MMorvJegistratieJiei
EEN LOGEABEL BOVENHUIS
11 KERMIS te SI.' MAARTEN
B A Z A
FLORALIA.
ADVERTENTIËN.
HOOFDGRACHT, K, No. 72,
Ml 3 LAMMEREN,
OPENBARE VERKOÖPING TESCHAGEN,
ALKMAARSCHE KERMIS:
G0E0K00PE RETOURBILLETTENj
GEBRl NAS C°.
EEN FATSOENLIJK BURGERMEISJE
Ondertrouwd:
A. PRAKKEN, van Murraerwoude
en
T. RUITINGA, van Helder.
RKCEPTIIü 31 Augustus 1879.
Den 17den Augustus 1879 overleed te Doctinehem,
Mej. C. M. J. SACRÉ.
P. DIBBETZ.
A. W. DIBBETZ—SACRE.
Op den 16 Augustus 1879 is, na een smartelijk lijden
van 7 maanden, in den ouderdom van 55 jaren te Rotterdam
overleden, onze geliefde Zuster en Behuwdzuster, Mej. de
Wed. J. DE WIT, geboren VAN LEEUWEN.
Namens de Familie,
P. MEIJNEKE.
L. MEIJNEKE-VAN LEEUWEN.
Eenige en algemeene kennisgeving.
Heden overleed, zacht en kalm, aan den Burg op Texel,
mijn geliefde Echtgenoote MAARTJE PLAVIER, in den
ouderdom van 46 jaren en 7 maanden.
A. IC. LI S T.
Rotterdam, 20 Augustus 1879.
Algemeene kennisgeving.
Voor de vele blijken van belangstelling, ondervonden
bij gelegenheid van onze 25jarige Eehtvereeniging, betuigen
wij, mede namens onze Kinderen en Behuwdkinderen,
onzen bartel ij ken dank.
M. WITSENBURG.
G. WITSENBURG—WITKAMP.
Helder, 20 Augustus 1879.
Voor de vele blijken van belangstelling, bij het overlijden
van onzen geliefden Vader en Behuwdvader ontvangen,
betuigen wij bij dezen, mede namens de overige Familie,
onzen hartelijken dank.
H. DAARNHOUWER.
G. DAARNHOUWER—BORST.
Helder, 20 Augustus 1879.
wordt op MAANDAG 25 AUGUSTUS
verplaatst naar het huis op de
naast do Marine - Clut).
Ingeschrevenen, die aan de Tentoonstelling en de beoor
deeling ter bekrooning van Planten, te houden op 6 en 7
September a. s. wenschen deel te nemen, worden uitge-
noodigd zich daartoe aan te melden, met opgave van naam
en register-nommer, op Znturdng 33 dezer, 's avonds
tusschen 6 en 8| ure, in TIVOLI.
DE COMMISSIE.
Helder, 20 Augustus 1879.
O HOU W.
DIJKGRAAF en HEEMRADEN van het Waterschap
der 29 Gemeenschappelijke Polders op Texel brengen bij
dezen ter kennisse van alle Ingelanden, dat naar aanleiding
van art. 16 der Keur en Verordening voor dit Waterschap,
de SCHOUW op liet schoonmaaijen en zuiveren van de
Dijkslooten van bobbels, kroos, riet en flab is bepaald op
WOENSDAG den 3 SEPTEMBER 1879, op verbeurte
eener boete van f 1.en bij IIEHSC1IOUW van f3.
Texel, den 19 Augustus 1879.
Dijkgraaf en Heemraden voornoemd,
C. A. EELMAN, fur.g. Dijkgraaf.
Sd. KEIJSER Pz., Secretaris.
VERMIST:
gemerkt met een zwarte stip op de schoft en roode streep
op den staart, behoorende aan A. LANGEVELD, op
Duinoord, Eijerland.
op DONDERDAG 28 AUGUSTUS 1879,
des avonds ten 6 ure, in de Herberg „Het oude Slot,''
bij A. MEIJER Sz., ten overstaan van den Notaris
BOONACKER aldaar, van:
Een wel ter neringstaand HUIS en
ERF, aan de Laagzijde der Gedempte
W Gracht te Scliagen, Sectie A, No. 333
en een HUIS cn ERF aan de Bierkade aldaar, Sectie G,
No. 271breeder bij bil let ton omschreven en zeer geschikt
voor het uitoefenen van allerlei bedrijven. Te aanvaarden
1°. November 1879.
TB HUUR,
TERSTOND TE VAVVAAHDEV.
Adres: GEBRs. NAS, Binnenhaven.
Sclii'oefstoomboötdieiist
Van af MAANDAG 25 AUGUSTUS tot en met den
LAATSTEN DAG der
AFGIFTE VAN
één dag geldig.
Vau NIEÜWEDIEP en tnsscMplepii stations tot ALKMAA.R:
lste kajuit 50 ets., 2de kajuit 25 ets.
Van PtlRIEREND en tnsscheiieleien stations tot ALKMAAR:
lste kajuit 50 ets., 2de kajuit 25 ets.
Billetten voor dit traject geldig met de boot 's nachts
2| uur van Alkmaar.
zal wegens de Festiviteiten te SCHAGEN dit jaar,
behoudens goedkeuring van Heeren Gedeputeerde Staten,
«EIIOUDKW WOUDEN op 21, 22 en 23
September.
De Burgemeester,
W. S C II E 11 M E IIII O R N.
ZJ2
«-i
9
Verligting en genezing. De afzigtelijkste wonden, de schadelijkste
ettergezwellen, en de beenwonden, die men ongeneeslijk waande,
krijgen onmiddellijk een gezonder aanzien nadat dit zuiverende en
heilzaam geneesmiddel eenige malen is aangewend. Het verbetert
al spoedig het aanzien der kwaadaardigste ettergezwellen, neemt er
al ras de ontsteking van weg, zelfs van die de wetenschap der ge-
neesheeren en het geduld der lijders hebben uitgeput. Wanneer
men zorgvuldig de voorschriften, die iederen pot omwikkelen, na
leeft, kunnen de zieken zonder moeite en zonder vrees hunne ziekten
tot een goed einde brengen, en alle redenen tot verdriet en onge
rustheid ter zijde stellen. Men ontwaart met zelfvoldoening de
vermindering van de ontsteking en de trapsgewijze afneming van
het gezwel, dank zij de verkoelende pijnstillende eigenschappen van
die onschatbare Zalf van Holloway, geholpen door zijne Pillen.
Doosjes FIULKW en Potjes ZAUF.
f 0.80, f 1.85, f3.-, f 6.75, f 13.50 en f 20.50.
Ze worden verkocht bij de Apothekers.
Voor den verkoop in het groot vervoege men zich bij
en Professor HOLLOWAY, 533, Oxford-Street, Londen.
Er wordt verlangd zoo spoedig mogelijk in een
Manufacturenzaak, huisgezin zonder kinderen:
P. G. en niet boven de 20 jaren, die met de wasch kan
omgaan en de vrouw behulpzaam kan zijn in het naaijen.
Brieven franco onder letters J. M., aan den Boekhandelaar
J. PEETOOM, te Scliagerbrng.
Haven, van IJmuiden.
Binnengekomen
19 Augustus. Apendino, Gorziglia, Akyab; Marwood, Evans,
Cardiff; Sappho, st., BristolDrammen, st., DrammenMalleny,
Curven, RangoonUranin, st., Pillau.
20 Augustus. Firth of Forth, Cowper, Rangoon; Merlin, st.,
Odessa; Ceres, st., Middell. Zee; Osborue, st., Leith; Oscar, Hanseu,
St. Petersburg; Stad Amsterdam en Stad Amsterdam III, beiden Noordz.
vebtrokken
19 Augustus. Johanna Margaretha, Jonker, Padang; Batavia,
Mink, Riga; Orion, st. en IJmuiden, st. beiden Londen; H. J.
Pallissen, st., Newcastle.
20 Augustus. Herman, Bunje, Baltimore; Yarra Yarra, Klocker,
Sandyh; Clementine, Zenti, Santander; Eddystone, st., Huil; Jupiter,
st., Newcastle.
Jagers die aanmoediging verdienen.
Op het gebied der edele kookkunst vinden wij dikwijls in de
keukens, tot spijt van menige huismoeder, de ingrediënten van kool
en dergelijke groenten in zoodanigen staat van ontbinding, dat zij
voor het gebruik ten cenenmale ongeschikt zijn. Dat is het werk
van slakken en andere insecten.
De gewassen in het algemeen zijn van hunnen wortel tot aan het
uiteinde der takken bezet en aangetast door myriaden woekerinsecten,
waarvan de vruchtbaarheid zoo ontzettend is, dut eene enkele familie
onder hen een geheel gewas kan vernielen. Tegen zulke bijna
onzigtbare vijanden is de mcnscli onmagtig, en zonder de vogels die
er jagt op maken, zou alle groeikracht verdwijnen en het leven
onmogelijk worden, en geen poging van den mensch om het kwaad
te weren, noch zijne hulpmiddelen daartoe, zou baten.
De insecten-etende vogels zijn daarom gelijk aan waakzame veld
wachters, die ons niets kosten en die het politietoezigt uitoefenen
op onze tuinen en velden, zonder medelijden doodend alle stroopers
en vernielers, die zij magtig kunnen worden. De mecstcn dezer
vogels komen tot ons met de lente en verlaten ons, om hunne
weldadige zending in zuidelijker streken te vervolgen, wanneer de
voorboden van den winter de insecten uit onze luchtstreek doen
verdwijnen.
l.aat ons daarom bij het aangevangen zomerseizoen eenige onzer
gasten of nuttige jagers en de diensten die zij ons bewijzen, en
waarvoor wij hun dank verschuldigd zijn, nader aanwijzen.
Eerstens dc spreeuw, die zich voedt met slakken, sprinkhanen en
de maskers of poppen der insecten. Zij strekken hun jast uit zelfs
tot de huid der runderen, die genoegen schijnen te nemen met deze
vrijpostigheid. Een waarnemer heeft kunnen aanloonen, dat twee
dezer vogels en hunne nesten op den dag meer dan 300 slakken of
andere insecten verslonden.
Omtrent dertig jaren geleden werden de spreeuwen in een gedeelte
van Saksen zoodanig vervolgd, dat zij geheei verdwenen. Het gevolg
daarvan was, dat de dennenbosschen dermate door de schildvleugeligc
insecten werden verwoest en vernield, dat men besloot eene aanzien
lijke som uit te loven om deze plaag legen te gaan, doch zonder
eenig resultaat en er schiot niels over dan openbare schuldbelijdenis
aan de spreeuwen (amende houoralle) en deze weder door allerlei
middelen tot zich te lokken. Men bouwde een aantal kunstmatige
en voor haar geschikte nesten cn de spreeuwen konden zich opnieuw
vermenigvuldigen.
De specht, vijand der pissebedden of duizendbeenen en der wespen,
zuivert ook de basten der boomen van de eijeren, die de vlinders
daarin leggen.
l)e groene specht belast zich met oude en zieke boomen, die door
ongedierte verteerd worden. Met zijn scherpen bek maakt hij openingen
in den bast van den boom, om de rupsen en wormen er uit te doen
komen, en geeft daarna zijne plaats over aan de meezen en andere
insecten-etende vogels, die het werk verder afdoen.
De meezen hechten zich of hangen op allerlei wij/en, zelfs tot aan
het, uiterste eind der zwakste takken. Rusteloos ziet men hen daar
heen en weder vliegen en het loof der boomen onderzoeken met
eene vlugheid die verbaast. De heer de la Blunchère in zijn werk
over de nuttige vogels verzekert ons, dat twee van deze vogels,
gedurende de 21 dagen voor de verzorging hunner jongen vereischt,
deze meer dan 40,000 rupsen aanbrengen. Driemalen in de lente
maken deze vogels hunne nesten en men kan alzoo berekenen hoeveel
rupsen door hen worden vernield.
De merl of meerle, de gekuifde happe en verscheidene anderen
hebben ook hunne eigenaardigheid. De eersten keeren de verdorde
bladeren om, die in den winter de eijeren of larven verbergen; zij
doorboren de hulsels der slakken cn de schalen der kevers. De
happe bedient zich van zijn langen snavel om de aarde om te wroeten
en de wormen op te zoeken.
Het roodborstje houdt gerigt over de vliegen en muggen en de
waterspinnen of langbeenen. De goudvink over de wormen en rupsen.
De vlasvink over de vliegende zeehanen, zoo verderfelijk voor de
vruchtboomen.
De kersenvogel of loriot aast, behalve op de kersen, bijzonder op
sprinkhanenvergeven wij hera dus wanneer hij eenige kersen nis
belooning neemt.
Niet ten onregle is de zwaluw een geachte vogel, daar hij 400
muggen en vliegen daags vernielt en alzoo meer waarde heeft dan
tien jagers, die met een volle weitasch van de jagt komen.
De leeuwerik voedt zich met dc insecten die het koorn vernielen.
Ongeduldig wachten zij tot de egge over het gezaaide is gegaan,
om hunne nesten te bouwen en daarna zijn zij de getrouwe bewakers
en beschermers onzer vruchten.
De kwikstaart, die zich gaarne bij de schaapskooijen en kudden
ophoudt, verslindt een groot aantal vliegen en kevers.
De koekoek, ondanks zijne slechte reputntie, heeft toch zijne ver
diensten. daar hij die soort van groole rups vervolgt, welke vergiftig
is en door andere vogels wordt vermeden en die de mensch zelf
met de hand niet kan verpletteren, zonder dat ze opzwelt.
En wat tc zeggen van den nachtegaaldien liefelijken vogel, die
bij de stilte van den nacht door zijn zingen ons het hart verkwikt
hij is voor de insecten een geduchter vijand, dan de tijger voor de
viervoetige dieren, en zijn verslindende aard verloochent zich zelfs
in zijn gevangen staat niet. Biedt hem een meelworm aan, en zijn
oog zal ontvlammen en zijne vederen zullen te berge rijzen en hij
is niet meer de liefelijke zanger van den nacht, door de dichters
bezongen. Men moet dan ook omzigtig omgaan met dezen heraut
van de lente.
In Belgic is bij de wet verboden nachtegalen te vangen, te koopen
of te verkoopen of hunne nesten te storen; daartegen handelende,
worden de vogels dadelijk in vrijheid gesteld.
De distelvink of putter legt zich bijzonder toe op het zaad van
den distel cn andere schadelijke gewassenhij beschermt het goede
gras tegen het onkruid.
De wusch, zoo dikwijls belasterd als een vrijpostige roover, verdient
geenszins dien naam. Mahoined in zijn koran veroordeelde hera en
gaf last tot het opruimen van alle boomen, die verdacht waren de
musschen tot schuilplaats te strekken; het gevolg was dat in den
anders zoo vruchtbaren omtrek alle groeikracht verdween.
Ook Frederik II, Koning van Pruissen, had den oorlog verklaard
aan die vogels, die zijn geliefkoosd fruit, de kersen, niet eerbiedigden.
Natuurlijk boden zij geen wederstand aan den overwinnaar van
Oostenrijk en zij verdwenen, maar na twee jaren waren er geen
kersen niet alleen, maar zelfs het andere fruit werd schaarsch en de
groote Koning achtte zich gelukkig, om tot den prijs van eenige
kersen, vrede te kunnen sluiten met de verzoende musschen.
Wij stellen de onvruchtbaarheid en zwakte der boomen en gewassen
vaak te veel op rekening der ongeregeldheid en guurheid der saizoenen,
nachtvorsten en dergelijken, terwijl veeltijds de vermeerdering der
insecten, die juist de ziekste en zwakste planten aantasten, de eenige
oorzaak is. Wat zou men zeggen van eene regering, die bij eene
epidemie het gebruik van medicijnen verbood?
Welnu, het is eene gelijke onbedachtzaamheid, waarmede het klein
gevogelte, die belast zijn met het bewaren der gezondheid vau de
gewassen, zich wreedaardig vervolgd zien, alsof de mensch wilde waar
maken de uitspraak van den groot en fabeldichter:
....Trouve bon qu'avec franchise
En mourant au moins je te dis,
Que le symbole des ingrats,
Ce n'est point le serpent, c'est
1'homme....
Voor hem (den mensch) is kruid en lood niet doodend genoeg.
Tot andere middelen neemt hij de toevlugt, als: netten, strikken,
vogellijm, enz. en op deze wijze worden jaarlijks bij de gewone
verhuizing der vogels duizenden gevangen, die bijna allen gedood
worden of in hunne enge gevangenis sterven.
Aldus is het lot van zoovelen onzer liefelijke zangers uit onze
tuinen en velden, die een beter lot waardig zijn.
En hoeveel is niet de geldelijke schade door de moedwillige en
baldadige storing hunner nesten veroorzaakt. De heer de la Blanchcre
verzekert, dat deze alleen in Frankrijk voor den landbouw op een
jaarlijksch verlies van meer dan honderd millioen francs komt te staan.
Gedurende den zomer van 1866 belastte men zich in Beijeren en
het groothertogdom Baden met den uitvoer van scheepsladingen
vogels voor Australië, om aldaar de vermeerdering van woeker
insecten en ander ongedierte tegen te gaan, die door hunne vrucht
baarheid de gewassen vernielden. In 1875 en duarna lieten de
pachters van Nieuw-Zeeland met hetzelfde doel eenige honderden
kooijeu met vogels overkomen.
Laten wij nu niet minder wijs zijn dan onze tegenvoeters en het
vogelenheir en dc insccten-etende vogels, waarmede wij bevoorregt
zijn, meer op hnnne waarde leeren schattenzijn wij ten hunnen
opzigte niet wreeder dan de wouw of de sperwer, en voeden wij
hun eerder, wanneer in den winter eene dikke laag sneeuw het
aardrijk bedekt en zij van alle voedsel zijn verstoken en den mensch
als om voedsel vragenEen volgende oogst zal het ons rijkelijk
vergoeden.
Naar het Fransch van Jules de Soignie.
(Dord. Crt.)
Stoomsnelpersdruk van A. A. Bakker Cz., Nieuwediep.