geheel alleen, zonder hulp van mensclienhanden, een levend varken binnen een uur in een geurig gebraad wist te herscheppen. De ander, een Franschman, krulde ver achtelijk de bovenlip en deelde mede, dat in Frankrijk dergelijke machines reeds sedert lang bekend waren. De Fransche machines waren echter veel beter. Was het met behulp van deze werktuigen bereide gebraad niet naar den smaak, dan behoefde men het slechts dezelfde bewerkingen in omgekeerde rigting te laten ondergaan, om het varken weder levend voor den dag zien te komen. De vijanden van den telegraaf. Een officieel berigt van Sumatra constateert, dat dikwijls storingen in de telegraafdienst door olifanten veroorzaakt worden. Ge durende de drie jaren 18751878 werden 60 zeer ernstige storingen in de dienst aan deze oorzaak toegeschreven. Als een voorbeeld vermeldt dat berigt: den 25 Mei 1876 werd de Mnara-Dura-hahat-lijn, over een lengte van 3 saels geheel vernietigd. Alle herstellingen, welke over dag plaats hebben, werden des nachts weder verbrijzeld en wel drie achtereenvolgende nachten. Naast de systematische vijandigheid der olifanten, maken het ook de tijgers, beeren en witte buffels moeijelijk en gevaarlijk op de lijn voldoende en voortdurend toezigt te houden. Zoowel de oude als de jonge apen schijnen te meenen, dat de telegraaflijnen alleen aangelegd zijn, om hun voor hunne gymnastische oefeningen eene geschikte gelegenheid te geven, om de draden te buigen en te verbreken en de isolatoren te kunnen wegdragen. Benoem 1 n gen, enz. Bij kouiuklijk besluit van 28 Mei zijn benoemd: tot heemraad van den polder de Schermecr de heer P. Glijnis Pz.tot dijkgraaf van het waterschap Eijerland de heer II. Bakker Wzn. Dultsoliland.. Vier heeren uit Dusseldorp hadden een met een ezel bespannen wagentje gehuurd, om een uitstapje te doen naar buiten. Toen zij 's avonds om 10 uur naar huis reden, passeerden zij een kruispunt, van waar een zijweg leidde naar de plaats, waar de ezel geboren was en de eerste jaren van zijn leven had doorgebragt. De blijde herinneringen uit zijne kinderjaren tiokken den ezel aan, en hij sloeg den weg in naar het nederig dorpje. De vier heeren stegen uit den wagen, om graauwtje tot zijn pligt te brengen, maar het eigenzinnige dier verkoos niet een poot in de rigting van Dusseldorp te verzetten. Men sloeg hem met stokken, maar hij bleef staanmen trok den wagen vooruit, doch de ezel verzette zich daartegen met alle magt; men beloofde hem een extra portie van 't beste hooi, maar vriend langoor verroerde zich niet. Ten einde raad, plaatsten de heeren ten slotte het eigenzinnige dier op den wagen en spanden zich er voor. Zoo hield de ezel zijn intogt iu de stad, tot groot vermaak van allen, die zich nog op de straat bevonden. Amerilia. Een achttal Bostonsche kapitalisten, met een weten- schappelijken professor in dienst, zijn dezer dagen gruwelijk beet genomen door eenige Braziliaansche opligters, met slechts een ouden neger in dienst. Iloe dan ook, de attentie van een der geldmannen was gevestigd op een goudmijn in Brazilië, met name San-Cariaco, en hij was overreed geworden dat genoemde mijn door aanwending van verbe terde hydraulische machineriën een ware goudmijn kon worden, dat is met ongehoorde winst kongeëxploiteerd worden. Een professor van het mijnwezen werd in locum gezonden ter exploratie en ter inspectie, en de man der wetenschap gaf een gloeijend rapport. Liefhebber No. 1 had aldra zeven andere liefhebbers verlekkerd. Met hun achten leg den zij 400,000 dollars bijeen en belastten den professor andermaal met een onderzoek in loco, en zoo dit naar wensch uitviel, met den aankoop der mijn. Ten verwachten tijde verscheen het weder allergunstigt rapport, de mijn werd gekocht, allerkostbaarste machineriën werden er heen geëxpediëerd. Maar, volgens den Boston Herald, is het uitgekomen, dat de vroegere eigenaars der nietswaardige mijn door een even eenvoudig als vernuftig kunstmiddeltje de Yankees hebben beetgenomen. Zij bezigden daartoe een ouden neger, die er tamelijk idioot uitzag, maar die uit zijn mond looselijk stofgoud wist te brengen in de monsters opdelving, waarop de professor zijne experimenten instelde, en hem dus de impressie gaf van een wonderbaar rijken goudgrond. Toen de koopsom betaald was en met de nieuwe bezitters verdwenen, vond de neger geen reden meer om zich niet te verpraten. Dat de kapitalisten razend waren en de professor op zijn neus keek, laat zich wel begrijpen. Maar de laatste zegt het zelf nog niet te kunnen begrijpen hoe hij, wetenschappelijk gegradueerde en gediplo meerde, de dupe heeft kunnen worden van zoo'n botten neger-Pincoffs. Van Paul Morphy, den beroemden schaakspeler die tegenwoordig te Nieuw Orleans woont, wordt gemeld, dat hij krankzinnig is geworden. Hij zegt niets van het schaak spelen te verstaanhij noemt zich een groot advokaat, die bedrogen is met zijn ouderlijk erfdeel. Beriiten betreffende de StoorartiMatscbappij Nederland. Celebe»15 Mei 1879 van Pcnang naar Arasterdam vertrokken. Kon.der Neder l. 31 Mei 1879 van Batavia vertrokken. PrinsesAmalia. 27 Mei 1879 te Batavia aangekomen. Prins v. Oranje. 16 Mei 1879 van Suez vertrokken. Prinses Marie. 29 Mei 1879 van Suez vertrokken. Conrad15 Mei 1879 te Amsterdam aangek., vertrekt 7 Junij. Voorwaarts 5 Mei 1879 te Amsterdam aangek., vertrekt 21 Junij. Madura 29 Mei 1879 van Plymouth vertrokken. Prins Hendrik. 1 Junij 1879 te Arasterdam aangek., vertrekt 19 Julij. KonuiginEmma In aanbouw te Stockton on Tees. JavaIn de Indische watereu. Burgerlijlie StancL Gemeente HELDER. Van Zaturdag tot Dingsdag. ONDERTROUWD, GETROUWD en BEVALLEN: Geene. OVERLEDEN: Geene. Levenloos aangegeven 1. Gemeente SCHAGEN. Van 27 Mei tot 2 Junij. ONDERTROUWD, GETROUWD en BEVALLEN: Geene. OVERLEDEN Jannetje Glad pootjes, 44 jaren, echtgenoote van Willem Mos. Pieter Voorthuysen, 5 maanden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1879 | | pagina 2