Binnenland.
De Economist, de werking der Drankwet besprekende,
merkt op, dat na eene daling in 188182, er nu weder
stijging is in de opbrengst van het gedistilleerd, zoodat
de opbrengt van 1885 weder die van 1881 zal overtreffen.
Het getal drankwinkels is van 42,000 tot 30,000 gedaald,
maar de steller acht het niet onwaarschijnlijk, dat het getal
in de naaste toekomst weder aanzienlijk aangroeit, omdat,
zoo de eigenaars van gecombineerde bedrijven er de voor
keur aan geven drank te verkoopen, zij nog 20 jaar „ver
gunning" zullen heböen.
Wat zal het baten, vraagt de Economist, of over 20 jaar
het aantal herbergen met vergunning tot de helft verminderd
is, wanneer het drankgebruik in dien tijd misschien met
50 pCt. is toegenomen?
Hij komt tot de conclusie„Over het algemeen be
schouwd, kan reeds nu veilig voorspeld worden, dat de
proef met deze wet genomen, een schitterend en overtuigend
bewijs zal schenken voor de stelling: door wetten schaft
men geen zonden af.
In een artikel met het opschrift Donkere dagen"
vestigt het Hld. de aandacht op eenige gevallen van mis
bruik van vertrouwen en oplichterij, die zich dezer dagen
in de Amsterd. Beurswereld hebben voorgedaan. Men heeft
vernomen, hoe de heer J. Wijtman, een assuradeur van naam,
die algemeen vertrouwen genoot, de geldmiddelen van meer
dan ééne vennootschap, voor welke hij zorgen moest, in
berooiden toestand heeft achtergelaten. Na zijn plotseling
overlijden is gebleken, dat al sinds jaren de fondsen ver
dwenen waren van enkele Maatschappijen, wier belangen
hij had te behartigen. Schier even diepen indruk heeft
de tijding gewekt, dat de heeren J. en W. A. Tobias met
achterlating van een aanzienlijk deficit verdwenen zijn.
De heer W. A. Tobias was een assuradeur, die, in tegen
overstelling van den heer Wijtman, meer de behoeften
van den tegenwoordigen tijd raadpleegde en terecht allerlei
kleine Verzekering-Maatschappijen wilde combineeren tot
een grooter en krachtiger lichaam.
De groote gedruktheid, door dergelijke smartelijke gebeute-
nissen gewekt, maakt, dat men aan de Beurs dubbel de
daling van vele Amerikaansche waarden gevoelt. De reden
van deze daling is, naar het schijnt, even moeielijk op te
geven als de reden, waarom nu en dan de Amerikaansche
markt zoo bijzonder willig is. Nu en dan is ieder pessi
mistisch, dan weder rijst de barometer en ziet iedereen de
toekomst rooskleurig. Het is omdat de ervaring ons leert
dat deze tijdperken van gedruktheid en levendigheid zich
afwisselen gelijk regendagen en mooi weder, dat het Hld.
tot renteniers en allen, die niet onmiddellijk geld moeten
maken, de raadgeving richt om toch niet in paniek goede
fondsen weg te werpen voor weinig geld. Het is eene
algemeene fout vooral van kleine geldbeleggers om fondsen
te koopen, als de markt willig is, en te verkoopen, als
de prijzen plotseling kelderen. Niets is zoo aanstekelijks
als eene paniek.
Omtrent het verblijf van HH. MM. den Koning en de
Koningin te Brussel meldt men aan het Vad. het volgende:
HH. MM. zullen den 20sten, te halftwee, aan het station
du Nord te Brussel aankomen en zich van daar met den
Koning en de Koningin van België direct in een open
rijtuig naar het Paleis begeven.
Na een lunch gebruikt te hebben, zullen de vorstelijke
personen naar het Stadhuis rijden en zullen alle muziek
korpsen, daar op de Groote Markt vereenigd, bij de komst
van HH. MM. op het balcon het Wien Neêrl, bloed spelen.
Van het balcon zullen HH. MM. den optocht der Ver-
eenigingen, enz. gadeslaan.
Na het stadhuis bezichtigd te hebben, zullen HH. MM.
een bezoek brengen aan het Nieuwe Paleis van Justitie.
Des avonds is er galadiner ten hove.
Woensdag morgen heeft het feest in de Koninklijke tuinen
te Laeken plaats. Vervolgens zullen de Vorstelijke personen
dineeren bij den Graaf en de Gravin van Vlaanderen.
Donderdag morgen zal onze gezant baron Gericke van
Herwijnen HH. MM. te dejeuneeren ontvangen. Daarna
zullen de wedrennen worden bijgewoond en zal er weder
groot diner ten hove zijn.
Op Vrijdag 23 Mei is het vertrek van HH. MM. onze
Koning en Koningin bepaald. Een bezoek aan Antwerpen
behoort dien dag echter nog tot de mogelijkheden.
betrof niets dan de laatste beslissing."
«En al die stappen deedt hij zonder mij, achter mijn rug?"
vroeg hij met smartelijke verwondering.
„Beste Erwin, gij hadt genoeg met u zeiven te doen," ant
woordde zij, „gij ziet, dat al uwe krachten en uw beste wil
daartoe niet toereikend waren. Ik had geen recht meer op u;
ik stelde mij dit duidelijk voor den geest, om mijn plicht in geen
enkel opzicht te buiten te gaan."
Zij had eene rechtvaardiging gereed voor elk gevoel en elke
daad, en toch kon zijn hart haar geen gelijk geven. Ééne zaak
slechts had zij hem recht duidelijk gemaakt: zijn wil, zijne kracht
was niet toereikend geweest, om Clemence te beschermen, noch
zijne trouwe, geduldige liefde, om haar gelukkig te maken. Hij
had moedig het offer van een geheel leven in de waagschaal
geworpen, toen hy aan Walter's sterfbed de hand van dat kind
in de zyne had genomen trof hem nu de wrekende Nemesis,
omdat die hooghartige opwelling verdwenen was, omdat hij,
bekoord door hare schoonheid, nu aan belooning meende te mogen
denken, omdat hij er naar streefde, met de onwakende liefde van
haar jeugdig hart, met al de onschuld en frischheid, die in
haar ontloken, voor zich zei ven een nieuw, gelukkig leven te
zoeken
Hij schaamde zich over de hoop, die hij gekoesterd had, hij,
de man zoo sterk in zelfopoffering, en toch, zy was zoo mensche-
lyk, zoo vergefelijkook voor Clemence was die liefde de eenige
verwijdering geweest van den hinderpaal, die hunne innige ver-
eeniging reeds van den beginne af had in den weg gestaan.
Hy voelde, dat Nora's oogen op hem gevestigd waren en
haar medelijden brandde als vuur op zijne wonden; zijn trots
verzette zich daartegen.
Hij bood haar de hand ten afscheid.
„Vaarwel, Nora; gij gaat nu uit onze familie in eene andere
over; voortaan zal uw man over u waken, het geluk des levens
met u deelen en u beschermen, zooveel hij vermag. Ik kan mij
op dit oogenblik niet verder met uw levensweg bemoeien. Gij
hebt het doel bereikt; elk Uwer gedachten behoort nu aan een
anderen plicht. Wel vertrek ik eerst heden middag, maar ik heb
behoefte aan rust en ook om mijne gedachten te verzamelen
ik neem dus reeds thans afscheid. Als wij terugkeeren, vol
hoop zeg ik wy zal ik u niet meer aantreffen; zelfs voor
het geval, dat uw huwelijk vertraging ondervindt, kunt gij
Clemence's gast niet meer zyngij zelf zoudt het ook niet willen.
„Laat my ook Erica vaarwel kussen; ik hoop, dat Frësange
een goed vader voor haar zal zijn."
Zwijgend stond zy op, terwyl een zonderling gevoel van berouw, I
Nader meldt men uit Brussel aan genoemd blad:
Ilonderd-en-tien Vereenigingen zullen met baar banieren
deelnemen aan den grooten optocht ter eere van HH. MM.
den Koning en de Koningin bij hun komst alhier. Op het
balcon van het stadhuis zijn de plaatsen aangewezen;
rechts zullen plaats nemen HH. MM., hun gevolg, de
ministers, de gouverneur, B. en W. en de Gemeenteraad
van Brussel; links de dames, namelijk de echtgenooten van
de ministers, van de leden van het dagelijksch bestuur van
Brussel en van de leden van den Raad.
Het zoogenaamde „Maison du Roi," tegenover het
stadhuis gelegen, is voor de overige invités gereserveerd.
Des avonds zal er concert zijn in het Park en zal die
wandelplaats geïllumineerd worden. Zooals men weet, is
het Park gelegen voor het paleis des Konings.
Om redenen van gezondheid heeft Z. K. H. de Prins
van Oranje zijne gevraagde medewerking bij de op 10 Juli a. s.
binnen Delft te houden plechtige herdenking van den
sterfdag van Willem den Zwijger niet kunnen toezeggen.
Volgens den kroniekschrijver van de N. Gron. Crt., zou
Z. K. H. zich in de maand Juni a. s. buiten 's lands bege
ven, om een hem aanbevolen badkuur te doen.
De hooggeboren zusters, de Koningin van Zweden
en de Vorstin-moeder Von Wied, hebben jl. Maandag met
hun broeder, den Hertog van Nassau, een bezoek op Oranje
Nassau's-oord aan onzen Koning en onze Koningin gebracht.
H. M. de Koningin haalde de hooge gasten aan het station
Ede met een vierspan af. Na het diner vertrokken de
Koningin van Zweden en haar zuster weer naar Amsterdam,
terwijl de Hertog via Arnhem de reis naar Frankfort
aannam. De Keizerin van Oostenrijk heeft Maandag met
haar dochter weer een uitstapje naar Zandvoort gemaakt;
haar paarden zullen nu en dan te Zandvoort worden gestald,
teneinde H. M. in de gelegenheid te stellen eenige rijtoeren
door Haarlem's omstreken te maken. In het begin der
volgende maand komt weder een hooge lijderes zich onder
behandeling van dr. Mezger te Amsterdam stellen, nl.
Prinses Maria Elizabeth van Saksen-Meiningen, die met
haar gevolg in 't Amstel-hótel haar intrek neemt.
De Keizer van Oostenrijk wordt Zaterdag a. s. te
Amsterdam verwacht.
Uit Suez wordt van 13 dezer gemeld:
„De brand in het stoomschip Gelderland is gebluscht.
Het water wordt thans uit het schip gepompt en de lading
is zwaar beschadigd; de passagiers zijn aan boord. Alles wel
Betreffende de Leidsche vergiftigingszaak verneemt
de N. Rott. Crt., dat de behandeling van het rechtsgeding
niet kan verwacht worden vóór Maart of April van het
volgend jaar. Er zijn niet minder dan 57 gevallen te
onderzoeken, waaromtrent vermoeden van vergiftiging bestaat.
Om al die gevallen tot klaarheid te brengen, is er natuur
lijk een lange tijd van voorbereiding noodig.
De heer Krüger is door den Koning van Portugal
in een afscheids-audiëntie ontvangen. De deputatie is weder
naar Frankrijk afgereisd.
Men schrijft ons uit Schagen, dd. 13 dezer:
„Zondag II. had alhier, in de Landbouw-Societeit „Ceres,"
de jaarlijksche tentoonstelling plaats, der teekeningen ver
vaardigd in den cursus 1883/84, door de leerlingen aan de
school voor bouwkundig- en handteekenen, indertijd
opgericht door de afdeeling „Schagen," der Maatschappij
ter bevordering der Bouwkunst. Deze expositie was opge
luisterd met de voorwerpen, vervaardigd door de leerlingen
van de Departementale School voor huisvlijt alhier.
Wat ik betrekkelijk die expositie van der zake kundigen
hoorde, gaf getuigenis, dat zoowel onderwijzers als leer
lingen lof toekomt, voor de toewijding waarmede het onder
wijs wordt gegeven, als voor den ijver waarmede daarvan
werd gebruik gemaakt. Als bewijs voor het laatste kan,
voor de leerlingen der teekenschool worden aangevoerd,
dat sommigen hunner niettegenstaande zij woonplaats hebben
in de naburige gemeenten Sint-Maarten, Nieuwe-Niedorp
en Barsingerhorn, dientengevolge tamelijk verre afstanden
moeten afleggen, het onderwijs alleen in de winter
maanden, en dan des avonds gegeven wordt, echter de
lessen niet minder getrouw volgden, dan de jongelui uit
onze gemeente.
De prijzen, die jaarlijks worden uitgereikt, werden be
haald als volgt:
dat zij nooit gekend had, haar aangreep. Zooals hij daar voor
haar in al zijne edelaardige goedheid, onwankelbaar, zelfs te
midden van den storm, dien zij had opgeroepen, en die de laatste
bloesem van den boom zijns levens afrukte, kwam hij haar voor
als een held. Toen zij met het kind aan de hand terugkeerde,
kuste hij het innig en teeder.
„Vaarwel, kleine Erica, God behoede u en schenkc u een
moedig hart. Vaarwel, Nora," zeide hij, de hand aannemende,
die zij hem toestak. „Word gelukkig!"
Als overwinnares bleef zij achter en toch ten diepste vernederd
zijn liefde tot haar was niet onvergankelijk geweest, zoo als
zij in hare ijdele zelfbegoocheling gewaand had, toen hij groot
moedig haar lot verzekerde aan de hand van Robert, toen hij de
weduwe van zijn broeder eene plaats aanwees aan zijn haard en
haar trouwbreuk voor het oog der wereld en voor zijne echtge-
nootc verborgen hield. Hij had zich ontfermend lot de schuldige
kunnen nederbnigen haar tot zich opheffen nooit; naast al
zijne goedheid stond zijn onbuigzame trots.
Nadat Erwin zich had verwijderd, werd hij door een onweer
staanbaar gevoel gedreven naar de vertrekken, waar Clemence
had gewoond, alsof hij daar eenige openbaring zou kunnen vinden
omtrent hare zoo zorgvuldig verheelde gevoelens. Alles bevond
zich nog in denzelfden toestand als zij het voor eenige uren had
verlatenniets was gesloten, niets geborgen, alsof zij voornemens
was elk oogenblik terug te keeren.
De zon wierp hare vroolijke stralen vriendelijk door het vertrek
de bloemen op de tafels en consoles, die het met zoeten geur
vervulden, de slinger der pendule, duidelijk hoorbaar in de stilte,
konden hem niet misleiden, dat het eene verlatene plaats was.
Hij bleef midden in de kamer staan, alsof de dood hier plotseling
zijn intrek had genomen, en den levensdraad van een geliefd
wezen, in de volle kracht der gezondheid had afgesneden.
„Spreek tot mij, o, spreek tot mij," riep hij in de hoogste
droefheid; „mijn moed begint te wankelen en mijn leven hangt
aan het uwe!"
Daar viel zijn oog op een ineengedrukten zakdoek in den hoek
der chaise longue en toen hij dien opnam, voelde hij, dat hij
nog vochtig was, vochtig van hare tranen.
Met diepe ontroering drukte hij dien aan zijne lippen.
„Mijne kleine Clemence, mijne eeuwig geliefde vrouw; ik wil
deze stomme taal gelooven, dit geheimzinnige woord, dat gij
geweend hebt om mij. Het benevelt mijne zinnen niet als uw
eerste, schuchtere kus, maar het wekt mij machtig op om te
blyven hopen!"
Wordt vervolgd.)
Handteekenen
Leerlingen lste jaar:
lste prijs S. Blom te Nieuwe Niedorp.
2de T. Groot Schagen,
Leerliugen 2de jaar:
lste prijs H. Lucht te Schagen.
2de W. Vader
Leerlingen 3de jaar:
lste prijs Jan Bleek te Schagen.
Leerlingen lste jaar bouwkundig teekenen:
lste prijs C. Warnar. te St. Maarten.
2de P. Swaab Barsingerhorn.
Leerlingen 2de jaar:
lste prijs K. Zon Schagen.
2de C. Koster
Meergevorderde leerlingen
lste prijs J. Keet Dz. te Schagen.
2de A. van Nienes Barsingerhorn.
Het getal leerlingen was verdeeld als volgt:
Handteekenengem. 18 leerlingen.
Bouwkundig teekenen gem. 10 leerlingen.
Het onderwijs in het handteekenen werd gegeven door
den heer F. J. Gielen, dat in het bouwkundig teekenen
door den heer J. Roggeveen Wz., beiden alhier. Het
onderwijs aan de huisvlijtschool werd gegeven door den
heer Schuitemaker van Barsingerhorn. De laatste zal
echter, naar ik verneem, voortaan hier niet meer als onder
wijzer optreden, daar hem het onderwijs in de huisvlijt is
opgedragen te Barsingerhorn, en ook in het tot die
gemeente behoorend dorp Kolhorn. Het is recht jammer,
dat de heer S. het onderwijs alhier heeft moeten staken;
de Commissie voor de huisvlijtschool was steeds zeer over
hem tevreden, en onder ons onderwijzend personeel is,
naar ik hoor, niemand die hem zal kunnen vervangen.
De beide inrichtingen genieten van de gemeente ieder eene
subsidie groot f 60. Ik voor mij acht die gelden uit
stekend rentegevend belegd; het groot nut der teeken
school is onbetwistbaar; en wat de huisvlijtschool aangaat,
ben ik zoo vrij, gelet op de hier verkregen resultaten,
te blijven bij mijne reeds vroeger geuite opinie, dat het
geen de jongens daar verrichten, eene uitmuntende oefening
is voor oog en hand. En wat het geestdoodende van dien
arbeid aangaat, waarover onlangs in enkele bladen zulk
een roerende jammerklacht is aangeheven ik heb een
paar neefjes onder de leerlingen aan onze school, maar
kan ten stelligste verzekeren, dat ik van dien als aller-
noodlottigst voorgestelden invloed tot heden niets heb
kunnen bespeuren."
Op het verzoek tot oprichting van eene dvnamiet-
fabriek aan de overzijde van het IJ is door burgemeester
en wethouders van Amsterdam afwijzend beschikt.
Graaf Herbert von Bismarck, een zoon van den
Duitschen Rijkskanselier, zal, volgens de Kreuz-Zeitung,
tot gezant te 's Gravenhage benoemd worden.
Uit verschillende plaatsen des lands komen berichten
omtrent meer of mindere schade, jl. Maandag avond door
den bliksem aangericht.
Men heeft het voornemen, de monumentale fontein,
ter eere van Betje Wolff en Aagje Deken, den 24 Juli a. s.
op het Betje Wolftsplein te Vlissingen feestelijk te onthullen.
Het dividend der Nederlandsche Bank over het boek
jaar. geëindigd 31 Maart 1884, is bepaald op f 188 per
aandeel van f 1000.
De commissaris van politie te Gouda waarschuwt de
ingezetenen tegen de zoogenaamde firma Heijstek Co.,
die uit verschillende plaatsen bestellingen doet op elk
gebied en nimmer betaalt. In Gouda heeft die firma dezer
dagen ook bestellingen a contant gedaan om te verzenden
naar Dordrecht, terwijl de briefkaart het postmerk Amster
dam droeg.
De heer J. A. R. Kijmmell, te Assen, oud-burge
meester van Havelte, heeft cassatie aangeteekend tegen het
vonnis van het Gerechtshof te Leeuwarden, waarbij hij is
veroordeeld tot een half jaar celstraf en f 50 boete.
In tegenspraak met de aanvankelijke geruchten, als
zou de burgemeester van Alphen en Riel, die zijne stand
plaats heeft verlaten, vele slachtoffers hebben gemankt,
wordt ons medegedeeld, dat de gemeente-financiën en
administratie in den besten toestand zijn achtergelaten en
de particuliere schulden des burgemeesters van dien aard
zijn, dat zij alle zullen kunnen worden gedekt uit het
nagelaten vast goed, bestaande in huis, tuin- en boschgrond.
De burgemeester vertoeft op dit oogenblik met zijne
familie te Leaken, bij Brussel. Familie-omstandigheden
van bijzonderen aard schijnen hem te hebben doen hande
len, zooals hij deed. Een eervol ontslag is hem dan ook,
zooals gemeld is, door den gemeenteraad verleend als
secretaris. (N. Rott. Crt.)
Een huisvader te Amsterdam wierp jl. Dinsdag
namiddag in kennelijken staat niet meer of minder dan zijn
vrouw en zijn kind in de gracht. Beide konden onmiddellijk
gered worden en de dronkaard werd in verzekerde bewaring
genomen.
De jonge Amerikaan, die vóór veertien dagen van
Purmerend naar Amsterdam gegaan is en daar dertig
duizend gulden van de Twentsche Bank heeft ontvangen,
met bedoeling om den volgenden Maandag met dat geld
het vee te betalen, dat hij te Purmerend voor zijn oom
in Amerika gekocht had, is nog niet teruggekomen. Zijn
spoorloos verdwijnen geeft tot allerlei geruchten aanleiding.
Men begint zelfs het ergste te vreezen, daar het onderzoek
der politie nog niet tot eenige ontdekking heeft geleid.
Een arbeider aan den ontworpen spoorweg bij Doe-
tinchem is jl. Zondag morgen, terwijl de overige bewoners
kerkwaarts waren, met de noorderzon afgereisd, in gezel
schap van de löjarige dochter van zijn kostbaas en diens
jas en tabaksdoos medenemende. De politie heeft de zaak
in handen.
In den nacht van jl. Zondag op Maandag bemerkte
een inwoner van Arnhem, dat tegen den achtergevel van
zijn huis een ladder werd geplaatst. De betrapte inbrekers
waren.... de vrijers van de beide dienstboden, die haar een
bezoek wenschten te brengen.
Als een staaltje hoe de openbare diensten in de
kerken worden bijgewoond, meldt de Standaard, dat in een
onlangs te Simonshaven gehouden middagbeurt tegenwoordig
warende predikant met zijn echtgenoote, de voorlezer en
een ouderpaar, dat hun kind ten doop bracht.
Buitenland..
Het onlangs door een Belgisch blad medegedeelde
bericht, dat de Gebroeders Peltzer onschuldig veroordeeld