BIJVOEGSEL,, behoorende tot de Heldersche en Nieuioe-
dieper Courant van Zondag 2 November 1884, No. 132.
Gemeenteraad van Helder.
Zitting van Donderdag 30 October 1884.
Voorzitter de heer Burgemeester.
Tegenwoordig 16 leden; afwezig de heer Van Gijn.
De tribune is tamelijk bezet.
Na de opening der zitting te 7 u. 35 m. worden de notulen
der vorige vergadering gelezen en goedgekeurd.
Door B. en W. worden ter tafel gebracht:
a. de Begrooting der gemeente; b. die van het Burgerlijk
Armbestuur; c. die van het Algemeen Weeshuis; en d. die van
de dd. Artillerie-Schutterij, alle voor het dienstjaar 1885.
Begrooting der gemeente:
Hoofdttukken. INKOMSTEN. Bedrag.
I. Ontvangsten wegens vroegere diensten 10960.08
II. Inkomsten van gemeente-eigendommen en
bezittingen572.50
III. Opbrengst van belastingen en heffingen 153702.39|
IV. Ontvangsten van verschillenden aard en
toevallige baten15415.
V. Buitengewone ontvangsten70.
Totaal. 180719.97$
UITGAVEN.
I. Kosten van huishoudelijk bestuur 13535.
II. ii invordering van de plaatselijke
belasting en teruggave deswegens 12420.
UI. Kosten van onderhoud aan gemeeente-
eigendommen en de deswege verschuldigde
lasten24202.
IV Kosten der openb. veiligheid en brandweer. 26754.
V. ,i i, plaatselijke gezondheids-politie. 120.
VI. i, voor het onderwijs63710.
Vil. n van het armwezen, mitsgaders sub-
sidiën en bijdragen aan onderscheidene
daarmede in verband staande instellingen. 32640.
Vni. Renten en aflossingen3700.
IX. Pensioenen en wachtgelden1150.
X. Andere uitgaven, niet onder de vorige
hoofdstukken behoorende720.
XI. Buitengewone uitgaven van allerlei aard. 200.
XH. Onvoorziene uitgaven1568.97£
Totaal. 180719.97$
Begrooting Burgerlijk Armbestuur. f 9300.
Algemeen Weeshuis. 14499.30£
ii dd. Artillerie-Schuttery1805.
Alle in ontvangst en uitgaaf tot een gelijk bedrag.
Verder worden aangebodene. de Rekening en Verantwoording
van het Burgerlijk Armbestuuren die van het Algemeen
Weeshuis, beide over het dienstjaar 1883, sluitende met deze cijfers
Rekening Burgerlijk Armbestuur:
Ontvangsten. 9013.25£
Uitgaven. 7608.87^
Batig saldo 1404.38
Rekening Algemeen Weeshuis:
Ontvangsten. 13992.09^
Uitgaven. 13807.79
Batig saldo f 184.30£
Bij de aanbieding der Begrooting wordt door den Voorzitter
medegedeeld, dat aan den wensch, ten vorigen jare door den heer
Van Veen geuit, om de Memorie van Toelichting te doen drukken
en ronddeelen, thans is tegemoet gekomen. Die Memorie is ter
perse en zal nog vóór het onderzoek in de afdeelingen den leden
worden ter hand gesteld.
De afdeelingen worden bij loting volgen derwijze samengesteld
lste afdeeling de heeren Duinker, Hoogenbosch, Beukenkamp,
Groen en Van Gijn;
2de afdeeling de heeren Bitter, Over de Linden, H. Janzen,
Strikwerda en Van Veen;
3de afdeeling de heeren Hattinga Raven, J. C. Jansen, Hordijk
en Tinkelenberg.
De vergaderingen der afdeelingen zullen, ieder onder presidium
van een der leden van het Dag. Best., achtereenvolgens plaats
hebben op 4, 5 en 6 November a. s.
Er wordt gelezen een adres van 't Bestuur der afdeeling Helder van
't Nederl. Onderwijzers-Genootschap, in hoofdzaak luidende aldus
In de twee laatstgehouden vergaderingen der afdeeling Helder
van 't Ned. Onderw.-Genootschap is de regeling der onderw.-jaar-
wedden ter sprake geweest, en tengevolge daarvan brengt het Bestuur
van het toen gesprokene het volgende onder de aandacht van den Raad.
De afdeeling beschouwde een goede regeling van de onder
wijzers-traktementen in 't belang van 't onderwijs. Zij kon
zich niet verhelen, dat die ter dezer plaatse veel te wenschen
overliet. Zij vond de bezoldiging van een jongmensch van
18 jaar, die nog alles van de praktijk moet leeren, ruim genoeg,
maar de belooning van iemand b. v. van 30jarigen leeftijd, in 't bezit
der hoofdacte, uitmuntende door geschiktheid en ervaren in 't
onderwijs geven, veel te laag. Dit is eene niet te rechtvaar
digen wanverhouding. Want het is een onomstootelijke waar
heid, dat niet ieder bezitter der hoofdacte aan 't hoofd van een
school kan geplaatst worden en toch aanspraak mag maken op
een salaris, waarvan hij fatsoenlijk kan leven; terwijl anderen,
die geen hoofdacte meester konden worden, maar blijken van
geschiktheid geven, een betere belooning waardig zijn. Bestond
er eene betere regeling, dan zou ook de verwisseling van perso
neel op de scholen minder zijn en men zou een plaatsing aan
den Helder niet meer beschouwen als een eerste schrede op de
onderwijzers-loopbaan. Ook zou een zoodanige regeling gunstig
werken op den yver en de toewijding der belanghebbenden.
Was het aan de afdeeling overgelaten, zij zou twee klassen van onder
wijzers formeerenin de lste klasse werden zij geplaatst, die de hulp-
acte bezaten, op een traktement van f 600, dat geleidelijk kon
klimmen tot f 800en in de 2de klasse de onderwijzers met
hoofdacte op f800, welk bedrag, bij geschiktheid en ijver, tot f 1000
kon verhoogd worden.
Vervolgens wordt gelezen een adres van den heer C. Sipkens,
onderwijzer aan een der gemeentescholen, onder herinnering dat
hij gedurende 24 jaren bij 't onderwijs in deze gemeente is
werkzaam geweest, verzoekende dat zijne jaarwedde meer in
overeenstemming worde gebracht met de diensten, die hij bewijst.
Op voorstel des Voorzitters wordt besloten, om deze beide
adressen te behandelen bij het onderzoek der Begrooting voor
1885, in de afdeelingen van den Raad.
Daarna geschiedt voorlezing van een adres des heeren A. J.
Leijer, onderwijzer in de wis- en zeevaartkunde alhier. Adressant
geeft daarin te kennen, dat hij, hoewel dankbaar voor de onder
steuning, die de Zeevaartkundige School, door hem bestuurd, van
de zijde van 't Gemeentebestuur ondervindt, den wensch uit, naar
eene betere regeling. Hij herinnert aan 't geen door Z. Exc.
den minister van Binnenlandsche Zaken is gezegd bij de behan
deling der Staatsbegrooting voor 1884. De minister toonde zich
toen gezind om zeevaartkundige scholen door Rijkstoelagen te
steunen en verzekerde, dat hij toen juist in correspondentie was
met het Gemeentebestuur van den Helder over eene subsidie aan
de aldaar bestaande school voor de zeevaart. Sedert heeft adres
sant niets meer van die zoozeer gewenschte ondersteuning vernomen,
waarom hij er op aandringt, dat alsnog door het Gemeentebestuur
pogingen worden aangewend ter bevordering zijner belangen en
van die der voor deze gemeente belangrijke inrichting van onderwijs.
Als bijlage was bij dit adres gevoegd een verslag der boven
bedoelde zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
Ter ondersteuning van 't verzoek, vervat in het adres van den
heer Leijer, was nog ingekomen een schrijven van de Vereeniging
«Goede Bedoeling," alhier.
Door den Voorzitter wordt, namens B. en W., voorgesteld, om
den heer Leijer te antwoorden, dat de Raad hem aanbeveelt zich
rechtstreeks te wenden tot den minister van Binnenlandsche
Zaken, onder overlegging van 't adres van «Goede Bedoeling"
en met verzekering, dat zijne aan te wenden pogingen door het
Gemeentebestuur zullen worden ondersteund. De heer Van
Veen merkt op, dat ten vorigen jare door het Gemeentebestuur
te dezer zake met den minister is gecorrespondeerd en vreest,
dat dc pogingen van adressant geen succès zullen hebben. Spreker
meent, dat ook nu de bevordering dier zaak van gemeentewege
moet geschieden en dat alleen in dat geval Rijbs-subsidie te ver
krijgen is. De Voorzitter wijst er op, dat het meest wenschelijk
is, dat de heer Leijer zelve zich te dezer zake tot de Hooge
Regeering wendt. De vergadering vereenigt zich hiermede.
Op zijn daartoe gedaan verzoek wordt, op voorstel van B. en W., met
ingang van 1 November a. s., een eervol ontslag verleend aan den
heer A. J. Beauchez, al3 onderwijzer aan de gemeenteschool No. 5.
De Voorzitter deelt mede, dat de benoeming van onderwijzers niet
kan geschieden, omdat de vereischte stukken nog niet zijn ingekomen.
Verder wordt door den Voorzitter medegedeeld, dat de heer van Veen
heeft kennis gegeven, zyn ontslag te nemen als Ambtenaar van den
Burgerlijken Stand. De Voorzitter stelt voor, den Weth. Maalsteedtot
die betrekking te benoemen. Bij acclamatie wordt hiertoe besloten.
Nog wordt door den Voorzitter ter kennisse van de leden
gebracht, dat de Rijks-Normaalschool alhier in December a. s.
gedurende 25 jaren heeft bestaandat dit jubilé op eenigszins
feestelijke wijze zal worden gevierd en dat B. en W. geen bezwaar
hebben gevonden om voor te stellen, ten behoeve dier feestviering
de som van f 50 en 't gebruik der Bouwzaal toe te staan.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
Er geschiedt voorlezing van een adres van 't Bestuur der
Vereeniging tot stichting en instandhouding van Bewaarscholen
in deze gemeente, houdende mededeeling, dat het moeilijk is om
de juiste som te noemen van de kosten, vereischt voor de
stichting eener school in 't westelijk deel der gemeente, 't Bestuur
raamt die kosten op f 6000 en vraagt eene subsidie uit de
gemeentekas, ter grootte van f 3000. 't Bedrag van eene jaar-
lijksche subsidie, ten behoeve dier nieuwe inrichting, wil het
Bestuur gaarne aan den Raad overlaten. Namens het Dag.
Best. stelt de Voorzitter voor, dit adres, als geheel van financi-
eelen aard, in behandeling te nemen, tegelijk met de Begrooting
voor 1885, in de afdeelingen van den Raad.
Er wordt gelezen eene missive van HH. Gedeputeerde Staten,
houdende mededeeling, dat het aandeel der gemeente in de kwade
posten der Rijksbelasting over 1881 en over 1881 en 1882
bedraagt f 5684.86£. Na beantwoording eener opmerking van
den heer H. Janzen door den Voorzitter, wordt deze minder
aangename mededeeling voor kennisgeving aangenomen.
Mede worden voor kennisgeving aangenomen deze mededeelingen
a. dat de heer Maalsteed heeft bericht de benoeming tot Wet
houder aan te nemenb. dat de dames Ter Haar en Eikema en
de heer Gazon hunne benoeming bij 't personeel der gemeente
scholen hebben aangenomen; c. dat mejuffrouw Rutgers, te
Nijmegen, en de heer Breukelman, te Zwartewaal, voor hunne
benoeming hebben bedankt; en d. dat door den Commissaris des
Konings als zetters van 's Rijks belastingen met ingang van
1 Januari 1885 zijn herbenoemd de heeren mr. D. P. H. Aberson,
L. Jelgersma en D. De Lange.
De Voorzitter deelt mede, dat nog een bezwaarschrift is inge
diend ter zake van den hoofdelijken omslag. Hij stelt voor dit
stuk tebehandelen in eene zitting met geslotenedeuren. Dienovereen
komstig wordt besloten en de openbare zttting wordt opgeheven.
Na de heropening der openbare zitting richt de heer Strikwerda
tot den Voorzitter de vraag, of, nu het gaslaboratorium gereed is,
de benoodigde werktuigen voor het onderzoek van het gas ook reeds
aanwezig zijn. De Voorzitter antwoordt, dat op a. s. Maandag te
dier zake eene samenkomst zal plaats hebben van B. en W., den des
kundige voor 't gasonderzoek en dendirecteur der Gasfabriek.
Door den heer H. Janzen wordt geklaagd over den zeer
ongunstigen toestand van den openbaren weg aan de voortzetting
van de Bassingracht in de richting van Onrust. De Voorzitter
verzekert, dat aan den wensch tot verbetering zooveel mogelijk
zal worden gevolg gegeven.
De zitting wordt hierop door den Voorzitter gesloten.
Snelpersdruk van A. A. Bakker Cz., te Nieuwediep.