Koster's Kleine Hel te Uageii.
Koster's Kleine Winkel te Sclapii
W. J. BLITZ, Tandarts,
GOEDERENVERVOER.
BERICHT UIT
De Makelaar Sd. KEIJSER Pz.,
j\ A te Texel, zal, op VRIJDAG den
a» 22 JANUAR11886,'s avonds 7 uur,
in het Logement DE VERGULDE
KIKKERT, aan Den Burg aldaar,
ten overstaan van den
Notaris G. J. 0. D. DIKKERS,
te Texel, PU KUIER YERROOPEN:
1°. Een HUIS met grooten TUIN, in de Hoogerstraat
aan Den Burg.
2°. Een HUIS met TUIN, annex perceel 1.
3°. Een HUIS en ERF, annex perceel 1.
4°. Een ERF, annex perceel 3.
5°. Een SCHUURTJE met ERF, achter den Tuin sub 1
bedoeld.
Aanvaarding 1 Mei 1886.
6°. Een perceel WEILAND, genaamd „De Osseiociden,"
gelegen bij Den Burg, groot 1.86.70 hectaren.
Aanvaarding 20 Maart 1886.
Breeder bij biljetten omschreven.
Informatiën te bekomen ten kantore van voornoemden
Makelaar en Notaris.
Wegens verandering van Woonplaats.
OPENBARE VERKOOPINC
te
Sint-Maarten,
op het erf van den Heer F. NOMES, op DINSDAG
26 JANUARI 1886, 's morgens 10 uren, van:
De tot de Molenmakcrs-afBiicc benoodigde TOUW
WERKEN en KLOKHEN, als: een Aslijn, een Roedejijn,
Dnbbeltui, een Strop, 3 stel Blokken, een Spier, Kettingen,
3 Dommekrachten; verder: een Zaagmachine, een groote
Slijpsteen, Draaibank, twee Schuiten, een Houtwagen, een
Schaafbank, eenige Schragen, bakken met Spijkers, Scheeps-
hout, Ellens, Eiken-Platen en Palen, Planken, Deelen,
Brandhout, Teer, Kippenhok, ijzeren Pompen, 5 ijzeren
ramen, enz. enz.
Huisraad en Inboedel,
waaronder: Veêrenbed, Gortlade, Bureau, Tafels, Stoelen,
Naaimachine, Tobben, Emmers, Fournuis, Petroleum-kook-
toestel, Kuip, Kaaspers, enz.Glas en Aardewerk en het
geen meer te voorschijn zal worden gebracht.
J. VAN DER MA ATEN, Deurwaarder.
PQST£]RIJ£Ï3V.
Een ieder, die iets te vorderen heeft van het Postkantoor
alhier (dienstjaar 1885), wordt beleefd verzocht, onmiddelijk
zijn rekening in te zenden.
De Directeur van het Postkantoor te Helder
P O L V L I E T.
HOLLANDSCHE
IJzeren Spoorweg-Maatschappij.
Te beginnen met den Isteil Haart eerstkomende
zullen te Amsterdam ALLE STUKGOEDEREN zoowel
ijl- als vrachtgoederen welke geene douaneformaliteiten
behoeven te ondergaan, door de zorgen der Maatschappij
AMBTSHALVE WORDEN BESTELD, tegen berekening
van een loon van 5 Cents per eenheid van 50 kilogrammen,
met een minimum van 30 Cents per verzending.
Uitgezonderd van dezen maatregel zijn:
1°. de zendingen waarvan de afzender, door het een of
ander voorschrift in den vrachtbrief, b. v.: „Station restante,"
te kennen geeft dat de goederen door den geadresseerde of
van zijnentwege zullen worden afgehaald; en
2°. de zendingen geheel of gedeeltelijk bestaande uit
goederen, die slechts met inachtneming van bijzondere
voorzorgamaatregelen vervoerd worden, bedoeld bij Art. 44,
sub H 1 k 13, 15 en 16, van het Algemeen Reglement
voor het Vervoer op de Spoorwegen, van 9 Januari 1876,
Staatsblad No. 7.
DE ADMINISTRATEUR.
Amsterdam, 11 Januari 1886.
Ruim gesorteerd in Kachels, Kolen- en Gruisbakken,
Lampen en Lantaarns, Stalkettlngen, Boeren- en
Bouwgereedschappen, Ilout-, Touw-, Manden- en
Borstelwerk. Auicrikaansche IJs- en Snecuwsporcn
met draaibare punten, waarmede -men geen karpetten of
vloerkleeden kan beschadigen.
NB. BVlSlS-riiit (Crêpée N°. 1) en
Hagel.
HANDELSDRUKKERIJ.
Molenplein 103.
AFLEVERING VAN ALLE MODELLEN BOEK- EN
STEENDRUKWERK GESCHIEDT SPOEDIG, NET
UITGEVOERD EN TEGEN DE LAAGSTE PRIJZEN.
Jacob van Kampenstraat, 124, Amsterdam-
is den eersten en derden Donderdag van iedere maand,
's namiddags van 1 tot 3 ure, te spreken wegens tand
heelkundige operatiën en het plaatsen van kunst
tanden in het Hótel Toelast te Nieuwediep.
Ook is hij te spreken des Zaturdags in den Burg en
des Maandags in de Jager te Alkmaar, beide dagen tot
's voor middags 11 ure; des Donderdags, tot 's voor
middags 11 ure, in het Hótel Vredelust te Schagen.
Gevraagd zoo spoedig mogelijk, in een gezin
zonder kinderen te Alkmaar, eene knappe
DIENSTBODE, als meid-alleen, Zaterdags met eene werkster.
Loon 90 's jaars buiten verval. Goede getuigen omtrent
gedrag en bekwaamheid zijn vereischte. Brieven franco,
letter G., aan het Bureau dezer Courant.
Voor een in aanbouw zijnde stoomtrawler,
voorzien van bun, voor de visscherij in de
Noordzee en op Doggersbank, wordt een KAPITEIN
gezocht. Alleen zij, die bewijzen van voldoende bekwaam
heid, zoowel voor de vaart als de visscherij, kunnen
overleggen, gelieve zich onder inzending dier bewijzen aan
te melden, onder letter W., aan liet Bureau dezer Courant.
Lesseps heeft aan den voorzitter der Kamer van
Koophandel te Marseille den volgenden brief geschreven:
„Mijnheer 1 Ik ben voornemens den 28 dezer te Sout-
hampton aan boord van een stoomschip der „Royal Mail
Steampacket Company" te gaan, met bestemming naar
Panama, ten einde daar de voltooiing van het zeekanaal
voor te bereiden. Op het geheele schiereiland bevinden
zich thans 27 aannemers, die zich verbonden hebben het
hun bij contract opgedragen werk binnen de vastgestelde
termijnen op te leveren. Het is van het grootste belang
dat niet langer eenige twijfel besta aan de voltooiing van
het Panama-kanaal, opdat op het oogenblik dat het geopend
wordt, de reeders en handelaars dadelijk gebruik er van
kunnen maken en de belanghebbenden niet verrast worden,
zooals het geval is geweest bij de opening van het Suez-
kanaal. Met het oog hierop verzoek ik de Kamer van
Koophandel te Marseille een gedelegeerde te benoemen,
die mij op de reis naar Panama vergezelt. Gelijke uit-
noodiging heb ik gezonden aan de Kamers van Koophandel
te Parijs, Havre, Rouaan, Nantes, Bordeaux en Lyon.
Bovendien heb ik het genoegen u te melden, dat gedele-
legeerden uit Engeland, Nederland, de Vereenigde Staten
van Noord-Amerika en Duitschland zich bij de vertegen
woordigers onzer Fransche Kamer zullen aansluiten."
Mieren-eieren op de weekmarkt te Berlijn.
Iedere vogelvriend weet de zoogenaamde miereneieren,
eigenlijk mieren-poppen, als een uitmuntend voeder voor
zijn gevleugelde vrienden op hoogen prijs te stellen; aan
weinigen zal het echter bekend zijn, dat zij een belangrijk
handelsartikel, voornamelijk op de markt te Berlijn, uit
maken. Gaat men daar op den avond vóór de weekmarkt
over de Gensdarmenmarkt, dan ziet men niet zelden dozijnen
zakken opgestapeld, die door de verkoopers, meestal land
lieden uit de omstreken van Bernau, zelf opgezocht en
verzameld worden. Het laatste gaat niet zoo gemakkelijk
als men denken zou. Vindt de verzamelaar in de uitge
strekte bosschen een grooten mierenhoop, dan onderzoekt
liij eerst of er „eieren" (poppen) in aanwezig zijn. Is dit
bet geval, dan werpt bij de geheele massa uit eikanderen
maakt in den grond in de nabijheid eenige kuiltjes, onge
veer van de grootte eener hand, die hij dan met een paar
bladen bedekt. De arbeider-mieren, die naast hunne overige
bezigheden ook voor de larven of poppen zorg dragen,
haasten zich ze onder de bladen in zekerheid te brengen.
De verzamelaar laat dus op deze wijze den voornaamsten
arbeid door de mieren zelve ten uitvoer brengen en hij
beeft verder niets meer te doen, dan de hoopjes „eieren"
in een zak te scheppen. Deze worden bij honderdtallen
kilogrammen naar Berlijn gebracht waar de vogelkoopers
ze opkoopen. De vrij hooge prijzen zijn naar de jaar
getijden verschillend. In den herfst komen ook geheele
wagens vol gedroogde mieren-eieren uit Rusland, die voor
wintervoorraad dienen.
De roof van het mierenbroed is, wanneer het niet binnen
zekere grenzen geschiedt, voor den houtteler zeer nadeelig
en af te keuren. De mieren voeren tegen een massa in
secten, voornamelijk rupsen en kevers, met de larven der
laatste, onophoudelijk krijg en zij houden de boomen in de
nabijheid hunner nesten zuiver. De boschmier (Formica
rufa), waarvan de meeste „eieren" gewonnen worden, is
door de vernietiging van schadelijke insecten bijzonder nuttig.
Hoe men in Afrika groet. Bekommerde men zich
vroeger bitter weinig over Afrika en de zwarte bewoners
van dat werelddeel, tegenwoordig is, door de jongste ont
dekkingsreizen en het in bezit nemen van grondgebied,
veel belangstelling voor dat deel der aarde ontstaan. Het
maatschappelijk leven der inboorlingen is nafuurlijk hemels
breed verschillend van dat der beschaafde volken en bij
het begroeten zijn in Afrika, om een voorbeeld te noemen,
de zonderlingste ceremoniën in gebruik.
Ik laat hier daaromtrent bet een en ander volgen, dat
ik uit de mededeelingen van een Duitsche Marine-officier
opteekende, die een reis door Afrika heeft gemaakt.
Bij de Tau-negers (die berucht zijn wegens hun voor
liefde voor het eten van menschenvleesch) gaat iemand die
eene woning binnentreedt, ter begroeting van familieleden,
vrienden en bekenden, op de knieën van elk der aanwe
zigen zitten en wordt dan geliefkoosd en omarmd. Moet
deze ceremonie reeds voor den toeschouwer iets zeer grappigs
hebben, nog grappiger schijnt het gebruik bij sommige
stammen dat personen, die elkander willen groeten, naar
elkaar toe hinken.
Wanneer bij de Wagnah-negers iemand in een gezelschap
komt, dan neemt hij ter begroeting wat zand of aarde met
de rechterhand op, doet een gedeelte er van in de linker
hand, en wrijft dan, met de vuist van die linkerhand, zijn
rechterhand en rechterzijde, terwijl de rechterhand dezelfde
manoeuvre aan de linkerzijde van het lichaam verricht;
het geheel wordt geaccompagneerd door het rad zingen
van een begroetingslied.
Vele negers in Noord-Afrika blazen elkander tot groet
in het gelaat en bij de Oschuir-negers bestaat de gewoonte
om elkander, met veel plechtigheid, in het gelaat en op
de handen te spuwen. Deze laatste ceremonie zegt ook
Stanley van een Neger-koning te Ukerewe te hebben gezien,
en de onvergetelijke Livingstone beschrijft op de volgende
wijze hoe de Batoko-negers elkander groeten„Zij laten
zich op hun rug op den grond vallen en slaan, terwijl zij
heen en weder rollen, ten teeken van vreugde op hunne
dijen."
De Tibbus hebben voor nederknielen, vragen en antwoorden
nagenoeg een uur noodig en de Herero's en andere stammen
houden er begroetingen op na, die even lang van adem zijn.
De Bambara's, in het noord-westen van Afrika, schreeuwen
bij Het groeten zóó hard, dat een potdoof mensch het kan
hooren en daarbij zwaaien zij onvermoeid met handen en
armen in de lucht rond. Helsch rumoer en verdraaiing
van ledematen is trouwens aan de orde van den dag. Keert
een karavaan huiswaarts, dan haast men zich om die met
tromgeroffel, paukgerommel, geweerschoten en vreugde
gejuich op feestelijke wijze te ontvangen; de teruggekeer
den doen natuurlijk ook mede en de geheele bende stelt
zich als eene horde razenden aan.
De jonge Afrika-reiziger Thomson vertelt het volgende
omtrent de ontvangst, die hem in een negerdorp bereid
werd: „Niemand wist iets omtrent mijn aankomst, maar
zoodra had men mij niet in het oog of het nieuwtje werd
met bliksemsnelheid verbreid. In een oogwenk was ik
door eene groote bende menschen omringd, die -letterlijk
dol van blijdschap schenen; zij schreeuwden en dansten
als krankzinnigen en schudden mij zoo hartelijk de hand,
dat mijn arm uit het lid dreigde te gaan. Zij gingen aan
mijn lijf hangen en kwamen van allen kanten aanhollen
om geweren af te schieten. De meer gevoeligen onder
hen huilden als kinderen en ik was recht in mijn schik
dat ik dit voorbeeld kon volgen, want ik was zoo pijnlijk
dat de tranen mij over de wangen biggelden."
Sommige Afrikanen groeten op eenvoudiger wijze; bij
de Kissandsclii's heerscht bijvoorbeeld het gebruik, dat de
persoon die komt een plaats uitzoekt die in het oog valt,
daar gaat zitten en wacht totdat men hem begroet; wanneer
de gastheer dit heeft gedaan, dan beantwoordt de gast dit
compliment, maar hij neemt bij het heengaan geen afscheid.
De gewone groet luidt: „Bok neta," 't geen ongeveer
beteekent: „Vrede zij met u," drie malen worden deze
woorden herhaald, terwijl men daarbij in de handen klapt.
Een vreemdeling behoort dit gebruik te volgen, want doet
hij dit niet dan wordt hij als een vijand beschouwd.
Toen het Fransche gezantschap in de hoofdstad Dahomey
binnentrok, werden kanonschoten gelost en al de negers
wierpen zich ter aarde, toen de Koning met zijn gevolg
verscheen. De Vorst ging op zijn troon zitten, die onder
een reusachtig zonnescherm stond, en de vreemdelingen
naderden hem met den hoed in de hand; daarop stond de
Koning op, deed eenige schreden naar de Franschen,
schudde allen de hand en beduidde hen om op gereed
staande zetels plaats te nemen. Eerst toen stonden de
hoogwaardigheidsbekleders uit het stof op, en wachtten
geknield op de dingen die komen zouden. In dezen des-
potischen negerstaat wordt den leden van het koninklijk
gezin steeds de onderdanigste hulde gebracht, en ieder
neger die iemand er van ontmoet, werpt zich ter aarde en
bedekt het hoofd met zand.
In sommige streken van Afrika geldt het als groot
eerebewijs, wanneer men iemand zijn rug toedraait, en aan
den Boven-Nijl gelooven de inboorlingen dat zij al heel
eerbiedig groeten, wanneer zij hun hand op hun mond
leggen en dan verschrikkelijk gapen.
Aangezien bij vele stammen in Afrika de overtuiging
heerscht, dat de gestorven opperhoofden na hun dood in
wilde dieren veranderen, worden leeuwen en tijgers begroet,
en klapt men bij het zien dier dieren in de handen.
De wijze, waarop bij de Myongwe's een nieuwgekozen
Koning wordt gehuldigd, is al zeer vermakelijk, Njogoni
ging op zekeren morgen in de vroegte aan het strand
wandelen en wist niets van de hooge onderscheiding die
hem te wachten stond, of wist ten minste op uitstekende
wijze te veinzen, dat hij van niets afwist. Eensklaps werd
hij door een razende cn joelende bende omringd, die uit
zijne vrienden en goede bekenden bestond, en jong en oud
begon hem te ranselen, te duwen en te schoppen. Zij,
die te ver afstonden om aan de ranselpartij deel te nemen,
spuwden naar hem en scholden hem uit voor al wat leelijk
was; zij vervloekten hem, zijn vader, zijne moederen zijn
grootouders. Ondertusschen werd geschreeuwd: „Nu kunnen
wij je nog ranselen en uitschelden, nu kunnen wij nog
doen wat wij willen: je bent nu nog precies met ons gelijk
en onze Koning nog niet; later moeten we naar je pijpen
dansen."
Njagoni voelde op die manier een half uur lang, hoe
het een onderdaan te moede is, en toen werd hij de woning
van den overleden Koning binnengegooid.
Eensklaps volgde eene pauze en onder het volk heerschte
plechtige stilte, waarna allen luide riepen: „Wij kiezen u,
Njagoni, op plechtige wijze tot onzen Koning. Volk van
Myongwe, ziedaar den nieuwen heersclier!" Een hofbeambte
bracht den Europeeschen hoogen hoed van den overleden
Vorst en zette dien den nieuwen monarch op het hoofd.
„Lang leve de nieuwe Koning!" gilde en tierde thans de
menigte.
Acht dagen achtereen werd er gedronken, gezongen en
gedanst en de Vorst werd even hard op rhum als vóór
zijn kroning op stompen en slagen getracteerd. De pret
duurde precies zoolang totdat de rhum tot op den laatsten
druppel verdwenen was en Vorst en onderdanen zoo ziek
als katten waren.
Men ziet dat het in het werelddeel der Zwartjes nog
recht Afrikaansch toegaathet zal nog wel een heel poosje
duren, voordat zeden en gebruiken als de beschrevene, voor
die van beschaafde volken het veld ruimen. (Amsterd.)
Marlittoerloliten.
HOORN, 16 Januari. Tarwe f 6 a 7, Rogge f 5.50 a 6.50,
Gerst f 4 a 5, Haver f 3 a 4, Witte Erwten f 7 a 9, Groene
dito f 11 a 12, Grauwe dito f 10 a 14, Vale dito f 9 a 11,
Bruine Boonen f9 a 12, alles per hectoliter.
4 Paarden, f 40 a 120; 58 Schapen, f 22 a 28; 100 Lammeren,
f 14 a 22; 14 Kalveren, f 6 a 24; 33 Varkens, f 12 a 16;
32 Biggen, f 6 a 9; 100 Kippen, f 0.80 a 2.—, alles per stuk.
4400 Kip-eieren, f 4 a 5 per 100 stuks.
1315 kop Boter, 50 a 57 c. per kop.
ZWOLLE, 15 Januari. Ter markt waren: 600 en op de
stallen 300 stuks Vee. Neurende en verschgekalfde Koeien 1130
a f 270, dito Schotten en Vaarzen f 120 a 220, spoeling Koeien
voor de vetweide f125 a 170, dito Vaarzen f 90 a 145, voorjaars-
kalvende Koeien f 130 a 180, Ossen voor de vetweide f 100 a
f 160, jarige Springstieren f 75 a 125, Vaarspinken f 80 a 140,
Fok-kalveren f 35 a 60, nuchtere Kalveren f 5 a 11, vette
Koeien en Ossen aan bouten 60 a 70 c., dito Stieren 45 a 55 c.,
dito Kalveren 70 a 75 c. en dito Schapen 60 a 70 c. per kilogr.,
Lammeren f 12 a 20. Op 70 wagens 175 Biggen, 6wecksche
f 4.a 6.50, lOweeksche f 7.a 11.drachtige Varkens f
a f magere f 18 a 34, vette Varkens (levend gewogen) 37 a
42 c. en Varkens voor Londen 33 a 36 c. per kilogram.
Snelpersdruk van A. A. Bakker Cz., Nieuwediep.