Bericteii betreffende de StoomvaartmaatscliaDDÜ Nederland, De Pays behelst een artikel ran Paul de Cassagnac, waarin deze, met verwijzing naar liet testament van Prins Louis, verklaart Prins Victor te erkennen als den persoon, op wien de lioop en de toewijding der Bonapartistisclie partij overgedragen moeten worden. De Cassagnac maant Jéröme Napoleon aan zijne toestemming hiertoe te geven immers, hij zelf zal toch geen pretendent willen worden en den erfelijken haat der Napoleons tegen de Republiek aanvaarden willen. De Ordre acht harerzijds eene polemiek over de erfop volging overbodig, aangezien Jérdrne Napoleon de onbe twistbare erfgenaam is van de Napoleontische regten. Het leven van den keizerlijken Prins was bij een Engelsche maatschappij voor 30,000 pond, f 360,000, ver zekerd. De levensverzekering is bij de familie Napoleon zeer in zwang. De verkoop der diamanten en edelgesteenten van de vorstelijke gunstelinge madame Musard heeft veel opgebragt. Er was een parelsnoer, die slechts vorstinnen gewoonlijk dragen. Een paar oorbellen bragten 52,000 francs op. 't Geheel beliep eene som, die 's jaars aan rente 140,000 francs deed verloren gaan. Voegt men daarbij hare schilderijen enz., dan moet de gunstelinge vrij wat milli- oenen hebben verworven. Voor eenige dagen verliet D. Carette, landbouwer te Ottignies, gedurende een onweer, het veld, waar hij werkte, hij nam zijn houweel meö, en droeg het op den schouder. De bliksem, door het ijzer aangetrokken, trof den onvoor- zigten landbouwer, die op de plaats gedood werd. Engeland.. Ter aanvulling van de mededeeling van luitenant Carey over den tragischen dood van Prins Napoleon, kan nog het volgende aan de Times, die eenige verhalen van sol daten over het treurig feit bevat, worden ontleend: „De Prins vroeg ons, zoo verhaalt een soldaat, zijt gij gereed? Wij antwoordden: ja, mijnheer! Daarna beval hij ons, op te stijgen. Toen de eerste losbranding plaats had, liet ik mijn karabijn vallen en steeg af om dien op te rapen. Ik kon niet meer in het zadel gaan zitten, want mijn verschrikt paard ging op hol. Ik had mijn linkervoet in den stijgbeugel en met de borst lag ik dwars over het zadel. Mijn paard volgde de anderen. Ik kon het niet tot staan brengen, toen ik den Prins voorbijreed, die den riem van den stijgbeugel in de hand hield en beproefde zich in het zadel te werpen. Jk riep hem toe: haast u toch, mijnheer, om op te stijgen. Hij gaf mij geen antwoord. Hij kon de tengels niet grijpen. Ik heb hem zien vallen en zijn paard trad met de pooten op hem. Luitenant Carey was vooraan en wij galoppeerden twee of drie mijlen. Ziende dat de kameraden Grubb en Willis ons niet konden inhalen, ried ik luitenant Carey aan, hen in te wachten. Hij antwoordde mij: wij zullen de rivier overgaan, de hoogte bestijgen en daar wachten. Geen hevel is gegeven om ons te vereenigen, vuur te geven of te beproeven om den Prins te redden. Alles wat luitenant Carey zeide was: Laten wij spoedig vertrekkenhaast u De correspondent der Daily-News, die zich bij het hoofdkwartier van generaal Wood ophoudt, schrijft: Oorlog voeren is het eigenlijk niet, wat wij doen; wij kampeeren slechts aan de Zoeloegrens, en wanneer wij op vijandelijk gebied zullen komen, weet lord Chelmsford waarschijnlijk zelf niet. Intusschen murmureert de staf, brommen de militairen, en zit men met de handen in het haar over het vervoer. Voor den toeschouwer is het een prettige tijd, althans wanneer hij niet te veel op zijn gemak gesteld is. De geest der troepen is uitstekend en dat is de lichtzijde van de overigens nare geschiedenis. De korpsgeest wordt aangewakkerd en de velddienst geeft den soldaten gelegenheid te toonen, hoeveel goeds er in hen steekt. Onze troepen beginnen er harig uit te zien; het gebruik van scheermessen is afgeschaft. Elk regiment heeft een bijzondere manier, waarop de baard wordt gedragen. Wood draagt dien kort met een lange sik, hetgeen natuurlijk door zijn soldaten wordt nagevolgd; daarentegen draagt Newdegate den zijne in den stijl Henry VIII, zoodat onder zijne soldaten de meesten aan ,/King Hal" doen denken. De vrije tijd wordt met eten, drinken, slapen en briefschrijven zoek gemaakt. Meestal is er slechts één inktflesch op drie tenten. Groote hoeveelheden papier worden voor de familie en vrienden tehuis volgeschreven en dit pleit voor de troepen. Onder de vrijwilligers vindt men van allerlei natiëntamelijk veel Hollanders, Afrikanen en Duitschers. Natuurlijk zijn er onder met curieusc antecedenten. Zoo zag ik een „ci-devanf-modepop van Londen aan de grens gekampeerd met een handjevol Kaffers, en de zoon van een generaal, die in den Krim-oorlog meevocht, is conducteur van een transport. Kortom, het is een zeer gemengd gezelschap; de orde laat echter niets te wensclien over, daar zorgt kolonel Buller wel voor. DultscMand.. De regtbank te Berlijn heeft den koopman Rich. Paasche, aldaar, veroordeeld tot een boete van 500 Mark met ver beurdverklaring van den geheelen geïncrimineerden voor raad, wegens het namaken en in den handel brengen van lucifers onder het etiquet enz. van de „Sakerhets-Tandstick- fabrik" te Jönköping. Aangaande den nieuwen Khedive zegt de Köln. Zeit., dat Tewfik I een jongman van 26 jaren is, met een aan genaam uiterlijk en innemende manieren. Hij spreekt goed Franseh en weet goed te luisteren. Een harem heeft hij nooit gehadhij woonde met zijne gemalin op Europeesche wijze op zijn landgoed bij Heliopolis en had de zorg voor de kinderkamer aan eene Engelscbe opgedragen. Hij vond vermaak in zijne boomen en paarden, schafte ook eene aardige bibliotheek en verzameling van landkaarten aan, maar deze toonen minder sporen van druk gebruik dan zijne billardtafel. Kapitein Pim, een „maritieme specialiteit" in liet Engelsche Lagerhuis, verzuimt gecne gelegenheid om te klagen over het diep verval van den Brilschen zeemansstand ter koopvaardij namelijk. De Engelsche Janmaat, zoo verzekert hij, is uitgestorvenzijne plaats is ingenomen door vreemd schorremorrie. En met die klagt staat hij niet alléén. De meeste gezagvoerders jammeren mèt hem, daar er geen bruikbare Engelsche matrozen meer te krygen zijn, en dat zij de voorkeur moeten geven aan eene bemanning van Nooren, Denen, Duitschers, zelfs van Italianen, Maltezers en Grieken. Immers die vreemdelingen zijn handelbaarder, gezeggelijker en minder aan drank verslaafd, dan de meeste Engelsche varenslieden van den tegen woord igen tijd. Dat het bij de Hollandschc koopvaardij al niet beter gesteld is, kan ons blijken uit het lezenswaardige boek van den heer C. T. van Assendelft de Couingh, „Ontmoetingen ter zee en te land." Wat lezen wij daar? Eerst eene opsomming van dc bezwaren en ontberingen, waarmede vóór een veertig jaren onze groote vaart gepaard ging: „Op de heenreis ging het gewoonlijk nog al, maar op de terugreis was vaak de ellende niet te overzien, als men soms zes maanden achtereen op de tot zinkeus toe geladen houten klomp langzaam ouder allerlei tegenspoeden op de golven werd voortgedreven. Het verduurzamen van levensmiddelen was toen nog minder bekend, van de scheepskost was alles oud en dikwijls bedorven, de schrale voorraad drinkwater was maar zoo uit de modderige rivieren van Java in de vaten geschept, en, na er een paar weken hermetisch gesloten in te hebben stilgestaan, zéé oufrisch geworden, dat een pe&gcur uit het spongat opsteeg als een vat geopend werd. Bij dc minste kans op eene lange reis door tegenwind of stilte, werd onmiddellijk scherp rantsoen van water bevolen, waarvan niemand werd uitgezonderden in de snikhitte, bij niets dan gezouten voedsel, was soms weken lang voor ieder man één llesch stiukend water per dag, dat hem als nectar werd toegemeten, de eenige lafenis om niet van dorst te bezwijken. Destijds waren de schepen minstens eens zoo zwaar bemand als thans, al was ook het verblijf der bemanning niets ruimer, zoodat meestal dertig of veertig man in een hok waren bijeengepakt, dat door iedere gezondheids commissie, zelfs voor tien, zou afgekeurd worden. Zieken en gezonden, soms stervenden, verbleven daar allen door elkander, want de zware arbeid in het tropisch klimaat, de oude proviand en vooral het karige en slechte drinkwater, werkten moorddadig zelfs op die ijzeren gestellen, zoodat er doorgaans eenigen, in scheeps taal gesproken, „over de fokkeschoot gewipt werden."" Maar in spijt van al die ongemakken, stond de edele zeemans stand hoog iu eere, en ontbrak het den kapiteins nooit aau krachtige, knappe Hollandsche matrozen. En thans? hoe is het thans? „Dank zij den vooruitgang der wetenschap, zijn al die bezwaren grootendeels opgeheven, en de luije zware schepen zijn door stoomers en snelzeilende klippers vervangen. Doch is al 't materieel oneindig verbeterd, 't is met de zeevaart gegaan als met onze weerbaarheid; daarvoor hebben we thans ook betere forten, beter geschut en wapenen, maar met de levende strijdkrachten is het droevig gesteld. Evenals de flinke vrijwillige soldatenstand, is ook de wakkere matrozenstand van vroeger dagen verdwenen. Ze zijn verdwenen, die honderden kloek gebouwde rappe gasten, die men langs de kaden onzer zeehavens zag zwieren in hunne losse matrozen-kleeding, met hun blaauwe buisjes en rooden zakdoek uit den zijzak, de wijde broek en losse das, den stroohoed met de wapperende linten, 't Is met hen gegaan als met zooveel andere standen onzer moderne maatschappijhoe meer 't gehalte verminderde, hoe meer men uiterlijk wou schijnen; de zeeman schaamde zich dc kleeding van zijn eervol beroepbuis en stroohoed werden weggeworpen, en de vaderlandsche matroos ging onder in den cyliuderhoed en de zwarte jas van den ploert." Bedroevende ommekeer! De Engelsche schippers wijten haar hoofdzakelijk aan de stoomschepen, die in den zeemansstand geheel de klad hebben gebragt, doordien zij meer met stokers dan met matrozen varen, en voor het weinige werk op het dek grootendeels volstaan kunnen met volk, dat in het zeemansvak zoo goed als oubedrevcn is. (N. Rott. Crt.) Burgerlljli.e Stand. Gemeente HELDER. Van Dingsdag tot Donderdag. ONDERTROUWD: Geene. GETROUWD: D. Abbenes en J. Prins. C. Steeman en M. Baas. P. N. Krul en C. J. Kenuink. C. GroofF en A. Visser. BEVALLENG. Mooij, geb. Gijsberts, D. N. Kersting, geb. Vermeij, D. K. G. van Dijk, geb. Touber, D. OVERLEDEN: A. Bouman, 3 maanden. T. Vroom, 3 maanden. J. Veenstra, geb. Streefkerk, 50 jaren. D. van Boovcn, 43 jaren. Gemeente TEXEL. Van 25 Junij tot 2 Julij. ONDERTROUWD: Cornelis Rab en Aaltje Jonker. GETROUWDGeene. GEBOREN: Simon, zoon van Sieuwert Duinker en Antje Drijver. Aafje, dochter van Aris Bakker Bz. en Trijntje Mantje. Tijs Cor nelis, zoon van Cornelis Zijm Tijsz. en Cornclia Dito. Cornelis Pieter, ""7.oon van Jacob Kuiper Pz. en Pietertje Kuiper. Bregje, dochter van Willem Stark en Elisabeth Jacobs. Johannis Aart, zoon van Simon Carel Pieterse en Aaltje Wilschut. Rosette, dochter van Elias Samuel Vlessiug en Heintje van Messel. Aagje, dochter van Jan Roeper Wz. en Naantje Roeper. OVERLEDEN: Willem Jacob Bakker, 18 maanden, zoon van Gerrit Bakker en Aaltje Ras. Gemeente BARSINGERHORN. Van 15 tot 30 Junij. ONDERTROUWD: Louris de Graaf, jongman en Aagtje Engel, jongedochter. GETROUWDTheodorus Johannes Beenken en Dieuwertjede Boer. GEBOREN: Niesje, dochter van Cornelis Schoorl en Cornelia Spaans. Jacob Jan, zoon van Jacob Schreuders en Cornelia van den Heerik. Pieter, zoon van Sijmon Groot en Neeltje Geel. Marinus, zoon van Pieter van Westenbrugge en Willemina van der Klooster. Pieter, zoon van Hendrik Prosper cn Trijntje Jongejan. OVERLEDEN: Dirk Wagenmaker, 11 maanden, zoon van Dirk Wagenmaker en Dieuwertje Peeterraans. Sara Baart, 65 jaren, echtgcnootc van Aart Klos. Jacob Boogaard, 2 maanden, zoon van Cornelis Boogaard en Fijtje Sloot. Jacob Timmerman, 8 jaren, zoon van Pieter Timmerman en Guurtje Kossen. Jan van Stipriaan, 4 maanden, zoon van Dirk van Stipriaan en Trijntje Spaans. Jan Vlaar, G jaren, zoon van Arien Vlaar en Jacomijntje Grinwis. Willem Braaf, 15 maanden, zoon van Willem Braaf en Haartje Kossen. Gemeente SCHOORL. Van 1 tot 3o Junij. ONDERTROUWD eu GETROUWD: Geene. GEBORENLourens, zoon van Cornelis Snijder en Aagje Slommer. lieert Johannes, zoon van Rembertus Stam en Catharina Roobeek. Dirk Jan, zoon van Cornelis Knocf cn Geertje Borst. Immetje, dochter van Pieter Roozendaal en Maria Smit. Maarten, zoon van Klaas Dekker en Guurtje Kazeubroot. OVERLEDEN: Gerrit Hoogvorst, echtgenoot van Guurtje Mar schalk. Levenloos aangegeven zoon van Pieter Bos en Antje van der Oord. Levenloos aangegeven zoon van Simon Koeten en Antje Kuijper. Gemeente WINKEL. Van 16 tot 30 Junij. ONDERTROUWD en GETROUWD: Geene. GEBOREN: Elisabeth, dochter van Hendrik van Essen en Aafje Vink. Francijntje, dochter van Jan Klaver eu Francijntje Korver. Catharina Margaretha, dochter van Cornelis Bakker en Antje Poth. OVERLEDEN: Geene. Gemeente NIEUWE-NIEDORP. Van 1 tot 30 Junij. ONDERTROUWD: Geene. GETROUWD: J. Wijn en T. Wiers. GEBOREN: Dirk, zoon van B. J. Strijbis eil A. Maasen. Cor nelis, zoon van Gerrit Floor en Aagje Fijnheer. Ida, dochter van Jan Klaver en Trijntje Lievendag. Dieuwertje, dochter van Gerrit Kater cn Geertje Wal. OVERLEDEN: Helena Rietraeijer, weduwe van S. Meiten, 87 jaren. Gemeente BROEK OP LANGEDIJK. Van 1 tot 30 Junij. ONDERTROUWD: Abram Bak en Maartjë Vred^nburg. Klaas Visser, weduwnaar van Aaltje Pik, en Haartje Slot. GETROUWD: Klaas Kansen en Grietje Boon. Komelis Bak en Autje de Graaf. Jan Baan en Grietje Bak. Aarjen Slot en Grietje Balder. GEBOREN: Jan, zoon van Jan van der Molen en Willemtje Schermer. Willem, zoon van Willem Zeun en Grietje Keizer. Anna, dochter van Cornelis Bak en Cornelia Brusse. Jacob, zoon van Jan Bakker en Geertje Blom. OVERLEDENAagje Bouwens, echtgenoot van Jan Wagenaar JGz., 43 jaren. Aafje, dochter van Jan Kliffen en Antje Groen, 7 jaren. Kon.derNederl. 29 Junij van Port-Saïd vertrokken. PrinsesAvialia. 26 Junij van Penang vertrokken. Prins v. Oranje. 7 Junij 1879 te Batavia aangekomen. Prinses Marie. 17 Junij te Batavia aangekomen. Madura 14 Junij van Suez vertrokken. Conrad. 26 Junij van Suez vertrokken. Voorwaarts 30 Junij Gibraltar gepasseerd. KoninginEmma 11 Junij te Amsterdam aangekomen, vertrekt 5 Julij. Prins Hendrik. 1 Junij 1879 te Amsterdam aangek., vertrekt 19 Julij. Celebes26 Junij te Amstcidam aangekomen. JavaIn de Indische wateren. Marlittoerlgten. Amsterdam, 1 Julij. Tarwe op levering onveranderd, Nov. f 276. Rogse op levering iets flaauwer, Oct. f 147. Raapolie flaauw, Sept./Dec. f 33?. Petroleum stil, locof9E., Najaar f91 E. 2 Julij. Tarwe zonder handel, op levering onveranderd, Nov. f 276. Rogge nagenoeg onveranderd, oude Pctersb. f 153, jarige Galatz f 141, 142, 145, jarige Western f 152, 158, op levering hooger, Oct. f 147, 148, 149. Boekweit kornt in de puike kwali teiten weinis; meer voor, en wordt door benoodigden steeds hooger betaald, als: Gordijker f 235 per Last; ook bijsoorten weinig meer voorbanden; puike Petersb netto f 200 bij uitslijting en f 197 bij meer kwantiteit. Koolzaad vast, Oct. f 351. Raapolie vast, Vliegend f34, Sept./Dec. f 33|, 34, Mei f35. Lijnolie vast, Vliegend f31|, Julij f 311:, 4, I, Aug. f 31-J-, Sept./Dec. f 30£, Jan./Mei f29, Petroleum vast, maar stil, loco f 8J E., Najaar f 9$ E. gehouden. Vette Kalveren 1ste kw. 90 cn 2de kw. 75 c. per KG. Gras kalveren f 13 a 18. Nuchtere Kalveren f7 a 12. Vette Varkens 40 a 44 c. per KG. Rotterdam, 1 Julij. Vee. Gisteren en lieden zijn ter markt aangevoerd: 1267 Runderen, 254 vette en Gras-Kalveren, 25 nuchtere Kalveren, 1306 Schapen en Lammeren, 359 Varkens en 139 Biggen. De prijzen warenRunderen 1ste kw. 87, 2de kw. 72 en 3de kw. 50 c.Kalveren 1ste kw. f 0.95 eu 2de kw. f 0.75; Schapen 90 c.Varkens 46 a 50 c.alles per KG. Boter. 1ste kw. f 54, 2de kw. f 50, 3de kw. f 46. Schiedam, 2 Julij. Jenever f 14,50, Amst. proef f 15,75. Moutwijn f 9.per N. vat. Kampen, 1 Julij. Hooi. Buiten f 12.a 13.binnen f 10.— a 11.—. Wijhe, 30 Junij. De Veehandel is de vorige week in deze omstreken van beduidenden aard geweest. Ruim 900 stuks zijn verhandeld en vervoerd. De meerdere vraag naar België en niet minder naar de veerijke streken van Noord- en Zuidholland, Zeeland en het geheele Zuiden was oorzaak, dat de prijzen algemeen ver hooging ondergingen. De vette Varkenshandel is ook vlugger, lste kw. 42 a 46 c. en 2de kw. 38 a 4Q e. per KG. 2 Julij. Wol. De aanvoer houdt aan. SCHAGER MARKT VAN HEDEN. PER TELEGRAAF. 12 Paarden f Ossen - Stieren 87 Gelde-Koeijen - Kalf-Koeijen - Vaarzen - Hokkelingen - 18 Nucht. Kalveren - Rammen - 300 Schapeu 50;,250 100al70 a 140a300 160a240 11 OH 60 70a 90 12a 20 a - 16a 37 200 Lammeren f 8 a 12 10 Bokken&Geitcn - 1 a 6 15 magereVarkens - 9 a 15 40 Biggen - 4 a 8 Kippen c. 50 al 00 Eenden - a Boter per kop - 80 a 95 Kaas per KG. - 25 a 40 Kip-Eijeren per 100 -300 n325 Eend-Eijeren -350 a390 V" er volg IST ieuwsti j dingen.. De minister van Oorlog heeft, naar aanleiding van het rapport van de gunstige werking en het goed beheer der militaire slagterij te 's Hertogenbosch, de corps-komman danten uitgenoodigd, te overwegen, in hoever in garnizoens plaatsen eene slagterij voor het garnizoen op de beste wijze zou kunnen worden tot stand gebragt, zoo noodig met andere militaire autoriteiten in overleg te treden en, bijaldien de uitkomsten beloven niet ongunstig te zullen zijn, het noodige te verrigten om de slagterij te doen tot stand komen. Men schrijft uit Anna Paulowna dd. 2 dezer „De jongeheer Pieter Steen, leerling van den heer van den Berg alhier, is heden geslaagd voor het toelatings examen aan het Gymnasium te Amsterdam." Van het te Leiden in garnizoen liggende 2de regiment veld-artillerie ging jl. Zondag morgen een milicien-plaats vervanger „op den pof." Men wist niet waarheen hij zich begeven had, totdat gisteren morgen zich aan de kazerne in het Noordeinde eene vrouw uit Leimuiden aanmeldde om „den hooge" te spreken, aan wien zij zich als de moeder van den afvalligen dienaar van Mars aanmeldde, met de complimenten van haar zoondat hij geen ambitie meer in de soldaterij had en dat hier zijn goed met zijn sabel, broek enz. netjes ingepakt was en dat het goed in het vet zat en dat er niemendal aan ontbrak en dat hij nu in een schuifje bij huis aan het visschen was, waarin hij meer liefhebberij had, zoodat hij van de dienst afzag en maar niet meer terug zou komen. Het pak kleeding- stukken werd geopend en in orde bevonden, maar of men onzen visschenden artillerist in zijne voor hem meer aan trekkelijke bezigheid niet zal storen, zal zeker wel te bezien staan. Naar wij tot ons leedwezen vernemen is de ziekte van den heer Albregt in de laatste dagen zeer verergerd, zoodat er vrees voor zijn leven bestaat. (D.) Te Delfshaven is van gemeentewege de volgende waarschuwing aan beide zijden van een brug geplaatst, terwijl de voetgangers er voortdurend gebruik van moeten maken: „Deze brug is gevaarlijk"! Het geven van een kus aan iemand, die daarop niet gesteld is, heeft reeds dikwijls aanleiding tot geregtelijke vervolging en veroordeeling gegeven; doch dan was het altijd een mannelijk persoon, die de misdaad had gepleegd. Thans zal echter te Berlijn de regter moeten uitmaken of een man beleedigd wordt, als een meisje hem tegen zijn zin kust. Een rentenier aldaar is dit namelijk in een theetuin overkomen, waar een der bedienende meisjes hem, waarschijnlijk uit de grap of om een weddingschap te winnen, onverhoeds een kus op de wangen drukte. Ofschoon men van alle ^zijden de zaak als een onschuldige scherts beschouwde, heeft de eerzame rentenier, door de jaloerschheid zijner vrouw aan wie hij de zaak vertelde, zieh genoodzaakt gezien een aanklagt tegen de kusgrage Hebe in te dienen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1879 | | pagina 5