dat slechts gebruikt mag worden om het deeg te bcstrooijen, tegenwoordig zoodanig met tarwemeel vervalscht, dat menig bakker er zijn voordeel in ziet om het niet alleen aan den j buitenwand van het deeg, maar ook daar binnen te gebruiken. Onder' de vervalschingen in de bakkerijen vermelden genoemde heeren het vermengen van het goede meel met soorten van veel geringer voedingswaarde en prijs; het vermengen van het meel met kunst meel, zand, enz.; het toevoegen van geringe hoeveelheden kopervitriool of aluin aan het meel, ter voldoening aan het verlangen dat het brood er vóór alles helder wit uitziet. Door het gebruik van aluin, dat helaas dikwijls voorkomt, wordt de voedings waarde van het brood verminderd; in stede van onschadelijk te zijn, veroorzaakt de aluin een slechte spijsvertering bij hen, die het vervalsclite brood nuttigen. Met klem meenen de verslaggevers tegen deze vervalsching te moeten waar schuwen. Ook vermelden zij dat het brood dikwijls te veel water houdt, dan den bakker als brood betaald wordt. De monsters, zoowel van het meel als die van het brood, werden meestal door vertrouwde personen aan de toonbank gekocht, met enkele uitzonderingen. Hoewel de verwachting, dat het meelonderzoek vele vervalschingen zou aan het licht brengen, niet bevestigd werd, werden desniettegenstaande drie vervalschingen met groote zekerheid vastgesteld en bij alle drie was het vervalschingsmiddel in hoeveelheden voor handen. De commissie schrijft de aanwezigheid van vreemde meelkorrels liever toe aan toevalligheden, dan aan opzettelijk bedrog. De vervalschingen, die de heeren in het meel opspoorden, zijn dus niet groot in getal. De uitkomsten van het broodonderzoek vermeldende, kozen de deskundigen daartoe een enkele broodsoort uit, nl. het vloer- of plaatbrood, dat bij alle bakkers voor negen cents is te bekomen. Het publiek meent daarvoor een half kilo brood te krijgen, doch hierin vergist bet zich deerlijk. Hoe schandelijk de bakkers over bet algemeen met het brood handelen, kan blijken uit aanteekeningen van het broodgewigt. Wel verre van den tijd der broodzetting niet terug te wenschen, wordt het, meenen de onderzoekers, boog tijd dat het publiek de oogen wederom geopend worden door eene verordening, waarbij de bakkers verpligt worden op elk brood een stempel te zetteu, die liet gewigt aanduidt, waarvoor zij hunne waar aanbieden. De voorloopige proeven op kunstmeel leidden ook bij het brood alle tot een negatieve uitkomst, zoodat er noch onder het brood, noch onder liet meel een enkel bewijs van vervalscliing met dit schandelijk surrogaat voorbanden is. Evenmin hebben zij in eenig monster kopervitriool aan getroffen. Ten slotte geven de deskundigen als hunne meening te kennen dat hier te lande de bakkers voor gebruik van aluin kunnen vervolgd worden. Maai* de onverschilligheid in zake vervalsching van levensmiddelen noemen zij zoo groot, dat bakkers, die zich met kwade praktijken ophouden zooals de beide, wier schuld is gebleken, nog langen tijd dit zullen voortzetten, wanneer de bevoegde magt het niet met kracht tegengaat. Jl. Woensdag is te Delft het 200jarig bestaan der artillerie-stapel- en constructiemagazijnen herdacht. Die inrigting, in 1679 klein begonnen, later uitgebreid met kogelgieterij en patroonfabriek, met geweerwinkel en pyrotechnische school, geeft aan zooveel honderden daar ter stede brood, dat liet voortdurend bestaan van al deze inrigtingen met regt een levenskwestie van Delft heeten rr.-g. De deelneming in de feestviering is dan ook algemeen. Yoor Woensdag behelsde bet programma volksspelen op de Groote Markt, die, begunstigd door heerlijk weder, aan duizenden eenige aangename uren opleverden. Des avonds heeft een derde deel der werklieden een uitvoering van bet tooneelgczelschap der lieeren le Gras, Haspels en van Zuylen bijgewoond en deze uitvoering zal voor de andere deelen op nog twee avonden worden herhaald. Het voornaamste deel der feestviering is echter op heden bepaald, wanneer Z. K. H. Prins Frederik, oud-kommandeur der artillerie, 't feest komt bijwonen. De beide gebouwen en erven te Rotterdam, waarin de kantoren van de Rotterdamscke Handelsvereeniging, van de Afrikaansche Handelsvereeniging en van Kerdijk Pincoffs waren gevestigd, met pakhuizen en zolders, aan eerstgenoemde Vereeniging p. m. f 300,000 gekost heb bende en op de laatste balans, na de catastrophe, op f 100,000 voorkomende, golden in veiling op den 12 dezer: No. 1 f 42,200, No. 2 f 27,200, te zamen alzoo f 69,400 en zijn jl. Dingsdag afgeslagen: No. 1 niets opgekomen, No. 2 op f 34,200 en daarna gecombineerd opgehouden voor f 125,000. Wordt door velen, zegt bet U. D., gebruik gemaakt van de aanbieding van buitenlandsche buizen, wij vernemen met groot genoegen, dat door HH. MM. den Koning en de Koningin dezer dagen aanknopen zijn gedaan bij den Utrechtschen hof bontwerker J. S. van Deventer. In de vergadering van de Vereeniging tot bevordering van nuttige kennis trad jl. Woensdag avond te Utrecht als spreker op de heer clr. Menalda van Schouwenburg, uit Amersfoort. Met liet voordragen van het bekende gedicht van Spandaw //het Vogelnestje'' leidde spreker zijn rede in. Was spreker vroeger een bewonderaar van dat gedicht geweest, thans dweepte hij daarmede niet meer. Met welk regt noemt de dichter de slang, die het vogeltje wil dooden om zich te voeden, een ondier en het vogeltje zelf de onschuld? Vraag eens aan de wormpjes en insecten, die kennis maken met den scherpen bek van de vogels, hoe zij over de vogels denken, dan zeker zullen deze op hun beurt den vogel een ondier noemen. Er bestaat een voortdurende strijd in de natuur. Het eene "dier moet zich door het andere voeden. Welk standpunt te dien opzigte de mensch inneemt, besprak spreker zeer breed voerig. Hij toonde aan, vooreerst uit het tandenstelsel en ten andere uit het darmstelsel, dat de mensch zich moet voeden met dierlijk en plantaardig voedsel en deelde mede, dat prof. Gunning, die, zooals algemeen bekend is, beweerde dat de mensch alleen van plantaardig voedsel kan leven en zich ook werkelijk langen tijd met niets anders gevoed heeft, daarvan is teruggekomen en thans met zijn familie weer vleesch gebruikt. Met bijzondere belangstelling en onverdeelde aandacht werd deze voordragt door het groot aantal opgekomenen gehoord. De dief die bij een inbraak in eene buitenplaats te Baarn, door 't omvallen van een kast zijn been brak, is veroordeeld tot een cellulaire gevangenisstraf van 15 maanden. Zijn makker, die hem had overgehaald tot de daad, tot een van 2 jaar. De vermoedelijke dader van den moord, op de dienst bode. van den landbouwer Smookerk te Sleeuwijk gepleegd, een voormalig knecht van genoemden landbouwer, zou, naar men verneemt, in banden der justitie zijn. Het door hem gestolen bedrag aan bankpapier moet volgens opgave ongeveer f 30,000 bedragen. In de jongste dagen kwamen te Deventer weder vele Duitsche en Belgische kooplieden, die groote inkoopen van rundvee deden. De prijzen stegen merkelijk en heb ben bijna hun vorig standpunt weder bereikt. Uit Franekeradeel meldt men, dat sommige land eigenaars den huurders 15 a 20 pCt. vermindering over dit jaar wegens den slechten oogst hebben toegestaan. Op een jl. Woensdag te Winschoten gehouden ver gadering van crediteuren der firma D. Mulder Zn., aldaar, is het aangeboden accoord van 54 pCt. met meerderheid van stemmen verworpen. Men meent dat een hoogere aanbieding kan gedaan worden. Het aantal schapen dat te Maastricht geslagt. en naar 't buitenland verzonden wordt, is zeergroot. Ze zijn echter ook in geen jaren zoo goedkoop geweest als thans. Dit heeft echter zijn oorzaak. Tengevolge van den natten zomer lijden de schapen aan een ziekte, die hun den winter niet zou doen overleven. De landbouwer vindt het daarom beter iets dan niets daarvoor te krijgen, en zet ze tegen een geringen prijs van de hand. De Grootvorst-troonopvolger van Rusland die, gelijk men weet, te Berlijn verklaard heeft dat zijn bezoek aldaar ten eenenmale vreemd is aan de politiek, verklaarde daaren tegen te Weenen dat zijne komst in die stad wel degelijk een politiek doel had. Hij wenschte nl. te weten welke gevolgen het Oostenrijksch-Duitsche bondgenootschap zou kunnen hebben voor Rusland, en verzekerde dat de hem gegeven inlichtingen en ophelderingen alleszins bevredigend waren. Indien de Weener berigtgever, die dit meldt, uit een te vertrouwen bron heeft geput, dan mag men ook geloof hechten aan hetgeen bij verder schrijft, nl.: //De Czarewitseh heeft zich ten nadrukkelijkste tegen hetnihilismus verklaard en te kennen gegeven dat hij het gevaar er van zeer goed beseft, maar dat men het met beteren uitslag zou bestrijden door middel van liberale hervormingen. Het. bleek dat bij een voorstander is van constitutionnele begrippen in Rusland. Ook sprak hij over de panslavistische partij; hij erkende baar bestaan, maar zeide dat hij er niets mede te maken liad; alleen zijne liberale gevoelens konden aanleiding geven tot de veronderstelling van het tegendeel." Betreffende den veehandel in Noord-Duitschland meldt men: Het belangrijkste nieuws is de voorwaardelijke invoer. Ieder, die zulks doen wil, moet vooraf verlof aanvragen bij het Landrathsambt. Voegt men daarbij de verdere formali teiten, vooral dat het. vee zes maanden lang op een stal moet blijven en de strenge strafbepalingen in Pruissen, dan zal die invoer nog niet veel geven. Dit is te meer te ver wachten, omdat de handel in fok vee zeer flaauw is, ook die op levering in Februarij of Maart. Dragende koeijen en vaarzen, benevens kalveren, mits van de beste soort, zijn nog het meest te verkoopen. Het vee is hier over het algemeen in niet zoo goeden staat als gewoonlijk het geval is. Belangwekkend voor ieder die met den vroegeren bloei der aloude rijken van Assyrië en Balylon eenigermate bekend is, mag de mededeeling heeten van een Engelsch reiziger, die onlangs van een bezoek aan de landen tusschen Euphraat en Tigris terugkeerde. Hij schrijft: ,/Waar voor meer dan 3000 jaar de rijkste Staten bloeiden met digtbevolkte steden, vindt men thans slechts uitgestrekte moerassen; waar vroeger colossale bouwwerken en prachtige tuinen het landschap"" sierden, daar liggen thans slechts heuvels en ruïnen; waar eens een zorgvuldige bebouwing aan millioenen menschen werk verschafte, daar kwijnt nu de bevolking weg in afzigtelijke hutten, waar omheen slechts wilde zwijnen en gazellen grazen. Tusschen de bouwvallen van Ninivé en Babyion, nabij het bedendaagsche Mosoel en Bagdad (een afstand van meer dan 60 uur), vindt men schier alle leven uitgestorven; slechts één dorp Tikrit aan don Tigris ligt er met meer dan 400 inwoners' Vanwaar die treurige ommekeer?" vraagt de schrijver, en zijn antwoord luidt: „van het wanbestuur der Turken, wier verschijning voor West-Azië even nood lottig en verderfelijk mag heeten als het bestuur der Engelsclien en Russen in de overige deelen van Azië heilzaam kan genoemd worden." Jonge meisjes op den openbaren weg te willen kussen is eene liefhebberij, waaraan in het Britsche koningrijk niet dan tegen groote opofferingen kan worden voldaan, dat ondervond Henry Bcttaney, die een kus wilde stelen van de jongedochter Curtis, die hem met haar aardig gezigtje voorbijliep en met een parapluie krachtig tegen het gelaat sloeg, waarna, volgens uitspraak des regters, f 39 betaald moest wordendat ondervonden ook twee jongelieden te Dublin, die gepoogd hadden respectivelijk twee jonge dames te kussen. Ofschoon de eene jonge dame er in geslaagd was den snooden aanslag te ontgaan, kon dit toch voor den regter niet als verzachtende omstandigheid gelden. Hij veroordeelde hen tot drie maanden gevangenis straf met dwangarbeid. VisclilDeristen. Met gunstige zuidoostenwind en geduchte sneeuwjagt ging gisteren de geheele vloot naar zee. De vangst was gemiddeld 100 schel- visschen, zoodat de vissclierij meer verdeeld en niet meer naauw begrensd is. De visch om de Noord gevangen wa3 grooter van stuk dan die om de. zuid. Deze visscliers hadden evenwel nog al schade aan hun want,. Heden is het een slecht getijde, daar het te vroeg of te laat is, er zullen dus niet veel visscliers naar zee gaan. Haring is er weinig gevangen. Benoemingen, enz. De luit. ter zee 2de kl. A. G. J. baron van Plettenberg, dienende aan boord van het schrocfstoomschip Zilveren Kruis, wordt, onder intrekking zijner overplaatsing in de rol van het wachtschip alhier, met den 25 dezer op non-acliviteit gesteld. De luit. ter zee 2de kl. H. van den Pauvcrt, dienende aan boord van het wachtschip te Amsterdam, wordt met den laatsten dezer op non-activiteit gesteld en met den 1 December vervangen door den luit. ter zee 2de kl. J. B. Snethlage. Staten-Cï-erLeraal. Tweede Kamer. Zitting van Vrijdag 21 November. Een 9tal wetsontwerpen van ondergeschikt belang, zijn in deze zitting in behandeling geweest en op céne na unaniem aangenomen. Dat tot het toestaan van golden voor een gebouw dat tot regtbank te 's Gravenhage zal worden ingerigt (het woonhuis van wijlen den heer Groen van 1'riiisteren) lokte eenige bestrijding uit en werd met 55 tegen 7 stemmen aangenomen. Tot 1ste candidaat vo«>r 't lidmaatschap der Algempcuc Rekenkamer werd gekozen de heer dc Savornin Lobman, ■secretaris der Rekenkamer. Omtrent de Rijkslaiulbouwschool te Wageuingen zegt dc minister van Binnenlandscke Zaken in zijn antwoord aan de Kamer: Gaarne voldoende aan den daartoe kenbaar gemaakten wensch, heeft de minister de eer mede te deelen, dat ook naar zijn inzien in ons land, waar de landbouw eene zoo voorname plaats inneemt, eene inrigting als die te Wagoningen niet kan worden gemist. Voor zooverre hij over die school, tot dusverre nog niet door hem bezocht, uit de verslagen cn berigtcn óordeeleu kan, komt zij hem voor op goeden grondslag gevestigd tc zijn; obder een bekwaam beheer te staan, kundige cn belangstellende docenten tc hebben cn aanvanke lijk aan haar doel te beantwoorden, zooals ook eenigermate uit het groot aantal leerlingen msg worden opgemaakt. Bij onderzoek is hem gebleken, dat alles op eenvoudige» voet is ingerigt en er geen zweem van overtollige weelde is, die ook in hem een krachtigen bestrijder vinden zou. Daarentegen zal bij gaarne medewerken om aau de inrigting het nog ontbrekende te verschaffen. Het was hem aangenaam uit het voorlöopig verslag te ontwaren, dat de voor 1880 aangevraagde gelden naar veler oordeel geen grond gaven om te groote en te kostbare uitbreiding van het onderwijs te doen vreezen. Daaraan wordt dan ook van regerings wege niet gedachtalleen het noodige wordt verlangdmaar het ligt in den aard der zaak, dat eene zooveel omvattende iurigting met hare talrijke leerlingen, haar internaat, proefstation, proeftuin en al hetgeen tot het demonstratief landbouw-onderwijs betrekking heeft, in jlen beginne aanzienlijke uitgaven vordert. Tut geruststelling van hen, die uit de Memorie vau Toelichting meenden te kunnen afleiden, dat de uitgaven voor het personeel nog geenszins het toppunt bereikt hebben, kan worden verzekerd, dat, nu ook de afdecling B baren driejarigen cursus heeft, ver meerdering van personeel, onvoorziene omstandigheden uitgesloten, niet tc verwachten is. Aan dc bearbeiding der plannen voor de nieuwe gebouwen wordt met zorg voortgewerkt, om de deugdelijkheid der inrigting tc ver zekeren. De globale begroeting dezer gebouwen bedraagt f 44,1.00, zonder het internaat, waarvan de stichting voorloopig wordt aan gehouden, ten einde tc beproeven op den bouw daarvan bezuiniging toe te passen. Naar aanleiding der opmerkingen over onzen veehandel wordt te kennen gegeven, dat de opheffing der beperkende bepalingen op den vee-invoer in naburige landen een onderwerp van voortdurende zorg der Nederlandsche diplomatie uitmaken. Aan die zorg is het mede te danken dat, blijkens mededeeling van den gezant te Berlijn van 23 Oct. 11., de invoer van rundvee, ter fokkerij bestemd, (Zuchtvieh) uit Nederland naar Duitschland op aanvraag van belanghebbenden weder is toegestaan. FTa-iilirlj K. Jl. Donderdag kwam de ex-Keizerin Eugénie te Parijs aan. Zij kon bare aandoening niet bedwingen, toen zij aan bet Noorderstation afstapte. Haar rijtuig werd gevolgd door een ander waarin de chef der politie gezeten was. De ex-keizerin is gisteren naar Madrid vertrokken, waar haar moeder doodelijk ziek is. Engeland. Te Londen is een beweegbaar gareel uitgevonden, dat veel bijval vond bij alle autoriteiten in Engeland en Frankrijk en vooral ook door de Vereeniging tot bescherming van dieren wordt toegejuicht. Dit gareel bestaat uit verscheidene beweegbare deelen en is zóó zamengesteld, dat het volstrekt niet knellen of bezeeren kan, en men het geheel van pas kan maken voor de vormen van een paard. Daarbij verbit het de huid minder, is ligter en tevens 25 pCt. goedkooper dan bet thans gebruikelijke Engelsehe gareel. De Engelsehe World deelt iets mede omtrent den levensloop van den bekenden John Dunn, den Zoeloe ge worden Europeaan, die thans aan bet hoofd van een der districten staat, waarin liet land der Zoeloes verdeeld is. Hij is geboren in Natal, was vroeg wees en moest zijn brood verdienen. Avontuurlijk van aard, begeerig naar fortuin en droomende van de heerlijkheden der jagt, meende bij, dat Zoeloeland eene kostelijke gelegenheid zou aan bieden voor jagen en handeldrijven. Het bleek, dat hij goed gezien had. De Zoeloes gaven gaarne ossen in ruil voor geweren en patronen en huil land wemelde van het heerlijkste wild van allerlei aard. Op een van zijne togten door Zoeloeland koos John Dunn in een geschil tnsschen Koning Cetawayo en diens broeder partij voor den laatste. Er had een hevig gevecht plaats, waarin Cetawayo overwon. John Dunn, die wakker gestreden had, vlugtte te paard tot aan de Tugela, die hij vrij gezwollen vond. Hij begreep echter, dat zijn eenige, ofschoon groote kans op levens behoud was, te beproeven de rivier, welke in dien toestand voor een onoverkomelijke bindernis gehouden wordt, over te zwemmen. Te paard wierp hij zich in den bruischenden stroom en kwam onder een regen van assagaaijen aan den overkant. Die kloeke daad won Cetawayo's hart, die hem zijne vriendschap en een stuk land aanbood. Hij nam bet aanbod aan, kreeg later nog fneer land vau den Koning en vrouwen in overvloed, dreef voorspoedig handel en had een positie van grooten invloed; zijne bezittingen worden op 40,000 p. st. geschat. Hij had allerlei soort van broodwinning. Zoo bad hij o. a. ook de gewoonte van Europesche lief hebbers van de jagt bij zich te ontvangen. Voor 35 p. st. per maand leverde hij hun alles wat zij noodig hadden, behalve ammunitie en sterken drank. Hij pleegt zich te beklagen, dat in het zuiden van Zoeloeland het wild ont zaggelijk gedund is. Den tijd herinnert hij zich, waarin hij 300 hippopotamussen in één saizoen schoot, die hem 700 p. st. opbragten. DultsotilaiidL. Er is sprake van de volgende wereldtentoonstelling in 1886 te Berlijn te doen houden. De Duitsche „Ilandelstag" heeft dit plan in overweging genomen en het vindt vele voorstanders. Dit moet wel eenige verwondering wekken: eene natie, die allerlei maatregelen neemt om vreemde nijverheid te weren, schijnt waarlijk de aangewezen natie niet, om eene wereldtentoonstelling te houden. Bovendien wat heeft men er aan, de voortbrengselen der buitenlandsche nijverheid ter bezigtiging te stellen, wanneer men op de grenzen zoo hooge regten heft, dat zij toch niet ingevoerd zullen worden. De industriëlen uit andere landen zullen dus de kosten niet maken om hunne voortbrengselen derwaarts te zenden, en of het bezoek bijzonder druk zal zijn, valt ook te betwijfelen. Berlijn is geen stad van vermaak voor een vreemdeling; het eenige wat hem treft zijn de tallooze militairen, en om dat schouwspel te zien onderneemt men geen reis van honderden uren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1879 | | pagina 2