in het Verkoophuis „DE ROODE KOUS," UITVERKOCHT. WEGENS VERANDERING VAN WOONPLAATS, Bet Ié is oj zeer aanemelie wriaanta BIT BE BAND TE OOP Bet Bestem van MaEsmst. iKMe(laatsBoerinaiislioe?e, znllen alle artikelen met belangrijke prijsvermindering worden Doet uwe inkoopen des Zaterdags, en NIET des Zondags. Ook kan de zaak overgenomen worden. M. GRÜNHOUT Co., DE CONCURRENT. VERLAKTE TROMMELS EN BLAADJES, THEEBLADEN. BR00D1ANDEN, NEBSXS SA6RD1. B ALM TJ ZIEK. RUIM VOORZIEN UIT DE HAND TE KOOP OF TE HUUR: aan den Boermansweg, S. KEET, Kleermaker te Schagen, HYPOTHEEK EN CREDIET. ■i. V, Bij S. C. PONGER, Burg (Texel), zijn thans voorhanden eigcngeuinakte Kachel» en Haarden in verschillende modellen. Gegoten Kachel», Foiirnuizcn en Gruishakken. Gelakte Turfbakken, Kolenbakken en Haard stellen. Koperen en IJzeren Kachelpijpen. Alles tegen zeer min gestelde prijzen. Commissionairs in Effecten, AMSTERDAM, 0. Z. V o o rbu r g w a I N". 129, belasten zich met den in- enverkoop van Effecten en Premiënloten tot den koers van den dag, tegen billijke provisiën. Sluiten prolongatiën en geven voorschotten op effecten. AGENT voor TEXEL: J. J. BAKKER, Burgzicht. i Weststraat, L 87. Weststraat, L 88. O I» N I E U W <1 N T VANG E N THEE- en KOFFIEK1STJES, Brittannia Metalen Trekpotten, KOFFIEKANNEN, KOMFOREN, TüeeTaussen, enz. ZONDAG 12 OCTOBKR 1884: Aanvang van eene nieuwe serie herfstvermakelijkheden. BOEKEK, welke floor Aria's ia1 Jagïlaiea yoor minderen prijs worden aan geboden, knnnen door oas zonder bijkomende kosten tegen dezelfde prijzen franco itteTeri worden, BERKHOUT Co. T I V O L I. op ZON DAG a. s. Aanvang 8 uur. De Directie. <A*zti ^y~Z* HEDEN ONTVANGEN: in gewoon Engelsch LETTERPOST en COUVERTEN, SCHRIJF TEEKEN en KANTOORBEHOEFTEN. LUXE ARTIKELEN. PRACHTWERKEN en PRENTENBOEKEN Scheurkalenders 1885. Mieuwediep. C. DE BUISONJÉ ZOON. groot mCy hectaren. Te bevragen bij J. C. GEERLIGS Sr., te Anna Paulowna. Eene groate en mooie coüectie der nienwste WINTER- EN REGENMANTELS, voor Dames en kinderen, alsmede Jongens-Winterpaletóts, Parapluies en Entoutcas, tot zeer lage prijzen. Burg Texel). O". SZ. DOlï. 15.0r. heeft de nieuwste modellen WINTERMANTELS en alle mogelijke GARNEERSELS, waaronder prachtig ZUIVER RONT tot garneering der mantels, ontvangen. Dames, die zelf hunne mantels willen maken of opknappen, kunnen bij mij alles daartoe bekomen. Groote voorraad 1IEEREN- en KINDER-l'LSTERS, WINTERJASSEN, enz. Beschikbaar groote en kleine kapitalen op Land en Huizen door het geheele Rijk, voor eenige jaren vast, rente 4| percent of jaarlijksche aflossing. Ook kan tegen voldoende zekerheid crediet voor kapitalen worden verstrekt aan landbouwers en kooplieden. Informatie bij J. J. BAKKER, Burgzicht, Texel. De bekende Duitscbe schrijfster Marlitt is, naar Duitsche bladen thans berichten, in vroeger dagen opera zangeres geweest. Bij de eerste opvoering van Meyerbeer's „Prophéte" op het hoftheater te Sonderhausen in April 1850 trad niej. Eugenie John (die later de .vermaarde romancière E. Marlitt werd) met groot succès als Fidès op. Mejuffrouw John was eene beschermelinge van de Regeerende Vorstin van Schwarzburg-Sonderhausen, bezocht de höhere Töchter- schule te Sonderhausen en ontving daarna op kosten der genoemde Vorstin, die eene Prinses Hohenlohe-Oehringen was, te Weenen hare opleiding als concert- en tooneel- zangeres. Toen de kunstenares van haar artistieke loopbaan moest afzien, werd zij in 1863 voorlezeres van de Vorstin en begeleidde zij die dame op hare reizen. Sedert 1865 houdt zij zich uitsluitend met letterkundige bezigheden op. De Engelsche bladen deelen een rapport van kapitein Chetwynd mede, opper-inspecteur van de reddingbooten, over het gebruik van olie tot stilling der golven. Hij verklaart, zelf alleen proeven genomen te hebben met de uitwerking van olie op de branding bij de kust, en van deze zijne eigene proefnemingen is het resultaat, dat bij eene hevige branding, die gevaarlijk voor eene reddingboot zou kunnen worden, olie niet baat; wel daarentegen bij minder hevige, die wel geene reddingboot, maar eene kleinere gewone boot in gevaar zou kunnen brengen. Op de open zee en bij den ingang van havens heeft kapitein Chetwynd geene proeven genomen; wat hij daaromtrent uit geloof waardige bronnen vernomen heeft, doet hem oordeelen, dat, indien die verklaringen waarheid behelzen, alle booten aan boord van een schip van een toestel moesten voorzien zijn om op eene geschikte wijze olie over de golven te ver spreiden. De door hem ingewonnen getuigenissen althans zijn allen gunstig, zóó gunstig zelfs, dat hij zich met ver wondering vraagt, waarom, indien dit alles waar is, de olie tot stilling der golven op open zee niet algemeen gebruikt wordt. De zoo bekende Jan van Rijswijck heeft den volgenden brief in de te Antwerpen verschijnende Kleine Gazet doen plaatsen, geschreven aan den heer Victor Jacobs, minister van Binnenlandsche Zaken en voor het onderwijs in België. „Heer Minister. Ik heb de eer u de ontvangst te melden uwer aanschrij ving van den 30sten der Vorige maand, waardoor mij mijne bediening als leeraar bij de Normale afdeeling vooronder- wijzers te Antwerpen opgezegd wordt. Toen ik dit factum ontving waren wij in huiselijken kring vergaderd. Ik opende en las vluchtig: lk heb de eer.... ontslagen.... van uwe bediening.... bedankt voor uwe diensten.... hoogachting en daaronder uw geau- tografieerd handteeken. Het zou te vermoeiend zijn, inderdaad, indien gij alle stukken van dien aard, die uit uwe bureelen komen, eigen handig moest teekenen. Een geautogrnfieerd handteeken wordt, meen ik, in 't Fransch griffe genoemd, klauw. Zou dat soms het zinnebeeld zijn van uw ministerschap? Och, Heer Minister, er zijn bij ons noch tranen noch tandengeknars geweest. Ik ben advocaat, ik heb eene broodwinning. Doch bij de ontvangst van uwen brief bekroop mij een gevoel van innig medelijden met hen, die niet hetzelfde kunnen zeggen. Ik verbeeldde mij dien brief binnenvallende bij een be scheiden onderwijzer, er als een bom losbarstende, gansch het gezin met tranen overstelpende, de wanhoop, het lijden aanbrengende. Want de treurige werkelijkheid lag daar duidelijk vóór mijn oog opengespreid. Ik hield tusschin de vingers een dier ongeluksboden, die gij over het heele land heenzendt. 't Is dus waar, zei mijne vrouw, wat de gazetten schrijven? Natuurlijk En zij die geen ander bestaan hebben? Moeten er een zoeken. En als zij niet vinden? Dan, is het de ellende. Maar dat is verschrikkelijk! afschuwelijk! Ten volle. Terwijl had het kind, tusschen ons beiden in gezeten, schippekens-veeren gemaakt van uwen brief. Het begreep niet. Trouwens het is een der gelukkigen; zijne wangjes zullen niet invallen; het zal zijne moeder niet zien weenen, zijn vader niet zien knarsetanden door uwe schuld. Ik hield er aan, Heer Minister, u te zeggen welk ont haal uwen brief ten onzent te beurt viel. Indien allen, over wie uw klauw zich uitstrekt, u even vrijpostig schrijven, zult gij een aardig dossier kunnen meebrengen naar uwe advocaten-studie, als gij er zult gaan uitrusten van de vermoeienissen des bewinds. En zoo hij u eenmaal onder de hand valt, in later tijd wanneer gij, afgemat van politiek en jaren, in uw geweten als mensch de daden van uw ministerschap zult herdenken, dan zult gij het verbranden dat dossier, opdat uwe kinde ren het later niet vinden zouden. Maar ik vergis mij: dat dossier zal niet bijeengebracht worden. De anderen zullen u niet durven schrijven. Zij hebben vrouw en kinderen, zij moeten zich vastklampen aan hun wachtgeld, zij moeten stilzwijgend de met gal en edik doorweekte spons uitzuigen, die gij hun nog gedurende eenigen tijd toesteekt. En gij rekent op dit stilzwijgen. Door eene zonderlinge tegenstelling, maar die u eigen is, paait gij uw geweten met den nood zeiven, dien gij sticht. Ik maak dezen brief openbaar, waarin ik u de gevoelens blootleg, die mij jegens u bezielen. Mijne gevoelens het ware weinig, maar ik durf bevestigen, dat alle edelmoedige harten er in deelen. Aanvaard er nogmaals, Heer Minister, de trouwe uit- drukking van.Jan Van Rijswijck." Snelpersdruk van A. A. Bakker Cz., Nieuwediep.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1884 | | pagina 4