Kóstrt Kleine Winkel te Sclap.
2 MEI—31OCTOBER
1885.
W. J. BLITZ, Tandarts,
ONDER DE HOOGE BESCHERMING VAN Z. M. DEN KONING VAN BELGIË.
Nijverheid, Vrije Kmisten en Wetenschappen, Onderwijs, Marine, Eiectriciteit, Land- en Tuinbouw.
BERICHT UIT
KLEINE WINKEL te SCHAGEN.
M ODES.
Ten plattenlande in de provincie Noord-Holland wordt
ter overname en nog liever in associatie gezocht
Eene Modezaak in Dameshoeden, enz.
zoo spoedig mogelijk te aanvaarden. Ingeval van associatie
wordt bedoeld tusschen dames.
Adres met franco brieven, letter aan het Alg.
Advert.-bureau van Nijgh van Ditmar, Rotterdam.
In voorraad Dorschgereedschap. Stofbrilleu»
Machine-olie, Kaaskleursel en Stremsel,
Thermometers en Maatglazen. Galflels, Kroozers,
Riethakkers, beste Bascules, Maten en Gewichten
Voorts Boeren- en Bouwgereedschappen.
NJi. Buskruit Crèpée N\ 1)
en Haffel.
HANDELSDRUKKERIJ.
Molenplein 103.
AFLEVERING VAN ALLE MODELLEN BOEK- EN
STEEN DRUKWERK GESCHIEDT SPOEDIG, NET
UITGEVOERD EN TEGEN DE LAAGSTE PRIJZEN.
Jacob van Kampenstraat. 124. Amsterdam,
is den eersten en derden Donderdag van iedere maand,
's namiddags van 1 tot 3 ure, te spreken wegens tand
heelkundige operatiën en het plaatsen van kunst
tanden in het Hótel Beüevue te Nieuwediep.
Ook is hij te spreken des Zaturdags in den Burg en
des Maandags in de Jager te Alkmaar, beide dagen tot
s voormiddags 11 ure; des Donderdags, tot 's voor-
middags 11 ure, in het Hotel Vredelust te Schagen.
De vertrekdagen der mails naar Oost-Indië gedurende de maand
September zijn als volgt:
18 September Engelsche mail (over Brindisi).
19 September Hollandsche mail (uit Amsterdam).
19 September Hollandsche mail (over Marseille).
26 September Fransche mail (over Napels).
29 September Hollandsche mail (over Marseille).
30 September Hollandsche mail (uit Amsterdam).
Laatste buslichtingen aan het Postkantoor te Amsterdam:
Ned. mail (uit Amsterdam) brieven 8 u. 's morgensdrukwerken
den vorigen avond 8.45.
Fransche mail, brieven 4.30 u. 's avondsdrukwerken 2 u. 's av
Fransche mail (Napels) brieven 11 uur 's morgens; drukwerk
10 u. :s morgens.
Engelsche mail, brieven 11 u. 's morg.drukwerken 10 u. 's morg.
Marütöerioliten.
HOORN, 12 September. Op de Weekmarkt besteedde men
de volgende prijzenTarwe f 7 a 8, Rogge f 6.a 6.50, Gerst
f 4.50 a 5.Haver f 3 a 4, Witte Erwten f 8 a 9, Groene
f 10.50 a 12.Grauwe f 11.a 12.50, Vale f 9.50 a 13.
Bruine Boonen f 10 a 12, Kar weizaad f *23, alles per hectoliter,
Paarden f 70 a 200, Schapen 18 a 23, Lammeren f 10 a 16,
Kalveren 16 a 24, Varkens f 12 a 20, Biggen f 4 a 9, Kippen
f 0.60 a 2.alles per stuk.
Kip-eieren f 3.25 a 3.50 per 100 stuk.
Boter 50 a 57$ c. per kop.
Aardappelen f 2.a 2.60, Peren f 1.50 a 3.Appelen
f 2.a 2.40, alles per hectoliter.
OOSTERHESSELEN, 8 September. De Jaarmarkt, begun
stigd door goed weder, handhaafde haar ouden roem, als een
markt van Schapen, eene der voornaamste in Drenthe. Niet
minder dan 2184 Drentsche Schapen, van f 3 a 15 en 150 oude
en jonge Varkens van f 5 a 82 waren aangevoerd. Ofschoon
het aantal jonge kooplieden, ter markt aanwezig, zeer groot was,
ging in Schapen weinig om. Varkens daarentegen gingen vlug
van de hand.
De Kleedermakers-Vereeniging „de Ster," te 's Hage,
heeft de volgende circulaire doen verzenden aan de vak-
genooten
„M:M:
„Aangezien er door de bijna geheel vreijen Invoer van
Dames en Heeren Confectie [5 pCt. der aangegeven waarde]
over geheel Nederland, de zelvde stilstand in ons vak heerst.
Ook door het als paddestoelen verreizen van Confectie
winkels, welke ons het brood uit den monde nemen.
„Zoo is het dat wij ons tot U richten met verzoek om
mede werking, ten einde van de Regering te verkrijgen
er eene flinke verhooging op de invoer van alle gemaakte
kleedingstukke worde geheven om daardoor de Neder
landsche werkman te beschermen en zijn lot te verbeteren.
„Zoo U hier meden instemd, gelieven dan U adres op
te zenden aan den eerst ondergeteekenden.
„Aldus vastgesteld in onzen vergadering van Aug. 11.
de Presidend J. Web er
„Namens Commissarissen J. J. Wortman
„adres J. Weber Helmerstraat n° 39"
Herhaaldelijk heb ik, zoo meldt men o. a. uit Londen
dd. 9 dezer aan de Haarl. Crt., op het belang voor Neder
land de aandacht gevestigd, dat men zich er meer ging
toeleggen op'den uitvoer van vleesch in plaats van levend
vee naar Engeland. Wel is waar bestaat deze handel
reeds, maar hij is voor zeer groote uitbreiding vatbaar en
doet men niet intijds zijn best, dan loopt men gevaar, dat
andere landen Nederland in dit opzicht geheel vooruitgaan
Ierland verkeert tegenover Engeland en Schotland, wat
den uitvoer van vee betreft, vrijwel in dezelfde omstandig
heden als Nederland. De kanunnik Bagot, die steeds groote
belangstelling toonde voor den Ierschen landbouw en vooral
steeds werkzaam was om den Ierschen boterhandel aan te
moedigen, gaat zich nu ook voor dezen tak van handel
interesseeren. Hij stelt voor, het vee vet te mesten op de
boerderijen, waar het gefokt werd, en daarna geslacht naar
Engeland te zenden. Hij ziet geen gevaar in Amerikaan-
sche concurrentie. Zijn voorstel is, overeenkomsten aan te
gaan voor goedkoop en spoedig vervoer en op verschil
lende centrale plaatsen slachtplaatsen te vestigen, waar
tevens gelegenheid voor onmiddelijk vervoer bestaat. Het
is in waarheid niet duidelijk, dat men in een land, zoo
uitermate voor de veefokkerij geschikt als Nederland, iets
dergelijks niet lang geleden begonnen is. Het is waar, men
steunt tegenwoordig in liooge mate op de voorkeur, die
Amerikanen voor Nederlandsch vee blijken te bezitten,
maar er moet een tijd komen, waarop die Amerikaansche
vraag vermindert, om de eenvoudige reden, dat men het
Nederlandsch vee daar voor de fokkerij invoert. Het zou
j vooral in een tijd van gedrukten handel als dezen niet
j genoeg kunnen worden aanbevolen, dat men ten minste
zijn best blijve doen om zich «iet uit goede markten te
laten verdringen.
Door een aantal leden van het Algemeen Nederlandsch
Werklieden-Verbond is het volgend adres gezonden aan de
ministers en aan de leden der Kamers:
Mijne Heeren! Nog slechts enkele dagen hebben we
1 te doorworstelen en ge zult weder geroepen worden om uw
taak als Volksvertegenwoordiger op te vatten.
Het ligt natuurlijk in den aard der zaak, dat de belangen
1 van liet volk u ter harte gaan en dat ge derhalve in hel
nieuwe zittingjaar niet onbeproefd zult laten om die her
vormingen aan te brengen, die nuttig en noodig zijn om
1 met alle burgers in vrede te leven en ons vaderland in
bloei te doen toenemen.
Zoo moest het althans zijn. Doch de ervaring leert ons
het tegendeel.
Het is daarom dan ook, dat wij met dit verzoek tot u
komen: of gij in het nieuwe zittingjaar het allereerst uw
krachten zult wijden aan de herziening der Grondwet en
dat ge daarin voornamelijk de bepaling zult opnemen, dat
alle burgers 'van Nederland gerechtigd zullen zijn tot het
kiezen van de Volksvertegenwoordigers, uitmakende het
grootste gedeelte van het staatsbestuur.
De gronden waarop dit verzoek berust, zijn in de volgende
punten vervat:
1. dat het grootste gedeelte van het Nederlandsche volk
zich ziet gekrenkt in zijne rechten en daardoor als nulli
teiten worden beschouwd;
2. dat datzelfde volk leert inzien, dat bij de bestaande
behartiging van 's lands belangen niet onpartijdig wordt
gehandeld en daardoor bevoorrechting plaats heeft
3. dat datzelfde volk tot de overtuiging is gekomen dat
ons vaderland in bloei eer af- dan toeneemt en het dit
moet wijten aan de onbekwaamheid der regeerders.
Wij verwachten, dat wanneer aan alle burgers het recht
wordt gegeven om te kiezen, er mannen aan het roer
zullen komen, die niet enkel den naam dragen van Volks
vertegenwoordiger, maar ook met de daad zullen toonen,
dat zij de belangen van liet volk weten te behartigen.
Daar nu het grootste gedeelte van het Nederlandsche
volk meer en meer inziet, dat het in zijn rechten tekort
wordt gedaan en een deel daarvan die rechten desnoods
door revolutie zou trachten te verkrijgen, hopen wij ook
dat het uwe leus zal zijn: beter ten halve gekeerd, dan
ten heele gedwaald.
Dat ons verzoek om recht zou voortspruiten uit onte-
vredenheid, zooals dikwijls wordt gezegd, is geheel van
j grond ontbloot. Want niet alleen wij, arbeiders, gevoelen
dat we als onmondigen worden behandeld, neen, zelfs mannen
van naam roepen tegenwoordig luide, dat het volk onrecht
j wordt aangedaan door ze het stemrecht te onthouden.
Het is van zelf voor u, mijne heeren, niet pleizierig om
aan te hooren, dat wij u niet langer in het staatsbestuur
dulden, maar dit juist moest voor u een prikkel te meer
zijn, om die veranderingen aan te bregen, waardoor een
i Volksvertegenwoordiging kan worden gekozen, die dóór het
1 volk wordt gewenscht.
Dat dit verzoek door u in overweging zal worden ge-
nomen en door u alles zal worden aangewend om op
vredelievende wijze een einde te maken aan alle bestaande
onrechtvaardigheden, is de wensch van eenige leden van
het Verbond.
j Nu de tijd van het zaaien van tarwe spoedig weder
nabij is, verdient het volgende middel tegen de bekende
„brand," door de „Landman" in herinnering gebracht,
aanbeveling
Als bijtmiddel om de sporen der schimmelplant, die de
„brand" veroorzaakt, te vernietigen, gebruikt men 1 kilo
gram kopervitriool voor 5$ hectoliter zaaitarwe. Het zaad j
stort men in een kuip of ton en overgiet het met water j
tot het er geheel onderstaat. Hierna lost men de koper-
vitriool in warm water op en giet deze oplossing eveneens
in de kuip, waarna de inhoud goed wordt omgeroerd en
12 tot 16 uur blijft staan. Na verloop van dezen tijd kan
het zaad worden uitgenomen en het bijtmiddel geacht
worden zijne werking te hebben volbracht. In de IJpolders
bij Amsterdam en in Holland's Noorderkwartier gebruikt
men, als men met de machine zaaien wil, niet meer water
dan hoog noodig is om het zaad maar even te bevochtigen.
Onder gestadig omwerken op den dorschvloer wordt de
oplossing van kopervitriool onder het vooraf reeds een
weinig bevochtigde zaad gemengd.
Vochtige ligging der akkers en bemesting met verschen
stalmest bevorderen het ontstaan van den „brand."
Om het uitpikken door kraaien enz. van het zaaizaad
te voorkomen, kas men het zaad van tarwe (ook van
maïs, haver en erwten) vermengen met kool teer, 0.75 kilo
gram op 1 hectoliter zaad. Ook door dit middel lijdt de
kiemkracht van het zaad niets. Voor hetzelfde doel kan
men ook menie gebruiken, voor 50 cent op 50 halve kilo
grammen zaad, dat eveneens van te voren eenige uren
geweekt en dan met de menie verwerkt wordt.
Voor zaad van houtsoorten wordt dit laatste middel in
Duitschland reeds lang gebruikt om het tegen de vernie
ling van insecten gedurende het lange tijdperk der ont
kieming te beschermen.
Een geheele omkeer is gebracht in den smaak voor
regenmantelstoffen voor het volgende voorjaar, zegt de
Manufacturier. De hoofdzaak is: klein geruite stoffen in
grauwe of in modekleuren; op deze kleine blokjes worden
dan door dunne gekleurde strepen grootere ruiten aange
geven. Een nieuwe regenmantelstof, die ook zeer goed
zal bevallen, is het bont gehouden Cheviot Anam, dat er
als gevlochten uitziet. In geruite desseins voor regen
mantels vertoont men de meest 'verschillende genres, in
cheviot bont, in kamgaren effen en in twee kleuren samen
gesteld. De verscheidenheden in deze ruiten zijn zoo groot
en laten den teekenaar zoo groote speelruimte, dat het
nauwelijks mogelijk is ze allen te bespreken.
Een lesje voor de socialisten, die in den waan ver-
keeren, dat de werkgevers alleen vette jaren kennen.
In de stad Washington werden dezer dagen eenige katoen
spinnerijen verkocht voor 225,000 dollars, met een verlies
van 1,147.500 dollars.
In 1872 betaalden deze fabrieken aan de aandeelhouders
10 percent, en haar aandeelen stonden 105. Gedurende de
vier daarop volgende jaren werd volstrekt geen dividend
uitbetaald, en de papieren daalden tot 50. In 18761878
was er uitbetaling van 6 percent, en stonden de aandeelen
pari. In 1879 weer geen dividend; in 1880 6 percent; in
1881 4 percent en verder volstrekt geen winsten. Onder-
tusschen, d. w. z. in dertien jaren van afwisselenden tegen
spoed, met een gemiddeld jaarlijksch dividend van 3 percent,
hebben de werklieden geregeld hun arbeidsloon in ontvangst
genomen.
De baard van den Koning van Italië. DeNeue
freie Presse bevat het volgende bericht uit Monza, waar de
Koning tegenwoordig verblijf houdt.
Reeds vóór een jaar begon de Koning, ofschoon hij eerst
41 jaren telt, grijs te worden, en thans zijn hoofdhaar ten
baard bij hem bijna geheel wit geworden. Koningin Mar-
gherita, die het erg jammer vond, dat haar gemaal er
zooveel ouder uitzag, dan hij werkelijk is, liet van een
der eerste parfumeurs uit Parijs een kistje komen met
haarverf en drong bij den Koning aan op het nemen van
eene proef met dit middel. Koning Humbert beloofde, het
te zullen doen.
Toen de Koningin den volgenden morgen in haar tuin
huis kwam, zag zij tot haar verbazing en ontzetting, dat
haar lievelingshondje, een spierwit leeuwtje, van top tot
teen groen was geworden. Men kan zicli de verontwaar
diging der vorstelijke bezitster over deze metamorphose
voorstellen! Maar de Koning helderde het geval op. „Gij
begrijpt, lieve Margherita," zeide hij „dat ik uw
uiiddel eerst moest probeereu, om over de uitwerking te
oordeelen. Ik erken, dat deze proef niet zeer geruststellend
is; maar morgen zal ik een tweede proef nemen met uw
witte kakatoe."
Toen de Koning des avonds in zijn slaapvertrek kwam,
was het kistje met de haarmiddeltjes verdwenen. De
kakatoe is lelieblank gebleven.
Eene carolina-kwestie. Onlangs zat op zekeren
Zondag een kanonnier op een tramwagen te Berlijn, toen
ook een grenadier naar boven klom en natuurlijk naast
zijn kameraad plaats nam.
Er ontstond een gesprek en in den loop ervan vroeg de
grenadier: „waar ga je heen?"
„Naar mijn meisje," was het antwoord.
„Ik ook," sprak de grenadier, „hoe heet je liefste?"
„Caroline
„Dat's toevallig: mijn meisje heet ook Caroline, het is
een weêrgaasch knappe meid, ik heb haar eerst onlangs
leeren kennen."
„Zoo, zoo, en waar heb je wel kennis met haar gemaakt?"
„In de Hasenhaide; wij hebben danig pret gehad. Des
avonds bracht ik haar te huis, zij woont in de W....straat."
„In de VV....straat? welk nummer?"
„Nummer dertien, eerste verdieping."
„Bommen en granatenschreeuwde de kanonnier woedend,
„de duivel zal....*
Wat mankeert je?" vroeg de grenadier verbaasd.
„Wat mij mankeert? maar dat is mijn Caroline, waarmede
ik reeds anderhalf jaar aan het vrijen ben."
„Sakkerloot, dat is kras," sprak de grenadier, „dat is
een valsch canaille; ze heeft mij verteld dat ik haar „eerste"
was."
„Ik zal haar in een kanon laden en in de lucht laten
vliegen," bulderde de kanonnier.
„Ik laat haar schieten," mopperde de grenadier.
Daar de tramwagen juist in de nabijheid van het bespro
ken huis was, sprongen de beide zonen van Mars er af en
snelden naar de woning, waar zij zoo hard aan de schel
trokken, dat de menschen dachten dat er brand was.
Thans geschiedde iets wonderlijks, want de kanonnier
had aaD eene schel ter linkerzijde en de grenadier aan eene
ter rechterzijde getrokken. De huisdeuren vlogen open
en.... twee Caroline's verschenen, die zeer boos waren over
het harde bellen, maar wier gelaatstrekken ophelderden
toen zij haar dapperen herkenden.
Men bemerkte de vergissing, de paartjes omarmden
elkander, en deze Carolina-questie vond eene even bevre
digende oplossing als der hangende tusschen Duitschland
en Spanje toegewenscht wordt.
Snelpersdruk van A. A. Bakker Cz., Nieuwediep.