Gemeenteraad van Texel.
Binnenland.
Zijne Majesteit de Koning heeft gisterennamiddag om 2
uur den burgemeester van 's Hage, eere-voorzitter der
feest-commissie aldaar, ten gehoore ontvangen. De eere
voorzitter mocht aan den Koning de wenschen aanbieden
van de ingezetenen der residentie bij HDs. 70steu geboorte
dag en kreeg vergunning aan Zijne Majesteit voor té lezen
den gelukwensch, die door vele duizenden Hagenaars was
onderteekend.
Na die voorlezing droeg Z. M. den eere-voorzitter op,
zijnen dank voor dit blijk van gehechtheid aan de inge
zetenen over te brengen en hun daarbij de verzekering te
geven, dat Z. M. die uiting hunner gevoelens ten zeerste
waardeert.
Met blijkbare ingenomenheid beschouwde Z. M. de
cassette van bruin palissanderhout, niet de gekroonde teeke
nen der koninklijke waardigheid op het deksel, waarin het
adres was nedergelegd in keurige cailigraphie.
Bij den burgemeester van 's Hage is ingekomen van
HH. MM. den Koning en de Koningin een gift van
f 1500 voor de armen van 's Hage bij gelegenheid van
's Konings verjaardag. (IIld.)
In eene jl. Maandag te Schagerbrug gehouden ver
gadering van „Nut en Genoegen," waarin op verzoek alle
notabele ingezetenen waren verschenen, werd met alge-
meene stemmen besloten, op den 70sten verjaardag van
Z. M. den Koning eene uitdeeling van eetwaren te houden
aan de armen van Schagerbrug, 't Buurtje, de Stolpe en
daaronder behoorende wegen en tevens om, zoo de te houden
collecte daarvoor toereikend is, den schoolkinderen een
feestje te bereiden. Staande de vergadering werd reeds
voor f 70 geteekend, waaronder eene bijdrage van f 10
van bovengenoemde Vereeniging.
Het Wag. Weekblad geeft eene lijst der kerkelijke
gemeenten, waar „doleerenden pogen het verband met de
Herv. Kerk. te verbreken."
De lijst bevat de namen van 23 gemeenten, nl. Kootwijk,
Yoorthuizen, Reitzum, Kollum, Leiderdorp, Gerkeskloosier,
Anjum, AmsterdamRotterdam, Klundert, Hijlaard, Bun
schoten, Heeg, Barendrecht, Aarl ander veen, Zevenhoven,
Zwartsluis, Zuidwolde, Wetsinge, Oude en Nieuwe Wetering,
Garijp, Loitnuiden en Wons. In de laatste dagen is Dieren
er bij gekomen.
In de cursief gedrukte gemeenten zijn de kerken en
goederen niet in de handen der doleerenden. In Amsterdam
hebben zich 6 van de 28, in Rotterdam 2 van de 15 predi
kanten bij de doleerenden gevoegd. Die kerkelijke ge
meenten tellen te zamen nog geene 25,000 zielen, behalve
Amsterdam, waar 155,276, en Rotterdam, waar 85,000
ingezetenen tot de Ned. Herv. gemeente gerekend worden.
In 7 dier gemeenten zijn 2 predikantsplaatsen, sommige
reeds sedert 1884, in Kootwijk zelfs sinds 1868 vacant.
In de jaarlijksche algemeene vergadering van „de
Unie," jl. Woensdagavond in het lokaal der Maatschappij
tot Nut van 't Algemeen to Amsterdam gehouden, werden,
in plaats van de aftredende leden van het bestuur, de heer
mr. S. Katz, voorzitter, en dr. H. Blink, vice-voorzitter,
die verklaard hadden, wegens de sociaal-democratische
stroomingen, welke in „de Unie" den doorslag geven, zich
geene herbenoeming te zullen laten welgevallen, alsmede
van den heer J. Becker, bibliothecaris, eveneens aftredend,
gekozen: de heeren dr. H. C. Muller, A. H. Gerhard en
F. A. Itter. Tot leden der commissie van advies en con
trole werden gekozen de heeren: J. Becker en K. C. Wiersma.
Alle benoemden aanvaardden hunne functiën, behalve de
heer Becker, die haar een dag in beraad wenschte te houden.
Het Nederlandsch Panopticum te Amsterdam deed,
bij de keuze van een nieuwe groep, een zeer gelukkige
greep. Heden, op 's Konings verjaardag, zal aldaar eene
voorstelling te zien zijn van het door Koning Willem III
gebrachte bezoek aan Brakel, tijdens de overstrooming in
1855. De voorstelling is genomen naar de aquarel van
den schilder Ten Kate. Op den voor- en achtergrond is
alles water en ijs. Ter linkerzijde zinkt een stroohut weg.
De bewoners hebben getracht hun huisraad nog te redden.
De moeder zit met haar jongste aan de borst op de ijs-
schotsen bij het rampzalig overschot van haar inboedel.
Ter rechterzijde staat de Koning in uniform, de ongeluk
kige toesprekende. Zijn gevolg bestaat uit den luitenant-
generaal Duraonceau, de Graaf Van Limburg Stirum, den
ordonnance-officier Snouckaert van Schauburg, den kapitein
A. E. Van Mansfeldt, jhr. T. De Casembroot en den
secretaris van 's Konings kabinet, Jhr. mr. E. A. Berck-
mans de Weert.
Aan de groep is bijzonder veel zorg besteed, terwijl de
portretten historisch getrouw zijn. (Amst. Crt.)
De Koningsvlag. Door de dagbladen is onlangs
medegedeeld, dat Maandag 21 dezer de groote Koningsvlag
zal geheschen worden op het Gebouw voor Kunsten en
Wetenschappen te 's Hage, alwaar des avonds het feest
van de Koninklijke Nationale Zangschool voor handwerks
lieden, ter viering van 's Konings 70sten verjaardag, zal
plaats hebben, welk feest door HH. MM. den Koning en
de Koningin met hunne tegenwoordigheid zal worden
vereerd. Wij zijn, zegt de Haarl. Crt., in de gelegenheid
gesteld, omtrent die vlag eenige bijzonderheden mede te
deelen, die wij vertrouwen, dat velen onzer lezers niet
onwelkom zullen zijn.
„Raoul, laat ons alleen!" brak Steinruck hare woorden af.
Hy was kalm blijven zitten en zyn aangezicht stond strak;
alleen vertoonde zich weêr die dreigende rimpel op zijn voorhoofd.
„Raoul, ge blijlt hier!" riep Hortense driftig. „Gij blijft bij je
moeder!"
De jonge graaf scheen ook werkelijk genegen, partij te kiezen
voor zijne moeder; hij trad haar op zijde, als ter harer bescher
ming en scheen vast besloten zyn grootvader ditmaal niet toe te
geven. Maar nu verhief deze zich ook van zijn zetel.
„Ge hebt mijn bevel gehoord!" dus wendde hy zich met vlam-
menden blik tot zijn kleinzoon. „Ga!"
Zijn toon had iets zóó gebiedends, zód eigendunkelijks, dat
Raoul's tegenstand hiervoor bezweek. Het was hem inderdaad
onmogelijk, die oogen en die stem te weerstrevenédne seconde
aarzelde hij nog, maar op een nogmaals herhaalden, gebiedenden
wenk onderwierp hij zich en verliet het vertrek.
„Ik verkies niet, dat Raoul getuige is van tooneelen, zooals
ongelukkig niet zelden tusschen ons plaats hebben," zeide de
generaal koel, terwijl hij zich tot zyne schoondochter wendde.
„Nu zijn wy alleen. Wat wildet ge straks zeggen?"
(Wordt vervolgd.)
Deze vlag moet niet verward worden met de groote
vlag, die van wege de gemeente in het Voorhout aan den
27 meter hoogen paal wordt geheschen en die eenvoudig
is eene zeer groote vlag van willekeurige afmetingen.
Gansch anders is de Koningsvlag. Deze is aan strenge
afmetingen en vormen gebonden. Zij bestaat uit eene vlag
en een standaard of wimpel. De standaard wappert boven
de vlag en dekt haar als het ware. Zij zijn bevestigd aan
een paal met langwerpigen bol, die wit moeten geschilderd
zijn. De vlag en de standaard vertoonen beiden de natio
nale kleuren, rood, wit en blauw, en hebben in het wit
ieder het Nederlandsche wapen. De standaard is lang 12
oude el of 8.25 meter, en is breed 3 kleeds, d. w. z. dat
iedere kleur één kleed of baan breed is. Hij is dus onge
veer 1.8 meter breed. Het wapen is geschilderd op een
afstand van 40 c.M. van den stok. Hij loopt, gelijk iedere
wimpel, aan het einde in twee scherpe punten uit. De
vlag zelve" is lang 8 oude el of ongeveer 5.5 meter, maar
i3 9 kleeds breed, d. w. z dat iedere kleur bestaat uit 3
kleeden of banen, zoodat de vlag nagenoeg vierkant en
bijna 30 vierkante meter groot is. Het Nederlandsche
wapen staat juist in het midden en is met de gezamenlijke
breedte der drie witte banen in evenredigheid. Deze af
metingen en vormen zijn officieel vastgesteld.
De vlag met standaard berust ten paleize, en wordt
alleen geheschen wanneer de Koning zich bij bijzondere
gelegenheden in een gebouw, veldtent of aan boord van
een schip ophoudt, maar wordt dadelijk neêrgelalen wan
neer de Vorst vertrekt.
De standaard-vlag is niet alleen het bewijs van de tegen
woordigheid des Konings, maar tevens het zinnebeeld van
de bijzondere bescherming des Konings voor allen, die
zich met hem op dezelfde plaats bevinden.
De vlag met standaard, die nu op het Gebouw voor
Kunsten en Wetenschappen zal worden geheschen, is niet
de vlag, die ten paleize berust. Hare geschiedenis is
deze: Toen in het jaar 1861 de groote tentoonstelling van
voorwerpen, geschonken ten behoeve der watersnoodlijdenden,
in de Gothische Zaal werd gehouden, verzocht de persoon,
die de zaal had gedecoreerd, op een der torens eene
Koningsvlag te mogen plaatsen, ten einde die te doen
wapperen, als de Koning zich op de tentoonstelling bevond.
Dit werd hem, met goedvinden van Z. M., toegestaan en
hem werd tevens vergund zich van de juiste afmetingen
en vormen der vlag te vergewissen. Hij vervaardigde
toen naar die gegevens de vlag, en deze wapperde telkens
als de Koning de tentoonstelling bezocht. Toen in 1880
weder eene dergelijke tentoonstelling plaats had, daar ook
toen ons vaderland door het water wa3 geteisterd, deed
de vlag weder dezelfde dienst, en nu zal zij ten derde
male wapperen. Nu evenwel niet naar aanleiding van
treurige omstandigheden, maar ter gelegenheid van het
verblijdend feit, dat de Koning, wien het gegeven is, zich
met zijn volk te verheugen, zijn 70sten verjaardag heeft
mogen vieren, en zich op die plaats'te midden van zijn
volk bevindt.
Door de commissie voor de feesten in April a. s.
te Amsterdam te houden, is een circulaire verzonden aan
de ingezetenen, waarin de reden wordt opgegeven, die
noopte, de viering van 's Konings 70sten verjaardag tot
een gunstiger seizoen dan het tegenwoordige te verdagen.
„Immers," zegt de commissie, „zal het vreugdebetoon
uitgaan van de burgerij, zal de geheele bevolking er aan
deelnemen en het dus een volksfeest zijn in den waren zin
des woords, dan bieden gebouwen, hoe omvangrijk, daartoe
slechts voor een gering deel de noodige ruimte, en zal het
feest vooral in de open lucht moeten worden gevierd."
Om die reden heeft de commissie, ofschoon ongaarne den
anders voor de feestviering meer eigenaardig aangewezen
19den Februari opofferende, de voorkeur gegeven aan een
dag in het voorjaar, zoo mogelijk in de week, waarin
Amsterdam weder liet voorrecht hoopt te hebben, den
Koning en zijn gezin binnen haar veste te zien. De com
missie legt er ten slotte bijzonderen nadruk op, dat, zal het
feest luide getuigenis afleggen van de gehechtheid aan den
Koning en zijn Huis en als een wèlgeslaagd volksfeest bij
tienduizenden aangename herinneringen achterlaten, de
meest, algemeene deelneming gewenscht is. Aan de circulaire
is een inschrijvings-biljet toegevoegd,, dat men na invulling
aan een der 101 onderteekenaars kan terugzenden.
De baan bij Slikkerveer was jl. Donderdag druk
bezocht. Het weder was prachtig en het ijs mooi. Voor
de baan van 1600 meter waren dezelfde mededingers als
Woensdag opgekomen. De voorloopige uitslag is, dat See
2 min. 56£ sec., Van den Berg 2 min. 584 sec. over
de baan deed en Smart in 2 min. 53| sec. de eindpaal
bereikte, terwijl Kingma 2 min. 54= sec. daarvoor noodig
had. De Nederlandsche hardrijders zijn dus afgereden.
De einduitslag van de match te Slikkerveer is, dat See
in 2 min. 53 sec. Smart versloeg, die in 2 min 52£ sec.
de baan aflegde. Een nieuwe match op een baan van
230 meter, had ten slotte tusschen See en Van den Berg
plaats. Van den Berg won deze rit in 28 seconden met
2 seconden voorsprong.
De volledige uitslag van den wedstrijd op de baan van
320 meter was: Van den Berg won in 2 min. 8^ sec., tegen
See in 3 min. 1| sec. en Kingma in 3 min 3£ sec., tegen
Werkhoven uit Kooten in 3 min 9§ sec. Ten slotte won
Van den Berg bij den laatsten rit in 2 min. 8 sec., tegen
Kingma in 2 min. 8§ sec.
Men schrijft aan de Leidsche Crt.:
„Er wordt schaatsen gereden. Nog een paar dagen en
dan zal het van de slooten langs den Singel, misschien op
de vaart ook wel gaan. Het ijs toch wordt door kenners
als zeer gezond geprezen. Daarbij komt dat de stoombooten
nu nog maar met moeite door het ijs kunnen komen en
de scheepvaart overigens gestremd is. Als het iederen nacht
12 graden vriest met een onbewolkten hemel en oostenwind,
wintert het voor 't laatst van Februari toch nog vrij streng.
Op den middag is het fraai weder; de zon staat hoog aan
den hemel en giet een stroom van licht uit, waarbij de
thermortieter eenige graden boven het vriespunt rijst. Maar
menigeen had zooveel winter niet meer verwacht. Die het
veld willen bearbeiden moeten geduld hebben totdat het
weêr omslaat, waarmede nog niets verloren is; beter dat
de winter nu komt dan later. Die huizen bouwen, hebben
den troffel moeten neerleggen, want het metselwerk bevriest.
En zoo zijn veler handen gebonden. Daarom niet den moed
verloren. Wie weet welk een feest het zal zijn op 's Konings
verjaardag! Mastklimmen, zakloopen, ringsteken, draai
molen, slagmachine, vuurwerk, muziek, illuminatie en
ijsvermaak! Het zou voor 't eerst niet zijn, dat men op
's Konings verjaardag en later in alle richtingen nog met
ar en slede het ijs bezocht, zelfs langs de geheele Zuiderzee."
„Maakten wij," zegt de Tiïb. Crt., „verleden jaar
melding van het feit, dat de heer H., die gewoon is voor
zijne zonen te loten, drie jaren achtereen een vrij nummer
trok, ook dit jaar viel hem een zelfde geluk ten deel. Weder
heeft de vader thans voor zijn vierden zoon vrijgeloot.
Als eene bijzonderheid verdient vermelding, dat iemand
onder de gemeente Gennep in het bezit is van een hond,
die.... als vos het levenslicht zag. Weinig tijds na de
geboorte werd Reintje aan het ouderpaar ontnomen. Nadat
staart en ooren op hondenmanier waren gefatsoeneerd, werd
hij langzamerhand opgeleid, om als bewaker van have en
goed dienst te doen. Zijne aangeboren slimheid kwam hem
uitmuntend te stade; in betrekkelijk korten tijd kon hij
een modelhond genoemd worden. Hij vervult thans niet
alleen stipt zijn plicht, doch wordt door al zijn collega's
gevreesd wegens zijn lastig en opvliegend karakter.
Het opmerkelijkste is, dat het dier een afschuw heeft
van pluimgedierte.
Eene bekende firma te' 's Hage viert 's Konings
verjaardag op eene wijze, welke aanbeveling verdient.
Toen wij jl. Donderdag, zegt het Dagblad! een slachters
winkel passeerden, werd onze aandacht getrokken door een
dertigtal rollades, die er allen uitzagen om in te bijten.
Na ingewonnen informatiën bleek het ons, dat al die
„vleeschrollen" bestemd zijn voor de werklieden van de
firma Ph. Co., die heden met vrouw en kroost daaraan
een aardig smulpartijtje zullen hebben.
De kinderen zijn bovendien nog bedacht: ieder kind
ontvangt een krentebrood.
Den 19 Februari 1876 werden de echtelieden Marinus
van Belkum (sinds overleden) en Johanna Schollen, wonende
te Zwolle, gezegend met de geboorte van hun zevenden
zoon, die bij den doop de voornamen ontving van Willem
Alexander Paul Frederik Lodewijk, gelijkluidende aan die
des Konings.
De buren van den lljarigen jongeling hebben,dezen ter
eere, een prachtigen eereboog voor het huis der weduwe
Van Belkum opgericht en de jeugdige Willem zal, in een
page-kostuum gestoken, te paard deel uitmaken van den
optocht.
Iemand adverteert in de KI. Crt. van Rotterdam 't
volgende:
„Geachte Medeburgers! Daar er heden een nationaal
feest is, en ik gaarne ook door het uitsteken van de drie
kleur mijn achting aan het vorstelijk huis wil doen blijken,
maar daar ik reeds sedert 20 weken zonder werk ben, zoo heb
ik haar in de Bank van Leening moeten brengen. Wie
van UEd. helpt mij dus om haar voor dien tijd (nl. den
19 Februari) mij weêr in handen te brengen. Zij die mij
helpen, kunnen op terugbetaling rekenen als ik aan 't werk
ga. Adres J. J. H. v. d. Burg, Coolschestraat 71."
Bevolking der gemeente Helder op 31 December 1885:
m. v. totaal
10,786,10,323, 21,109
Vermeerdering in 1886 door:
Geb. 388,415, 803
vestig.1847,618, 2465
2235,1033,3268
Vermindering door:
Over). 198,184, 382
Vertr.1698, 732,2436
1896, 922,2818
339, 111, 450
Bevolking op 31 December 1886: 11,125,10,434,21,559
Bevolking aan boox-d der schepen 1785 m., waaronder
205 mariniers.
Bevolking in de militaire gebouwen 349 ra. (landmacht).
Deze getallen zijn reeds begrepen in het eindcijfer 21,559.
Buitenland.
Figaro wijdt een zeer waardeerend artikel aan den 70sten
verjaardag van Koning Willem III, die het blad meent
dat 17 dezer gevierd werd. Het noemt den Vorst de type
van een constitutioneel Koning uit de oude doctrinaire
school en verhaalt in korte en meerendeels juiste trekken
de geschiedenis der laatste jaren.
De volgende misdaad is te Keulen door een kinder
meid gepleegd. Wegens brutaliteit was haar door den
heer des huizes den dienst opgezegd en diens vrouw was
zóó bang voor de wraakzuchtige dienstbode, dat zij zich
op den dag, waarop deze het huis verlaten zou, met hare
kindei-en in een kamer opsloot. Het duurde echter niet
lang of het dienstmeisje klopte aan en verzocht of zij het
kleinste kind, waaraan zij zich gehecht had, nog eenmaal
op den arm mocht dragen. Daar het kind de stem her
kende en naar de meid verlangde, voldeed de moeder
eindelijk aan het verzoek. Het monster ijlde daarop naai
de brandende kachel en duwde het kind er met de beide
handjes tegen. In de poging om ook het hoofdje van het
kind tegen de kachel te duwen, werd de furie verhinderd
door de moeder, die natuurlijk dadelijk te hulp snelde.
Terwijl deze zich bezig hield met het arme gewonde kind,
wist het wijf te ontkomen.
Te Workington (Engeland), was in het laatste jaar
de sterfte onder de kinderen beneden de vijf jaar bijzonder
groot. De geneeskundige ambtenaar van dat district schrijft
dit toe aan het onmatige theedrinken en aan de talrijke
bijeenkomsten van het „Leger des Behouds" aldaar. Hij
verzekert, dat de moeders niet alleen viermaal per dag
theedrinken, maar dan ook haren kinderen telkens een veel
te rijkelijk deel daarvan geven. Naar de bijeenkomstent
van het „Leger" trekken, beweert hij verder, de moeders
ieder oogenblik heen, en geen wonder, meent hij, dat de
kinderen dan, aan zichzelf overgelaten, koude vatten, zich
bezeeren, verbranden en zich op allerlei wijze schade aan
gezondheid of leven toebrengen.
Zitting van Vrijdag 18 Februari 1887.
Na opening der vergadering worden de notulen gelezen en
goedgekeurd.
1. De Voorzitter brengt ter tafel eenige ingekomen provinciale
bladen en circulaires, welke na mededeeling voor kennisgeving
worden aangenomen.