Do eind-uitslag der hoofdonderwijzers-examens voor
liet gelieele land is als volgt: geëxamineerd zijn 1083
mannelijke- en 115 vrouwelijke caildidaten, waarvan res-
pectivelijk 310 en 58 slaagden.
De heer De Vries, een bekwaam gymnastieker, heeft
te Texel eene Vereeniging tot stand gebracht, welke reeds
17 leden telt, tot beoefening der gymnastiek.
Jl. Donderdag is tussclien Heiloo en Castricum een
veertienjarig meisje, dochter van J. Kuiper, dat aan toe
vallen leed, onder een trein geraakt en vermorseld.
De eerste feestdag voor de viering van bet lOjarig
bestaan der Rijkslandbouwschool te Wageningen was jl.
Donderdag aangebroken. Het feest begon met een matinee
in Junushoff; daarna volgde te 5 uur een gemeenschappelijke
maaltijd, waar het zeer gezellig was en het aan toosten
niet ontbrak. Te 7 uur was bet officiëele ontvangst van
oud-leerlingen, concert en „gezellige bijeenkomst." De
directeur, de heer Broekema, riep aan de talrijk opgekomen
oud-leerlingen, een hartelijk „welkom" toe. De heer De
Bakker, uit Sappemeer, vereerde vervolgens, namens zijne
mede-oud-leerlingen, een prachtig vaandel aan de Rijksland
bouwschool.
De stad heeft een recht feestelijk aanzienoveral wappert
de nationale driekleur, en op een lOtal plaatsen zijn eere
poorten opgericht. Vooral gisteren bij den optocht en de
illuminatie waren er honderden vreemdelingen.
Men schrijft uit Scheveningen aan liet Vaderland:
„Met de liaringvisscherij is het tot heden te Scheveningen
treurig gesteld en liet zal op de andere visschersplaatsen
wel evenzoo zijn.
Wel wordt de haring in gröote hoeveelheid door bom
schuiten en loggers aangebracht, maar de prijzen van de
pekelharing en de bokking zijn en blijven laag. Op de
buitenlandsche markten kost liet moeite zelfs tegen die
lage prijzen de haring en bokking om te zetten.
Is het anders voor reeder en visscher een vreugdevolle
dag, wanneer een bomschuit met volle lading terugkeert,
ontmoedigend is liet zeker voor allen, wanneer zooals nu
voor die lading slechts f 500 h, f 000 wordt besomd, terwijl
ze, naar de middenprijzen van gelukkige jaren berekend,
een waarde van p. ni. f 2000 vertegenwoordigen zou. Het
warme weder oefent mede een ongunstigen invloed op de
zaken uit. De haring, die in dezen tijd des jaars vet is,
moet spoedig gegeten worden en geen koopman kan zich
er aan wagen ze lang te bewaren, in de hoop later beter
prijzen te bedingen."
De lieer Stephanik, die den lieer L'Hoste jl. Woensdag
vergezelde bij diens luchtreis van Amsterdam over de
Zuiderzee naar Meppel, schrijft liet volgende over den
tocht aan het Handelsblad:
De vulling was geëindigd, wij hadden onze plaatsen
ingenomen en nog slechts een dertigtal handen hield ons
aan liet aardrijk. Het is 4.15. De heer L'Hoste geeft bevel
alles los te laten en pijlsnel schieten wij de hoogte in.
Onaangenaam was de eerste indruk in het geheel niet,
daar wij weinig bemerkten van de groote snelheid, waar
mede wij opstegen. Straten en grachten vertoonen zich
plotseling voor een oogenblik, om daarna tussclien de
overige huizenmassa te versmelten en eene roode halve
maan van verward metselwerk te vormen; alleen de torens
teekenen zich nog eenigen tijd af de hoera's verflauwen
en wij zijn boven de Oranjesluizen. Marken ligt onder
ons, als drijvende op den grooten waterplas. Zuidwaarts
van liet eiland gekomen, bereiken wij eene hoogte van
1400 M. en nu wordt het merkelijk kouder.
De muziek uit den Parkschouwburg was reeds spoedig
overstemd geworden door de daverende hoera's wij
hoorden nog een tijdlang de rijtuigen op de straten ratelen,
den hoefslag op de steencn, het gehamer op de scheeps
werven, eenige zwakke kreten en ten slotte slechts het
ruischen der zee.
Het schouwspel is verrukkelijk. Op den rand van de
mand gezeten, zien wij nu de Zuiderzee onder ons, die vrij
woelig was; tal van visscherschuiten zetten koers naar
Amsterdam en doorsnijden de witgekuifde golven; als
zwarte stippen zien wij gelieele zwermen meeuwen diep
onder ons. Noordwaarts is West-Friesland tot Medemblik
duidelijk te onderscheiden en verliest zich in den nevel.
Achter ons ligt het Gooi, en Amsterdam, door de zon
helder beschenen.
De hemel is hel blauw en alleen aan den horizon ont
dekken wij eenige kleine wolken.
Urk komt in zicht en wij bereiken onze grootste hoogte,
1860 M. De koude wordt doordringender en wij wikkelen
ons in de plaids. Amsterdam is thans geheel opgelost in
de glinsterende zee van licht, die uit het water opstijgt.
Schokland vertoont zich als een drijvende liniaal, wij dalen
tot op 1200 M. en krijgen herhaald antwoord van de
schepen die wij aanroepen.
Dc echo op het water is zeer sterk en zelfs hoorden wij
zeer duidelijk eene flesch neerploffen, die op 1000 M.
hoogte werd nederge;worpen, zij deed er 22 seconden over.
De bochtige Overijselscbe kust wordt zichtbaar en wij
passeeren de zuidpunt van Schokland, welke bijna geheel
door water bedekt is.
Op 450 M. hoogte zweven wij boven Kampen, waaruit
eene jubelende menigte ons luide hoerah's toeroept; Zwolle
blijft rechts liggen en op 250 M. hoogte drijven wij boven
Genemuiden. De inwoners zijn daar zeer opgewondenons
wuiven wordt blijkbaar duidelijk waargenomen en zelfs
met een geweerschot beantwoord.
Heel Hasselt is ook op de been; het groene doek, waar
mede wij wuiven, ontglipte en daalde in groote zwenkingen
even buiten Hasselt neêr.
Ons plan, Groningen te hereiken, moest wegens den
westelijken wind opgegeven worden, wat ons deed beslui
ten, bij Meppel te dalen.
De wind was inmiddels bijna gaan liggen, wij daalden
tot op 40 M. en wierpen het anker uit. Dit pakte zeer
spoedig in eene sloot en precies 7 uur stond onze mand op
de weide.
Van alle kanten kwamen nu de inwoners toeschieten;
zij hielpen ons bereidwillig den ballon ledigen, op eene
kar laden en brachten ons naar Meppel. Om 10 uur
reisden wij nog per trein naar Kampen, waar de nachtboot
ons opnam. Donderdagmorgen om 6 uur waren wij in
Amsterdam terug.
Den heer L'Hoste mijn oprechten dank, zoowel voor liet
genot dat deze reis mij verschaft lieeft, als voor zijn aan
genaam gezelschap.
Bij den brand van het Kurhaus te Scheveningen
verloren de leden van het Philharmonisch orkest ongeveer
60 instrumenten: 0 violen, 6 alten,.4 cellen, 2 contra
bassen (waaronder, die van den heer Simon, „Kammervir-
tuos" te Sondershausen, een kostbaar instrument waarop
zijn zoon speelde), 3 bobos, 3 fluiten, 8 klarinetten, 2
fagotten, 1 contrafagot (geschenk van Hans Von Bülow),
1 waldhoorn, 2 cornets piston, 3 trompetten, 2 bazuinen,
2 pauken, groote trommel, Turksche hekkens, klokkenspel,
tamtam, xylophoon, tambourijn, enz. Vele dezer instru
menten kostten 500, 600 mark of meer; liet gelieele ver
lies bedraagt circa 15,000 mark. Van de muziek, ter
waarde van circa 30,000 mark, werd niets gered. O. a.
verbrandden vele manuscripten en de „Tannhiiuser"-parti-
tuur, een geschenk van Wagner aan Albert Niemann, met
een opdracht van Wagner zelf, die Niemann aan Mannsüidt
had geleend. Instrumenten en muziek waren voor een
deel der waarde slechts verzekerd. Het programma voor
1 September den dag van den brand vermeldde als
eerste stuk: Meyer-Olbershausen's „Festkliinge." Door
een zonderlinge vergissing had'de drukker daarvan „Feuer-
klange" gemaakt! (HetVaderland.)
Van Terschelling wordt gemeld:
„Nog steeds werkt men met kracht op de Lutine. Al
bestaat de gelieele vondst nog maar uit ongeveer 2800
Spaansche matten en 71 goudstukken, toch laat men den
moed niet zakken. De duiker meent een ontdekking
gedaan te hebben, die, naar hij hoopt, tot een gunstig
resultaat zal leiden, en thans juist op de plaats te zijn, die,
naar de gegevens, de schatten moet bevatten."
Naar aanleiding van de berichten, die in den laat-
vSten tijd in verschillende couranten voorkwamen omtrent
de waardeloosheid van „aandeelen Lutine," wordt aan de
N. Rott. Crt. liet volgende geschreven:
„In 1874 werd door den lieer B. ter Meulen te Bode
graven persoonlijk eene geldleening aangegaan ten behoeve
van de „wacht en vissclierij op de Lutine," groot f 200,000,
verdeeld in aandeelen van f 100, en uit te geven in 4 seriën,
ieder van f 50,000.
„Deze leening zoude zijn renteloos, en het eenmaal
gestorte kapitaal zoude niet kunnen worden teruggevraagd;
de bewijzen van aandeel evenwel zouden, gedurende 20 jaren
na de uitgifte van iedere serie, liet recht geven op eene
uitkeering van 100 pCt. per aandeel van ieder millioen
dat aan waarde uit het wrak der Lutine zou worden
opgehaald.
„Voor onderdeelen van een millioen zou eene evenredige
uitkeering plaats vinden.
„Slechts céne serie van f 50,000 is geplaatst en wel in
1874, zoodat de houders van bewijzen van aandeelen in
deze geldleening tot liet jaar 1894 de kans hebben, een
deel van den schat, die zich nog in liet wrak van de
Lutine bevindt, en die op circa 12 millioen wordt geraamd,
meester te worden.
„Daar de heer B. Ter Meulen nu gecontracteerd heeft
met de reederijen van twee stoomschelpzuigers, die trachten
tc bergen wat er nog in het wrak aanwezig is, en er met
deze machines reeds uitkomsten verkregen zijn, welke
recht schijnen te geven tot gunstige verwachtingen ten
aanzien van den verderen uitslag der onderneming, is voor
de houders der bewijzen van aandeel de kans op eene uit
keering in den laatsten tijd vrij groot geworden.
Twee opmerkingen mogen evenwel niet achterwege
blijven: 1. aangezien de geldleening door één persoon
is aangegaan, is het mogelijk dat bij diens overlijden de
erfgenamen zijne verplichtingen niet overnemen, en 2. is
liet denkbaar dat de geldleener zich van liet doen van
uitkeeringen ontslagen acht, omdat de te verwachten resul
taten niet zullen verkregen worden met het geld, door de
aandeelhouders in de leening van 1874 gestort. De eerste
50,000 gulden toch waren in 1880 reeds geheel ver
bruikt.
„Een advies evenwel, in deze kwestie gegeven door een
onzer eerste rechtsgeleerden, luidt, dat eene bewering als
bovenbedoeld, met het oog op het gesloten contract, in
rechten allen grond zoude missen."
Gisteren werd te Gorincliem, onder voorzitterschap
van den heer Visser van Hazerswoude, de algemeene vergade
ring van de Holiandsche Maatschappij van Landbouw
gehouden. Besloten werd een onderzoek in testellen naar
de maatregelen, om de bestrijding van de rotkreupcl te
bevordereneen bijdrage van 500 gulden te verleenen aan
de Vereeniging Iiolland's Noorderkwartier, tot meerdere
bekendmaking van het stelsel-Boekel, betreffende de kaas
bereiding. Voorts werd in beginsel besloten om, zoodra
geld voorhanden is, een practisch en wetenschappelijk man
te vormen, hetzij om later als directeur van een vakschool
voor zuivelbereiding op te treden, hetzij om 5 jaren als
wandelleeraar voor de Maatschappij werkzaam te zijn. De
vraag omtrent het nut der coöperatieve vereenigingen
werd commissoriaal gemaakt. Tot lid van het hoofdbestuur
werd gekozen mr. W. O. T. Van Oudheusden te 's Hage, en
tot lid der financiëele commissie mr. Boreel te Velzen.
Het volgend jaar zal een tentoonstelling gehouden worden
te Hoorn.
De opbrengst van het weidevee valt dit jaar in het
noorden des lands gunstig uit. Tegen lage prijzen in het
voorjaar ingekocht, heeft het vee zich bij ruimen gras-
voorraad goed ontwikkeld en zijn tevens de prijzen sinds
het voorjaar iets gestegen. Er wordt thans in Drente op
de jaarmarkten veel vee van de hand gedaan. Te Zuid
laren nam de weiderij in de laatste jaren zeer toeer zijn
er daar, die 50 h 60 stuks weidevee houden. Een dezer
verkocht onlangs in één koop 9 stuks rundvee voor de
enorme som van f 1900, zijnde gemiddeld f 211 per stuk.
Tot nog toe is een zoodanige verkoop ongeëvenaard in dit
.gedeelte van Drente.
Gisteren is aan Domela Nieuwenhuis hij exploit bc-
t.eekend een besluit van Z. M. den Koning van België,
inhoudende dat, wanneer hij op Belgisch territoir wordt
aangetroffen, hij de straf beloopt, bepaald bij art. 6 van
de Belgische wet van 6 Februari 1885 (minstens 14 dagen
en hoogstens 6 maanden gevangenisstraf) met dit beding
nog, dat hij na expiratie van de gevangenisstraf over de
grenzen wordt geleid.
Het laatst verschenen bulletin van het Kais. Gesund-
heitsamt te Berlijn bevat een overzicht van het voorkomen
van besmettelijke veeziekten in Nederland gedurende het
jaar 1885, zoomede de maatregelen, ter bestrijding dier
ziekten genomen een en ander ontleend aan het verslag
aan den Koning van de bevindingen en handelingen van
het veeartsenijkundig Staatstoezicht in het jaar 1885.
Daarbij wordt er o. a. op gewezen dat, uitgenomen een
sporadisch geval in October 1885, sinds Mei van dat jaar
in Nederland geen besmettelijke longziekte moer werd
geconstateerd."
Kruising ïn het plantenrijk. Om zware kool
rapen te bekomen, plaatst men een knol, waarvan men zaad
denkt te winnen, naast den gewonen herfstknol, eveneens
voor zaad voortbrenging bestemd. Gedurende den bloeitijd
zal er eene vermenging van stuifmeel plaats hebben, waardoor
de koolraap iets van de knollenfamilie overneemt. De
koolrapen van dit zaad zijn meer bolrond, geler van kleur
en worden veel zwaarder, terwijl zij minder blad hebben
dan de niet gekruiste koolraap, die meer boven den grond
groeit, langwerpiger is en meer bladen heeft. Voor vee
voeding heeft de eerste, voor huiselijk gebruik de laatste
meer de voorkeur. Te Borger, waar de koolrapen teelt zeer
toeneemt, heeft men beide soorten. Door met de zaak
onbekenden werden dikwijls de jonge planten der gekruisten
voor gewone lierfstknollen aangezien en als zoodanig iets
gewantrouwd. De kleur der bladeren gaat bij verdere
ontwikkeling allengs meer naar die der koolrapen over,
gelijk ook de herfst meer de voordeel en ten opzichte van
een zwaren knol aantoont.
Millaud zegt van den Parijzenaar:
„Hij verwondert er zich volstrekt niet over, dat de
Engclschman, cle Duitscher, de Hollander en de Rus Fransch
spreken. Dat schijnt hem de natuurlijkste zaak van de
wereld. En als men tot hem zegt: „En gij, waarom leert
gij geen Engelsch, Duitsch of Hollandseh?" dan zou hij u
antwoorden: „Waartoe zou dat dienen, daar de Duitschers,
Russen en Engelschen toch Fransch spreken! Hebben zij
die moeite genomen, welnu, dan is 't een bewijs dat zij er
behoefte aan hebben.
„Van de honderd Fransche consuls in het buitenland
zijn er geen tien, die de taal van het land spreken, waar
zij geaccrediteerd zijn. Van de honderd vreemde consuls
in Frankrijk is er geen één, die het Fransch niet uitstekend
spreekt."
Holiandsche Maatschappij van Landbouw.
A f d e e 1 i n g Barsingerhorn.
Lijst vau bekroniiifceu der Tentoonstelling van vee cu landbouwproduct!a
op den Ssten .September 1SSG te Barsingerhorn.
T. RUNDVEE.
A. Rijstier, geboren iu 1885. 1ste prijs W. Grootes, 2de prys D. Raat,
beiden te Barsingerhorn.
B. Melkkoe, gekalfd in 1880. lsto prijs C. Spaans Hz., 2de prijs dezelfde,
te Barsingerlioru.
C. Mclkvaars, geboren iu 1SS4-, gekalfd in 1880. lsto prijs G. Kossen, 2de
prijs J. Sponus Jz., beiden te Barsingerhorn.
I). Melkkoe, geboren in 1S88, gekuifd iu 1S86. Istc prijs G. Smit Dz., 2do
prijs c, Spaans llz,, beiden te Barsingerhorn.
E. Kuispink, geboreu iu 1885. 1ste prijs C. Schoovl, te Barsingerhorn; 2de
prijs Jb. Kcuniug. idem.
E. Grnskuisknlf. 1ste prijs L. Spaans, te Barsingerhorn -, 2de prijs P. Over,
idem.
G. Stierkalf. 1ste prijs J. Kater Pz., te Barsingerhorn2de prijs G. Clnij,
idem.
II. Vier Melkkoeien van cén eigenuar. P. Over, te Barsingerhorn.
J. De meest melkgevende koe (vóór 1 Mei 1S8G gekalfd hebbende). 1ste prijs
C. Schoorl, te Barsingerhorn2de prijs A. Kooscn. idem.
IT. PAARDEN.
A. Paard, geboren in 1S83. 1ste prijs W. Grootes te Haringbuizen2èe
prijs J. Rijkes, te Barsingerhorn.
B. Paard, geboren in 1884. Istc prijs C. Conijn, teIlnringhuizea2de prijs
W. Kooijmnn, idem.
C. 1'nurd, geboren in 1885. 1ste prijs C. Spaans Hz., te Barsingerhorn2de
prijs C. Stins Cz., idem.
III. SCHAPEN.
A. Springram, van gekruist inlandseh rus. 1ste prijs J. Spaans, Jz. to Bar
singerhorn; 2de prijs G. Cliiy, tc Haringhuizen.
B. Vier melkgevende sclmpen. lste prijs J. Spaans Jz„ te Barsingerhorn
2de prijs dezelfde.
Vier ooilammeren, geboren in 188G. lste prijs G. Cloy, tc Haringhuizen
2de prijs D. Ranb, idem.
D. Rnmlam, geboren in 1886. lsto prijs G. Claij, tc Ilaringhuizen2de prijs
dezelfde.
IV. VARKENS.
Zeug mot Biggen, lsto prijs G. Claij, te Haringbuizen.
V. LANDBOUWPRODUCTEN.
A. Zecuwsche Tarwe, lste prijs C. Spaans Hz. c. s., tc Barsingerhorn.
B. Zomergast. Niet aangegeven.
C. Chevaliergerst, lste prijs C. Spaans Hz. c. s., te Barsingerhorn; 2de
prijs E. Kluijvcr, tc Waard polder.
D. Dikke Haver. 2de prijs Spaans Hz. c. s,, te Barsingerhorn.
E. Penhavcr. 2de prijs W. Kooijman, te naringhnizen.
F. Capucijuders. Istc prijs W. Kooijman, te Haringhuizen; 2de prijs C,
Spaans llz. c. s., te Barsingerhorn.
G. Kleine groene erwten. Niet toegewezen.
II. Karweiznad. lsto prijs E. Kluijvcr, to Waardpoldcr2de prijs M. Visser,
tc Wieriugerwnard.
I. Bruin Mosterdzaad, lste prijs W. Kooijman, te Ilaringliuizeu.
Bestuursprijzen werden toegekend voor: 2 kolfschotten, G. Smit Dz. te
Barsingerhornecu kalfkoe_ (herfslkalvcr), S. Spaans triumf-haver, C. Spnnus
Hz. c. s,paardenbooneu, W. Kooijman, tc Ilaringhuizengroote grocno erwten,
K. Langedijk, to Bursiugerhorngroiidnoteiikoekeu, J. Van Nienes Jz., idem;
kool cn uien, A. Stammes, te Haringbuizen; spinazieznad, W. Kooijman idem;
uien, D. De Jotigh, tc Barsingerhorn.
Brieven uit de hoofdstad.
9 September.
liet gesuis der frissclie. opwekkende herfstwinden, de periodieke
opstijging van reuzen- en andere luchtballons (liet „verheffendste"
schouwspel trouwens, dat er voor een aardbewoner te bedenken is),
liet openstellen van Artis, Panorama en Panopticum tegen veel
verminderden prijs ten gerieve van dienstboden en werklieden, en
de gelijktijdige opvoering in alle mogelijke schouwburgen van deels
lach-, deels huiveringwekkende, stukken, dit alles behoort tot
de welbekende overblijfselen der traditioneele „kermismaand." De
kennis zelf moge reeds sedert jaren afgeschaft zijn, hare traditïëii
van bovengenoemden aard zullen zich nog wel gedurende geruimen
tijd blijven handhaven. De herfstwinden zijn hiervan natuurlijk
buitengeslotendie hebben gelukkig met het instandhouden of liet
afschaffen der kermissen niets niemendal te maken en storen zich
daar dan ook volstrekt niet aan, als zij den dampkring komen
zuiveren cn het menschdoni verkwikken na dagen van broeiende en
afmattende hitte. Een uurtje wandelens in dit frissclie weder,
terwijl de koele, vochtige Noord- en Zuidwestenwind u de wangen
streelt en de oogen kust, geeft weer arbeidslust en veerkracht aan
liet loome lichaam, dat teil langen laatste vadsig cn traag zou worden
onder dc al te liooge drukking en glooiing van het zonierzoiinevuur.
Ik voor mij vind September wel een prettige maand: de mooie,
koele dagen hebben nog liet aangename van den zomer, de avonden,
als om zeven uur de lamp haar verschijning maakt, krijgen reeds
iets van bet gezellige van den winter, en de natuur schijnt van die
oogcnblikken tc hebben, dat zij in geheel normalen toestand verkeert.
Ook de hemelwaarts zwevende luchtballons zijn sedert dc laatste
jaren onafscheidelijk aan (1e Septembermaand verbonden. De reden
waarom dc hoeren aëronauten bij voorkeur deze maand voor hunne
verheven tochten kiezen, staat wel degelijk met de kermissen in
verband, die in het laatst van den zomer en het najaar op de
meeste plaatsen van ons land gehouden worden. De eerste nieuw
heid van het schouwspel is er dan ook voor menigeen reeds af;
maar toch veroorzaakt het nog altijd een grooten toeloop van
kijklustigen, Qmdat het opgaan van zulk ecu ballon in ieder geva