HELDERSCIIE
EX MEUWEDIEPER COURANT.
Nieuws- en Advertentieblad voor Hollands Noorderkwartier.
1886. N°. 55.
Vrijdag 7 Mei.
Jaargang 44.
DE GELUKSBLOEM.
„Wij huldigen
het goede."
Venchijnt Dinsdag, Donderdag en Zaterdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal0-90.
franco per post 1.20.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
BUREAU: MOLENPLEIN.
Prijs der A d ver ten tién: Van 1i regels 60 cents, elke
regel meer 15 cents. Groote letters naar plaatsruimte.
Voor winkeliers bij abonnement belangrijk lager.
Do vertrekdagen der mails naar Oost-Indië gedurende de maaiid
Mei zyn als volgt
8 Mei Hollandsclie mail (uit Amsterdam).
8 Mei Hollandsche mail (over Marseille).
8 Mei Fransche mail (over Napels).
14 Mei Engelsche mail (over Brindisi).
18 Mei Hollandsche mail (over Marseille).
19 Mei Hollandsche mail (uit Amsterdam).
22 Mei Fransche mail (over Napels).
28 Mei Engelsche mail (over Brindisi).
29 Mei Hollandsche mail (uit Amsterdam).
29 Mei Hollandsche mail (over Marseille).
Laatste buslichtingen aan het Postkantoor te Amsterdam:
Ned. mail (uit Amsterdam) brieven 8 u. 's morgensdrukwerken
den vorigen avond 8.45.
Ned. mail (over Marseille) brieven 4.30 u. 's avonds; druk
werken 2 u. 's avonds.
Fransche mail, brieven 4.30 u. 's avonds; drukwerken 2 u. 's av.
Fransche mail (Napels) brieven 11 uur 's morgens; drukwerk
10 u. 's morgens.
Engelsche mail, brieven 11 u. 's morg.; drukwerken 10 u. 's more.
Om van de aansluiting te Brindisi zeker te zyn, is het raad
zaam daags te voren, op hetzelfde uur, van de voorloopige ver
zending gebruik te maken.
Binnenland.
Het hoofdbestuur der Maatschappij tot Nut van 't
Algemeen vestigt de aandacht op de noodzakelijkheid om
den leeslust in de minder ontwikkelde kringen des volks
aan Ie wakkeren, vooral in den leeftijd van 12 tot 18 jaren.
Nu is het hoofdbestuur er van doordrongen, dat bovenal
voor dien leeftijd de keuze van boeken ongewone omzich
tigheid eischt. Het acht daarvoor de bestuurders der
meeste volksbibliotheken evenmin bij uitstek berekend als
zichzelf. Vandaar dat het de hulp heeft ingeroepen van
eenige deskundigen, ten einde met hun voorlichting een
model-catalogus samen te stellen, die zoo spoedig mogelijk
aan alle departementen zal gezonden worden. De bibliotheken,
die meest op de behoeften van volwassenen berekend zijn,
naast de schoolbibliotheken voor kinderen, kunnen dan
aangevuld worden met het oog op de behoeften der knapen
en meisjes van 12 tot 18 jaar.
24)
Door E. Werner.
De Kiesvereeniging //Gemeenschappelijk en algemeen
belang/ te Andijk, heeft met algemeene stemmen tot
candidaten voor de Provinciale Staten in het hoofdkies-
district Enkhuizen gesteld de heeren R. Kooiman, te Andijk
(aftredend lid), en J. Zijp Pz., te Abbekerk. De laatste
ter vervulling der vacature-De Jong.
In het Westeinde te Enkhuizen werd jl. Maandag
i nacht inbraak gepleegd. Ongeveer f 80 werd vermist. Tot
dusver is men de daders nog niet op het spoor.
Gedurende dit jaar is nog geen enkel geval van
desertie op de Scheveningsche vloot voorgekomen, een
omstandigheid, die bewijst, dat orde en tucht onder de
zeelieden in vergelijking met vorige jaren zeer verbeterd zijn.
De lijst der hoogst-aangeslagenen in Noordholland
bevat de namen van 266 personen. Het eerst komt er ook
nu weder op voor jhr. J. B. Van Merlen, te Heemstede,
met f 6647.66J; het laatst de heer M. B. Nijkerk, te
Amsterdam, met f 728.56.
Het Hótel de la Promenade te 's Hage geeft over
het afgeloopen jaar een dividend van 4 pCt.
De nachtvorsten hebben in de laatste nachten onder
Wageningen kolossale schade toegebracht aan de in vollen
bloei staande kersen-, pruimen- en perenboomen, zoodat
verwacht wordt, dat de opbrengst daarvan mislukt is. Op
sommige plaatsen lag een dikke ijskorst over het water.
Jl. Maandag nacht, ten 1 ure ongeveer, werd de
gemeente Purmerend verontrust door brandalarm. Een
hevige brand was uitgebroken aan de Kanaalkade bij de
schutsluis in een perceel, beneden bewoond door een koop
man in verfwaren. Door deze licht brandbare stoffen gevoed,
bereikte de brand weldra zulk een omvang dat het geheele
perceel uitbrandde. De brandweer gelukte het, het onheil
daartoe te bepalen. Het huis was evenals de inboedel van
den hoofdbewoner verzekerd, die der bovenwoners echter niet.
Men leest in het Vaderland:
vEen bericht der Arnh. Crt., dat de proeven met het
systeem-Rijsselberghe (telephoneeren langs in gebruik zijnde
telegraafdraden) zouden zijn mislukt, moet niet juist zijn.
Reeds bijna 3 jaar geleden zijn de proeven genomen, en
Een geheele week was sedert dien sneeuwstorm verloopen,
de zon bescheen weer de bergen en het leven ging zyn gewonen
gang.
Ambroos Berghofer had een begrafenis gehad, zooals sedert
menschengeheugen in het dal niet was aanschouwd. Van heinde
en ver kwam alles toestroomen, en zelfs dokter Eberhard liet
zijne afzondering varen, om zich bij de ernstige plechtigheid aan
te sluiten. Overigens was de dokter thans voortdurend in de
slechtste luim van de wereld, daar zijn assistent sedert die eigen
dunkelijke verdwijning niets van zich had laten hooren ol zien,
en er voorloopig ook geen uitzicht bestond om hem weer terug
te krygen.
In de villa Rehfeld verwachtte men dien dag de komst van
den raadsheer Kroneck, en tegelijkertijd had Helmar uit C. het
bericht gezonden, dat hij in den loop van den namiddag de familie
in welstand hoopte aan te treffen. Ook dokter Gilbert was reeds
sedert een paar dagen uit de academiestad teruggekomen, waar
heen hij zich onmiddelijk had begeven om naar een opengevallen
betrekking te solliciteeren. Het scheen den jongen geneesheer
inderdaad ernst te zyn met zyne zelfstandigheid in de toekomst.
Tegelijk met Corry's jawoord, had hy ook de toestemming van
hare moeder verkregen, en eerst bij zyne terugkomst vernam
hy de ramp, die onderwijl had plaats gehad.
In de kamer van den jongen Kroneck bevond deze zich met
dokter Eberhard, die zijne patiënt was komen bezoeken. Bij Hein
had bet levensgevaar, waarin bij had verkeerd, geen sporen
nagelaten. Zijne jeugd en veerkracht kwamen schielijk de gevolgen
dier uitputting te boven, en hy zag er weer even irisch en gezond
uit als vroeger. Maar op dit oogenblik lag een diepe ernst over
zyn wezenstrekken verspreid, daar Ambroos Berghofer juist het
onderwerp van het gesprek was.
«Ik heb u immers al gezegd, dat het een inwendige kwetsuur
was," zeide Eberhard. „Zulk een weg met zulk een last op den
schouders daartegen is zelfs een reusachtig sterke natuur
zooals die van Berghofer niet bestand. De overgroote inspanning
is zijn dood geweest. Ik begryp nog niet, hoe hij het zóólang
heeft kunnen uithouden."
„Daar woonde een ijzersterke wil in dat ijzersterke lichaam,''
merkte Hein aan. „Geen andere wereldsche macht zou hem naar
die sneeuwgroevcn gevoerd hebben, dat weet ik! Om mijnentwil
giDg hy daarheen en haalde zich den dood op den hals!"
Deze laatste woorden klonken somber en gedrukt, maar Eber
hard nam hiervan geen notitie en brak het gesprek kort af.
„Tob daarover nu maar niet langer. Verheug u liever, dat
mevrouw Rehfeld zich zoo dapper onder alles gehouden heeft. Twaalf
uur in doodsangst te zitten dat's voorwaar geen kleinigheid
voor een pas herstellende zieke!"
Hy had het rechte middel te baat genomen om den jongen
man af te leiden, wiens voorhoofd zich aanstonds ontplooide,
zoodra hy den naam zijner aanstaande hoorde noemen.
„Ja, zij heeft uwe voorspelling schitterend bewaarheid. Als
zy nog ziek was geweest, zou die angst zeker kwade gevolgen
voor haar hebben gehad. Maar nu een vraag, dokter! Is het
wezenlyk op uw bevel geschied, dat Martyn Vinzenz Ortler en
Sebastiaan heeft afgewezen, toen ze u kwamen bedanken?"
„Natuurlijk had ik dat bevolen," bulderde Eberhard. „Laat
dat volk my met rust latenDie man, die Sebastiaan, is in
staat, my met al zijn zeven wormen te overvallen, en kinderen
zyn my een gruwel en ergernis, en aandoening en dankbaarheid
kan ik nog veel minder uitstaan. In mijn huis duld ik niets van
dien aard."
„Dat's net iets van u!" zeide Hein glimlachend. „Daarom
heb ik u ook nog niets van mijn dankbaarheid gezegd. Maar
als ik u die eens metterdaad kan bewijzen ten allen tyde
zult ge mij bereid vinden."
„Wel zoo? En als ik u nu aanstonds by uw woord houd?"
„Des te beter! Spreek maar!"
De dokter liet een onverstaanbaar geknor hooren. Het antwoord
scheen hem moeilijk te vallen, maar eindelijk barstte hij uit:
„Bezorg mij Gilbert terug! Ik kan niet buiten hem."
„Dat zal niet gemakkelijk gaan. Na de wijs, waarop hij uw
huis verlaten heeft, kan hij niet weerom komen, zonder een onrecht
te erkennen, dat hy niet heeft begaan. Hy verdedigde slechts zyn
zelfstandigheid en zyn liefde."
„Dat doet er niet toe, hij moet weerom komen. Als het niet
anders kan, dan zal ik nu ja, dan zal ik hem toestaan dat
kleine ding lief te hebben."
„Gij zult hem zelfs moeten toestaan met haar te trouwen, daar
hij al met haar verloofd is.
De dokter zag naar het een of ander meubelstuk rond, waar
aan hij zyne woede kon koelen. Bij gebreke daarvan balde hy
slechts de vuist.
„Wat zegt ge? Mijn assistent?"
„Zal myn nichtje.tot vrouw krijgen! Ja, dokter, dat is al een
uitgemaakte zaak!"
„Bezorg hem my terug, getrouwd of ongetrouwd!" riep Eber
hard. „Gij zijt mede in het komplot geweest, wed ik! Gilbert
zou het nooit gewaagd hebben zoo in opstand tegen mij te komen,
als gij niet achter hem hadt gestaan, 't Is uw schuld, dat mijn
assistent op den loop is gegaan haal gy hem nu ook maar
terug!"
Hein kon zich nauwelijks van lachen onthouden bij deze wan
hopige uitbarsting.
„Nu, als gij u met dat huwelijk kondt verzoenen, zou de zaak
misschien nog niet hopeloos zijn. Maar na de behandeling die hy
hier ondervonden heeft, kan Gilbert natuurlyk niet den eersten
stap doen. Die zou van u moeten uitgaan."
„Van mij? Zou ik hem soms excuus gaan vragen?"
Volstrekt niet. Gij feliciteert hem eenvoudig met zijne ver
loving. Eigenlijk zijt ge toch ook zijn pleegvader, en ik ben over
tuigd dat ge in hem en zijne aanstaande liefdevolle kinderen zult
vinden."
„Maar ik wil geen kinderen hebben!" riep de dokter woedend.
„Ge weet immers dat ik die niet kan uitstaanEn zou ik hem
feliciteeren ook? Zou ik mijn assistent met zijn verloving geluk-
wenschen? Martijn krijgt een beroerte als hij dat hoort!"
„Nu, gij zijt natuurlijk geheel vry om te doen en te laten
wat ge wilt, maar daar Gibert op het oogenblik hier is
„Wat zegt ge? Hier in de villa?"
„Ja. By zijne aanstaande."
De dokter trok een gezicht, alsof men hem een bittere pil te
slikken had gegeven; maar Hein, die terecht begreep, dat men
het ijzer moest smeden, terwyl het warm was, ging met nadruk
voort
„Het zou een beste gelegenheid, misschien wel de ëenige zijn.
Een vriendelijk woord van uwe zijde, een korte gelukwensch
„Zwijg maar! Ik weet alles zelf wel," zeide Eberhard gemelijk.
Toen de jonge man zich echter hieraan niet stoorde, maar hem
zonder veel omwegen met zich medevoerde, weerstreefde hij niet
langer en volgde steeds mokkende en morrende, totdat Hein een
deur opende en hem naar binnen duwde.
„Dokter Gilbert, Corry! Hier ^ia iemand, die u met uw
men heeft toen algemeen kunnen lezen, dat /ij zijn geslaagd.
Het stelsel is trouwens elders met succes in werking. Zoo
men ten onzent nog geen aanstalten maakt, het in toepas
sing te brengen, is dat te wijten aan het ontbreken eener
wet op de telephonie, waardoor verbinding van verschil
lende telephoonnetten vooralsnog wordt verhinderd. Is het
wetsontwerp op de telephonen wet geworden, dan kan
eerst de vraag rijzen, of het systeem-Rijsselberghe zal
worden toegepast. Het heeft het groote voordeel van goed
koopte, maar, zijn wij wel ingelicht, dan staan daartegen
over enkele bezwaren, die een algemeene toepassing wel
licht niet iaadzaam maken."
In eene dezer dagen gehouden vergadering van
aandeelhouders der Amsterdamsche Chininefabriek werd
aan de aandeelhouders mededeeling gedaan, dat de balans
een verlies van meer dan 40 pCt. aanwijst. Omtrent de
vraag, of de onderneming zal worden geliquideerd, werd
geen beslissing genomen, maar besloten de vergadering te
verdagen.
Bij arrest van het Gerechtshof te Amsterdam werd
J. C., wegens diefstal van p. m. f 18,000 ten nadeele van
de Amsterdamsche Bank, veroordeeld tot twee jaar celstraf.
Het plan bestaat om de verzameling van 't Museum-
Broekerhuis te Amsterdam over te brengen naar het
Nederlandsch Panopticum en het Broekerhuis met den
daarbij behoorenden tuin in te richten tot uitspannings
plaats voor kinderen.
Veel toeloop had het Broekerhuis dan ook niet.
Jl. Zundag zijn te Amsterdam twee beurzen voor
den diamanthandel feestelijk geopend; de grootste in het
gebouw Adamas van den Centralen Diamant-Handelsbond
(welke ongeveer 7ü0 leden lelt); de tweede is gevestigd
in het lokaal Casino op het Waterlooplein, waar tot dusver
de handel in diamanten voornamelijk werd gedreven. Ver
schil van gevoelen over enkele bepalingen in de statuten
van den Bond maakte dat elk der partijen haars weegs ging.
Te Rotterdam is gearresteerd een klerk aan de Recht
bank aldaar, verdacht van valschheid in geschrifte en van
diefstal ten nadeele van den griffier tot een bedrag van
goede plannen geluk wil wenschen."
Het jonge paar sprong verschrikt op, toen hot dien geluk-
wenscher herkende. Corry, die een vijandelijken aanval duchtte,
nam een eenigszins krijgshaftige houding aan, maar Gilbert had
reeds de geheele week met gewetensknagingen geworsteld en
zichzelf van zwarte ondankbaarheid beschuldigd. Zoodra hij dus
zijn chef gewaar werd, snelde hy verheugd op hem toe, maar
bleef vervolgens min of meer besluiteloos voor hem staan.
„Ik feliciteer!" snauwde de dokter op een toon, waarop zeker
nooit of nimmer een gelukwensch was uitgesproken. Verder
hoorde Hein niets, en glimlachend sloot hij de deur, daar hy
zag dat zijne tusschenkomst verder overbodig was.
Juist toen de jonge man den tuin betrad, hield een rytuig by
de voordeur stil. Guido Helmar steeg uit en snelde, zoodra hij
zijn vriend in het oog kreeg, met uitgebreide armen op hem toe.
„Mijn waarde Hein! Goddank, dat ik u gezond en wel terugzie!
In welk een gevaar zijt ge geweest! Ge weet niet welk een
angst ik over u heb uitgestaan."
Hein onttrok zich bedaard, maar vastberaden aan de hem
toegedachte omhelzing en vroeg op zeer koelen toon:
„Weet ge er al iets van?"
„Goede hemel, men hoort van niets anders! Alle menschen
praten er over en de couranten te C. hebben geheele kolommen
met dat verhaal gevuld. Gy en Berghofer zyt de helden ge
worden van dat avontuur in de sueeuwgroeven. Het heeft den
ouden man wel is waar het leven gekost, maar het uwe is ten
minste gered! En ge hebt mij geen regel geschreven! Ik zou al
lang naar u toe zijn gevlogen, als
„Als gij u niet nan het ziekbed van een vriend badt moeten
opofferen," viel Hein hem mei bitteren spot in de rede. „Speel
toch geen komedie, Guido! Go hebt eenvoudig gewacht, totdat de
lucht hier weer zuiver was."
Guido wierp een blik door den tuin. De tuinman en zyn
knecht, die op cenigen afstand werkten, schenen hem te hinderen.
„Kom even medo in het paviljoen, Hein!" zeide hy op uiterst
minzamen toon. „Ik zou inderdaad gaarne eens willen weten, hoe
het hier met alle zaken staat, daar gij mij zonder eenig bericht
hebt gelaten."
Hein haalde zwijgend de schouders op, maar volgde, en de beide
jonge lieden traden het nette kleine gebouw binnen, waar soms het
middagmaal werd gebruikt. Behalve een groot vertrek, bevatte
het nog een kleine zy kamer.
„Nu, wat hebt ge gedaan gekregen?" vroeg Helmar schielyk.
„Is die Gonda, die malle meid, tot bedaren gekomenSpreek dan
toch!"
„Gonda zal aanstaanden Zondag met Vinzenz Ortler in onder
trouw worden opgenomen. Het geluk dient u in uw minnarijen,
zooals gewoonlijk."
Helmar poogde zich onverschillig voor te doen, maar men
kon duidelijk merken, dat hem by dit bericht een pak van het
hart viel.
„Nu ja, 't was een onaangename zaak," stemde hy toe. „Het
meisje was dien dag letterlyk krankzinnig. Ze had het mij met
haar pretensies lastig genoeg kunnen maken. Dus Vinzenz Ortler,
die lompe boer, die altijd zoo om haar heen draaide! En is dat
zoo schielyk in orde gekomen?"
„Ja, ik deed het hem niet na," zeide Hein droogjes. „Met een
meisje, dat mij ter wille van een ander had laten loopen, zou
ik niets meer te maken willen hebben. Maar die bergbewoners
schijnen op dat punt geheel anders te voelen. Het bezit is by
hen het voornaamste; of het hart hen behoort, daarnaar vragen
ze meestal niet. Maar in dat geval behoeft ge u geen illusies
te maken: Gonda's hart heeft altyd aan Vinzenz gehangen. Dat