Des avonds om ongeveer elf uur weder naar huis terug-
keerende, schrikte onderweg het paard, sprong ter zijde,
en alle drie personen met paard en wagen kwamen terecht
in eene ondiepe sloot. De oude man geraakte onder het
rijtuig en stikte in de modder; zijne vrouw en knecht
bekwamen geen letselde knecht wist zich te redden door
uit het rijtuig te springende vrouw scheurde het wagen
bekleedsel van boven stuk en klom boven op het rijtuig.
Uit Wieringerwaard meldt men ons, dat aldaar sinds
eenigen tijd de heer J. Yan Loon is opgetreden als corres
pondent van de Maatschappij tot verpleging van weezen
in het huisgezin. Als leden of begunstigers dier Maat
schappij zijn sinds korter of langer tijd toegetreden de
heeren J. P. Backs, P. Boekei, D. Van Egmond, O. De
Kieviet, J. L. Groneman, G. Brands en R. Visscher; voorts
de Yereeniging uVrije Liefdadigheid'' en de Diaconie der
Hervormde gemeente. Men hoopt eerlang te komen tot
oprichting van een plaatselijk comité.
De Koning van Portugal wordt morgen te Vlissingen
verwacht. Per gewonen trein zal Z. M. naar Amsterdam
vertrekken. Donderdag namiddag zal hij bij onzen Koning
te Soestdijk een bezoek afleggen en "s avonds naar de
hoofdstad terugkeeren.
De directie der Hollandsche IJzeren Spoorwegmaat
schappij is dezer dagen door den minister van Waterstaat,
enz. aangeschreven om zich voorbereid te houden op de
verlegging van haar spoor te IJmuiden, welke arbeid tijdig
moet voorafgaan aan het ter hand nemen der werken aan
de visschershaven aldaar. Naar het oordeel van het Depar
tement van Waterstaat zou de Maatschappij hare rails p. m.
400 meter verder van het kanaal af moeten verleggen, met
eene ombuiging, om 't terrein, bestemd voor de visschershaven.
Hieruit zou men meenen te mogen besluiten dat er aan
genoemd Departement ernstig sprake is van de voorberei
ding der IJmuidensche werken, en dat er geen reden
bestaat voor de vrees van velen, dat de uitvoering slechts
in het verre verschiet te verwachten is.
Niettemin heeft de directie der Hollandsche Spoorweg
maatschappij den minister in overweging gegeven, haar
uitstel voor de uitvoering van bedoeld werk te verleenen,
o. a. op grond, dat er toch nog geen vooruitzicht is op de
verwezenlijking der havenplannen.
De minister moet nog eene beslissing nemen.
Te Yelden bij Venloo sloeg de 26jarige zoon van
den landbouwer Apeldoorn tijdens het maaien met zijne
zeis in een wespennest, waardoor de bewoners woedend op hem
aanvielen. Met achterlating van de zeis nam hij de vlucht,
doch werd evenwel door de wespen achtervolgd, waarop
hij zijn loopen versnelde. Daarbij echter had hij het ongeluk
te struikelen en zijn nek te breken, waarop de dood on-
middelijk volgde.
In Friesland is men met het zichten der rogge
begonnen. Over het algemeen zijn stroo en korrel bevredi
gend. De boekweit is bijna uitgebloeid, maar de bloesem
heeft weinig honig voor de bijen opgeleverd wegens het
aanhoudend regenachtige weder. De hooioogst is zoo goed
als afgeloopen; qualiteit en quantiteit zijn naar wensch.
De landbouwers verlangen zeer naar droog weder. De
stokboonen leveren dit jaar slecht, hetgeen mede toege
schreven wordt aan den regen. Hoewel het vee voor de
slachtbank goedkoop is, houden de slagers de vleeschprijzen
op goede hoogte.
Z. M. de Koning heeft aan den minister van Oorlog
opgedragen, Zr. Ms. hooge tevredenheid te doen betuigen
aan al de troepen van het garnizoen te Amsterdam voor
hunne stipte plichtsbetrachting gedurende de jongste onge
regeldheden, en die tevredenheid op drie achtereenvolgende
appèls te doen herhalen.
Voorts is besloten, dat liet 7de regiment infanterie dit
jaar niet kampeeren, maar voortdurend te Amsterdam ver
blijven zal.
Niettegenstaande de stellige berichten in andere bladen,
houdt het Dagblad vol dat de Turksche legatie te 's Hage
niet zal worden opgeheven.
Door den Burgemeester van Amsterdam is als hoofd
van politie aan alle agenten der 5de sectie en voorts aan
allen, die gedurende de jongste ongeregeldheden een zwaren
en vermoeienden dienst hadden, een kistje met 100 sigaren
uitgereikt, welke zaak op zich zelf geen vermelding zou
verdienen, ware het niet, dat daaraan een verkeerde uit
legging of voorstelling werd gegeven, alsof dat de eenige
belooning zou zijn voor hun uitstekend gedrag in de dagen
van beroering, en dat de gelden, die van alle zijden zoo
ruimschoots, zoowel voor 't politiefonds, als voor gewonde
en gezonde dienaren van politie inkomen, alle voor het
fonds zullen worden bestemd, om nl. de opbrengst grooten-
deels aan administratiekosten uit te keeren.
Op grond van de beste inlichtingen kan worden verze
kerd, dat dit geenszins de bedoeling van het hoofd van
politie is. Wel heeft de Burgemeester aan bovenbedoelde
dienaren een kistje sigaren aan huis gezonden, als een
kleine versnapering, doch geheel afgezien van de ruime
uitdeeling, die binnenkort te wachten is, zoodra kan wor
den opgemaakt hoeveel dat bedrag zal zijn.
De enkele gewonde agenten worden, dank de daarvoor
geschonken giften, reeds thans ruimschoots van alle ver
sterkingsmiddelen en versnaperingen voorzien, evenals hun
gezinnen verzorgd worden. De Burgemeester gaf het ge
schenk in sigaren, omdat dit gedurende den zwaren dienst
aan 't politie-bureau moeilijk kon geschieden, toen aan de
militairen aldaar sigaren werden verstrekt, en om er mede
een blijk te geven, dat de agenten daarop even groote
aanspraak hadden als de militairen, want allen, zonder
onderscheid, waren onberispelijk in dienstijver en plicht-
betoon. Het is dus een extratje, dat door allen zeker
dankbaar is aanvaard.
De Bakkerij-Tentoonstelling te Amsterdam is Zon
dag jl. door ongeveer 10,000 personen bezocht.
De minister Heemskerk, vergezeld van zijn echtgenoote
en dochter, bracht gisteren een bezoek aan de Tentoon
stelling, waarbij de commissaris-generaal Smidt, en de
heeren Stuart en Gompertz gidsen waren.
Voor den wedstrijd in de vervaardiging van de fraaiste
„pièce montée" uit noga of caramel, hoogte 60 tot 80 cM.,
waren 8 inzendingen ingekomen. Met den prijs van f 100
werd bekroond de inzending van Zomerdijk Bussink, met
de premie van f 50 die van R. J. De Jong, firma Jolitemps.
Voor de hoogste en schoonst gebakken vol-au-vent, middellijn
20 tot 25 cM., werd van 14 inzendingen met den prijs
van f 50 bekroond die van Zomerdijk Bussink.
Naar men verneemt, zal de duur der Tentoonstelling
eenigszins verlengd worden.
Naar men vrij algémeen verzekert, is eene nieuwe
combinatie in wording tot de stichting van eene derde
omvangrijke onderneming voor publieke vermakelijkheden
te Scheveningen. Het ontwerp moet zijn een gebouw,
waarin tal van amusementen zouden worden vereenigd,
o. a. een circus, een café-concert en meer ontspannings
gelegenheden van dien aard. Aanvankelijk zou men hier
voor het oog hebben gevestigd op het terrein, toebehoo-
rende aan de Vorstin Von Wied (H. K. H. Prinses Maria
der Nederlanden). Een zeer aanzienlijk aanbod voor dit
schoon gelegen terrein moet evenwel, evenals alle vroegere
aanbiedingen, van de hand zijn geslagen. Thans moet men
betrekkingen aangeknoopt hebben met eigenaren van de
uitgebreide gronden in de zoogenaamde renbaan, gelegen
tegenover het in die baan ontworpen park op gemeente
grond. Reeds moet een plan voor bedoelde inrichting
ontworpen zijn door den heer Van Gendt, architect te
Amsterdam. (N. Rott. Crt.)
Aan de gewone jaarlijksche harddraverij, jl. Zondag
te Beemster gehouden, werd door slechts 7 paarden deel
genomen. Na een belangwekkenden strijd werd de prijs
eindelijk behaald door het paard van den heer M. Schilder,
van Spierdijk; de eerste premie door dat van den heer D.
Munnikhuis, van Purmerend, terwijl de tweede premie aan
het paard van C. De Wit, te Zijpe, ten deel viel.
Dezer dagen heeft te Scheveningen de ontknooping
plaats gevonden van eene bijna ongelooflijke gebeurtenis.
Aldaar werd in een klein logement een vreemdeling aan
gebracht, voor wien men het, met het oog op den toestand
zijner geestvermogens geraden achtte de hulp van een
geacht geneeskundige, dr Van der Mandele, in te roepen.
Bedoelde vreemdeling was naar Scheveningen gedirigeerd
door het Nederlandsch consulaat te Londen, dat hem had
overgenomen van een Engelsch schip, dat uit Australië
(Melbourne) binnenkwam. De bemanning van dit schip
had hem meer dood dan levend drijvende gevonden in den
Oceaan op een stuk wrakhout. Na eene liefderijke ver-
pleging had men uit den drenkeling, in oogenblikken dat
hij helder van geest was, weinig anders kunnen krijgen,
dan dat hij betrekkingen te Scheveningen moest hebben.
Tot dergelijke waarneming kwam ook de genoemde genees
kundige, die er in slaagde uit zijn mond den naam te
vernemen van eene geachte familie aldaar. Met die weten
schap toegerust, deed hij onmiddelijk de noodige nasporingen,
die tot het resultaat leidden dat de vreemdeling de zoon
was van eene te 's Hage wonende weduwe, welke tot die
familie in nauwe bloedverwantschap staat. Reeds zeer
geruimen tijd had bedoelde zoon, fabrikant en gehuwd te
Melbourne, waarheen hij op jeugdigen leeftijd was ver
trokken, de geregelde correspondentie met zijne moeder te
's Hage gestaakt. Uit brieven, door haar uit Melbourne
ontvangen, bleek dat haar zoon op zekeren dag verdwenen
en sedert niet teruggekeerd was. Men vermoedde dat hij
zou zijn verdronken, daar hij gewoon was zeebaden te
gebruiken. De moeder waande dan ook reeds haren zoon
verloren, en ziet, thans is hij schier door een wonder in
hare armen teruggekeerd. Door het feit dat hij door een
Engelsch schip in volle zee op een stuk wrakhout is ge
vonden, wordt het vermoeden zekerheid, dat liera bij het
baden in zee een ongeval is overkomen, dat hij te Melbourne
van den wal is afgedreven, een hem tegendrijvend stuk
hout heeft gegrepen en in dien toestand door den Engelsch-
man is ontdekt.
De geredde drenkeling, die door zijne betrekkingen is
herkend, verkeert thans nog steeds in een toestand van
waanzin, maar dr. Van der Mandele koestert de hoop, dat
eene bijzondere verpleging hem zijne geestvermogens zal
teruggeven.
Deze zaak is te Scheveningen het onderwerp van alle
gesprekken, en berichten, bij de betrekkingen ingewonnen,
bevestigen volkomen de waarheid. (Het Vaderland.)
Tegen eene mevrouw, die te Scheveningen in een
der hötels logeerde is, wegens diefstal van zilveren lepels,
proces-verbaal opgemaakt; zij is naar de gevangenis over
gebracht.
De diaconie der Hervormde Gemeente te Wieringer
waard vond jl. Zondag bij de gewone collecte eene gift
van f 100 voor de armen.
De }'ro Gron. Crt. maakt melding van eene nieuwe
vinding tot het openen van de voordeur van bovenhuizen,
die voor het eerst is toegepast ten huize van den heer
R. Meddens, Vischmarkt te Groningen. De deur wordt
namelijk geopend door electriciteit. Als boven aan de trap
op zeer eenvoudige wijze de toestel in werking wordt
gebracht, c;aat de deur open en zij wordt door eene sterke
spiraal veer weêr gesloten. De heer Oscar Keip, die den
electrischen toestel aanbracht, heeft eer van zijn werk, dat
op nieuw getuigt van zijne bekwaamheid. Er is noch aan
de deur, noch in den gang iets te bespeuren van de
geheimzinnige macht, die de deur opent, en men ziet geene
geleidraden. Voor de bewoners van bovenwoningen is het
te hopen, dat de hulp van den heer Keip meermalen moge
worden ingeroepen.
Naar de H. Crt. verneemt, wordt aan de verschillende
spoorwegbesturen verlof gevraagd tot het plaatsen van
automatische verkoopers van verschillende artikelen aan
stations. Deze vernuftig uitgedachte toestellen moeten aldus
zijn ingericht: bij verschillende sleufjes, waarin men geld
moet werpen de prijs staat er natuurlijk bij is ver
meld wat men er voor krijgt. Werpt men het geld nu in
de sleuf, dan schuift daardoor een laadje open, dat de
gewenschte artikelen bevat, en zich van zelf sluit Bijv.
men wenscht een paar sigaren. Men gooit geld in het
daarvoor bestemde sleufje; het laadje schuift uit, men
neemt de sigaren en het sluit zich weder.
Men weet welke dwaze voorstellingen in de buitenlandsche
bladen betreffende de ongeregeldheden te Amsterdam zijn voor
gekomen.
Uilenspiegel vat die beschouwingen als volgt samen:
Een door buitenlandsche journalisten naar waarheid opge
maakt relaas van de Amsterdamsche troebelen.
Op 26 Juli brak te Amsterdam een opstand uit. Amsterdam
is eene stad aan de Stille Zuidzee, waar de rijke mijnheers van
Holland wonen en waar de rijkbeladen schepen, die dagelijks
nieuwe schatten aanbrengen uit de rijke koloniën Java en Decima,
in Australië, met ongestreken masten rechtstreeks dc reusachtige
pakhuizen binnenvaren.
De aanleiding tot het oproer lag in het palingtrekken, een
volksvermaak, dat in Holland inheeinsch is en waarmede eiken
Zondag, vóór en na kerktijd, rijken en armen zich bezighouden.
Onder kerktijd is echter deze vermakelijkheid verboden. Nu
waren evenwel de bewoners van Lindengracht, eene voorstad
van Amsterdam, aan het trekken gegaan vóórdat de kerfc uitging,
en hadden zich zoodoende van den diksten paling meester gemaakt.
Daarover ontstond twist, waarin de politie gemengd werd, en die
verergerde, toen de socialisten, onder aanvoering van Liebknecht
en Most, leden van den Hollandschen Rijksdag, voor dc oogen
der politiemannen den dikken paling opaten.
Toen eindelyk de militaire macht verscheen, was er van den
door den burgemeester der stad voor de palingtrekkers beschik
baar gestelden voorraad paling geen mootje meer over, terwijl du
opgewonden volksmenigte zich meester gemaakt had, niet alleen
van de stadspalingiuiken, maar ook van een politiebureau, en
van daar, uit kleine stukken geschut, dynamietbommen schoot op
de troepen, die onder bevel stonden van een beroemden Holland
schen generaal, Chassó. Terwijl dit politie-bureau door twee
linie-regimenten werd belegerd, trok een socialist, die fortuin
lieeft gemaakt, aan het hoofd van drieduizend opstandelingen naar
het keninklyk paleis op den Dam, dat geheel verwoest werd,
zoodat het op dit oogenblik in puin ligt. Men zegt, dat dit
paleis voor eene waarde van honderd millioen aan gouden en
zilveren kunstvoorwerpen bevatte, die allen geroofd zijn.
Middelerwijl was een ander socialist, Domela genaamd, aan het
hoofd van 5000 man palingvisschers, uit Nicuwenhuis, waar hy
woont, naar de hoofdstad opgerukt en had de kelders van de
Ncderlandscbe Bank bestormd. Het geheele batig saldo nit Indië,
naar men zegt 360 millioen, was reeds in handen van de op
standelingen gevallen, vóór dat de Nederlandsche vloot, onder
bevel van admiraal Van Speyk, in de grachten van Amsterdam
verscheen. Alsnu ontstond er een woedend artilleriegevecht
tusschen de Marine en de opstandelingen, die haastig op de kaden
speriorten en koepelforten hadden opgericht, gewapend metArm-
strong-geschut. Daar het hun aan ammunitie ontbrak, werden
staven zilver, uit de Bank afkomstig, tot kogels omgesmolten.
Alle spoortreinen voerden voortdurend met de grootste snelheid
troepen naar de hoofdstad. De minister van Oorlog, generaal
Heemskerk, plaatste zich persoonlijk aan het hoofd der troepen
en had weldra veertien regimenten infanterie, 16,000 man cava
lerie, vier bataillons zee-soldaten, twee regimenten vesting-artillerie
en vijf regimenten veld-artillerie onder zijne bevelen. Voor deze
groote ontwikkeling van militaire macht begonnen de opstande
lingen terug te deinzen, doch eerst nadat zij vier linie-schepen
der Marine in den grond hadden geboord.
De palingfuiken te Lindengracht werden stormenderhand door
de troepen veroverd. De sociaal Bebel sneuvelde, en eene
bende socialistische vrouwen, onder aanvoering van juffrouw
Esbuis, werd omsingeld en gevangen genomen. Op den Dam
echter, waar het gemeentebestuur in het stadhuis werd gevangen
gehouden door de opstandelingen, vonden de troepen alle toe
gangen afgesloten, daar het volk de torens der stad, waaronder
de beroemde toren van Pisa, had afgebroken, om met het puin
de nauwe straten, die tot den Dam toegang geven, te versperren.
De troepen moesten nu over water op kauonneerbooten en monitors
naar den Dam worden vervoerd; daar aangekomen, werden zy
door een goed onderhouden bombardement van de zeezijde onder
steund.
Vóór het invallen van den nacht was het leger meester van
den Dam, waar dus dc nachtkwartieren konden worden betrokken.
Den volgenden ochtend werd er een wapenstilstand voor den
tyd van twee uren gesloten, om van weêrszyden de dooden te
begraven en de gekwetsten weg te balen. Daarna werden de
vijandelijkheden hervat, die eerst met eene volkomen nederlaag
voor de opstandelingen eindigden, nadat ook de regimenten
Geldersche, Limburgschc en Drentsche rustende schutterij onder
de wapenen waren geroepen.
De stad is grootendeels verwoest. Het koninklyk palcis ligt,
zooals reeds gemeld is, geheel in puin. Alleen de beroemde
palen, waarop het gebouwd is, zijn blyven staan. Al dc groote
magazynen van lange Goudsche pijpen, benevens dc fabrieken,
waar het vermaarde scidam gefabriceerd wordt, zyn leêggepluuderd.
Het stadhuis, gebouwd naar het model van het Parthenon, is
half verwoest. In sommige grachten is de vaart voor diepgaande
zeeschepen gestremd, tengevolge van de massa's kogels, die op
den bodem opgehoopt liggen.
Het getal dooden wordt op 11,000 geschat; dat der gekwetsten
is zelfs bij benadering niet op te geven. Alleen van de Broers
of Zuid-Afrikaanders, een aan de Hollanders verwaut volk, zyn
7000 man buiten gevecht gesteld. Onder de gesneuvelden behooren
de divisie-generaal Todtleben en de beroemde volksheld Andreaa
Hofer.
Zóó groot is bet aantal gevangenen, dat alle hótels en schouw
burgen tydelijk tot gevangenissen moesten worden ingericht. Van
de socialisten zyn er velen aan boord van visscherspinken over
de Oostzee gevlucht."
De Sumatra-Courant van 2 Juli ontvangt van haren correspondent te Oleh-leh
het volgende verslag van de expeditie naar Rigas:
Onmiddelijk nadat het atloopen van de Hok-Canton alhier bekend was geworden,
vertrok de assistent-resident naar Rigas, doch keerde ook weldra onverrichter-
zake terug.
Dienteugevolge vertrok den 20 Juli cone expeditionaire troepenmacht, tor
sterkte van 380 mun, van hier, met de volgende officierenInitenant-kolonel
H. K. F. Van Teyn; kapitein van den Gcueralen Staf C. P. J. Van Vliet;
lstcn luitenant-adjudant P. Wiersma-, de kapiteins J. W. Stemfoort, J. Van
den Bosch en W. J. Philips; de 1ste luitenants E. W. J. Do Bcyer, H. J.
Mntthes en H. O. W, L. Kramer; de 2de luitenants W. S. N. Van Bockom
Maas, D. M. Slangen, J. O. A. L. Van Bennckom, H. C. T. P. Le Roux, H.
G. Van Kestcren, A. Kisjes en J. F. Cornelius; de officieren van gezondhoid
2de kl. dr. P. J. Mink en J. A. Tschudnowsky-, den 2deu luitcnant-kwartier-
mecster M. H. Kronenburg en den lsten luitenant van dc genie J. J. Proost.
Dieuzelfden dag werd het anker gelicht en naar Telok-Kloempang gestoomd,
dat des nachts werd bereikt. De troepenmacht was samengesteld uit drie
kolouues; die vuu het 3de en van het 14de batailjon debarkeerdeu alhier, terwijl
daarna de eene kolonne langs het strand en de andere meer landwaarts in naar
Rigas marcheerde.
De Devonhnrst had iu dien tijd haar anker gelicht en was naar Rigas gestoomd,
alwaar de kolonne vnu het 12de batailjon de aan het strand gelegen kampong
Rigas bezette. Deze kampong was bij het op de reede komen van de Devon-
hurst door de bewoners verlaten; nlles getuigde van eene overhaaste vlucht.
De huizen werden allen goed doorzocht, en men vond vele voorwerpen, afkomstig
van de Hok-Canton, alsmede Atjehueesche wapens. De kampong is zeer wel
varend en door pepertuinen omringd. Het plan was om, indien Toekoe Oemar
na dc aankomst van deze kolonne de vlucht nam, hem te verdrijven in de
richting der twee van Telok-Kloempang oprukkende kolonucs; dooh Toekoe Oeinar
had reeds een anderen weg genomen, op welken hij do bedoelde twee kolonne»
hevig beschoot, waardoor dc luitenant Cornelius en twee minderen gewond werden
Het doel van den tocht was alzoo mislukt. Al weêr was de vijand ous te
vlug geweest, doch ik kan het denkbeeld niet onderdrukken, dat Oemar van
onze plannen eu zelfs van ouze marschroute ouderricht was gewordenware het
anders, ongetwijfeld zou hij in onze handen gevallen zyn. Wat nu verder te
beginnen? Het object vuu den met zooveel spoed ondernomen tocht was in
duigen gevallen, en zulks ten koste vau eenige gewonden aan onze zijde.
Embarkeeren alzoo en retonrneeren....
Nadat de troepenmacht zich te Rigas vereenigd had, begon men met het
embarkement, doch toen de helft dor troepen aan boord was, werd de branding
te sterk, eene der sloepen sloeg om, waarbij twee geweren verloren gingen,
zoodat dun ook besloten werd, de kampong tot een bivak in te richten, om
zoodoende den volgenden morgen af te wachten. Gedurende het embarkement
werden de troepen van uit het gebergte zonder succès beschoten.
Den 25 Juli stoomde meu naar Telok-Kloempang, alwaar de troepen debar-
keerden en een mnrsch van een paar uren langs het strand maakten, om uit
eene der kampongs een familielid van Toekoe Oemar op te lichten: doch, jawel,
de vogel was gevlogen, en de trocpeu keerden dus ook nu weer onverrichterzake
aan boord terug.
Den volgenden dag stoomde men andermaal naar Rigas en, nadat de kolonnes
aldaar gedebnrkeerd waren, werd de tocht naar het gebergte aangenomen. Hier
werden de troopen van uit de hoogte hevig beschoten en kregen wij twee dooden
eu vyf gewonden, onder deze laatstee de luitenants Proost en Van Bockom
Mutis. De huizen werden, na goed doorzocht te zyn, in brand gestokeu. Vele
goederen van de Hok-Canton, alsmede allerlei wapeus en wapentnig werden
buitgemaakt eu medegevoerd. Eene der woningen droeg de duidelijke sporen,
dat mevrouw Housen nog kort goleden, misschien hoogstens een nur te voren,
dunr vertoefd had. Een-eu-twiutig Atjehnczcu, waaronder 5 voorname hoofden
en 10 vrouwelijke familieleden van Toekoe Oemar, werden gevangen genomen
en naar boord gebracht.
Den 25 Jnli werd rust gebonden aan boord van dc Devonhurst, waarmede
de manschappen niet erg in hun schik waren, daar toch de ligging aan boord
uit deu aard dor zaak alles behalve aangenaam was, vooral met het oog op het