Art. 34. De vervolging der misdrijven en overtredingen, in deze conventie omschreven, zal geschieden in naam van of door den Staat. Art. 35. De Hooge contracteercnde Partijen verbinden zich aan de Wetgevende Macht van haren Staat de noodige maat regelen voor te stellen, om de uitvoering dezer conventie te ver zekeren, en meer in het bijzonder, om daarbij strafbaar te stellen, hetzij met gevangenis, hetzij met boete, hetzij met beide straffen gezamelijk, degenen die zich schuldig zullen maken aan overtreding der bepalingen van de artt. 6 tot 23 ingesloten. Art. 36. Zoo dikwijls visscher3 van het eene land zich schuldig zullen hebben gemaakt aan daden van geweld jegens visschcrs van eene andere nationaliteit of aan dezen moedwillig schade of verliezen zullen hebben toegebracht, zullen de rechtbanken van het land, waartoe de visschersschepen der overtreders behooren, de bevoegde rechtbanken zijn om hen te oordeelen. Hetzelfde beginsel geldt voor de misdrijven en overtredingen, by deze conventie omschreven. Art. 37. Het onderzoek en de beoordeeling van de overtredingen der bepalingen dezer conventie heeft altijd plaats op zoo summiere wijze als de van kracht zijnde wetten en reglementen veroorloven. Art. 38. De tegenwoordige overeenkomst zal worden bekrachtigd. De akten van bekrachtiging er van zullen zoo spoedig mogelijk worden uitgewisseld te 's Gravenhage. Art. 39. Deze conventie zal ten uitvoer worden gelegd op den dag, nader door de Hooge contracteerende Partijen te bepalen. Zij zal gedurende vijf jaren, van dien dag afgerekend, van kracht blijven en, voor het geval geene der Hooge contractee rende Partijen minstens twaalf maanden voor het einde van het genoemde vijfjarig tijdvak haar voornemen zal hebben bekend gemaakt, om de overeenkomst op te zeggen, zal zij weder een jaar en zoo vervolgens van jaar tot jaar van kracht blijven. Wanneer daarentegen eene der contracteerende Mogendheden de conventie zal hebben opgezegd, zal deze tusschen de overige Mogendheden gehandhaafd blijven, zoo deze haar althans niet evenzeer opzeggen. Blnnenla n d.. Uit goede bron vernemen wij, dat er alle kans bestaat dat het benoodigde kapitaal voor de Koninklijke fabriek van stoom- en andere werktuigen gevonden zal worden. Gisteren heeft de feestelijke opening van den spoorweg ZaandamHoorn plaats gehad. Zoowel in deze steden als in de tusschengelegen plaatsen werd feest gevierd. Onder de autoriteiten, die er aan deelnemen, behooren ook de ministers van Binnenlandsehe Zaken en van Waterstaat, enz. De burgemeester van Hoorn, baron Van Dedem, hield bij aankomst te Hoorn ongeveer de volgende rede: „Mijne heeren, ministers, vertegenwoordigers van Zr. Ms. Landsregeering, mijnheer de commissaris des Konings en heeren Gedeputeerde vertegenwoordigers der Regeering in de provincie en U allen verdere genoodigden heet ik welkom namens den Gemeenteraad van Hoorn. Ik zeg u dank voor uw tegenwoordigheid bij de feestelijke opening dezer spoorweglijn, die voor oostelijk Noordholland over 't IJ in een lang gevoelde dringende behoefte voorziet. Hoe dringend die behoefte was, behoef ik niet te betoogen. In hooge mate door de natuur begunstigd, bewoond, door eene nijvere bevolking die van deze voordeelen alle partij weet te trekken, levert deze landstreek het van ouds beroemde zuivelproduct, dat zijn weg door gansch Europa en daarbuiten vindt. Haar slachtvee voorziet geregeld in de behoeften van de grootste vleeschmarkt van ons vader land. En zelfs voor een deel in de behoeften van Europa. Zij fokt een rundvee-ras, waarvan het Stamboek tot in de Nieuwe Wereld met belangstelling wordt gevolgd en op landbouwgebied brengt dit deel van Noordhollan l producten voort, die slechts gekweekt kunnen worden door een nijvere bevolking bij een vergevorderde cultuur. Een landstreek van zooveel beteekenis voor het wereld verkeer, en met zulke groole belangen kon niet langer zonder aansluiting blijven. Die verbinding zal, zeide spr., ons ook in aansluiting brengen met Friesland, zoo nauw aan ons verwant door afkomst en stoffelijke belangen. De ingenomenheid met deze lijn is dus algemeen en beter dan mijne woorden zullen de stemmen die gij op uw wegen aan den eindpaal zult ontmoeten, u die ingenomenheid vertolken. Ik noodig u uit, in den feesttrein plaats te nemen." De minister Heemskerk zegt den burgemeester hartelijk dank en erkent, dat de spoorlijn in een diep gevoelde behoefte voorziet. Velerlei omstandigheden vertraagden haar aanleg. Z. Exc. hoopt van harte dat 't overige gedeelte van het Noord-Hollandsche spoorwegnet spoedig voltooid moge worden. ik ze vervullen. „Uwe grootmoeder heeft mij laten afwijzen, maar dit mag voor de tweede maal niet geschieden ik wil en moet de beslissing uit uw eigen mond hooren of ze lezen, door uw eigen hand geschreven. Ik zou, om het verpande woord in te lossen, dat uw vader het sterven verlichtte, niets ontzien, zelfs niet het opzien, dat op het hoofd der Gravin nederkomt. „Kom tot bezinning; laat mij niet te lang wachten, niet te vergeefs! Kondt gij in mijne ziel lezen, dan zoudt gij ontsteld staan over den storm, dien gij hebt opgeroepen, die niet tot bedaren gebracht kan worden door zelfopoffering, door bewijs gronden, door de wilskracht, die mij sedert twintig jaar ten dienste stond, maar die gij alleen met een tooverwoord kunt bezweren, gij alleen! Er win." „Deze brief is een meesterstuk van leugen en bedrog en aan matigenden trots," zeide de non, toen mevrouw van Hersfeld geëindigd had en den brief voorzichtig weder in den omslag deed. „Die sluwe, dubbelzinnige taal is wel geschikt, om een ander hart dan dat van een kind in verwarring te brengen. Welken indruk heeft hij op uwe dochter gemaakt?" „Zij heeft hem alleen gelezen, waardige moeder, in de een zaamheid van hare kamer. Terughoudend en koel, zooals zij mij het eerst tegemoet trad, is zij ook thans nog; ik twijfel er aan, of ik haar vertrouwen ooit zal winnen. Maar de strijd scheen zwaar geweest te zijn, want toen zij dien avond hare kamer verliet, was zij bleek en waren hare oogen rood van het weenen. Zy had reeds geantwoord, en nu eischte ik met eenige strengheid uitlegging en verklaring van toestanden en besluiten, die ook mij aangaan en mij eenige verantwoordelijkheid opleggen. Ik stelde baar duidelijk voor, dat zij de woning van haar echtgenoot met de onze verruild had, en dat elke familie hare regelen en wetten heeft, waaraan de enkele leden zich moeten onderwerpen. Zij behoorde nu aan hare vrienden, in dit vreedzame verblijf, dat bescherming en veiligheid aanbood, aan de alleenzaligmakende kerk en hare wet, die gehoorzaamheid vordert." „Gij hebt gelijk," zeide zij met dien trots, die mij zoo levendig aan mijn echtgenoot herinnert; ik zou mij vergrijpen tegen de gastvrijheid, indien ik tegen de orde van het huis wilde zondigen, en daar gij mijn besluit toch moet vernemen, is het beter, dat gij ook weet, hoe ik het in woorden heb ingekleed." Zij haalde Trombergs brief en tevens haar antwoord, waarvan ik een afschrift heb genomen, waardige moeder. Wilt gij, dat ik het u voorlees?" De overste knikte toestemmend, waarop mevrouw Hersfeld In zake den Westfrieschen tramweg HoornEnkhuizen zijn van wege den commissaris des Konings in deze provincie aan de betrokken gemeentebestui'en bestekken en teekeningen toegezonden der ontworpen lijn door de gemeenten Blokker, Westwoud en Hoogkarspel om die ter inzage van belang hebbenden beschikbaar te stellen. Bij publicatie wordt een en ander aan de ingezetenen bekend gemaakt. Bezwaren tegen de ontworpeji ligging kunnen vóór 16 Juni a. s. schriftelijk bij Gedeputeerde Staten worden ingediend. Men schrijft uit Brussel aan het Vaderland: H. M. de Koningin zal heden aan het station zijn om HH. MM. onzen Koning en onze Koningin te ontvangen. Zooals men weet, zal de ontmoeting van Z. M. den Koning der Belgen en zijn gasten te Stuivenberg (Antwerpen) plaats hebben. Tusschen het station du Nord en het Paleis te Brussel zullen bij de aankomst 12,000 man troepen onder de wapenen staan. Terwijl HH. MM. langs de regimenten rijden, zullen de verschillende muziekkorpsen achtereenvolgens het „Wil helmus" en het „Wien Neêrlandsch bloed" doen hooren. Bij het feest in de Koninklijke tuinen te Laeken zullen de Guides drie stukken spelen. De Artisans réunis" zullen zingen een Spaanseh lied van Léon Jouret, „Le Tvrol" van Ambroise Thomas en een wals van Otto. Men schrijft aan de Prov. Gron. Crt. uit Amsterdam: „Treurig! W. A. Tohias behoorde tot de niet meer jeugdige jeunesse dorec. Stammende uit een goed burger lijke, niet vermogende familie, wist hij steeds in den om gang met de velen, die 't hem in bet financiëele afwonnen, met takt te werk te gaan, totdat de demon van liet spel hem ging beheerschen. Toen kwam 't er op geld niet aan, vooral niet, omdat zijne rijpere leeftijd hem in het assurantievak, waarin hij was opgeleid, langzamerhand een plaats deed veroveren, die zeer lucratief moet worden geheeten. Maar wat waren die ontvangsten bij de grove winsten uit het beursspel verkregen? Er werd flink van geleefd en Tobias stond zeer goed aangeschreven. Secre taris van Felix, behoorde hij tot aanzienlijke kringen; bij de organisatie van de watersnood-fanc v-fair en bij de ope ningsplechtigheid der Tentoonstelling speelde hij een eerste viool. En nu? Wat het spel gaf, heeft het spel weêr ge nomen als altijd. W. A. Tobias, op wien men huizen zou hebben gebouwd, is voortvluchtig; zijne zaken zijn in de war, maar toch niet zoo erg als die van zijn broeder, E. M. C. Tobias, die en in privé en als lid der firma D. Tobias en Zoon, wegens bedriegelijke bankbreuk en mis bruik van vertrouwen wordt gevolgd. Ook deze, die in liet openbaar leven zich niet deed gelden, is voortvluchtig. Hij heeft den val der firma op zijn geweten, een val, waarvan zijn 72jarige vader, de mede-firmant, onbewust was. De grootste sympathie wordt voor dezen waardigen man gevoold, wien alles is ontnomen, aan wiens volkomen eerlijkheid en goede trouw niemand twijfelt, die dan ook niet voortvluchtig is en tegen wien geen bevel tot in hechtenisneming is uitgevaardigd. Treurig ook is bet geval inet den heer Wijtman, den assuradeur, wiens brand kasten, na 's mans dood, ledig werden bevonden. Al de waarden, die er in behoorden te zijn, zoo ongeveer een half millioentje, aan verschillende maatschappijen en parti culieren behoorende, waren verdwenen. Twintig jaren lang, zoo blijkt 't, heeft deze secure verzekeraar met valsche sleutels zich toegang verschaft tot kisten en kasten, waar hij niets in had uitstaan, en met handige manipulatiën verdwijningen weten te bpdekken, door telkens in prolon gatie zijnde fondsen te verruilen, en zoo doende hij elke verificatie van de kas yan elke maatschappij, die hij be heerde, of van eiken particulier, voor wien hij op polissen „bediende," zooals de term luidt, behoorlijk de fondsen te kunnen vertoonen. Om zoo te kunnen werken, had hij natuurlijk altijd rouleerend kapitaal noodig, want ook renten, schaden enz., moesten geregeld worden uitbetaald. Men zegt, dat reeds door de aansprakelijke mede-direc teuren van vele der maatschappijen is bijgepast, gelijk ik reeds in mijn vorigen schreef. Een hunner zou ruim een ton, een andere f 75,000 en een derde f 50,000 hebben betaald! Deze heer Wijtman stond bekend onder de meest solieden. Het is alwéér treurig." Het is thans gebleken, dat de voortvluchtige gebroeders Tobias uit Amsterdam te Hamburg plaats genomen hebben naar Brazilië, waar zij bij aankomst hoogst waarschijnlijk in handen der justitie zullen vallen, aangezien een assu- opnieuw begon „Ja, het was onedel, zooals ik gehandeld heb het heeft mij dag en nacht gehinderd en het verlicht mij, u dit te kunnen bekennen. U niet haar! Ik heb er veel berouw over gehad en nu ik mij voor u vernederd heb, gevoel ik mync krachten weder herleven, mijn besluit rijpen, hoe jong en onervaren ik ook ben. Ik kan niet tot u terugkeeren, nooit. Er gebeurc wat er wil. Ik ben zoo onbeschrijfelijk ongelukkig geweest aan uwe zijde, zoo vreugdeloos, zoo moedeloos en wanhopend, dat ik een geestelijken zelfmoord zou begaan, indien ik opnieuw weder moest beginnen. Gij hebt mij eens de verzekering gegeven, dat ik vrij zou worden, indien ik mij ongelukkig gevoelde, maar gij wildet het uit mijn eigen mond hooren. Nu dan, ik ben ellendig, ik smeek wanhopig om mijne vrijheid, het goddelijk recht van elk mensch. Ons denken en gevoelen en streven is verschillend, mijne liefde is niet uwe lielde, mijne eer niet uwe eer. Laat niet alles verstijven en verdorren, wat misschien nog goeds en edels in mijne ziel sluimert, laat mij niet zoo langzaam, zoo gruwelijk versmachten. Ik beroep mij op uwe eer, Erwin. Zelfs het armste schepsel strijdt voor zijn leven. Ik zou alles doen en alles wagen voor mijne vrijheidgij weet, dat de wet op mijne hand is, wanneer ik, niet lettende op de eer der familie, al de wonden openleg, aan welke ik lijd. Ik zeg u vaarwel en moge het besluit, dat mij redding belooft, u ten zegen zijn. Clemence." De non stond op en ging de kamer langzaam op en neder. „Zij heeft veel karnkter, veel eigen wil," zeide zij, „bijna te veel voor hare jaren. Zulke karakters vorderen eene zeer zorg vuldige leiding, om conflicten te voorkomen. De gestrengheid, die hier nuttig is, kan bij andere gelegenheden lastig worden. Ik stel een levendig belang in haarik heb de vurige begeerte, deze jonge, dwalende ziel in den schoot der kerk terug te brengen, en gevoel er ook den moed toe. Zij mag evenwel aan mijn invloed niet worden onttrokken. Het komt er op alles op aan, haar vertrouwen te winnenop hare smart te werken, om die te bestrijden; haar op zachte wijze daarheen te brengen, waar alleen vertroosting te vinden is en haar op die wijs, voor een nieuw leven gewonnen, aan u te geven als een liefderijke gids en troosteres op het nieuwe pad, als een zichtbaar onderpand van Gods genade!" „Mijne moeder, o, welk een vooruitzicht stelt gij voor mij open," zeide mevrouw Hersfeld diep geroerd, terwijl zij de hand der non aan hare lippen drukte, „gered voor den Hemel en gered voor mij!" Wordt vervolgd.) rantie-maatseliappij te Idavrc, waarvan de jongste Tobias agent was, aldaar een agentschap heeft en niets onbeproefd 7.al laten om de voortvluchtigen in handen te krijgen. De residentiebladen gewagen uitvoerig en met veel waardeering van de groote kunst- en prijs-wedrennen, dezer dagen door het personeel van liet circus-Carré op de duinwedde te Den Haag gehouden. In 't bijzonder wordt de amazone-wedren, waaraan 5 dames deelnamen, als goed geslaagd genoemd. De baan, van 500 meter in 't rond, werd door de ovcrwinnares in dezen wedstrijd, mlle Wanda, in 1 minuut 8| sec. tweemaal rond gerend. Een vrij talrijk publiek woonde telkens deze nieuwe soort van vermakelijkheid bij. Jl. Zaterdag avond had in eene woning op de Ge dempte Sloot te 's Hage een treurig ongeluk plaats. Twee kinderen zaten aan de tafel te spelen en door hunne be wegingen viel de petroleumlamp om, met het ongelukkig gevolg, dat een der kinderen, een meisje van acht jaren, zware brandwonden bekwam. De ouders waren afwezig, maar op het geschreeuw snelden de buren ter hulpe en voorkwamen grooter rampen. De kleine werd per bran card naar liet Ziekenhuis vervoerd en is aldaar aan de gevolgen der bekomen wonden overleden. Door de firma Smit en Powels (Amerikanen) zijn den 15 en 16 dezer ongeveer 220 stuks kalveren en koeien te Purmerende en te Hoorn in ontvangst genomen, terwijl door dezelfde firma nog een ongeveer gelijk aantal is aangekocht, welke omstreeks half Augustus zullen moeten worden geleverd. Op ruim 71jarigen leeftijd is jl. Vrijdag te Winkel, na een langdurig en smartelijk lijden, overleden de heer Hendrik Koomen, lid der Prov. Staten van Noordholland en sedert ruim 25 jaren burgemeester aldaar. De gemeente verliest in hem een man, die zich in zijne verschillende gewichtige betrekkingen onderscheidde door werkzaamheid en nauwgezette plichtsbetrachting. Het was vooral door zijne bemoeiingen, dat vóór 10 jaren, de polders Waard en Groet werden bedijkt, waardoor vele honderden bunders vruchtbaar land voor die gemeente en het naburige Kolhorn werden aangewonnen. De Keizerin van Oostenrijk woonde jl Zondagmorgen, vergeld van freule Mavlandt, de godsdienstoefening bij in de Kerk van den H. Augustinus op het Rusland. Men leest in een Weener correspondentie aan de N. Rott. Crt. bet volgende omtrent het karakter der Keizerin: Keizerin Elisabeth bemoeit zich hoegenaamd niet inet Staatszaken, heeft een afkeer van hoffeesten en plechtig heden, en leeft liefst zoo afgezonderd en vrij mogelijk. Sport en alles wat daarmede samenhangt, is hare groote liefhebberij. Zij beeft een bijzonder genoegen in paard rijden, in gymnastiek, in schermoefeningen en in de par- /orce-jacht. Aan dat gezonde regime heeft zij het te danken, dat zij, hoewel reeds grootmoeder zijnde, er nog jeugdig uitziet en hare schoonheid heeft weten te bewaren, waar door zij in hare jonge jaren beroemd was. Men roemt hare vriendelijkheid, goedheid en minzaamheid. Zij heeft eene groote voorliefde voor alles wat Hongaarsch is en is die taal volkomen meester. Hare voorlezeres en ver trouwelinge is een Hongaarsche, namelijk frau von Férenczy, die men beweert dat een grooten invloed op hare gebied ster heeft. Zij vergezelt de Keizerin overal en begeleidt haar op de groote wandeltochten, die zij zoo gaarne onder neemt. Zij heeft een zeer ontvankelijk gemoed voor de schoonheid der natuur, en zoekt liefst de eenzame berg paden, waar haar geen nieuwsgierige menigte kan aangapen. Zij woont liet liefst op haar kasteel van Gödöllö, bij Pest, en haar lievelingskind is de Aartshertogin Marie Valérie, die steeds bij haar moet zijn. Geen twijfel, of de Keizerin zal het verblijf te Amsterdam, alwaar zij van de lastige hofetiquette ontslagen is, zeer aangenaam vinden. Jl. Vrijdag hield de heer B. H. Heldt in de open bare vergadering van het Algemeen Noderlandsch Werk lieden verbond te Amsterdam een rede, waar hij de oor zaken trachtte na te sporen van het algemeen gebrek aan werk. Spreker zocht die in verschillende omstandigheden allen te zamen vormende, wat onder de tegenwoordige malaise verstaan wordt. Hoe lang die malaise duren zou was hem onbekend en in afwachting van dien voorbijgang was weinig anders te doen, dan op zelfbehoud bedacht te zijn. Bescherming verlangde hij niet, maar hij noemde het toch verkeerd, dat er in onze Tweede Kamer sprake kon zijn om torpedobooten buiten 's lands te laten maken en dat de directie der Hollandsche Spoorwegmaatschappij o. a. stukadoorwerk aan bare stations door Belgische werklieden liet verrichten. Dat mocht toch niet en spreker zou wenschen te beginnen met aan de Regeering het ver zoek te richten om geen landsgeld buitenslands te doen verwerken. Blijkens mededeeling van den consul-generaal te Buda-Pest, zal aan de aldaar van 1 Mei tot 15 October te houden tentoonstelling van voortbrengselen van den grond, van vee, werktuigen en gereedschappen voor de klein-industrie en den landbouw ook verbonden zijn eene internationale tentoonstelling van zaden, voedings- en mest stoffen. De afdeeling Westfriesland van de Vereeniging „het Witte Kruis" hield jl. Woensdag bare vergadering te Spanbroek. Uit de rekening van den penningmeester bleek, dat de afdeeling 56 leden telt. Het batig saldo over bet afgesloten boekjaar bedroeg f 110.33. Deze gunstige toestand der kas was inzonderheid toe te schrijven aan de bijdragen uit de gemeentekassen van Abbekerk, Hensbroek, Spanbroek, Opmeer en Obdam, en zou nog gunstiger zijn geweest, indien ook de gemeentebesturen van Wognum, Zijbekarspel en Hoogwoud hadden besloten, gevolg te geven aan het verzoek om subsidie, eenigen tijd geleden door de afdeeling tot hen gericht. Na belangrijke discussie besloot de vergadering zicli te vereenigen met het voox-stel van de afdeeling De Rijp, om adhaesie te betuigen aan een adres aan de Hooge Regeering, om de „mazelen" te doen schrappen van de lijst der be smettelijke ziekten. Volgens mededeeling van den magazijn meester verkeerde het magazijn in vrij goeden staat, terwijl de vergadering aan het bestuur machtiging verleende om in het ontbrekende te voorzien. Een zeldzaam vruchtbaar oord schijnt de bouwmans woning Zuiderhove te zijn, aan den Zuidendijk onder Dubbeldam, bewoond door den landbouwer K. Van Pelt. Binnen tweemaal 24 uren in de vorige week werden daar door een kip 19 en door een eend 14 kuikens uitgebroed, wierp een hond 9, een tweede hond 8 en een konijn 11 jongen, terwijl last not least de vrouw van den bewoner

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1884 | | pagina 2