Des avonds om ongeveer elf uur weder naar huis terug- keerende, schrikte onderweg het paard, sprong ter zijde, en alle drie personen met paard en wagen kwamen terecht in eene ondiepe sloot. De oude man geraakte onder het rijtuig en stikte in de modder; zijne vrouw en knecht bekwamen geen letselde knecht wist zich te redden door uit het rijtuig te springende vrouw scheurde het wagen bekleedsel van boven stuk en klom boven op het rijtuig. Uit Wieringerwaard meldt men ons, dat aldaar sinds eenigen tijd de heer J. Yan Loon is opgetreden als corres pondent van de Maatschappij tot verpleging van weezen in het huisgezin. Als leden of begunstigers dier Maat schappij zijn sinds korter of langer tijd toegetreden de heeren J. P. Backs, P. Boekei, D. Van Egmond, O. De Kieviet, J. L. Groneman, G. Brands en R. Visscher; voorts de Yereeniging uVrije Liefdadigheid'' en de Diaconie der Hervormde gemeente. Men hoopt eerlang te komen tot oprichting van een plaatselijk comité. De Koning van Portugal wordt morgen te Vlissingen verwacht. Per gewonen trein zal Z. M. naar Amsterdam vertrekken. Donderdag namiddag zal hij bij onzen Koning te Soestdijk een bezoek afleggen en "s avonds naar de hoofdstad terugkeeren. De directie der Hollandsche IJzeren Spoorwegmaat schappij is dezer dagen door den minister van Waterstaat, enz. aangeschreven om zich voorbereid te houden op de verlegging van haar spoor te IJmuiden, welke arbeid tijdig moet voorafgaan aan het ter hand nemen der werken aan de visschershaven aldaar. Naar het oordeel van het Depar tement van Waterstaat zou de Maatschappij hare rails p. m. 400 meter verder van het kanaal af moeten verleggen, met eene ombuiging, om 't terrein, bestemd voor de visschershaven. Hieruit zou men meenen te mogen besluiten dat er aan genoemd Departement ernstig sprake is van de voorberei ding der IJmuidensche werken, en dat er geen reden bestaat voor de vrees van velen, dat de uitvoering slechts in het verre verschiet te verwachten is. Niettemin heeft de directie der Hollandsche Spoorweg maatschappij den minister in overweging gegeven, haar uitstel voor de uitvoering van bedoeld werk te verleenen, o. a. op grond, dat er toch nog geen vooruitzicht is op de verwezenlijking der havenplannen. De minister moet nog eene beslissing nemen. Te Yelden bij Venloo sloeg de 26jarige zoon van den landbouwer Apeldoorn tijdens het maaien met zijne zeis in een wespennest, waardoor de bewoners woedend op hem aanvielen. Met achterlating van de zeis nam hij de vlucht, doch werd evenwel door de wespen achtervolgd, waarop hij zijn loopen versnelde. Daarbij echter had hij het ongeluk te struikelen en zijn nek te breken, waarop de dood on- middelijk volgde. In Friesland is men met het zichten der rogge begonnen. Over het algemeen zijn stroo en korrel bevredi gend. De boekweit is bijna uitgebloeid, maar de bloesem heeft weinig honig voor de bijen opgeleverd wegens het aanhoudend regenachtige weder. De hooioogst is zoo goed als afgeloopen; qualiteit en quantiteit zijn naar wensch. De landbouwers verlangen zeer naar droog weder. De stokboonen leveren dit jaar slecht, hetgeen mede toege schreven wordt aan den regen. Hoewel het vee voor de slachtbank goedkoop is, houden de slagers de vleeschprijzen op goede hoogte. Z. M. de Koning heeft aan den minister van Oorlog opgedragen, Zr. Ms. hooge tevredenheid te doen betuigen aan al de troepen van het garnizoen te Amsterdam voor hunne stipte plichtsbetrachting gedurende de jongste onge regeldheden, en die tevredenheid op drie achtereenvolgende appèls te doen herhalen. Voorts is besloten, dat liet 7de regiment infanterie dit jaar niet kampeeren, maar voortdurend te Amsterdam ver blijven zal. Niettegenstaande de stellige berichten in andere bladen, houdt het Dagblad vol dat de Turksche legatie te 's Hage niet zal worden opgeheven. Door den Burgemeester van Amsterdam is als hoofd van politie aan alle agenten der 5de sectie en voorts aan allen, die gedurende de jongste ongeregeldheden een zwaren en vermoeienden dienst hadden, een kistje met 100 sigaren uitgereikt, welke zaak op zich zelf geen vermelding zou verdienen, ware het niet, dat daaraan een verkeerde uit legging of voorstelling werd gegeven, alsof dat de eenige belooning zou zijn voor hun uitstekend gedrag in de dagen van beroering, en dat de gelden, die van alle zijden zoo ruimschoots, zoowel voor 't politiefonds, als voor gewonde en gezonde dienaren van politie inkomen, alle voor het fonds zullen worden bestemd, om nl. de opbrengst grooten- deels aan administratiekosten uit te keeren. Op grond van de beste inlichtingen kan worden verze kerd, dat dit geenszins de bedoeling van het hoofd van politie is. Wel heeft de Burgemeester aan bovenbedoelde dienaren een kistje sigaren aan huis gezonden, als een kleine versnapering, doch geheel afgezien van de ruime uitdeeling, die binnenkort te wachten is, zoodra kan wor den opgemaakt hoeveel dat bedrag zal zijn. De enkele gewonde agenten worden, dank de daarvoor geschonken giften, reeds thans ruimschoots van alle ver sterkingsmiddelen en versnaperingen voorzien, evenals hun gezinnen verzorgd worden. De Burgemeester gaf het ge schenk in sigaren, omdat dit gedurende den zwaren dienst aan 't politie-bureau moeilijk kon geschieden, toen aan de militairen aldaar sigaren werden verstrekt, en om er mede een blijk te geven, dat de agenten daarop even groote aanspraak hadden als de militairen, want allen, zonder onderscheid, waren onberispelijk in dienstijver en plicht- betoon. Het is dus een extratje, dat door allen zeker dankbaar is aanvaard. De Bakkerij-Tentoonstelling te Amsterdam is Zon dag jl. door ongeveer 10,000 personen bezocht. De minister Heemskerk, vergezeld van zijn echtgenoote en dochter, bracht gisteren een bezoek aan de Tentoon stelling, waarbij de commissaris-generaal Smidt, en de heeren Stuart en Gompertz gidsen waren. Voor den wedstrijd in de vervaardiging van de fraaiste „pièce montée" uit noga of caramel, hoogte 60 tot 80 cM., waren 8 inzendingen ingekomen. Met den prijs van f 100 werd bekroond de inzending van Zomerdijk Bussink, met de premie van f 50 die van R. J. De Jong, firma Jolitemps. Voor de hoogste en schoonst gebakken vol-au-vent, middellijn 20 tot 25 cM., werd van 14 inzendingen met den prijs van f 50 bekroond die van Zomerdijk Bussink. Naar men verneemt, zal de duur der Tentoonstelling eenigszins verlengd worden. Naar men vrij algémeen verzekert, is eene nieuwe combinatie in wording tot de stichting van eene derde omvangrijke onderneming voor publieke vermakelijkheden te Scheveningen. Het ontwerp moet zijn een gebouw, waarin tal van amusementen zouden worden vereenigd, o. a. een circus, een café-concert en meer ontspannings gelegenheden van dien aard. Aanvankelijk zou men hier voor het oog hebben gevestigd op het terrein, toebehoo- rende aan de Vorstin Von Wied (H. K. H. Prinses Maria der Nederlanden). Een zeer aanzienlijk aanbod voor dit schoon gelegen terrein moet evenwel, evenals alle vroegere aanbiedingen, van de hand zijn geslagen. Thans moet men betrekkingen aangeknoopt hebben met eigenaren van de uitgebreide gronden in de zoogenaamde renbaan, gelegen tegenover het in die baan ontworpen park op gemeente grond. Reeds moet een plan voor bedoelde inrichting ontworpen zijn door den heer Van Gendt, architect te Amsterdam. (N. Rott. Crt.) Aan de gewone jaarlijksche harddraverij, jl. Zondag te Beemster gehouden, werd door slechts 7 paarden deel genomen. Na een belangwekkenden strijd werd de prijs eindelijk behaald door het paard van den heer M. Schilder, van Spierdijk; de eerste premie door dat van den heer D. Munnikhuis, van Purmerend, terwijl de tweede premie aan het paard van C. De Wit, te Zijpe, ten deel viel. Dezer dagen heeft te Scheveningen de ontknooping plaats gevonden van eene bijna ongelooflijke gebeurtenis. Aldaar werd in een klein logement een vreemdeling aan gebracht, voor wien men het, met het oog op den toestand zijner geestvermogens geraden achtte de hulp van een geacht geneeskundige, dr Van der Mandele, in te roepen. Bedoelde vreemdeling was naar Scheveningen gedirigeerd door het Nederlandsch consulaat te Londen, dat hem had overgenomen van een Engelsch schip, dat uit Australië (Melbourne) binnenkwam. De bemanning van dit schip had hem meer dood dan levend drijvende gevonden in den Oceaan op een stuk wrakhout. Na eene liefderijke ver- pleging had men uit den drenkeling, in oogenblikken dat hij helder van geest was, weinig anders kunnen krijgen, dan dat hij betrekkingen te Scheveningen moest hebben. Tot dergelijke waarneming kwam ook de genoemde genees kundige, die er in slaagde uit zijn mond den naam te vernemen van eene geachte familie aldaar. Met die weten schap toegerust, deed hij onmiddelijk de noodige nasporingen, die tot het resultaat leidden dat de vreemdeling de zoon was van eene te 's Hage wonende weduwe, welke tot die familie in nauwe bloedverwantschap staat. Reeds zeer geruimen tijd had bedoelde zoon, fabrikant en gehuwd te Melbourne, waarheen hij op jeugdigen leeftijd was ver trokken, de geregelde correspondentie met zijne moeder te 's Hage gestaakt. Uit brieven, door haar uit Melbourne ontvangen, bleek dat haar zoon op zekeren dag verdwenen en sedert niet teruggekeerd was. Men vermoedde dat hij zou zijn verdronken, daar hij gewoon was zeebaden te gebruiken. De moeder waande dan ook reeds haren zoon verloren, en ziet, thans is hij schier door een wonder in hare armen teruggekeerd. Door het feit dat hij door een Engelsch schip in volle zee op een stuk wrakhout is ge vonden, wordt het vermoeden zekerheid, dat liera bij het baden in zee een ongeval is overkomen, dat hij te Melbourne van den wal is afgedreven, een hem tegendrijvend stuk hout heeft gegrepen en in dien toestand door den Engelsch- man is ontdekt. De geredde drenkeling, die door zijne betrekkingen is herkend, verkeert thans nog steeds in een toestand van waanzin, maar dr. Van der Mandele koestert de hoop, dat eene bijzondere verpleging hem zijne geestvermogens zal teruggeven. Deze zaak is te Scheveningen het onderwerp van alle gesprekken, en berichten, bij de betrekkingen ingewonnen, bevestigen volkomen de waarheid. (Het Vaderland.) Tegen eene mevrouw, die te Scheveningen in een der hötels logeerde is, wegens diefstal van zilveren lepels, proces-verbaal opgemaakt; zij is naar de gevangenis over gebracht. De diaconie der Hervormde Gemeente te Wieringer waard vond jl. Zondag bij de gewone collecte eene gift van f 100 voor de armen. De }'ro Gron. Crt. maakt melding van eene nieuwe vinding tot het openen van de voordeur van bovenhuizen, die voor het eerst is toegepast ten huize van den heer R. Meddens, Vischmarkt te Groningen. De deur wordt namelijk geopend door electriciteit. Als boven aan de trap op zeer eenvoudige wijze de toestel in werking wordt gebracht, c;aat de deur open en zij wordt door eene sterke spiraal veer weêr gesloten. De heer Oscar Keip, die den electrischen toestel aanbracht, heeft eer van zijn werk, dat op nieuw getuigt van zijne bekwaamheid. Er is noch aan de deur, noch in den gang iets te bespeuren van de geheimzinnige macht, die de deur opent, en men ziet geene geleidraden. Voor de bewoners van bovenwoningen is het te hopen, dat de hulp van den heer Keip meermalen moge worden ingeroepen. Naar de H. Crt. verneemt, wordt aan de verschillende spoorwegbesturen verlof gevraagd tot het plaatsen van automatische verkoopers van verschillende artikelen aan stations. Deze vernuftig uitgedachte toestellen moeten aldus zijn ingericht: bij verschillende sleufjes, waarin men geld moet werpen de prijs staat er natuurlijk bij is ver meld wat men er voor krijgt. Werpt men het geld nu in de sleuf, dan schuift daardoor een laadje open, dat de gewenschte artikelen bevat, en zich van zelf sluit Bijv. men wenscht een paar sigaren. Men gooit geld in het daarvoor bestemde sleufje; het laadje schuift uit, men neemt de sigaren en het sluit zich weder. Men weet welke dwaze voorstellingen in de buitenlandsche bladen betreffende de ongeregeldheden te Amsterdam zijn voor gekomen. Uilenspiegel vat die beschouwingen als volgt samen: Een door buitenlandsche journalisten naar waarheid opge maakt relaas van de Amsterdamsche troebelen. Op 26 Juli brak te Amsterdam een opstand uit. Amsterdam is eene stad aan de Stille Zuidzee, waar de rijke mijnheers van Holland wonen en waar de rijkbeladen schepen, die dagelijks nieuwe schatten aanbrengen uit de rijke koloniën Java en Decima, in Australië, met ongestreken masten rechtstreeks dc reusachtige pakhuizen binnenvaren. De aanleiding tot het oproer lag in het palingtrekken, een volksvermaak, dat in Holland inheeinsch is en waarmede eiken Zondag, vóór en na kerktijd, rijken en armen zich bezighouden. Onder kerktijd is echter deze vermakelijkheid verboden. Nu waren evenwel de bewoners van Lindengracht, eene voorstad van Amsterdam, aan het trekken gegaan vóórdat de kerfc uitging, en hadden zich zoodoende van den diksten paling meester gemaakt. Daarover ontstond twist, waarin de politie gemengd werd, en die verergerde, toen de socialisten, onder aanvoering van Liebknecht en Most, leden van den Hollandschen Rijksdag, voor dc oogen der politiemannen den dikken paling opaten. Toen eindelyk de militaire macht verscheen, was er van den door den burgemeester der stad voor de palingtrekkers beschik baar gestelden voorraad paling geen mootje meer over, terwijl du opgewonden volksmenigte zich meester gemaakt had, niet alleen van de stadspalingiuiken, maar ook van een politiebureau, en van daar, uit kleine stukken geschut, dynamietbommen schoot op de troepen, die onder bevel stonden van een beroemden Holland schen generaal, Chassó. Terwijl dit politie-bureau door twee linie-regimenten werd belegerd, trok een socialist, die fortuin lieeft gemaakt, aan het hoofd van drieduizend opstandelingen naar het keninklyk paleis op den Dam, dat geheel verwoest werd, zoodat het op dit oogenblik in puin ligt. Men zegt, dat dit paleis voor eene waarde van honderd millioen aan gouden en zilveren kunstvoorwerpen bevatte, die allen geroofd zijn. Middelerwijl was een ander socialist, Domela genaamd, aan het hoofd van 5000 man palingvisschers, uit Nicuwenhuis, waar hy woont, naar de hoofdstad opgerukt en had de kelders van de Ncderlandscbe Bank bestormd. Het geheele batig saldo nit Indië, naar men zegt 360 millioen, was reeds in handen van de op standelingen gevallen, vóór dat de Nederlandsche vloot, onder bevel van admiraal Van Speyk, in de grachten van Amsterdam verscheen. Alsnu ontstond er een woedend artilleriegevecht tusschen de Marine en de opstandelingen, die haastig op de kaden speriorten en koepelforten hadden opgericht, gewapend metArm- strong-geschut. Daar het hun aan ammunitie ontbrak, werden staven zilver, uit de Bank afkomstig, tot kogels omgesmolten. Alle spoortreinen voerden voortdurend met de grootste snelheid troepen naar de hoofdstad. De minister van Oorlog, generaal Heemskerk, plaatste zich persoonlijk aan het hoofd der troepen en had weldra veertien regimenten infanterie, 16,000 man cava lerie, vier bataillons zee-soldaten, twee regimenten vesting-artillerie en vijf regimenten veld-artillerie onder zijne bevelen. Voor deze groote ontwikkeling van militaire macht begonnen de opstande lingen terug te deinzen, doch eerst nadat zij vier linie-schepen der Marine in den grond hadden geboord. De palingfuiken te Lindengracht werden stormenderhand door de troepen veroverd. De sociaal Bebel sneuvelde, en eene bende socialistische vrouwen, onder aanvoering van juffrouw Esbuis, werd omsingeld en gevangen genomen. Op den Dam echter, waar het gemeentebestuur in het stadhuis werd gevangen gehouden door de opstandelingen, vonden de troepen alle toe gangen afgesloten, daar het volk de torens der stad, waaronder de beroemde toren van Pisa, had afgebroken, om met het puin de nauwe straten, die tot den Dam toegang geven, te versperren. De troepen moesten nu over water op kauonneerbooten en monitors naar den Dam worden vervoerd; daar aangekomen, werden zy door een goed onderhouden bombardement van de zeezijde onder steund. Vóór het invallen van den nacht was het leger meester van den Dam, waar dus dc nachtkwartieren konden worden betrokken. Den volgenden ochtend werd er een wapenstilstand voor den tyd van twee uren gesloten, om van weêrszyden de dooden te begraven en de gekwetsten weg te balen. Daarna werden de vijandelijkheden hervat, die eerst met eene volkomen nederlaag voor de opstandelingen eindigden, nadat ook de regimenten Geldersche, Limburgschc en Drentsche rustende schutterij onder de wapenen waren geroepen. De stad is grootendeels verwoest. Het koninklyk palcis ligt, zooals reeds gemeld is, geheel in puin. Alleen de beroemde palen, waarop het gebouwd is, zijn blyven staan. Al dc groote magazynen van lange Goudsche pijpen, benevens dc fabrieken, waar het vermaarde scidam gefabriceerd wordt, zyn leêggepluuderd. Het stadhuis, gebouwd naar het model van het Parthenon, is half verwoest. In sommige grachten is de vaart voor diepgaande zeeschepen gestremd, tengevolge van de massa's kogels, die op den bodem opgehoopt liggen. Het getal dooden wordt op 11,000 geschat; dat der gekwetsten is zelfs bij benadering niet op te geven. Alleen van de Broers of Zuid-Afrikaanders, een aan de Hollanders verwaut volk, zyn 7000 man buiten gevecht gesteld. Onder de gesneuvelden behooren de divisie-generaal Todtleben en de beroemde volksheld Andreaa Hofer. Zóó groot is bet aantal gevangenen, dat alle hótels en schouw burgen tydelijk tot gevangenissen moesten worden ingericht. Van de socialisten zyn er velen aan boord van visscherspinken over de Oostzee gevlucht." De Sumatra-Courant van 2 Juli ontvangt van haren correspondent te Oleh-leh het volgende verslag van de expeditie naar Rigas: Onmiddelijk nadat het atloopen van de Hok-Canton alhier bekend was geworden, vertrok de assistent-resident naar Rigas, doch keerde ook weldra onverrichter- zake terug. Dienteugevolge vertrok den 20 Juli cone expeditionaire troepenmacht, tor sterkte van 380 mun, van hier, met de volgende officierenInitenant-kolonel H. K. F. Van Teyn; kapitein van den Gcueralen Staf C. P. J. Van Vliet; lstcn luitenant-adjudant P. Wiersma-, de kapiteins J. W. Stemfoort, J. Van den Bosch en W. J. Philips; de 1ste luitenants E. W. J. Do Bcyer, H. J. Mntthes en H. O. W, L. Kramer; de 2de luitenants W. S. N. Van Bockom Maas, D. M. Slangen, J. O. A. L. Van Bennckom, H. C. T. P. Le Roux, H. G. Van Kestcren, A. Kisjes en J. F. Cornelius; de officieren van gezondhoid 2de kl. dr. P. J. Mink en J. A. Tschudnowsky-, den 2deu luitcnant-kwartier- mecster M. H. Kronenburg en den lsten luitenant van dc genie J. J. Proost. Dieuzelfden dag werd het anker gelicht en naar Telok-Kloempang gestoomd, dat des nachts werd bereikt. De troepenmacht was samengesteld uit drie kolouues; die vuu het 3de en van het 14de batailjon debarkeerdeu alhier, terwijl daarna de eene kolonne langs het strand en de andere meer landwaarts in naar Rigas marcheerde. De Devonhnrst had iu dien tijd haar anker gelicht en was naar Rigas gestoomd, alwaar de kolonne vnu het 12de batailjon de aan het strand gelegen kampong Rigas bezette. Deze kampong was bij het op de reede komen van de Devon- hurst door de bewoners verlaten; nlles getuigde van eene overhaaste vlucht. De huizen werden allen goed doorzocht, en men vond vele voorwerpen, afkomstig van de Hok-Canton, alsmede Atjehueesche wapens. De kampong is zeer wel varend en door pepertuinen omringd. Het plan was om, indien Toekoe Oemar na dc aankomst van deze kolonne de vlucht nam, hem te verdrijven in de richting der twee van Telok-Kloempang oprukkende kolonucs; dooh Toekoe Oeinar had reeds een anderen weg genomen, op welken hij do bedoelde twee kolonne» hevig beschoot, waardoor dc luitenant Cornelius en twee minderen gewond werden Het doel van den tocht was alzoo mislukt. Al weêr was de vijand ous te vlug geweest, doch ik kan het denkbeeld niet onderdrukken, dat Oemar van onze plannen eu zelfs van ouze marschroute ouderricht was gewordenware het anders, ongetwijfeld zou hij in onze handen gevallen zyn. Wat nu verder te beginnen? Het object vuu den met zooveel spoed ondernomen tocht was in duigen gevallen, en zulks ten koste vau eenige gewonden aan onze zijde. Embarkeeren alzoo en retonrneeren.... Nadat de troepenmacht zich te Rigas vereenigd had, begon men met het embarkement, doch toen de helft dor troepen aan boord was, werd de branding te sterk, eene der sloepen sloeg om, waarbij twee geweren verloren gingen, zoodat dun ook besloten werd, de kampong tot een bivak in te richten, om zoodoende den volgenden morgen af te wachten. Gedurende het embarkement werden de troepen van uit het gebergte zonder succès beschoten. Den 25 Juli stoomde meu naar Telok-Kloempang, alwaar de troepen debar- keerden en een mnrsch van een paar uren langs het strand maakten, om uit eene der kampongs een familielid van Toekoe Oemar op te lichten: doch, jawel, de vogel was gevlogen, en de trocpeu keerden dus ook nu weer onverrichterzake aan boord terug. Den volgenden dag stoomde men andermaal naar Rigas en, nadat de kolonnes aldaar gedebnrkeerd waren, werd de tocht naar het gebergte aangenomen. Hier werden de troopen van uit de hoogte hevig beschoten en kregen wij twee dooden eu vyf gewonden, onder deze laatstee de luitenants Proost en Van Bockom Mutis. De huizen werden, na goed doorzocht te zyn, in brand gestokeu. Vele goederen van de Hok-Canton, alsmede allerlei wapeus en wapentnig werden buitgemaakt eu medegevoerd. Eene der woningen droeg de duidelijke sporen, dat mevrouw Housen nog kort goleden, misschien hoogstens een nur te voren, dunr vertoefd had. Een-eu-twiutig Atjehnczcu, waaronder 5 voorname hoofden en 10 vrouwelijke familieleden van Toekoe Oemar, werden gevangen genomen en naar boord gebracht. Den 25 Jnli werd rust gebonden aan boord van dc Devonhurst, waarmede de manschappen niet erg in hun schik waren, daar toch de ligging aan boord uit deu aard dor zaak alles behalve aangenaam was, vooral met het oog op het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1886 | | pagina 2