HANDELSDRUKKERIJ. F». BOUK1AMP BEER beschikbaar, AMSTERDAMSCHE COURANT. Molenplein 163. Aflevering van Drukwerk geschiedt spoedig, net uitgevoerd en tegen de billijkste prijzen. PILLEN HQLLQWAV» bericht, dat hij blijft voortgaan met het bakken van wafelen, tot en met ZONDAG 1 AUGUSTUS a. s. Hij betuigt bij deze aan het geachte publiek zijn hartelijken dank, voor de genoten gunst. bij JACOB SCHRIEKEN, in den Ruigenweg. Één gulden dckgeld. li. VAN REE, te Sint-Maarten, beveelt zich aan voor het leveren en stellen van BLIKSEM-AFLEIDERS. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en feestdagen. De Amsterdamsche Courant zal na nauwgezette keuze de belangrijkste en belangwekkendste gebeurtenissen van den dag mededeelen. De Amsterdamsche Courant is het goedkoopste Dagblad van Nederland. Voor Amsterdam per 3 maanden 1.50, franco per post f 1.80. Niemand kan door den prijs worden afgeschrikt onze Courant iederen dag alleen of met een vriend gesamenlijk te ontvangen. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Bureau: lokaal „De Brakke Grond." Ne» 53. Fransche bladen bevatten de volgende interessante geschiedenis. In 1884 kwam de rijke chocoladefabrikant Claude met zijn eenige 20jarige dochter voor een badkuur te Nice, waar het meisje kennis maakte met en smoorlijk verliefd werd op een uit Algerië teruggekeerd Fransch officier. De vader wilde niets van een onbemiddelden schoonzoon weten, doch het meisje zette de zaak door en het huwelijk zou te Parijs gesloten worden. Drie dagen vóór de afreis zat de officier met een heer een spel écarté te spelen en het meisje leunde over de leuning van zijn stoel, terwijl een vreemde heer, die pas te Nice aangekomen was, er bij stond te kijken. Plotseling riep deze laatste tot den officier: „Ge zijt een schelm, ge speelt valsch, ik zie hoe gij daar een heer uit uw manchet haalt." De officier stond doodsbleek op en juffrouw Claude werd be wusteloos weggedragen. Toen zij weder bijkwam, verzocht zij haar vader nog denzelfden avond te mogen vertrekken. De officier verklaarde plechtig, dat de beschuldiging grove laster bevatte en dat hij den man, die voorgaf hem ontmaskerd te hebben, wel vinden zou. Doch dit laatste was onmogelijk, want de man was spoorloos verdwenen. Eerst 30 Juni jl. zag hij hem toevallig terug aan het bureau van het station du Nord te Parijs. Hij pakte hem in zijn kraag en gaf hem in arrest. Het bleek werkelijk een schelm te zijn en hij bekende dat de heer Claude hem indertijd 10,000 francs gegeven had voor den hem te Nice bewezen dienst. De eer van den officier is dus gered. Of er van het huwelijk met juffrouw Claude wel iets komen zal, wordt niet gemeld. Onder den titel: „Kan het waar zijn?" heeft The Standard een werkelijk amusanten pennestrijd open baar gemaakt. Een der meest geestdriftvolle gekken, die in Engeland in het pak van „afschaffer" rondloopen, heeft dezer dagen een groote hoeveelheid kostelijken portwijn, waarvan de geldswaarde op zeshonderd p. st. werd geschat, in de goot laten loopen. Nu gaat het eerbiedigen der individuëele vrijheid in Engeland zeer ver, en als iemand op die roekelooze manier de beste natuurgiften wil ver spillen, dan moet hij dit met zijn geweten, zijne beurs en zijne nabestaanden uitmaken. Maar het staat zelfs in Engeland niemand vrij aan „afschaffingszucht" een manie te paren om te smaden en te kladden. Dat heeft de persoon Green, de held der beschreven operatie, op zijn geweten. Ge vraagd, waarom hij den portwijn niet liever aan een gast huis ten geschenke geven wilde, zeide hij dat niet te ver kiezen, want 't zou toch niets opleveren. Immers, verklaarde hij, in de gasthuizen krijgen de zieken den wijn nooit te aanschouwen; het personeel drinkt alles op. Gesommeerd zulk een ernstige aantijging tegen de groote hospitalen van Londen waar te maken, verzekerde Green, dat in het gasthuis voor Middlesex zes-en zestig flesschen wijn op elk honderdtal, dat ingezonden wordt, door het personeel worden verorberd. Hij zou dit „feit" van „één" der secretarissen hebben vernomen. Maar „de" secretaris van het hospitaal spreekt de bewering zoo pertinent mogelijk tegen, gelijk trouwens te verwachten was. Sedert heeft hij vruchteloos beproefd het individu Green tot intrekking zijner lasteringen te bewegen. Dit feit is pijnlijk voor de betrokkenen, doch verbaast in geenen deele. Met half- verbijsterde sinjeurs als Green is het redeneeren een onbe gonnen werk. Het verstandigst is, zegt het blad, geen notitie van hen te nemen; zij weten niet wat zij doen. minder ietwat verontrustends, dan ietwat ontstemmends. Hij was zich van zyne heftigheid, waardoor hy zich den vorigen avond had laten meêslepen, wel bewust, en een nieuw tooncel willende vermijden, droeg hij den boekhouder op, den trage bedaard tot zyn plicht te brengen. De oude man keerde weldra terug met een onrustig gelaat en m e angstige gebaren, dat de kamer van raynheer Paul niet gesloten, zijn bed ledig was, c'n dat op een kastje, waarvan de laden ledig en open stonden, een gesloten brief aan den heer Borbcek lag. Deze was als door den bliksem getroffen, hij wist, wat de brief bevatte, nog vóór dat hij dien gelezen had, en werktuigelijk strekte hy de hand uit, om dien van den boekhouder aan te nemen. „Hij ligt nog boven op mijnheer Paul's kamer," fluisterde de oude man, die in den dienst van het huis vergrijsd was, „men kon toch niet weten wat het schrijven inhield, en waarom zouden zoovelen van den slag getuige zijn, die u misschien in het hart treft?" Mijnheer Albrecht Borbeck ging zwijgend naar de kamer zyns zoons. Allerlei toilet-artikelen, verbrande papieren en uitgeschoven laden, dat alles gaf den indruk van een snel en overhaast vertrek. De heer Borbeck behoefde den brief nauwelijks te lezen. „Lieve vader," schreef Paul, „ik vertrek om eene betrekking los te maken, wier druk voor ons beiden byna ondragelijk begint te worden; my, den jongsten, den kloeksten man past het, de boeien te verbreken. Ik kan niet worden, wat gy van mij maken wilt, ik kan uit mijn hoofd de gedachten niet verbannen en getallen in hare plaats zetten, kan niet vergeten wat ik my schoons en groots van het leven droom. Ik heb het gewild, vader, redelijk gewild, maar God gaf er mij het hart niet toe, hij geeft ons immers allen onze eigene wenschen en vermogens. Ik ga wellicht om nimmer weer te keeren; maar hoe lang het ook duurt, dat ik onder uwe oogen durf komen en uwe ver giffenis vragen, dit eene geloof ik vast: ik zal u nooit en nimmer tot schande maken. Ik was een slecht koopman geworden, maar ik word, zoo God wil, een goed krijgsman. De glans en eere van uw huis dat is geen geringe troost voor mij zullen op Siegmund overgaan en uwe liefde ook. Ik heb nooit veel daarvan bezeten, vader, ik heb ze ook niet verdiend, zooals Siegmund, dien allen bewonderen, en dien ik zelf met broederlijke trouw liefheb, maar het kleine deel van uw hart, rader, dat ik toch wellicht bezit, laat my dat, laat mij dat medenemen op mijn levensweg als mijn besten schat. Groet tante Barbara voor mij, de eenige, die my missen zal, want zy heeft mij innig lief gehad. Siegmund heeft u en uwe liefde; myne lieve, dierbare Nana, die God moge bewaren, verwacht een vriendelijk, vroolyk huis, zij zullen mijne afwezigheid spoedig vergeten. Maar tante is nu alleen, want zij hing aan my, zy zal my missen, gelijk ik hare moederlijke liefde missen zal, en het doet mij leed, dat ik haar geen anderen dank kan geven dan de smart van het scheiden. Maar ik zegen haar duizendmaal hare goede, ryke gaven, die ik heb opgespaard, stellen mij in staat, mij een weg te banenuit hare handen ontvang ik vrijheid en geluk." Leef wel, myn dierbare, lieve vader, vergeef my de teleur stelling, die ik uwe wenschen bereiden moet, vergeef mij alles waardoor ik u verdriet veroorzaakt heb, en laat uw zegen my volgen. Ik schryf u noch mijn doel, noch mijn weg; ik mag niet tegengehouden worden, zelfs niet door uw vaderzorg; maar ik schrijf u, als ik myn doel bereikt heb." Paul." (Wordt vervolgd.) Snelpersdruk van A. A Bakker Cz., Nieuwediep. Maagdenburger Brandverzekering-Mautschappij. Deze sedert den jare 1844 bestaande Assurantie- Maatschappij, waarvan het Generaal-Agentschap voor Nederland aan de heeren Burlage en ScriUMACnEU te Amsterdam is opgedragen, verzekert tegen zeer billijke premiën tegen brandschade, en beveelt zich door hare gunstige bepalingen ten zeerste aan. Agent te Helder: de heer "Jl*. iviooy. Hartklopping wordt dikwijls niet alleeen gevoeld maar ook gehoord; zij verhindert den slaap en veroorzaakt de ergste vrees voor dreigende verstikking. Deze pillen worden bijzonder aanbevolen om die aandoening te verdrijven, omdat zij de zenuwachtigen en zwakken versterken, die veel vatbaarder zijn voor deze ziekte dan andere personen. Holloway's Pillen verbeteren zoo zeer de spijsverteering, vermeerderen zoo zeer de werking de werking der lever en geven zooveel werkzaamheid aan de ingewanden, dat duizeligheid, hoofdpijn en misselijkheid verdwijnen zoodra de hartklopping vermindert, en de lijder ondervind dadelijk deonbeschrijfelijkste verlichting van benauwdheid. Holloway's Pillen vormen de beste genees- en purgeermiddelen in alle gevallen van herstelling van koortsen, ontstekingen, zenuw pijnen en alle langdurige ziekten, die het bloed en de hers^en hebben verarmd. Doosjes PILLEN en Potjes ZALF f 0.80, f 1.85, f 3.—, f 6.75, f 13.50 en f 20.50. Ze worden verkocht bij de Apothekers. Voor den verkoop in het groot vervoege men zich bij den Professor Holloway. 533. Oxford-Street. Londen De redactie van het Weekblad Floralia heeft eene groote zilveren medaille, of een kunstvoorwerp van zilver uitgeloofd, voor een populair geschreven werkje, ter behan deling van die minder algemeene inlandsche planten, welke om hare bloemen of bladeren waardig zijn voor de cultuur in potten te worden aangekweekt. Het werkje moet gedrukt ten minste een omvang van 20 pagina's beslaan en mag 30 pagina's niet te boven gaan en op bevattelijke wijze aangeven: 1. den wetenschappelijken en meest algemeenen inlandschen naam2. beschrijving der plant en opgave waarom zij voor de cultuur is aan te bevelen; 3. waar de plant te vinden is (in bosschen, wei landen, op dijken, enz.) en de kweeking. Het werkje blijft het eigendom van den schrijver, die echter dadelijk na de bekroning tot de uitgave, bij een j door de redactie aan te wijzen uitgever, moet besluiten. De antwoorden moeten duidelijk geschreven en vóór 1 Januari 1887 bij de redactie zijn ingeleverd, ongeteekend, doch vergezeld van een verzegeld couvert, waarin de naam van den schrijver. Eene jury van drie personen, buiten de redactie om, zal de antwoorden beoordeelen. De namen der juryleden zullen later bekend gemaakt worden. Tt Manchester is een fabrieksarbeidster ter dood veroordeeld, die aan de Leidsche giftmengster doet denken. Zij had niet minder dan haar man, haar dochter en een buurvrouw door muizegift omgebracht. Toen zij gevangen genomen werd, leefde zij samen met den man van haar vergiftigde buurvrouw, 't Bleek bij onderzoek mede, dat zij een uitkeering van een levensverzekeringsfonds ont vangen had. IST AIST A. Door GOLO RAIMUND. Nana trok zich het verlies harer moeder, de scheiding van haar speelmakker zoo geweldig aan, dat het den teederen vader geen geringe zorg baarde. Hoe innig en uitsluitend zyn hart aan het kind hing, hem ontbrak toch het tooverwoord, om den storm harer gewaarwordingen te stillen, de rust en de bezadigdheid, van den tijd te verwachten, wat zijne vertroostingen niet konden bewerken. Hij volgde daarom den raad op van zijn ouden vriend en dokter en de wenschen zijner zuster Barbara en zond, hoezeer hy zelf ook onder deze scheiding en volstrekte afzondering leed, het treurende kind naar mevrouw Van der Meulen in het huis zijns broeders. De nieuwe indrukken, die de groote, vreemde stad op haar zou uitoefenen, de andere omgeving, eene vriendin die haar beter zou kunnen troosten, dit, meende de bekommerde vader, zou het jeugdige gemoed wel spoedig tot rust en tot vroolijkheid brengen. Intusschen had hij juist in dit laatste punt misgerekend, de praktische, nuchtere tante, door den ruwen vorm, waarin zij niet zelden hare verstandelijke redeneeringen kleedde, was wel weinig geschikt een jong, en naar liefde zoekend hart aan zich te ver binden. Het huis van oom staarde het kind aan als eene woestijn, zij voelde zich meer verlaten dan ginds te huis, in de eenzame woning, waaruit moeder en Oswald waren heengegaan, en zoo hingen nu hare gedachten met nog meer zielsverlangen aan den afwezigen vriend. Mevrouw Barbara had, was 't ook den wil, toch volstrekt niet den takt om de opvoeding van het meisje te leiden; zij meende al haar plicht gedaan te hebben, als Nana stiptelijk bad en werkte, regelmatig en overeenkomstig de regelen der gezondheid leefde en overigens deed en dacht, wat zij wilde. Geen blik wierp zij in het gemoedsleven van het kind, Barbara had veel te veel met den uitwendigen mensch te doen en te beredderen, om zich over den inwendigen te bekommeren en zou hierom gedurende haar geheele leven ook, als om eene overdrijving, gelachen hebben, indien het later niet aan hare beide neven gebleken was, dat een mensche- lijke geest bij de aankweeking toch eene andere behandeling vraagt, dan de bloemen des velds. „Zij had de beide knapen van Albrecht, Siegmund en Paul, die, toen Nana in huis kwam, reeds jongelingen waren, in het wild en geheel vrij laten opgroeien, en haar broeder, die slechts voor zijne zaken leefde, had daarin nooit bezwaar gevonden. Hun aanleg en neigingen, door niemand geleid of gelouterd, ontwik kelden zich onbelemmerd en brachten de verschillende karakters der jongens duidelijk aan het licht. Siegmund, de oudste, was vaders bepaalde lieveling en wel zoo, dat het niet zelden den toorn en het verzet van Barbara ten gunste van den jongste gaande maakte. Zoo onstonden reeds vroeg twee partijen in den toch al ongezelligen familiekring, en als de jongens het nog al tamelijk goed met elkaar konden vinden, dan was dit alleen aan de zachtzinnigheid van Paul toe te schrijven. Hij was ook de eenige, die met zijne kleine nicht zich bijzonder bezig hield, die haar troostte, met haar speelde en haar begreep, en van wien zij daarom innig veel hield. Somtijds herinnerde hij haar aan Oswald met zijn vroolijken aard, maar hij had niet den bevelenden, doch beschermenden toon, waarnaar zij zich zoo gaarne en vol vertrouwen schikte, hij ging zacht moedig en achteloos op hare wenschen in en nam niet den schijn aan haar te willen leiden of ook maar te beheerschen. Barbara zag deze vriendelijke verhouding met groote vreugde. Paul was haar bepaalde lieveling, en zij vond het zeer aangenaam dat geen verschil van meening, geen nog zoo kleine storm den kalmen hemel dezer vriendschap stoorde. Als nu de door vader voorgetrokken Siegmund alleen was en bleef, dan bestond uitcrlyk, maar ook alleen uiterlijk, een zeker 1 recht daartoe wel in het heldere verstand, en in het snelle begripsvermogen van den knaap. Zijne eigenzinnigheid en trots, die men later bij den man vasten wil en zelfvertrouwen noemde, 1 volhardde zoowel in het booze als in het goede, waartoe zijn hartstocht, of nog vaker een wel overlegd plan hem voerde. En i juist deze sluwe berekening, de gewoonte, zyne wenschen en bedoelingen te verbergen of te raaskeeren, deze bij een knaap zoo gevaarlijke eigenschap droeg den lof en de toegenegenheid j weg zijns vaders. Hij zag daarin slechts wijsheid en koopmans- berekening en vergoelijkte bij zijn zoon, toen hij opgegroeid was, juist om deze eigenschap eene grenzenlooze genotzucht. „Siegmund is slim," heette het bij zulke gelegenheden, „hij zal er niet door in het ongeluk komeneen verlies dat hij geleden heeft, maakt hij door een wijzen zet weder tienmaal goed." En inderdaad, Siegmund wist uit menige verlegenheid zich bijna altijd door eigene kracht te redden, en men moest hem bewonderen, zoolang men de middelen niet nauwkeurig wist, waardoor dat geschiedde. De jongste broeder, Paul, was van eene geheel andere natuur. Lichtzinnig, zachtzinnig, en met eene levendige en gloeiende fantasie, die het koele verstand dikwijls genoeg deed zwijgen, paste hij weinig in het kantoor van zijn vader. Heftig en opge wonden in de hoogste mate, deed hij allerlei dingen, waarover hij in het volgende oogenblik al weer berouw had, en wat zyne zachtaardigheid dan tot eiken prijs, zelfs tot dien eener nieuwe dwaasheid, weder trachtte goed te maken. Hij was de lieveling van tante Barbara en van het geheele huispersoneel, ook was hij de lieveling zijner kameraden en de held hunner ridderspelen, terwijl zij voor Siegmunds list en sluwheid steeds op hunne hoede waren. Deze laatste had uit eigene, vrije keuze zich op het koopmans vak toegelegd, en zijn vader had zich dit besluit van dezen eenen zoon laten welgevallen. Maar deels uit een aangeboren zucht tot heerschen, deels om den levendigen en fantastischen aard van zyn jongsten zoon in kalmer richting te leiden, bestemde hij, in strijd met diens bepaalden lust, ook Paul voor den koopmans stand. Was tot nu toe tusschen vader en zoon slechts van onverschilligheid en veronachtzaming sprake geweest, zoo kwam het thans tot de heftigste tooneelen, tot beleedigingen en ver wijten eenerzijds en hartstochtelijke klachten en beschuldigingen van de andere zijde. De jongeling miste inderdaad elk talent voor het opgedrongen beroep, en als zyn vader hem beschuldigen kon van traagheid en slordige plichtsvervulling, dan lag de aan- j leiding daartoe meer in den tegenzin in zijne bezigheden, dan in eene neiging om een werkeloos en buitensporig leven te zoeken, j Had reeds vroeger Paul liefde getoond voor den krijgsdienst, die zoo geheel zijne fantasie streelde, nu werd die liefde, nu hy gedwongen was zich met allerlei cijfers en berekeningen en lang- dradige brieven bezig te houden, een waarlijk ziekelijk verlangen. Niet de soldaat van den vrede wilde hij zyn, niet het exercitie veld zou het tooneel zijner daden worden, neen, hij moest de wijde wereld in, hij zou avonturen en gevaren zoeken, oorlogen en overwinningen, alles waarvoor het heete bloed der jeugd bruist. Het was op een herfstmorgen, een van die heldere dagen, die tot wandelen opwekken, en die de mensch met wellust in het verschiet ziet, toen Pauls plaats op het kantoor langer onbezet bleef dan de heer Borbeck dat meende te moeten goedvinden. Hij had zijn zoon sedert de sluiting van het kantoor den vorigen dag niet meer gezien: die was met een hevigen twist, door Pauls droomerij en verstrooidheid veroorzaakt, geëindigd en er lag in de omstandigheid, dat de jongeling heden zoo lang over den gewonen tyd uitbleef, voor den heer Albrecht Borbeck

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1886 | | pagina 4