Het saldo van 's Rijks schatkist bedroeg op den 29 December 11. f 12,347,213.60. Naar men verneemt, zal als chef van het materieel bij het Departement van Marine optreden de kapitein ter zee Mac Leod, thans in Indië. (N. Rott. Crt.) Als eene bijzonderheid wordt gemeld, dat verleden week op denzelfden dag aan de Utrechtsche Universiteit bevorderd zijn tot dokter in de rechtswetenschap de twee lingbroeders P. P. C. H. Everts en H. H. Evcrts. Ook het propaedeutisch examen, evenals het candidaats- en het doctoraal examen in de rechten werd door genoemde hee- ren telkens op denzelfden dag afgelegd. De directie der Maatschappij Zeeland heeft besloten op nog twee harer stoomschepen electrische verlichting in te voeren. Naar men weet, wordt de mailboot Prinses Marie reeds sedert het voorjaar electrisch verlicht. Thans zal die wijze van verlichting ook worden ingevoerd aan boord der booten Prinses Elisabeth en Prins Hendrik. De heer dr. J. P. Stricker, predikant te Amsterdam, heeft op grond van meer dan veertigjarigen dienst emeriaat aangevraagd. Hij aanvaardde zijn dienstwerk te Driehuizen eu Zuid-Schermer den 9 Januari 1842, werd predikant te Hoorn in 1845, te Dordrecht in 1847, te Amsterdam in 1855. Ter gelegenheid van het Nieuwjaar, wijdt de Haagsche correspondent van het D. van N. het volgende aan ons Vorstelijk Huis. Terwijl in schier alle landen in de verschillende lagen der maatschappij zooveel gisting heerscht, terwijl socialis tische en daarmee vaak samenhangende republikeinsche neigingen zich toenemend openbaren, ziet men te onzent een stamhuis, in den grond nationaal en 't volk dierbaar, gelijk maar weinig dynastieën in zoo hooge mate elders, sinds een reeks van jaren veel doen om zich van dat volk te vervreemden. Van leven met 't volk blijkt belaag,XOo weinig. De Koning vertoeft injigïh^^Llê^ïrtidden der eenzame heiden ep^bosscjjfft Van de Vel uwe, of wel aan den Riinftvvr-'^» ..:,np Wageningen, of ook wel op een m r*- uergslot, maar hoe kort van duur is zijn veruiy? meestal in Hoofd- en HofstadDe regeerende Vorst wordt al meer en meer voor zijn volk een zeldzame ver schijning. Elders grijpen Koningen en Prinsen velerlei gelegenheden aan om zich met 't volk in verbinding te stellen, elders treden zij telkens op als voorgangers, waar 't stich tingen of gedenkdagen geldt elders wordt de monarchale idee gesteund door de dragers der dynastieke namen; te onzent blijkt van zoodanige deelneming in 't leven des volks zoo weinig. Zie, 't is eenigszins moeielijk dat alles ronduit in woorden te kleeden... en toch 't is verkeerd het te verzwijgen. Het zijn waarlijk niet de slechte vrienden van 't stamhuis, die in betamelijken vorm uiting geven aan 't leedgevoel, dat velen in de Natie bezielt over een afzonde ring, die allengs vervreemding wordt. „Si le Roy le scavait" zeide men tijdens Hendrik IV, en wij zeggen hetzelfde, als wij in gedachten spreken tot Willem III. Mocht de uiting van dit leedgevoel tot den Koning komen Mocht 't ook, maar nog veel krachtiger, doordringen tot den Prins van Oranje, en hem opwekken tot een leven, zijner waardigHoe kan 't wezen, dat hij jaar en dag, voor allen verborgen, daar nederzit, en een onbekende blijft voor 't volk, welks hoop voor de toekomst hij zijn moest! Mocht onder de ernstige stemmen, die een scheidend jaar doet hooren, ook eens een stem bij hem weêrklinken, die zijn geestkracht opwekt en zijn eerzucht prikkelt tot daden, die 't volk met vreugde begroeten zou in den erfgenaam van den troon! De uitnemende wijze waarop de heer mr. G. van Tienhoven als burgemeester van Amsterdam tijdens de Internationale Tentoonstelling, aldaar dezen zomer gehouden, de aanzienlijke gasten der hoofdstad recipieerde- feu üe gemeente tegenover vfeTsLèiijke en andere hooge bezoekers dier e^a&slfie vertegenwoordigde, werd door vele Amster- ^-ótfirimers in hooge mate gewaardeerd. Men wilde het en toch zoo verrukkelijk schoon had gezien. Nu speelde het zonlicht op die als goud glinsterende vlechten en lag er een helderen glans in de groote, bruine oogen. De vroegere smart dreigde den jongen man plotseling weêr te overstelpen; doch schielijk onderdrukte hij die onwillekeurige opwelling: hij zag immers dat die oogen slechts Raimund's blik zochten. De baron had nu aller gelukwenschen ontvangen, en de buigende schaar van dienstboden vriendelijk toeknikkende, voerde hij zijn jonge vrouw het kasteel zijner voorvaderen binnen. Paul en Lily sloten zich bij hen aan, en de laatste leverde ongelukkig opnieuw het bewijs, hoe weinig zij de plechtigheid van dit oogenblik begreep, door nog op den drempel hare zuster in het oor te fluisteren: „Verbeeld je, Anna, oom de notaris krijgt eindelijk een vrouw Hij heeft Emma Hoier gevraagd, en toen hij het kleine, afdoende Ja ontving, bulderde al het geschut: „Victoria!" Het was een paar uren later op den dag. De drukte van de ontvangst was voorbij, en op het thans weêr geheel ledig terras stond Anna van Werdenfels en zag op naar de bergen, waar zij de eerste weken van haar huwelijk had doorgebracht, waar een zoolang gewenscht, met zooveel moeite verworven geluk eindelijk werkelijkheid was geworden. De predikant van Hoogdorp had het huwelijk in de kapel van Felseneck ingezegend. Gregorius Vilmut was „toevallig" door ambtsbezigheden genoodzaakt in de residentie te vertoeven. Hij had de nieuwe barones van Werdenfels eerst dien morgen terug gezien, toen hij haar en haar echtgenoot bij den ingang van het dorp met een kort en ernstig woord begroette. De eigenlyke aanspraken liet hij over aan den schout en Rainer, die zich dau ook niet onbetuigd lieten en zich in het lange en breede van hun taak kweten. Hijzelf zeide niet meer dan hoog noodig was, doch deed dit kalm en waardig en trok zich, zooJra het rijtuig voortreed, in zijn pastorie terug. Nu kwam hij daar echter de trappen van het terras op en naderde de jonge vrouw, die hem verrast te gemoet ging. „Ziit gij daar, Gregorius? Ik had mij niet durven vleien, u vandaag hier te zien!" „Ik kom u goedendag zeggen. Mijn vertrek is op overmorgen bepaald." „Zoo onverwachts? Ge zoudt uw nieuwe standplaats te M. immers eerst tegen het najaar betrekken? „Dat plan is veranderd. Daar is reeds lang een vacature, en voor Werdenfels zal het niet moeielijk zijn terstond een opvolger te vinden. Morgen preek ik al mijn afscheid, maar indien ge dan al in de kerk komt, zal ik toch waarschijnlijk geen gelegenheid hebben om u alleen te spreken, en daarom kom ik vandaag!" Getroffen en vragend zag Anna den spreker aan. Eindelijk inv*»rhnpdseh veHr^k is «w werk Gro?oriusGij gaat, hoofd der gemeente evenwel een zichtbaar blijk van die waardeering geven en 644 burgers vah de Amstelstad vereenigden zich tot dat doel. Den laatsten dag van het tentoonstellingsjaar werd nu door een commissie uit die 644 den burgemeester in zijn woning een gedenkboek overhandigd, terwijl hem tevens werd verzocht te willen poseeren voor een medaille, die het hoofd der gemeente in goud, zilver en brons als huldeblijk zal worden vereerd. De minister van Marine heeft aan zijn departement, in tegenwoordigheid van den inspecteur-generaal over het Loodswezen, jhr. De Koek, gehoord den inspecteur over het Loodswezen van Texel, Goeree, Maas en Brouwers haven en Vlissingen, benevens drie zeeloods-schippers van die districten, naar aanleiding van het verongelukken van den Goereeschen loodskotter No. 12. Door verschillende bladen wordt bericht dat het gebezigde vergif „operment" zou geweest zijn. Over de juistheid dier tijding waag ik niet te oordeelen, zoo meldt men aan de Zw. Crt. 't Eenige wat ik omtrent 't vergif met zekerheid vernam, is, dat in de woning vrouw v. d. L. roode muizentarwe gevonden is, zonder dat iemand wist dat de aanwezigheid van muizen die noodig maakte. In 't begin dezer week schijnt vrouw v. d. L. verlangen gekregen te hebben om haar man en kinderen te zien. Op haar verzoek werd aan dezen een schrijven gericht, waarin dit verlangen werd medegedeeld. Diente< ging de man met zijn drie kinderen jl. Zondag naar den Haag om haar te bezoeken. Be- .1 >vel ingelicht, dan duurde het onderhoud sl kort en viel niet zeer tot tevredenheid der uit, daar de man zich niet kon onthouden,hare wandaden onder het oog te brengen. fJzn aan haren wensch hare kinderen te omhelzen weigerde hij toestemming te verleenen. 't Is verschrikkelijk dergelijke toestanden niet als on mogelijk te kunnen verklaren, maar de feiten spreken in deze zaak zóó sterk, dat zelfs de afschuw van man en kinderen te verklaren is. Hoe meer men er van hoort in de naaste omgeving, hoe meer men de goede maatregelen en ijver waardeert van onze' politie, die met den verdienstelijken commissaris Yan der Maasen aan het hoofd, zich in deze zaak van zoo gunstige zijde heeft doen kennen. Wij lezen voorts omtrent deze zaak in het Leidsche Dagblad nog het volgende: Zij, die, na het gebruik van het „operment" van vrouw Van der Linden, het leven behouden hebben, zijn misschien hun leven lang aan eene ziekte lijdende, voornamelijk bestaande in verlamming der ledematen, hetzij aan handen, hetzij aan voeten, zooals o. a. Aben zelf, die twee kinderen verloor, wier lijkjes werden opgegraven, en de soldaat, die nog steeds in het hospitaal wordt verpleegd. Toen laatstgenoemde naar het gebouw der Anatomie moest tot herkenning van de lijken zijner familieleden, geschiedde zijn vervoer per vigelante, daar hij zich alleen en dan nog met moeite op een paar krukken kon bewegen. Ofschoon zijne moeder reeds sedert 1881 in het graf had gelegen, herkende hij haar lijk terstond, daar het, evenals de andere lijken, tengevolge der vergiftiging, niet tot ontbinding was overgegaan, maar in den toestand van een „mummie" verkeerde. Vermoedelijk zullen ei" nog meer opgravingen plaats hebben. De justitie is met haar onderzoek nog verre vaa gereed. Het terrein van haren 'arbeid is zoo uitgestrekt als maar heel zelden het geval is. Dagelijks komen nieuwe mis dadige feiten van vrouw Van der Linden aan het licht, waarvan er ook blijkbaar ten doel hadden, om de aandacht er van a£ të 'leiden, dat dezelfde ongesteldheden alleen in hare familie voorkwamen. Meermalen toch gebeurde het, dat zij buren en andere goede kennissen in hare woning riep en hun dan op het een of ander de mannen liefst op een „bittertje" trakteerde. Kort daarna gevoelden ze zich onpasselijk, maar niet gevaarlijk. Ze had echter dan haar doel bereikt." Het Gron. Volksbl. bericht, dat zich eenige welge stelde landbouwers in de provincie Groningen gereed maken, om in 't volgend voorjaar naar den Transvaal te ver trekken. De zware lasten, waaronder de landbouwende stand gebukt gaat, wordt vooral als oorzaak van dit besluit genoemd. Als eene bijdrage tot de geschiedenis der Amsterdam- sche Tentoonstellingsloterij meldt men uit Zwijndrecht het navolgende Een fabriekarbeider, in het bezit van een lot, ontving voor eenige dagen het bericht, dat daarop een prijs was gevallen ter waarde van f 50, die te zijner beschikking lag. Om den prijs te kunnen afhalen, stelde hij op de fabriek, waar hij werkzaam was, een persoon in zijn plaats tegen f 1. Hij gaat naar Amsterdam en krijgt daar een groot pak, waarmee hij zich. naar huis spoedt. Tehuis gekomen is zijn eerste werk het pakket te onderzoeken, en vindt daarin een grooten hoop boeken, allen in de Fransche taal, en handelende over Arabië, Tunis, Marokko, enz. een paar boeken in prachtband, verguld op snee, over Arabische muziek een ander dito prachtig mooiVinter- prete de Varmée frangaise en Fransch- Arabisch woordenboek, plannen van aan te leggen spoorbanen, kaarten van Arabië een viertal leelijke photograficn, ook al van Arabische zaken, en voorts een grooten hoop prullen. De gelukkige winner zou zich reeds gelukkig achten, als de een of andere liefhebber hem den rommel wilde afkoopen tegen teruggave van de door hem gemaakte onkosten. De omnibus, van lieverlede door de trams verdrongen, behoort sedert jl. Maandag te Amsterdam tot de geschie denis. De laatste rit met dit soort van rijtuig had plaats tusschen het station van den Rijnspoorweg en den Dam, doch is Dinsdag, en voor 't vervolg, vervangen door een tram, die de reizigers van het hartje van de Amstelstad tot voor het perron van genoemd station brengt. Het aantal passagiers van de Amsterdamsche Omnibus-Maat schappij was in 't afgeloopen jaar 12,107.333 tegen 8,154,830 gedurende 1882; de Rotterdamsclie Tramweg-Maatschappij vervoerde in 1883 4,189,525, in 1882 3,977,532 personen, Gedurende het pas geëindigde jaar werden door de Rijkstelegraafkantoren in Arasterdam ruim 2^ millioen telegrammen behandeld. In 1883 werden te Ainsterdair "81" van f 25, 42 van f 12.50 en 17 vatntnJZpg0^aq zamen dus ten bedra^vsm ut x-wx 'i geheel een bedrag van f 107,041.60 als opbrengst der beursbelasting over 1883 ontvangen is. Volgens de Haarl. Crt. heeft een burgemeester in Zeeland dezer dagen zijn veldwachter het rooken verboden bij niet-nakoming van dit verbod zou den man zijn baantje ontnomen worden. Omtrent het bij Pantah (Tenom Westkust) gestrande Engelsche stoomschip Nicero heeft de gouverneur van Atjeh het volgende aan den gouverneur-generaal te Buiten- zorg geseind: Toekoe Iman Moeda Radja van Tenom heeft de equipage, op vier na alle Europeanen gevangen genomen en naar Tenom vervoerd Assistent-Resident Van Langen, die per Gouvernements stoomer Arend te Ranooi was ver nam dit van Toekoe Oemar. Assistent-Resident vertrok terstond naar Pantah. Het schip schijnt reddeloos ver loren te zijn, althans niet te kunnen afgebracht. Assistent- Resident heeft terstond stappen gedaan om equipage te redden. Zr. Ms. oorlogsschepen Benkoelen en Palembang zijn naar de Westkust vertrokken, zijnde de commandanten uitgenoodigd in overleg met Assistent-Resident, te han delen ter bevrijding der equipage Nicero. De bende uit Pedir en Giging, die zich bij Tengkoe di Tirou hadden aangesloten, zijn volgens bericht van controleur Segli naar hunne woonplaatsen teruggekeerd inet belangrijke ver liezen. Tengkoe di Tirou is tot dusverre nog niet in r,1-tjen bespeurd; de overige benden van Toekoe I Hoesin, Toekoe Ali, Toekoe Njaq Bentang hebben zich verspreid in de 26 22, 9 Moekims en in Lepong. Zij vochten herhaaldelijk gelijktijdig op verschillende plaatsen tegen onze troepen; van 9 November tot en met heden hadden wij vier gesneuvelden en 25 gewonden, onder den laatsten luitenant Colenbrander licht en luitenant Tierie ernstig. Thans trekken die benden in Lepong samen, naar men zegt om in 4 Moekims tegen ons te gaan vechten. Toekoe Oeman heeft aan boord van den Gouvernements stoomer Arend voor Ranooi een ontmoeting gehad met den Assistent-Resident Van Langen. De onderhandeling over de voorwaarden zijner onderwerping is afgeloopen. Hij beloofde in de laatste dagen van December te Kotta-Radja te komen om zich te onderwerpen. In het afgeloopen jaar zijn o. a. de volgende ver dienstelijke of hooggeplaatste landgenooten overleden: Mr. G. Mees Azn., oud-hoogleeraar aan het Athenaeum te Deventer. Mr. C. J. A. van Rijckevorsel, lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Dr. D. J. Steyn Parvc, inspecteur van het middelbaar onderwijs. Dr. R. P. A. Dozy, hoogleeraar bij de letterkundige faculteit aan de Universiteit te Leiden. Dr. C. B. Tilanus, oud-hoogleeraar te Amsterdam. E. P. de Monchy, oud-president der Nederlandsche Handelmaatschappij, oud-lid der Tweede Kamer. G. P. de Neve, gepensioneerd luitenant-generaal, oud commandant van het Indische leger. Dr. J. van Vloten, oud-hoogleeraar aan het Athenaeum te Deventer. Jhr. E. A. O. De Casembroot, gepensioneerd luitenant- generaal, ond-minister van Oorlog. De vrouw van den werkman A. Damen, te Ooster hout, is in drie achtereenvolgende jaren (1881, 1882 en 1883) van tweelingen bevallen. In een der munitiebrooden,.geleverd door een Does burger aannemer voor de gevangenen ir* het gesticht Dc Kruisberg nabij Deutichem, werd gevonden een muizen nest met 4 springlevende jongen. Het brood was half uitgehold en het nest van papier gemaakt. Of het brood daags te voren uit den oven was gekomen, durft de berichtgever niet beweren. Te Bergen-op-Zoom heerscht algemeene verontwaar diging over liet aanranden van de achttienjarige dochter van den onlangs overleden kapitein De Korte. Het meisje, dat 's avonds van de normaalles huiswaarts keerde, is door iemand, die haar geruimen tijd achtervolgd had, bij de keel gegrepen, terwijl de aanvaller de uitdrukking bezigde „worgen zal ik je." Tengevolge van het slaan met hare boeken en het geschreeuw om hulp was de ellendeling genoodzaakt het hazenpad te kiezen. Door de marechaussees wordt een streng onderzoek ingesteld. Naar de te Brugge verschijnende Landman meldt, is eene Vereeniging, bestaande uit al de personen in België, die runderen van liet Jersey-ras bezitten, op het punt ge vormd te worden, met het doel een Herdbook uit te geven, gelijkvormig aan die, welke in Engeland voor alle soorten van huisdieren bestaan. Genoemd blad voegt hierbij: ten einde aldus te vermijden, zoowel voor de verkoopers als voor de koopers van bedrogen te worden en hun moeielijk- heden te vermijden, die strafbaar of te goeder trouw zouden geschieden en welke zich onvermijdelijk zullen voordoen, vooral op een oogenblik dat verwarringen kunnen plaats hebben, omdat ook vele Bretonsche koeien thans in het land zijn, hoewel deze geen iD minste overeenkomst met het Jersev-ras hebben. Bultenlana. De gewone Nieuwjaars-recepties in de groote wereld der vorsten en diplomaten hadden op den Nieuwjaarsdag allerwege plaats, zonder dat de telegraaf van eenig incident melding maakt. De Keizer van Duitschland, de President der Fransche Republiek, enz. enz. ontvingen het corps diplomatique en de hooge ambtenaars, en allerwege schijnt men zich bepaald te hebben tot de gebruikelijke beleefd heidsformules en tot het uiten der beste wenschen en ver wachtingen voor de toekomst. Daarmede zal zeker iedereen gereedelijk instemmen. In een der kerken van Weenen heeft jl. Zondag avond een hevig tumult plaats gehad, gevolgd door een paniek, die schromelijke gevolgen na zich had kunnen slepen. Een pater redemptorist hield er voor een schaar van ruim 2000 belangstellenden een toespraak over den „roem der armoede." Nauwelijks echter was hij begonnen of er werd onder het publiek scherp gefloten, er volgden kreten en verwenschingen tegen den prediker en ten slotte werden er zelfs steenen naar den predikstoel geworpen. Nu ontstond er een vervaarlijk tumult en het publiek wilde zich haasten ouw te verlaten, toen er plotseling achter d- een nieuw geraas werd gehoord en men I itq jfiAuaj «jaau bevindende groote deur met bijlen slaan. Men had n] gemeend ietu! mam

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1884 | | pagina 2