vogel'' is uitgemaakt. Ondertusschen is de architect
Muysken, de ontwerper van het plan om de Beurs op den
Dam te zetten, reeds door „Bui-gerplicht" candidaat gesteld
voor den Gemeenteraad, waaruit ge zien kunt dat de
nieuwe editie van de beursquaestie met zorg en ijver wordt
voorbereid. Wij zullen er pleizier van hebben
Het ontslag der 250 Marine-werklieden, waarover ik u
onlangs schreef, is nog in den Haag bij het Departement
aanhangig. Hun kans moet iets beter staan. Amstelaar.
Bln n enlan a.
Een paar dagen geleden bracht de telegraaf uit Brussel
het bericht, dat HH. MM. de Koning en de Koningin der
Nederlanden reeds in Maart aldaar werden verwacht. Dat
bericht wekte eenige verbazing, omdat men algemeen meende,
dat de maand Mei voor het bezoek was aangewezen. Volgens
inlichtingen aan het Hld. berustte het dan ook op een
misverstand. Het werd geseind aan het slot van eene
depeche uit Madrid (die als gewoonlijk over Brussel her
waarts kwam), meldende, dat de Imparcial het uitstellen
der verkiezingen als zeker had aangekondigd. Daarop
volgden de woorden: „Roi reine- Hollande attendus mois
prochainDaar van 's Konings reis naar Madrid echter
nooit sprake is geweest, beschouwde Reuthers Agentschap
te Amsterdam die slotwoorden als eene bijvoeging uit Brussel
omtrent eene verandering in het tijdstip van 's Konings
komst aldaar, eene verklaring, die voor de hand lag. Nu
is echter bij onderzoek, door het Agentschap te Brussel
ingesteld, gebleken, dat die opvatting ongegrond was en
dat de woorden inderdaad uit Madrid zijn geseind. Zij
komen ook in de Brusselsche bladen aldus voor: wat er
mede bedoeld wordt, is ons niet bekend.
Dat de commandant der zeemacht en chef van het
Departement van Marine in Nederl.-Indië, de schout-bij-
nacht F. H. P. Van Alphen, adjudant des Konings in buiten
gewonen dienst, voor gezondheidsredenen zal repatriëeren,
wordt door de N. Rott. Crt. tegengesproken.
Bij den penningmeester van het hoofd-comité voor
de ramp-Java, is sedert de vroegere opgave nog ontvangen
van den burgemeester van Texel f 98.90.
Eene soirée variée (zang, pianospel, voordracht en
orkest) te Alkmaar gegeven ten voordeele der op te richten
stichting voor ouden van dagen der R. K. belijdenis, heeft
opgebracht f 1283,35
De heer J. G. Jelgersma, medicinae doctorandus aan
de Universiteit te Arasterdam, is benoemd tot prosector
in het gesticht Meerenberg.
De gepensioneerde vice-admiraal F. A. A. Gregory,
kanselier der beide Nederlandsclie orden, is sedert eenige
dagen ernstig ongesteld.
Volgens de laatste berichten is de toestand minder on
gunstig, doch blijft zorgelijk.
Den 1 dezer mankeerden bij de verschillende regi
menten infanterie 50 sergeanten, 2 fouriers en 345 korpo
raals, tegen 156 sergeanten, 3 fouriers en 429 korporaals
op datzelfde tijdstip in 1883.
Een paar jaar geleden was het incompleet aan kader
bij dat wapen veel grooter dan thans. Niet het minst
werkt het instruetie-battaillon, dat geregeld om de 6
weken een 40 k 50 tal korporaals naar de regimenten
zendt, tot dezen vooruitgang mede.
1 )e on t vangsten der Nederlandsclie Zendings-Vereenigi ng
over 1883, met inbegrip van een legaat groot f 10,000,
bedroegen f 50,638.02. De uitgaven f 50,484.50; alzoo
een voordeelige saldo van f 153.52, hetwelk de Vereeniging
sedert eenige jaren niet te beurt viel. De ontvangsten in
dit jaar beliepen van 1 tot 15 Januari f 2,214.60.
Tegen 8 Aril e. k. zullen weder pupillen op de
Pupillenschool te Nieuwersluis worden geplaatst. De
Staatscourant No. 35 vermeldt de bijzonderheden.
De telegrafische verbinding tusschen Texel en Vlie
land is nog steeds verbroken. Ongeveer twee weken
achtereen is er gedregd naar den kabel, doch men heeft
dien niet kunnen vinden. Daar men het verder zoeken
zij tot nog gemeen hadden, was niet in staat dio te heelen. Baron
van Hersteld vertoonde zich nog wel eens van tijd tot tijd in de
groote wereld aan de zijde zijner echtgenoote, maar alleen om
door haar volkomen vergeten en over het hoofd gezien te worden,
meer zelfs dan met zijne verhouding tot haar en de maatschappij
overeen te brengen was.
Sedert zij lachend zijne liefderijke verwijten en voorstellingen
voor gemoedelijke Duitschc dweepzucht had uitgemaakt cn zijn
ernstigen eisch, om een anderen weg in te slaan, met al de
hartstochtelijke hevigheid van een verwend kind, wat zij trouwens
haar geheele leven geweest was, had beantwoord, had hij alle
verdere pogingen om de herinnering aan den eersten zoeten tijd
hunner liefde weder te herleven, laten varen.
Ook eenige pogingen door hem aangewend, om zijne schoon
ouders op zijne zijde te krijgen, hen over te halen, hun invloed
te paren aan zijne beden, om Jeanne tot inkeer in zichzelve over
te halen, waren vruchteloos gebleven.
Graaf Frésange was te zeer Franschman om. zoolang zij alle
éclat vermeed, iets aanstootelijks in het gedrag zijner dochter te
vinden. Het huwelijk, dat zij met den verarmden spruit van
een Duitsch geslacht had aangegaan, was te zeer tegen zijne
eigene wenschen geweest, om geene toegeefelijkheid aan den dag
te leggen, nu zijn afgodisch vereerd kind pogingen aanwendde
om de boeien, waarin zij zich in een onverstandig oogenblik had
laten ketenen, wat losser te maken. Inderdaad, er was niets
ongeoorloofds in Jeanne's gedrag, beweerde graaf Frésange, zich-
zelven misleidende; het was het recht, tevens het voorrecht der
jeugd, te genieten en zich te vermaken en Jeanne, zijne schoone,
schitterende Jeanne, moest niet verouderen voor den tijd.
Zoo leefden de echtgenooten ook uiterlijk meer en meer van
elkander gescheidenWalter bracht den zomer en den herfst,
vaak zelfs tot diep in den winter, op de landgoederen zijner
schoonouders door, voor wier beheer hij zooveel mogelijk zorg
droeg, leefde voor zijne kleine dochter, die met hare kindermeid,
wegens redenen van gezondheid, zijn landelijk verblijf met hem
deelde, terwijl hare moeder op de eene ot andere moderne bad
plaats afwisseling en nieuwe vrienden zocht.
Tegen den herfst gebeurde het dan wel eens, dat zij, even
als een meteoor, met een uitgezocht gezelschap van vrienden de
stille afzondering van haar echtgenoot kwam verstoren, om „den
droomer terug te voeren in het werkelijke leven," zooals zy
lachend zeide.
In zulke oogcnblikken verscheen de schoone, altijd dartele
moeder aan haar kind als eene goede, machtige fee, die eiken
wensch vervult, en Walter had al den ernst zijner liefde noodig,
om het hart van het kind voor zich te behouden en de gevolgen
van Jeanne's dwaze, grillige teederheid te verzwakken.
Hij zelf koesterde niet de minste illusie meer; wat hem zoo
terneder drukte, was niet zoo zeer diepe droefheid wegens het
korte verdwenen geluk, dan wel innig hartcleed, dat dit geluk
een leugen, dat, wat hem zoo in verrukking had gebracht, niets
dan valsche schijn was geweest.
Maar wat ook in dat goede hart, zoo vol vertrouwen, ver-
naar den kabel opgegeven heeft, zal waarschijnlijk een
nieuwe gelegd worden in den loop des jaars.
Naar het Vaderland verneemt, is den kapitein-inge
nieur P. G. Van Schermbeek, met verlof zijner Regeering
in Japanschen dienst, aldaar den rang toegekend van generaal.
De Zutph. Crt. eindigt haar verslag der vergadering
van de Amsterdamsche commissie, belast met het toezicht
op het lager onderwijs, en waarin afwijzend werd beschikt
in zake de door de sociaal-democraten opgeworpen „boter-
hammen-quaestie," aldus
Neen! wij waarschuwen met den heer Voute tegen het
verplaatsen van de zorg der ouders voor het kind op den
staat en achten met den heer Hugenholtz het verzoek uit
dat oogpunt hoogst bedenkelijk, al zouden we daarom niet
vreezen, dat er eindelijk een verzoek inkwam „om de
kinderen per vigilantes naar huis te laten brengen als het
regent," zooals de heer Fabius zei.
Principiïs obsta\ is onze leus. Is eens de schrede gezet
op den weg van het socialisme, dan is het eind er van
niet te overzien; is eens de gemeente het spoor bijster
geworden door aan een verzoek om voedsel op school te
voldoen dan komt straks de vraag van de zijde der
volwassenen en wij hebben den socialistischen staat, ondanks
al de „omzichtige" toepassingen van den heerKerdijk, met
zijn verderfelijk dooden van alle particulier initiatief, met
zijn verderfelijk ambtenaars-systeem, met al de rampen
zijner bureaucratie ingehaald. Daarom verheugt ons de
meerderheid van 15 stemmen voor het voorstel-Versluis,
al doet ons de minderheid van een elftal soms ook de
wenkbrauwen fronsen
Aan dén heer P. J. C. De Hen, instructeur aan de
inrichting tot opleiding van machinist-leerlingen te Helle-
voetsluis, is jl. Zondag door die leerlingen bij gelegenheid
van zijn 25jarig instructeurschap een fraai portret-album
in fluweel en met toepasselijke inscriptie aangeboden.
Door het Gerechtshof te Amsterdam is uitspraak
gedaan in de zaak van Arie van Wieringer, bij vonnis
der Rechtbank te Alkmaar van 20 December 11., wegens
misbruik van vertrouwen tot eene celstraf van 9 maanden
veroordeeld. Beklaagde had namelijk als commissionair
van een Engelsch huis hier te lande, van een boer uit
Noordholland zes schapen gekregen om ze te Londen te
verkoopen; maar het geld dier schapen was niet verant
woord, terwijl beklaagde volhield ze zelf te hebben gekocht
en betaald. In hooger beroep werd beklaagde verdedigd
door mr. Haas, die beweerde dat hier van geen misbruik
van vertrouwen kon sprake zijn. Er bestond toch wel
een betaald wordende arbeid tusschen den beklaagde en
het Londensche huis, dat hem commissieloon betaalde,
maar niet tusschen beklaagden en den eigenaar der schapen.
Het hof echter achtte het onverschillig of het loon dooi
den lastgever zelf of door derden werd uitgekeerd. Het
vernietigde echter op andere gronden het vonnis en ver
oordeelde, op nieuw recht doende, beklaagde tot dezelfde
straf.
Het Panopticum te Amsterdam heeft eene nieuwe
groote aantrekkelijkheid verkregen door de opname eener
historische groep van 59 figuren, voorstellende de receptie
van Filips van Bourgondië en Jacoba van Beieren, zooals
die in Juni 1883 door de Delftsche studenten te aan
schouwen gegeven is. Het bestuur is namelijk bezitter van
al die prachtige costumes geworden en thans is een getrouw
beeld der geschiedenis gegeven, die gewis door velen zal
bezichtigd worden.
De huzaar G., te Venloo, oppasser bij den luitenant
kwartiermeester aldaar, die f 167 zou wisselen, is met dit
bedrag verdwenen en tot nog toe niet teruggekeerd.
Een gepensioneerd Indisch officier, te Roermond
wonende, die het plan had opgevat om met zijn dienstmeisje
te trouwen, schijnt plotseling van opinie veranderd te zijn,
ten minste hij verliet zijn woning, een brief' achterla
tende met f 200 voor zijn gewezen „aanstaande" en het
bevel, dat zij binnen 8 dagen het huis moest verlaten.
nietigd was, éëne gedachte luid hem staande gehouden: het
geloof, dat zijne eer ongeschonden was gebleven, dat Jeanne zijn
ouden, onbevlekten naam smetteloos bewaard had.
Plotseling, als door een bliksemstraal, werd hem ook dit
steunpunt ontrukt.
In het slotpark te Lotharingen, op dezelfde plaats, waar Jeanne
hem hare liefde had bekend, waar zij hem trouw had gezworen
voor het geheele leven, vond hij haar in de armen van een
ander
Deze slag was verpletterend voor haar en voor hem voor
het eerst ontwaarde zij vol ontzetting, welk eene verborgen
kracht en onverbiddelijkheid in dat teedere hart konden ontwaken,
wanneer hij in zijne eer getast werd aan zijne voeten geknield,
smeekte zij om haar schuldig leven.
Op eens waren de rollen verwisseld zij de smeekende!
Maar hij stiet haar van zich en zag haar nooit weder.
Nooit! Al volgde zij hem op hare knieën kruipende en om
genade smeekende tot aan de deur zijner kamer, al bad zij nog
zoo roerend om een kus op de lippen van haar kind te mogen
drukken het was alles te vergeefs! Den morgen, volgende
op haar trouwbreuk, was hij met Clemence vertrokken om haar
naar Duitschland bij mevrouw van Tromberg te brengen; daarop
volgde een duel met den verleider zijner vrouw, dat dezen
laatste lang op het ziekbed uitstrekte, waarna hij eene acte tot
scheiding indiende.
Had men hem vroeger in de familie verwaarloosd, over het
hoofd gezien en geminacht, nu werd Walter, die op het punt
zijner beleedigde eer als een vertoornde leeuw was opgestaan,
die niet meer treurde over verdwenen liefde, maar over de smet,
die op zijn vlekkeloozen naam was geworpen, waardig gekeurd
de hoofdpersoon van den kleinen kring te zijn.
Alles werd aangewend om de wettelijke scheiding te voor
komen, want diezelfde kringen, die een ijdel spel geoorloofd
achtten, en die de schoone, lichtvaardige vrouw gehuldigd en
gevierd hadden, veroordeelden alle opzien en trokken zich van
de onvoorzigtige terug. Jeanne schreef brieven vol berouw en
vernederde onderwerping, die Walter met verachting van zich
wierp; de trotsche graaf Frdsange boog het hoofd om voor zijn
eenig kind vergiffenis af te smeeken! Men beloofde gouden
bergen en toonde zich tot elke genoegdoening bereidde schuldige
zou Frankrijk verlaten en Walter en haar kind naar Duitschland
volgenzy zou zich in de strengste afzondering alleen aan hare
plichten wijden zij verlangde niets anders dan den naam te
mogen blijven dragen van haar echtgenoot, om zoodoende de
geruchten, die nog niet als volkomen waarheid tot het publiek
waren doorgedrongen, te logenstraffen.
Maar alles bleef vruchteloos, Het hart, dat „weeke was in
hare handen geweest was" bleef even hard, als de diamant en
ook zoo smetteloos, toen men met hem om zijne eer wilde
boeleeren. Clemence had weinige dagen voor de treurige ramp,
die hare schaduwen ook over het jeugdige leven van het kind
verspreiden, haar zevende jaar bereikt, en de dochter werd aan
den vader toegewezen. Wordt vervolgd.)
Wie met paarden omgaat, zegt het spreekwoord, gaat
met zijn vijand om. De waarheid hiervan ondervond de
landbouwer J. C. te Cuyk. Toen hij dezer dagen met zijn
onwillig paard naar den akker ging en het voor den ploeg
wilde spannen, werd het dier woedend, greep zijn meester
bij den arm en rende er meê den akker over. Wel liet
het hem een oogenblik los, doch om met verdubbelde
woede op hem neêr te vallen. Met de knieën op zijn
slachtoffer, beet en knauwde het diens arm, dat de onge
lukkige het uitgilde van pijn. Tot driemaal toe herhaalde
het beest, dat wel een leeuw geleek, dit akelige tooneel.
Eerst bij de nadering van de knechts, die als verstijfd van
schrik eerst dat drama hadden aangestaard, liet het razende
dier, door een flinken slag aan den kop toegebracht, zijn
meester los, wiens arm totaal verbrijzeld was. De beenderen
waren als 't ware murw geknauwd, de pezen verscheurd.
Tegen den avond moest den ongelukkige den arm worden
afgezet. De wildheid van hetzelfde paard (een hengst)
was voor een paar jaren ook al oorzaak, dat de knecht,
door tusschen de kar te geraken, zijn arm verloor.
In het noordoostelijk gedeelte van Noordbrabant zijn
de vooruitzichten voor de landbouwers in jaren zoo goed
niet geweest als thans. Men weet eigenlijk niet, hoe men
het heeft, nu er geene overstrooming is en de landerijen
niet door den erfvijand in eene zee worden herschapen.
Het werd dan ook tijd, dat er een einde aan al die
ellende kwam, want men kan zich moeielijk een denkbeeld
vormen van de verarming dezer voor twintig jaren vrij
welvarende streek.
Vele kleine landbouwers zijn reeds tot den rang van
daglooners afgedaald en de grootere hebben hunne bezit
tingen derwijze moeten bezwaren, dat zij niet veel meer
dan pachters geworden zijn.
Wat nog enkelen in stand houdt is de levering van
melk aan de groote kunstboterfabrieken en de hooge prijzen
van 't vee. Meer dan vroeger legt men zich dan ook
thans op 't bezit van goed melkvee toe. Mocht het winter
koren, dat in groote hoeveelheid is uitgezaaid en tot dus
verre gespaard bleef, behouden worden, dan kan hiervan
een ruime opbrengst verwacht worden.
Naar men aan de Amsterd. Crt. meêdeelt, is de wacht
aan de cavalerie-kazerne te Amsterdam jl. Zaterdagavond
de dupe geworden van eene grap, waarvan de schuldigen
echter onbekend zijn gebleven.
Een in klein tenue gekleed hoofdofficier bracht namelijk
aan de kazerne een bezoek en verlangde een en ander te
inspecteeren. De wachtmeester, commandant der wacht,
leidde hem overal rond, nam den verschuldigden eerbied
in acht en.... is daarvoor gestraft met vier dagen provoost
arrest. Immers het is gebleken, dat de hooggeplaatste
bezoeker geen militair, maar misschien een afgedwaald
bal masqué bezoeker was.
Buitenland.
Engeland is van een lastige vriend verlost. Cetewayo
namelijk is op den 8 dezer te Ekome aan een hartkwaal
overleden.
Te Parijs werden sedert het begin des jaars aanmerkelijke
hoeveelheden alcohol binnengesmokkeld, zonder dat men,
ondanks alle nasporingen, ontdekken kon, hoe endoorwien
dit geschiedde. Jl. Donderdag nu reed eene met haard-
blokjes beladen kar de barrière van Clichv door, toen er
eene opstopping van rijtuigen ontstond en in de drukte en
verwarring ettelijke blokjes op den grond vielen, welke
openbarstten en waaruit alcohol stroomde. De karrevoerder
verklaarde, volkomen te goeder trouw het hout vervoerd
te hebben en gaf zonder aarzelen op, van wien deze kwamen.
Er is onmiddellijk proces-verbaal opgemaakt en de zaak
wordt vervolgd.
Met een zeer zonderlinge misdaad zal de Rechtbank
van Neuwied zich eerstdaags bezig te houden hebben.
Nieuwjaarsdag ontving een rentenier in een naburig plaatsje,
die eenig vermogen bezit, een taart uit Wiesbaden. Dit
verwonderde den rentenier niet, daar te Wiesbaden familie
betrekkingen van hem woonden. Zoo spoedig hij echter
van de taart had gegeten, werden sporen van vergiftiging
merkbaar en bij een onderzoek bleek, dat de taart veel
vergif bevatte. De justitie werd hiervan in kennis gesteld
en een gerechtelijk onderzoek was het gevolg. Het resul
taat hiervan is, dat een boer, die aan den rentenier verwant
was en waarschijnlijk in de meening verkeerde van hem
te zullen erven, in hechtenis is genomen. De financiëele
toestand van den gearresteerde moet zeer slecht zijn.
Benoem 1 n gen, enz.
Met 1 Juli a. s. worden benoemd tot opzichters van den
Waterstaat 2de kl. alhier de heeren L. Koot en H. J. Wee
huizen, thans opzichters 3de kl.en tot opzichter 4de kl. te
Vlieland de heer J. G. Thamer.
De officier van administratie 2de kl. C. V. Veldman, uit
Oost-Indië teruggekeerd, is op non-activiteit gesteld.
Gedetacheerd bij het Departement van Marine in Oost-Indië,
als chef der late afdeeling, de kapitein-luitenant ter zee W. A.
Arriëns.
VlsoUberlonten.
Er kwamen gisteren een vijftal bommen binnen, die wat schol,
tong en enkele tarbotten aanbrachten.
Twee Terschellinger blazers brachten 30 cn 50 roggen aan,
die f 1.27 k f 1.36 per stuk golden.
Twee sloepen kwamen binnen, en wel
Maria Christina, schipper Valkenier, met 50 levende kabel
jauwen a f 2.95, 70 doode idem k f 1.60 't stuk, 700 schel-
visschen a f 37.50 't honderd, 1 heilbot a f 8.50, 4 beunen vleet
a f 23.50, 7 doode lengen a f 2.05 't stuk.
Hendrika Adriana, schipper L. Koster, met 180 levende
kabeljauwen k f 2.65, 500 doode idem f 1.35 k f 1.40 't stuk,
3 heilbotten a f 19, 11 lengen a f 3.25't stuk, 1850 schelvisschen
k f 31 't honderd, 14 doode lengen k f 1.50 't stuk, 600 be
schadigde sehelvisscken k f 16 't honderd.
AFLOOP der OPENBARE VERK00PING,
gehouden op Maandag 11 Februari 188 4, in het lokaal
„Musis Sacrum" alhier, ten overstaan van den notaris
J. W. HATTINGA RAVEN:
1. Een Huis en Erf aan het Molenplein No. 154, kooper
de heer J. Bethlehem voor f 1720.
2. Een Huis en Erf aan de Binnenhaven No. 60, kooper
de heer A. Jelies voor f 1526.
3. Een Huis en Erf aan de Achterbinnenhaven No. 168,
Kooper de heer M. Kleijn voor f 450.
4. Een Huis en Erf aan de Kerkgracht No. 316, opgehouden.
5. Een Huis en Erf in de Hoogstraat No. 377, kooper de
heer J. Bethlehem voor f 500.