RENTENenFORTUIN
INKOMEN VAN 40°/o
BlnnenlancL
Z. M. de Koning zal don dag van en na de begrafenis
van den Prins van Oranje te 's Hage audiënties van rouw
beklag verleenen aan de commissiën uit de Staten-Generaal
en de booge staatslichamen. Volgens gebruik is er 18 dezer
een galamaaltijd ten Hove van 60 couverts voor de vreemde
afgevaardigden en hooge autoriteiten. Men zegt, dat de
nalatenschap van den Kroonprins, zoowel de roerende als
onroerende goederen, verkocht zullen worden; behalve de
juweelen afkomstig van zijne moeder.
De Eerste Kamer heeft jl. Dinsdag een aantal ont
werpen aangenomen, o. a. tot het geven van vergunning
aan Vlissingen om accijnsen te heften; tot goedkeuring der
overeenkomst met België betreffende de wederzijdsche toe
lating van veeartsen in grensgemeenten; tot verbetering
van den binnenlandschen waterstaat en de scheepvaart
kanalen in Friesland. Zij heeft evenwel met 20 tegen 14
stemmen verworpen het onteigenings-ontwerp voor den
bouw van een nieuwe sluis op de Drentsche hoofdvaart.
De hoogleeraar Molt/.er toont in het Hld. door
onwraakbare feiten aan, dat de 5 millioen, die gevraagd
worden voor de Zuid-Afrikaansche Spoorwegmaatschappij,
eene goede geldbelegging zullen zijn. Immers reeds bij het
bestaande handelsverkeer in 1883 brachten de invoerrechten,
die voor de spoorwegleening zullen zijn verbonden, op
36,000 p. st. of 432,000, zoodat zelfs, indien voor vracht
niets werd gevorderd, de opbrengst reeds meer zou zijn
dan de rente der leening. Daar de invoerrechten 5 pCt.
bedragen, kan men minstens op een invoer van f8,640,000
rekenen, en als men nu door elkander aan vracht 3 pCt.
vraagt, dan is de opbrengst van vracht en invoerrecht
samen f 691,200. Rekent men de exploitatie-kosten op
50 pCt., wat voor dergelijke eenvoudige, meest op goederen
vervoer ingerichte lijnen, niet te laag is, dan is er een
netto-winst van f 345,600, waardoor de rente op het
kapitaal ten volle is verzekerd.
Naar aanleiding van deze regelen vestigen wij de attentie
op de annonce hierachter.
Jl. Maandag morgen werd de 35ste algemeene ver
gadering der Nederlandsche Maatschappij tot bevordering
der geneeskunst te Leeuwarden geopend; zij werd bijge
woond door 12 leden van het hoofdbestuur en 79 afge
vaardigden. Uit het jaarverslag bleek o. a., dat het aanal
afdeelingen 88, het getal leden ruim 1100 bedraagt.
Besloten is: a. zich te vereenigen met het rapport der
commissie tot bestrijding der syphilis, waarbij was voor
gesteld, dat de Maatschappij zich tot de Regeering wende
met het verzoek kennis te willen nemen van het eindoor
deel, ten aanzien der verspreiding en sociale beteekenis
van genoemde ziekte uitgesproken, onder mededeeling van
de wijze waarop dit is vastgesteld; terwijl verder wordt
verlangd, dat lijders en lijderessen aan dergelijke ziekten
niet langer uit sommige ziekenhuizen geweerd zullen
worden, noch, zooals geschiedt, van de gunstige bepalingen
tot onderstand van de ziekenbussen buitengesloten zullen
zijn, en dat in het algemeen moedwillige overdracht dei-
smetstof strafbaar gesteld zal worden; dat verder toezicht
van Staatswege op de uitbreiding der ziekte zal worden
gehouden en dat maatregelen getroffen zullen worden om
door wettelijke bepalingen de clandestine prostitutie zoo
krachtig mogelijk te keer te gaan;
b. zich met de conclusie der rapporteurs te vereenigen
in zake de boste wijze van voorziening in de bestaande
behoefte aan geneeskundige hulp in Nederland, en alzoo
de commissie van grondwetsherziening in overweging te
geven, bij de wijziging der grondwet de gemeentebesturen
te verplichten tot behoorlijke voorziening in den genees
kundigen dienst, waar noodig, onder financiëelen steun van
Rijkswege en vanwege de provincie.
Uit dit rapport is toch gebleken, dat het gebrek aan
geneeskundige hulp, dat op sommige plaatsen bestaat, niet
voortvloeit uit een gebrek aan geneeskundigen in het
algemeen, maar uit hun ongelijke verdeeling en dat binnen
kort zelfs een overbevolking van geneeskundigen te ver
wachten is, daar meer dan 1000 personen thans in de
geneeskunde studeeren.
Het gebrek bestaat echter door de ongelijke verdeeling
en omdat op sommige plaatsen geen middelen ter be
schikking staan van de gemeenten om zich de vestiging
van artsen te verzekeren.
weg moet. Zij heeft gelijk, dacht ik bij mij zelf, als het maar
niet te laat is.
Klaus nam de courant op.
„Mij dunkt, Anne Marie, daar kunnen wij nog wel eens over
spreken; zy kan toch wel een paar weken blijven, opdat zij ziet,
hoe het met juffrouw Mattani gaat!"
„Moet ik het meisje opvoeden, of niet?" viel Anne Marie hem
met een bitsheid in de rede, zooals zij nog nooit jegens haar
broeder ge'oond had.
„Hoe zal dit verwende modedametje leeren zich zelf te redden
en haar handen te gebruiken, als dat mensch bij haar blijft, dat
haar zelfs schoenen en kousen aantrekt, en met bloemen en ijdel-
heden de zinnen op hol brengt? Vier-en-twintig uren heb ik
gezegd, geen minuut langer; twee zulke tegenstrijdige karakters
als het hare en het mijne verdragen elkander niet.
Klaus zag haar verwonderd in het opgewonden gelaat.
„Gij hebt gelijk, Anne Marie," zeide hij op bedarenden toon,
„ik vrees maar, dat dit meisje zich nooit naar uw zin zal ont
wikkelen. Zij schijnt mij
„Uit andere stof gemaakt!" voleindigde Anne Marie spottend.
„Ik zeg u, dat dit voor mij geen beletsel zijn zal, om baar op te
voeden tot een meieje, wier roeping het is, zich nuttig in de
wereld te maken saletpoppen, geblankette wangen en theaterklce-
ding duld ik niet in mijn huis."
Zij was opgestaan en al de toorn, die de toiletkunst der oude
had opgewekt, gloeide op haar roode wangen en straalde uit
haar fonkelenden oogen.
Klaus legde de courant weg, die hij juist had opgenomen.
„Ik bid u, Anne Marie," zeide hij bijna boos, „kan men dat
niet kalm bespreken Het meisje is pas eenige uren in huis en
zou zij nu reeds den vrede tusschcn ons storen?"
Anne Marie zette zich zwijgend neêr en nam haar breiwerk.
Een poos later stond zij haastig op, knoopte een zwart kanten
doekje over haar blonde lokken en ging naar buiten.
Klaus volgde haar met zijn blikken.
„Tante Rosamunde, wat beteekent dat?" vroeg hij zuchtend.
„Zij heeft iets anders verwacht, Klaus," zeide ik; „het is een
teleurstelling."
„Het meisje is bekoorlijk, tante Rosamunde. ik begrijp de
zorg van den professor voor haarwat zal dat worden bij Anne
Marie's energie? Er zijn niet alleen hoenders en andere nuttige
dieren; de lieve God heeft ook paradijsvogels geschapen!"
„Klausje," zeide ik uit de volheid van mijn hart, „laat den
paradijsvogel vliegen, hij past niet in uw nest
„Dat nooit, tante Rosamunde," antwoordde hij haastig; „ray
De telephoon heeft zich flink geweerd bij de aan
houding der Engelsche bankbiljetten-rooVers. Meer dan
ooit is nu haar nut gebleken. Telephonisch werd de politie
gewaarschuwd, telephonisch werden de stationsbeambten
verwittigd. Er was dan ook geen tijd te verliezen. Even
na twaalven had de roof plaats. Te 12 u. 15 min. ging
de trein, ruim twintig minuten later waren de kerels te
Haarlem. Aldaar hield de stationchef, in afwachting van
de politie,- hen staande.
Door het Nederlandsch Groot-Oosten de vrij
metselaarsorde is een manifest uitgevaardigd met het
oog op het herinneringsfeest van heden. Daarin wordt
geconstateerddat de orde het heil des menschdoms be
doeld en daartoe den mensch, van welken rang, stand,
landaard óf godsdienstige richting ook, wil wijzen op zich
zelf, zijn behoefte aan ontwikkeling van verstand en
veredeling van gemoed; dat verdraagzaamheid haar een
heilige plicht en algeheele toewijding aan het streven
naar waarheid en recht haar onvoorwaardelijk opgelegd is.
Daartoe steunt en bevordert de orde de opvoeding, het
vormend en verheffend onderwijs, en wil krachtig mede
werken om de ware vrijheid te bevorderen. Daarom huldigt
de orde in den grooten Zwijger, ofschoon niet in de orde
opgenomen, den ideaal-vrijmetselaar, die bloed en goed
veil had voor de rechten en zijn leven voor de vrijheden
van het volk. Krachtig dringt het manifest aan op mede
werking, om de beginselen van den grooten Zwijger steeds
dieper wortel te doen schieten.
Tot lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
in het hoofdkiesdistrict Zevenbergen, is bij herstemming
gekozen de heer mr. A. P. R. C. baron Van der Borch
van Verwplde (anti-rev.) met 910 stemmen. De heer mr.
R. Van de Werk (lib.), afgetreden lid, verkreeg 629 stemmen.
Bij de eerste stemming had de heer Van der Borch 509
de heer Van der Werk 519 steramen.
Ten behoeve der algemeene bewaarschool te Texel,
die grootendeels door vrijwillige bijdragen in stand gehouden
moet worden, gaf de Rederijkerskamer „Uitspanning door
Inspanning* in de pas geëindigde kermisweek eene welge
slaagde uitvoering. De netto-opbrengst was f 70.
De hooioogst is in de gemeente St. Maarten weer
in vollen gang. Allerwege is men tevreden over de hoe
veelheid zoowel als over de hoedanigheid van het hooi,
dat, begunstigd door het schoone weder dezer dagen,
sedert de laatste jaren in zulk een uitstekende kwaliteit
niet is binnen gebracht. Ter voorkoming van brandgevaar
zijn door den Raad benoemd geworden de heeren H. Berk
houwer en D. Berkhout voor St. Maarten, C. Rens en
P. Bas voor Valkoog, en G. Visser en J. Kossen voor
Eenigenburg, om gedurende 't afloopend seizoen de func-
tiën van hooistekers waar te nemen.
Ook de bouwlanden beloven aan den landman een voor-
deeligen oogst. Bijna geen enkele vrucht vertoont 't
karakter van min voordeelige ontwikkeling. Granen, zoowel
als aardappelen en peulvruchten, staan overheerlijk. Alleen
de kool, die van jaar tot jaar toenemend wordt verbouwd,
zou een verfrisschende regen zeer te stade komen.
Men schrijft ons van Alkmaar, dd. 9 dezer:
„Heden middag te 1^ uren vertrokken van hier een
300 leerlingen der openbare scholen alhier, per stoomboot
van den heer Bosman, daartoe gratis afgestaan, naar Schoorl's
duinen. Muziek aan boord zal de vreugde zeer verhoogen,
terwijl te Schoorl voor eene behoorlijke ontvangst der
kinderen is gezorgd. De Commissie uit de Vereeniging
„Volksonderwijs" heeft eer van haar werk; zij is uitstekend
geslaagd bij de ingezetenen om de benoodigde gelden voor
dit schoolfeest te verkrijgen, en heeft door doelmatige
middelen en steun van eenige heeren en dames, gezorgd
zoowel voor de veiligheid der kinderen als om hun een
hoogst prettigen middag te bezorgen. Moge het fraaie
weder, waarmee ze van Alkmaar gaan, gedurende hun
prettig tochtje aanhouden."
De hooioogst in de omstreken van Hoogwoud is nu
reeds in vollen gang. De koude, die zoo lang aanhield,
heeft vooral aan de laag gelegen weilanden groote schade
gedaanterwijl de hooggelegene pas gemaaide weiden veel
behoefte aan water hebben. Geen wonder derhalve, dat
de hooioogst soms zelfs in een enkele gemeente zoo ver
schillend kan zijn. Over het geheel bestaat er echter
groote reden tot tevredenheid voor de landlieden, daar de
bindt de laatste wensch van den man, dien ik, bij God! het liefst
had op de wereld 1"
Hij kreeg een kleur, zijn oogen werden vochtig en het viel
mij in dit oogenblik op, welk een knap, flink man hij toch was.
Het binnentreden van juffrouw Brockelmann maakte een eind
aan ons gesprek; zij zocht Anne Marie en zag zeer knorrig:
„Dat is toch te slim, genadige heer, de oude staat het bed
niet aan; zij wil van nacht bij haar juffrouw blijven opzitten.
En er brandt een vuur in den schoorsteen; men zou er een
os op kunnen braden en dat in Mei! Koken doet zij ook, de
geheele kamer ruikt naar groene thee." Zij verdween al prut
telende.
Klaus lachte luid.
„Een openbare rebellie, tante Rosamunde! Doe mij het genoegen
en zie eens naar de beide vreemdelingen. Misschien kunt gij
het de oude duidelijk maken, datja, dat zij niet kan blijven."
Ik vond dit werkelijk het beste en ging naar boven. Door
een venster van den gang zag ik in den voclitigen, door de
maan verlichten tuin Anne Marie; zij stond onbewegelijk als
een zwarte schaduw en staarde naar het nevelige landschap.
„Zonderling meisje," dacht ik, „als er heden een klein leelijk
schepsel in een gelapt kleedje in haar huis gekomen was, dan
had zij het aan haar hart gedrukt en gekust en nu?"
Toen ik, zonder te kloppen, Susanne's kamer binnentrad,
wenkte de oude mij driftig toe, dat ik stil moest zijn; de aan
haar zorg toevertrouwde sliep. Zij zat voor het bed in een
stoel met hoogen rug; toen ik nader trad, stond zy op en
schoof het gordijn ter zijde, opdat ik het meisje zien kon.
Daar lag het jonge schepsel in den diepsten slaap der ver
moeidheid, terwijl zij kalm en zacht ademhaalde, een lachje op
de roode lippende neergeslagen wimpers rustten als donkere
schaduwen op de bleeke kinderlijke wangen. Een met onechte
kant bezette nachtjapon, ten overvloede nog met strikken ver
sierd, maakte in het door twee kaarsen en het wegstervende
schijnsel van het haardvuur verlichte vertrek geen slechte ver
tooning. De smjille handjes waren gevouwen, en de donkere
lokken lagen los over het witte kussen. Ja, zij was bekoorlijk,
dit meisje, in haar zoete sluimering.
„Is zij niet schoon? is zij niet wonderschoon?" lachte do oude
trotsch.
Ik knikte. „Gij, arm paradijsvogeltje," dacht ik, „hoe zal
men u hier uw bonte glinsterende vcéren uittrekken!" En mij
mijn belofte aan Klaus herinnerende keerde ik mij om en wenkte
de oude. Voor den haard stiet ik een klein zilveren keteltje en
een beker om, die daar op den vloer stonden. Ah! de thee-
kw.iliteit uitmuntend is en bovendien de prijzen der kaas
hoog zijn.
De vruchten op de bouwlanden, als gerst, haver, mosterd
enz. beloven veel, even als de aardappelen. Boomvruchten
zullen evenwel schaarsch zijn.
Omtrent de berooving van den bediende der firma
Jan Kol, te Amsterdam, verneemt het Dagblad, dat de
dieven 4 in getal waren en behooren tot eene bende, die
nu eens in Amerika, dan in Engeland of Frankrijk domi
cilie kiest, en van daar uit leden tot het doen van „zaken"
afvaardigt. De heeren in kwestie hadden in Den Haag
in het Hotel des Pays Bas gelogeerd, en waren twee aan
twee naar Amsterdam gereisd. Twee moesten den diefstal
plegen, terwijl de twee anderen het geld moesten over
nemen en zich er mede uit de voeten maken. Aldus is
ook geschied, doch de politie was hen te vlug af.
De Groothertog van Baden had dezer dagen na het
sluiten van den Landdag een onderhoud met eenige leden,
waarin ook de politiek werd aangeroerd, 't Is te hopen
zeide de Vorst o. a. dat deze zomer goed weder
brengt voor den oogst en de boeren flink gevulde schuren
krijgen, anders stemmen zij niet voor de liberalen; zij zijn
dan boos dat de liberalen hun geen goed weer kunnen
maken."
„Maar, uwe Koninklijke Hoogheid," zeide een der
leden, „dat kunnen de conservatieven toch ook niet."
„Neen, beste mijnbeer, dat kunnen zij niet, maar van
hen verlangt men het ook niet."
Tout comme chez nous, laat de Arnh. Crt. op dit ver
haaltje volgen: „In Baden is het als in Nederland. De
liberalen hebben alles gedaan; de liberalen zijn oorzaak
dat er hooge belastingen worden gevorderdmaar niemand
van hen die de liberalen op dezen grond bestrijden, vraagt
zich af, of en waarom de anti-liberalen goedkooper zouden
regeeren."
Kleinzoon. Grootpapa, een hart, wat is dat eigenlijk?
Grootvader (een oude snorbaard). Een hart, dat is het
kleine, sidderende en bevende ding in uw borst. Ieder
mensch moet een hart hebben, vooral in den oorlog. Ik
was b. v. in den krijg geheel en al hart van 't hoofd
tot de voeten.
Kleinzoon. Ach, grootpapa, wat zal u dan gesidderd
en gebeefd hebben
Buitenland.
De verkiezingen voor den Belgischen Senaat zijn in
denzelfden geest uitgevallen als die voor de Kamer en
voor de gemeenteradenbijna uitsluitend in Katholieken
geest. In den vorigen Senaat hadden de liberalen een
meerderheid van 4 stemmen, in den nieuwen beschikken
de clericalen nu reeds over 17 stemmen meerderheidhoe
ook de uitslag der herstemmingen zij, in elk geval heeft
het nieuwe Ministerie met de ontbinding van den Senaat
zijn doel bereikt en kan het nu ook daar onbepaald op
ondersteuning rekenen.
Naar van verschillende zijden gemeld wordt, is de
Duitsche geleerde dr. Koch, die thans te Toulon de cholera
bestudeert, van oordeel, dat de ziekte niet tot het zuiden
van Frankrijk beperkt zal blijven, doch ook wel tot het
overige gedeelte van Europa zal overslaan.
Ingezonden mededeeling.
ieder kapitilUl dit ia bet bexil it via goede eu ter bturu geaoleerd* tffecleo («etlto
tl obligiliëu) kin ileta op milhematiKbe eu xekere wijze «ca
nrnhxfe», door «oaroadift operatien bttUtade in dtn verkoop tan prtmiëo. Dit food
bekend* m aedort Unf in toncbillende landen beproefde ijiieem, terukort een jaarlij ka
Snitome» tan f. 3,000 mat aan kapitaal (In i»ld of In ilftotinj. vu f. 5,000;
L 1.000 met f. 2,500. f. 500 met f. 1,200. enx. De fondien aijn altijd bMctalkbur. Da
winit wordt maandelijka per poalwiaael opgewnden. Duidelijk uitlaggtnde krechure*
worden, tp daartoe gedane aanvraag, rnakco en koetelooe toegtionden door
SUetr Directeur dar AJ^emeene Belgluoba Btenlc (BANODE
NtRALE DE BELOIQUE), 5, Raa da Congrbe, BRUSSEL.
Uitslag der op 8 Juli 1834, door den notaris CONINCK
WESTENBERG te Texel, in het locaal „Het Loodsmans
welvaren" gehouden verkoop van:
Zeven pcrceelen Hooi-, Wei-, Bouwland en Dijk, liggende in
den Prins Hendrik-Polder en Iioornder Nieuwland, te zamen
groot 21 h. 63 a. 13 c. Eigendom den heer S. Daalder. In
combinatie afgemynd door den heer C. De Wijn, voor f 7140.
toestel! Op de sofa lagen de kleederen, die Susanna heden ge
dragen had, in schilderachtige wanorde; een schoentje op den
grond, het andere zag ik op de toilettafel, en daarnaast hoeden,
linten en allerlei prullen door elkander.
„Wilt gij die dingen niet in de daarvoor bestemde kast in den
muur bergen?" vroeg ik zacht, „opdat Susanne het zonder uw
hulp kan vinden?"
„Dat zal zy niet noodig hebben," antwoordde de oude, terwijl
zij mij vriendelijk grijnzend aanzag; „men zal toch zoo wreed
niet zijn, mij van haar te scheiden!"
„Zeker, mijn waardeGij moet morgen vroeg vertrekken en
Susanne Mattoni blijft hier, zooals haar vader beloofd is, onder
onze hoede. Van u was hierbij geen sprake."
„Geef mij dan dadelyk maar een touw, om mij aan den eersten
boom den besten op te hangen," fluisterde de vrouw harts
tochtelijk. „Wat moet ik dan? Waar moet ik heen? Ik heb er
een voorgevoel van gehad, toen wij hier de poort doorreden, dat
het mijn ongeluk was!"
„Mijn nicht zal u zeker veroorloven, uw pleegkind van tijd
tot tijd te bezoeken," troostte ik haar.
„En wat zal er van haar worden?" vroeg zij en wees op het
slapende meisje. „Zij is waarlijk niet gewend, een oogenblik
zonder mij te zijn! Neen, neen, ik ga niet, ik kan niet gaan.
Als de jonge dame geen medelijden heeft, de vriendelijke heer
toch zeker wel, die zoo dikwijls bij den professor kwam. Waar
is hij? ik wil hem smeeken, op de knieën wil ik hem bidden,
dat hij my hier laat."
„Hoor eens, mijn waarde," zeide ik nu met nadruk en greep
de slappe zijden mouw van haar japon, „het geschiedt voor het
welzijn van uw juffrouw, dat gij van haar scheidt! Zoo veel ik
weet, heeft professor Mattoni het kind geheel onbemiddeld
achtergelaten, en dus is het hoog tijd, dat zij leert haar kousen
en schoenen alleen aan te trekken. Een arme burgerlijke
demoiselle heeft geen kamenier noodig; zij moet leeren te werken,
zich nuttig te maken!"
„O, hemelsche vader," snikte het kleine verwelkte wezen, „ik
dacht, dat zij een gast zijn zou in dit huis, en gij wilt een meid
van haar maken!"
Ik had een boos antwoord op de lippenmaakte dan de tecdcr-
heid voor het meisje deze vrouw heeleraaal krankzinnig? In ieder
geval was met haar niet verstandig te spreken.
„Ga naar beneden," zeide ik knorrig, „en stel mijnheer uw
plan voor; hij zal het in elk geval u beter doen begrijpen, welk
een plaats Susanne Mattoni hier zal innemen."
Wordt vervolgd.)